Taak 4: Innovatieve therapieën voor stemmingsstoornissen - PDF
Document Details
Uploaded by IngenuousTulip
Tags
Related
- PSYU2201 Counselling Approaches and Principles Lecture Notes PDF
- Mindfulness Components PDF
- Cognitive Psychotherapy and Mindfulness-Based Therapies PDF
- Cognitive Psychotherapy and Mindfulness-Based Therapies PDF
- Chapter 15: Cognitive Psychotherapy & Mindfulness-Based Therapies PDF
- All Clin MH Powerpoints (for exam) PDF
Summary
This document details various innovative therapies for mood disorders, focusing on techniques like meditation and mindfulness-based cognitive therapy (MBCT). It explores the concepts, methods, and effects of these therapies and introduces various techniques and exercises.
Full Transcript
Taak 4 Wat zijn innovatieve therapieën voor stemmingsstoornissen? 1. Welke meditatietechnieken zijn er? bodyscan, 3-minuten ademruimte oefening, aandachtig theedrinken, hardlopen (alles waar gelet wordt op ademhaling) 2. Wat is Mindfulness-based...
Taak 4 Wat zijn innovatieve therapieën voor stemmingsstoornissen? 1. Welke meditatietechnieken zijn er? bodyscan, 3-minuten ademruimte oefening, aandachtig theedrinken, hardlopen (alles waar gelet wordt op ademhaling) 2. Wat is Mindfulness-based Cognitive Therapy (MBCT)? (centrale concepten, hoe werkt het, effect, voor- en nadelen) college mindfulness: een proces; toestand; persoonlijkheidskenmerk; training mindfulness-based stress reductie (MBSR) → training opgesteld voor chronische pijn door yoga, acceptatie van pijn, openheid voor ervaring (full catastrophe living) is aangepast naar Mindfulness-based cognitieve therapie (MBCT) (voor mensen weerbaarder te maken tegen depressie) (als preventie training) terugvalpreventie depressie blend MBSR met cognitieve therapie → Extra aandacht voor omgaan met gedachten: decentering MBCT groep 8-12 deelnemers 8 sessies, wekelijks + 1 dag stille retraite + dagelijks huiswerkoefeningen veel meditatie-gebaseerde oefeningen: → aandacht leren sturen - voorbeelden: bodyscan meta-cognities → gedachten over je gedachten Taak 4 1 niet alleen cognitieve processen diverse effecten: verandering in emotieregulatie: → positieve emoties en vermogen om te genieten, ook in hersenactiviteit) upward spiral → mogelijkheden opbouwen waar je later profijt van kan hebben gerelateerd aan afname depressie symptomen externe sensaties → positieve emoties het werkt dus op meer dan basaal niveau Youtube Minfulness-based Cognitive Therapy (MBCT) is een therapeutische benadering die cognitieve gedragstherapie (CGT) combineert met mindfulness. Het doel van MBCT is om mensen te helpen met een depressie, angst, en andere psychische problemen door hen te leren zich bewust te zijn van hun gedachten en emoties, zonder erin verstrikt te raken. Concepten: Mindfulness houdt in dat je je volledige aandacht richt op het huidige moment. Het gaat erom gedachten te observeren als voorbijgaande gebeurtenissen, zonder je ermee te identificeren. In de video gaven ze het voorbeeld dat je bijvoorbeeld iemand tegenkomt op straat die je niet teruggroet, dat kan je dan opmerken, maar zonder er automatisch een oordeel over te vellen. Dit helpt om negatieve automatische gedachten te verminderen die vaak leiden tot depressieve gevoelens. CGT richt zich op het herkennen en veranderen van negatieve denkpatronen. In MBCT wordt deze benadering gebruikt om mensen te helpen hun negatieve gedachten te herkennen en niet te geloven dat ze de werkelijkheid weerspiegelen. Bijvoorbeeld, als je denkt "Ik ben waardeloos," helpt MBCT je om die gedachte te observeren en los te laten in plaats van je ermee te identificeren. Het belangrijkste idee is dat gedachten tijdelijk zijn en vanzelf weer verdwijnen, net als wolken die voorbij drijven. Dit is een belangrijke manier waarop MBCT Taak 4 2 helpt: het leert je niet te proberen negatieve gedachten te onderdrukken of weg te duwen, maar ze gewoon te herkennen en ze te laten gaan. Als je bijvoorbeeld een negatieve gedachte hebt, dan hoef je niet te reageren of in die gedachte te blijven, maar gewoon te zeggen: "Ah, daar is die gedachte weer.” Hoe werkt het? MBCT gebruikt meditatie-oefeningen zoals ademhalingsmeditatie en lichaamsbewustzijn om je te helpen je gedachten en emoties te observeren. Door regelmatig te mediteren, kan je je bewust worden van je gedachten en emoties en leren ze niet automatisch te geloven. Dit helpt om minder betrokken te raken bij negatieve gedachten. Zelfbewustzijn en Acceptatie: In MBCT leer je je gedachten te accepteren zonder ze te veroordelen. Dit betekent dat je een gedachte als "ik ben slecht" niet moet onderdrukken, maar dat je gewoon accepteert dat je die gedachte hebt en deze door laat gaan, zonder erin verstrikt te raken. MBCT wordt vaak geleerd in een 8-weekse cursus waarbij deelnemers wekelijks 2 uur les krijgen en dagelijks 45 minuten oefenen. Dit kan meditatie zijn, waarbij ze leren hoe ze gedachten en gevoelens kunnen observeren zonder zich ermee te identificeren. Het doel is dat deze vaardigheden ook in het dagelijks leven toepasbaar zijn. Effecten Minder kans op terugval in depressie: MBCT is vooral effectief voor mensen die al meerdere keren depressief zijn geweest. In studies is aangetoond dat het de kans op terugval in depressie met bijna de helft vermindert. In een studie daalde het percentage terugval van 66% naar 37%, en in een andere studie van 78% naar 36%. Verhoogd bewustzijn van gedachten: MBCT helpt mensen zich meer bewust te worden van hun gedachten en de impact die ze hebben op hun gevoelens. Dit zorgt ervoor dat mensen sneller reageren op negatieve gedachten en ze niet laten leiden tot depressie of angst. Verbeterde emotionele regulatie: Mensen leren om niet automatisch te reageren op hun emoties. Ze kunnen negatieve emoties observeren zonder Taak 4 3 erin verstrikt te raken, wat hen helpt om beter met stressvolle situaties om te gaan. Verbeterde algemene gezondheid en welzijn: MBCT helpt mensen zich meer verbonden te voelen met hun omgeving en meer waardering te hebben voor kleine dingen in het leven. Dit vergroot het gevoel van welzijn en vermindert het risico op negatieve gevoelens. Voor- en nadelen Voordelen: 1. Preventie van terugval: Een van de grootste voordelen van MBCT is de effectiviteit bij het voorkomen van terugval in depressie, vooral bij mensen met meerdere episodes van depressie. 2. Langdurige voordelen: MBCT biedt mensen duurzame hulpmiddelen om met negatieve gedachten en emoties om te gaan, wat langdurige voordelen heeft voor hun psychisch welzijn. 3. Natuurlijke benadering: MBCT is een niet-medicamenteuze behandeling die mensen in staat stelt zelf verantwoordelijk te zijn voor hun herstel, door middel van meditatie en zelfbewustzijn. 4. Brede toepasbaarheid: Het wordt niet alleen gebruikt voor depressie, maar ook voor angst, eetstoornissen, slapeloosheid en andere psychische aandoeningen. Nadelen: 1. Tijdsinvestering: MBCT vereist dat mensen dagelijks tijd nemen voor meditatie, wat voor sommige mensen moeilijk te combineren is met hun drukke levensstijl. Het kan lastig zijn om dagelijks 45 minuten te mediteren. 2. Moeilijk voor sommige mensen: Vooral voor mensen die ernstige depressie ervaren, kan het moeilijk zijn om zich te concentreren op mindfulness en meditatie. Dit kan aanvankelijk frustrerend zijn, omdat het niet altijd meteen verlichting biedt. 3. Geen snelle oplossing: MBCT is geen oplossing voor onmiddellijke verlichting van psychische klachten. Het is een langzaam proces waarbij het effect pas na enige tijd merkbaar wordt. Taak 4 4 4. Niet voor iedereen geschikt: MBCT is niet geschikt voor iedereen, bijvoorbeeld voor mensen met ernstige psychische stoornissen zoals schizofrenie. Het kan moeilijk zijn voor mensen met dergelijke aandoeningen om de technieken effectief toe te passen. Uitkomstonderzoek (Zettle & Grid) 2016 MBCT werd ontwikkeld voor mensen met drie of meer depressieve episodes om terugval te voorkomen. Onderzoek toont aan dat MBCT effectief is: 38% van de deelnemers met drie of meer eerdere episodes ervaarde een terugval na 1 jaar, vergeleken met 62% in de controlegroep. Dit suggereert dat MBCT helpt bij het voorkomen van terugval bij deze groep. Ook is MBCT onderzocht bij andere groepen, zoals kankerpatiënten, waar het depressieve symptomen verminderde. Studies tonen aan dat het aantal eerdere episodes niet per se invloed heeft op de effectiviteit van MBCT, wat suggereert dat het ook nuttig kan zijn voor mensen met minder eerdere episodes. Procesonderzoek Hoewel de voordelen van MBCT duidelijk zijn, is er minder onderzoek naar de mechanismen die het effect veroorzaken. Studies suggereren dat mindfulness een belangrijke rol speelt, maar het is nog onduidelijk of het de belangrijkste factor is. Verder onderzoek toont aan dat MBCT kan leiden tot verbeteringen in zelfcompassie en het verminderen van negatieve denkpatronen. De effectiviteit van MBCT lijkt mede afhankelijk van het verbeteren van emotionele reactiviteit en het verhogen van mindfulness. Toch is er meer consistentie nodig in onderzoek om de precieze mechanismen te begrijpen. 3. Wat is Acceptance and Commitment Therapy (ACT)? (meta- cognitie, centrale concepten, hoe werkt het, effect, voor- en nadelen) ACT is een therapievorm die gebaseerd is op de gedragsanalyse, met name de Relational Frame Theory (RFT). ACT is een onderdeel van de ‘derde generatie cognitieve gedragstherapieën’. Het baseert zich op de aanname van destructieve normaliteit; het idee dat gewone menselijke psychologische processen op zichzelf al kunnen leiden tot extreem disfunctionele resultaten en ongebruikelijke pathologische processen (Jansen, 2011). Taak 4 5 RFT = een theorie over taal en cognitie, ontwikkeld door Hayes, vormt de theoretische basis voor ACT. RFT stelt dat mensen gebeurtenissen kunnen verbinden via relaties die ze op basis van taal creëren. Verschil pijn en lijden Pijn: directe, fysieke ervaring in het hier en nu, zoals een verwonding of ziekte Lijden: een psychologische ervaring, waarbij het verstand via taal en denken pijn kan versterken of creëren. Mensen kunnen bijvoorbeeld lijden aan angst voor de toekomst of spijt over het verleden zonder dat er een directe pijnbron aanwezig is. ACT richt zich op het verminderen van lijden door psychologische flexibiliteit te bevorderen. Dit houdt in dat cliënten leren hun relaties met pijnlijke gedachten en emoties te veranderen in plaats van ze te vermijden of onderdrukken. ACT doet dit door zes kernprocessen te trainen, waaronder acceptatie, defusie (loskoppelen van gedachten en hun invloed), en het handelen naar persoonlijke waarden. *Volgens het ACT-model is een aantal processen verantwoordelijk voor het ontstaan van psychische klachten. Eén daarvan is cognitieve defusie: gedrag wordt steeds meer gereguleerd door een ingewikkeld netwerk van talige relaties dat in ons hoofd bestaat, in plaats van door directe ervaringen. B.v.: gedachte van ‘ik ben waardeloos’ wordt gezien als een feit, in plaats van als een gedachte die opkomt.* Deze fusie met gedachten leidt tot experiëntiële vermijding: bepaalde interne ervaringen, zoals lichamelijke sensaties, emoties, gedachten of herinneringen, worden vermeden. Ook ons vermogen tot zelfevaluatie en het geven van redenen worden tot deze processen gerekend. Deze processen worden aangestuurd door ons ‘verstand’, deze leiden uiteindelijk, via experiëntiële vermijding, tot psychische klachten. Experiëntiële vermijding wordt gezien als kern van alle psychische problemen in het ACT-model. In het model, gepresenteerd in de trainingen, kunnen cliënten bewegen van een op controle gebaseerde leefwijze (controle, fusie, et cetera) naar een staat van psychologische flexibiliteit, gebaseerd op waarden (acceptatie, defusie, et Taak 4 6 cetera). De zes hoekstenen worden behandeld in een protocollaire training van tien wekelijkse bijeenkomsten van 2 uur. De eerste bijeenkomst dient ter kennismaking. Vervolgens worden de zes stadia in acht bijeenkomsten doorlopen, en wordt de laatste bijeenkomst gebruikt als evaluatie en afsluiting. Dit protocol is in tegenstelling tot andere ACT-protocollen, die meer zijn gericht op specifieke problemen, bedoeld voor mensen met uiteenlopende lichte psychische klachten. Het is tevens psycho-educatief van aard en leert mensen om te gaan met onvermijdbare tegenslagen. Training 1 & 2: Controle loslaten en acceptatie Mensen proberen vaak gedachten, gevoelens en lichamelijke sensaties te controleren, wat meestal averechts werkt. Daarom wordt eerst onderzocht hoe cliënten klachten vermijden. Dit leidt vaak tot ‘’ creatieve hulpeloosheid’’: het besef dat vermijden niet helpt. In deze fase krijgen cliënten geen alternatieven aangeboden, maar worden ze bewust van hun ineffectieve coping- strategieën. Door middel van metaforen, zoals het drijfzandmetafoor, leren ze accepteren wat ze niet kunnen controleren. Acceptatie betekent vervelende ervaringen toelaten zonder ze te willen veranderen, wat leidt tot een meer waardevol leven. Training 3 & 4: Fusie en defusie Taal kan negatieve emoties oproepen en klachten verergeren. ACT leert cliënten onderscheid maken tussen pijn (directe prikkel) en lijden (door gedachten veroorzaakt). Defusie- oefeningen, zoals het herhalen van bepaalde woorden, verminderen de Taak 4 7 invloed van gedachten. Dit helpt cliënten op een afstandelijke, niet- vijandige manier met hun gedachten om te gaan. Training 5: Hier en nu versus piekeren Mindfulness helpt cliënten uit hun hoofd te komen en zich te richten op het huidige moment. Dit kan door aandachtsoefeningen zoals thee drinken of een bodyscan. Hoewel ontspanning een mogelijke bijwerking is, ligt de focus op het vergroten van openheid voor ervaringen, ook ongemakkelijke. Mindfulness wordt vooral toegepast in situaties waarin klachten het meest hinderlijk zijn. Training 6: Descriptieve zelf en observerende zelf Mensen definiëren zichzelf vaak vanuit hun gedachten, wat kan leiden tot een negatief zelfbeeld. ACT leert cliënten om hun zelfbeschrijvingen te observeren en los te laten, bijvoorbeeld door overtuigingen hardop te herhalen. Dit bevordert een flexibele kijk op zichzelf en helpt cliënten hun rigide denkpatronen te doorbreken. Training 7: Regels vs. waarden Strenge regels kunnen leiden tot vermijding en rigiditeit. Door regels los te laten en zich te richten op persoonlijke waarden, vergroten cliënten hun psychologische flexibiliteit. Een oefening is het vervangen van "moeten" door "mogen" om bewust keuzes te maken. Training 8: Vermijding vs. toegewijde actie Cliënten leren herkennen wat ze vermijden en worden aangemoedigd om waardevolle maar moeilijke ervaringen aan te gaan. Door contact te maken met pijnlijke situaties ontwikkelen ze nieuw gedrag en meer stabiliteit. Uiteindelijk passen cliënten de ACT-technieken toe in hun dagelijks leven (Jansen, 2011). Effect van ACT Aantoonbaar effectief in het verlagen van psychisch lijden. Onderzoek toont aan dat ACT de neiging tot vermijding van onaangename ervaringen vermindert, wat leidt tot een afname van klachten en een toename van welzijn. Resultaten van Onderzoek naar Effectiviteit (Zettle & Grid) 2016 Twee recente meta-analyses hebben de effectiviteit van ACT beoordeeld. De studie van Powers et al. (2009) rapporteerde een matige tot grote effectgrootte Taak 4 8 in het voordeel van ACT vergeleken met diverse controlegroepen, waaronder standaardbehandelingen (TAU). Ruiz (2012) vond een kleine positieve effectgrootte van ACT ten opzichte van traditionele cognitieve gedragstherapie (CBT) in het verminderen van depressieve symptomen van vóór- tot na de behandeling. Ruiz concludeerde echter dat ACT op de lange termijn geen duidelijk voordeel biedt, en een andere studie (Forman et al., 2012) toonde aan dat cognitieve therapie (CT) betere resultaten op de lange termijn behaalde. Nieuw onderzoek heeft de toepasbaarheid van ACT op verschillende manieren uitgebreid: 1. Vroege interventie: ACT-gebaseerde programma's, aangeboden in groeps- of zelfhulpprogramma's, hebben aangetoond effectief te zijn in het verminderen van milde tot matige depressieve symptomen in gemeenschapsmonsters (Bohlmeijer et al., 2011; Fledderus et al., 2012). 2. Internetprogramma's: Een Fins programma dat ACT combineert met traditionele CBT liet significante resultaten zien bij gestreste mannen, maar het aandeel van ACT in dit succes blijft onduidelijk (Lappalainen et al., 2013). 3. Aanvulling op bestaande diensten: ACT-sessies in combinatie met andere gezondheidszorgdiensten resulteerden in een verbeterde geestelijke gezondheid en kwaliteit van leven, maar hadden geen effect op werkhervatting (Folke et al., 2012). Hoewel deze nieuwe benaderingen veelbelovend zijn, is aanvullend onderzoek nodig om de specifieke bijdrage van ACT te isoleren en de langetermijneffecten beter te begrijpen. Onderzoek naar Mechanismen ACT richt zich op het identificeren en begrijpen van de mechanismen die therapeutische verbeteringen mogelijk maken. Onderzoek wijst erop dat veranderingen in processen zoals cognitieve defusie en vermindering van experiëntiële vermijding belangrijke mediatoren zijn van succes in ACT. Cognitieve defusie: Heranalyse van eerdere klinische proeven toont aan dat het verminderen van de geloofwaardigheid van negatieve automatische gedachten een cruciale rol speelt in de effectiviteit van ACT (Hayes et al., 2006; Zettle et al., 2011). Taak 4 9 Mindfulness-processen: Verbeteringen in ACT correleren met toename in de dimensies “accepteren zonder oordeel” en “bewust handelen,” gemeten met de Kentucky Inventory of Mindfulness Skills (KIMS). Hoewel deze bevindingen veelbelovend zijn, is het gebrek aan gestandaardiseerde meetinstrumenten binnen vergelijkbare populaties een beperking voor het generaliseren van resultaten. 4. Vergelijk ACT en MBCT (Zettle & Gird) ACT is breder toepasbaar (meer maatwerk, individuele sessies), MBCT is vooral om terugval te voorkomen (groepssessies) Kenmerken en onderscheidende eigenschappen van Acceptatie- en Mindfulnessgebaseerde Interventies (AMBI) (Zettle & Gird). Mindfulness in ACT en MBCT sluit aan bij de definitie van Kabat-Zinn (1990): ‘’op een bepaalde manier aandacht geven: doelbewust, in het huidige moment, zonder oordeel.’’ Beide benaderingen gebruiken mindfulness om acceptatie te bevorderen, wat betekent dat je volledig en zonder oordeel alle momenten ervaart, inclusief onaangename psychologische gebeurtenissen, zonder te proberen deze te vermijden of te controleren. Acceptatie wordt gezien als een proactieve houding, niet als berusting of tolerantie. AMBI behoort tot de "derde golf" van cognitieve gedragstherapie (CGT), een verschuiving ten opzichte van eerdere gedragstherapieën. Gedragstherapieën uit de eerste golf (midden 20e eeuw) richtten zich op het aanpassen van zichtbaar gedrag met behulp van leerprincipes. De tweede golf (jaren 70) legde de nadruk op het veranderen van disfunctionele gedachten. Derde- golftherapieën, zoals AMBI, richten zich op het veranderen van de relatie van cliënten met interne gebeurtenissen (bijvoorbeeld gedachten en emoties) in plaats van de inhoud ervan aan te passen. AMBI maakt gebruik van ervaringsgerichte oefeningen en huiswerkopdrachten om vaardigheden in acceptatie en mindfulness te ontwikkelen. Dit stelt cliënten in staat om ondanks psychologische uitdagingen toch deel te nemen aan betekenisvolle activiteiten. Overeenkomsten ACT en MBCT Volgens Zettle en Grid liggen de meest betekenisvolle overeenkomsten tussen Taak 4 10 de twee benaderingen in hun ontwikkelingsgeschiedenis en in de integratie van mindfulness praktijken en oefeningen. Parallelle ontwikkelingsgeschiedenissen ACT ontstond ongeveer tien jaar eerder dan MBCT, maar beide hebben zich in het laatste decennium ontwikkeld als alternatieven voor traditionele cognitieve therapie (CT) voor depressie. ACT is gebaseerd op functioneel contextualisme en verwerpt de opvatting dat gedachten de oorzaak zijn van emoties of gedrag. In plaats daarvan richt ACT zich op het veranderen van de context waarin gedachten plaatsvinden, omdat deze niet direct manipuleerbaar zijn. Ruminatie, bijvoorbeeld, kan een sociaal gedeeld verhaal creëren dat depressie in stand houdt. MBCT ontstond strategischer, met twee hoofddoelen: het ontwikkelen van een nieuwe relatie met negatieve gedachten (decentering) en het voorkomen van terugval bij depressie. Dit laatste was nodig omdat zelfs na succesvolle CT de kans op terugval aanzienlijk blijft. Decentering helpt cliënten negatieve gedachten te zien als voorbijgaande fenomenen in plaats van feiten. ACT en MBCT delen overeenkomsten in het benadrukken van het zien van gedachten als "slechts gedachten," maar ACT richt zich primair op psychologische flexibiliteit. Dit omvat processen zoals acceptatie, bewustzijn van het moment, zelf-als-context, waarden en toegewijde actie, die samen bijdragen aan een betekenisvol en vervuld leven. Integratie van Mindfulness-praktijken Een opvallende overeenkomst tussen ACT en MBCT is hun integratie van mindfulness. Hoewel gestructureerde meditatie een grotere rol speelt in MBCT, dienen mindfulness-oefeningen in beide benaderingen twee gedeelde doelen: → Decentering/Defusie: Mindfulness helpt cliënten hun gedachten te zien als mentale gebeurtenissen in plaats van als feiten. Dit vermindert piekeren over negatieve gedachten. Onderzoek toont aan dat mindfulness en ruminatie (piekeren) tegenovergestelde processen zijn, waarbij het versterken van mindfulness ruminatie verzwakt. → Acceptatie: Naast defusie bevordert mindfulness acceptatie. Dit gaat verder dan gedachten simpelweg opmerken; het houdt in dat men stopt met pogingen om negatieve gedachten te onderdrukken of te vermijden, wat Taak 4 11 deze anders vaak versterkt. Acceptatie is geen berusting of tolerantie, maar het volledig ervaren van onaangename psychologische gebeurtenissen zonder ertegen te vechten. Verschillen ACT en MBCT Filosofische/conceptuele verschillen ACT onderscheidt zich van andere cognitief-gedragstherapeutische benaderingen, waaronder MBCT, door: → Functioneel Contextualisme: Dit is de filosofische basis van ACT. Het beschouwt gedrag, inclusief denken en voelen, als geïntegreerde gebeurtenissen binnen historische en situationele contexten. Het gebruikt een pragmatisch “waarheidscriterium”: de bruikbaarheid van een gedachte wordt beoordeeld aan de hand van hoe deze bijdraagt aan de doelen en waarden van de cliënt, in plaats van of de gedachte de objectieve werkelijkheid weerspiegelt. → Relational Frame Theory (RFT): Deze theorie verklaart hoe mensen door relationele verbindingen betekenis geven aan gebeurtenissen. Taal en cognitie zijn kernoorzaken van menselijk lijden. Volgens RFT is taal bidirectioneel, wat betekent dat woorden en gebeurtenissen elkaar kunnen beïnvloeden. Dit maakt dat het herbeleven van bijvoorbeeld verlies net zo pijnlijk kan zijn als de oorspronkelijke gebeurtenis. MBCT heeft een minder duidelijke filosofische basis en lijkt eerder geworteld in de tweede golf van cognitieve gedragstherapie. Deze gaat uit van het idee dat de perceptie van een gebeurtenis bepalend is voor gevoelens en gedrag. MBCT past binnen een “mechanistisch wereldbeeld,” waarbij gedachten, gevoelens en gedrag worden gemodelleerd en geanalyseerd als een machine, zoals een motor. Het waarheidscriterium van MBCT is gebaseerd op hoe goed deze modellen overeenkomen met de werkelijkheid. MBCT introduceert ook het concept van “ Taak 4 12 modes of mind,” waarbij cliënten leren schakelen tussen een “doen”- en “zijn”-modus door middel van mindfulness. Technische/methodologische verschillen ACT: mindfulnessoefeningen worden flexibel toegepast, afhankelijk van de behoeften van de cliënt. Ze ondersteunen processen zoals acceptatie, defusie en aandachtstraining. Formele meditatietraining is niet altijd nodig. MBCT: hier worden mindfulnesspraktijken aangeboden in een gestructureerd programma van acht wekelijkse groepssessies, met huiswerkopdrachten om vaardigheden verder te ontwikkelen. Strategische/klinische verschillen ACT: oorspronkelijk ontworpen als transdiagnostische benadering om acute vormen van menselijk lijden te verlichten. Het richt zich voornamelijk op cliënten met actieve depressie. MBCT: specifiek ontwikkeld als preventieve interventie tegen terugval in depressie bij cliënten in remissie (vermindering). Het is geen interventie voor acute depressieve episoden. 5. Wat is positieve CGT? (hoe werkt het, effect, voor- en nadelen) college: Positieve CGT integreert oplossingsgerichte therapie met positieve psychologie oefeningen binnen een cognitief gedragstherapeutisch kader oplossings- en doelgericht huiswerk: betere momenten opwaartse pijl-techniek → positieve gevolgen positieve psychologie oefeningen → best mogelijke zelf, 3 goede dingen, dankbaarheidsbrief, sterktes, acts of kindness, zelf-compassie, … plaatje college (van pcgt, tcgt) ‘’wat gaat er beter’’ → focus op betere momenten (huiswerk en in de sessie) Taak 4 13 successen linken aan eigen bijdrage, competenties, en persoonlijkheidskenmerken focus leggen op positieve gevolgen van betere momenten opwaartse spiraal effecten van positieve emoties Positieve cgt (pcgt) integreert het wettenschappelijk onderzoek en de toepassingen van de positieve psychologie en oplossingsgerichte therapie binnen een cognitief gedragstherapeutisch kader. Pcgt nodigt cliënten uit anders te denken, hun gewenste toekomst te beschrijven, positieve verschillen op te merken en vooruitgang te boeken. Het is een competentiegerichte benadering, met zoveel mogelijk nadruk op sterke kanten en wat werkt in iemands leven. Pcgt kijkt naar wat er gecreëerd kan worden en werkt daarmee vanuit het paradigma van de synthese (functionele oplossingsgerichte model) en niet vanuit het paradigma van de analyse (reductionistische medische model). Pcgt zet de mens centraal en niet de ziekte, waarbij de focus op welbevinden verder gaat dan symptoomreductie. Pcgt wordt ‘ de vierde generatie cgt’ genoemd. Effectiviteit Resultaten van onderzoek van de Universiteit Maastricht naar de vergelijking van pcgt met traditionele cgt (tcgt) toonden aan dat: Taak 4 14 pcgt effectief is in het behandelen van cliënten met een depressieve stoornis pcgt meer klinische significante behandel-resultaten bereikte dan tcgt pcgt door cliënten met behandelresistente depressie hoger werd gewaardeerd dan traditionele cgt pcgt zorgde voor minder drop-out van cliënten wanneer cliënten eerst tcgt krijgen en daarna pcgt dit leidt tot grote effecten (d=2.71) verder onderzoek naar de effecten van pcgt nodig is De therapeut stelt vragen in plaats van te adviseren. Cliënten worden gezien als co-experts op het gebied van hun eigen leven. Technieken van pcgt 1. Vraag naar het doel Stel concrete en haalbare doelen in positieve termen. Bijvoorbeeld: ‘’wat hoopt u te bereiken?’’ of ‘’wat is het beste resultaat van deze behandeling?’’ 2. Vraag naar uitzonderingen Focus op momenten waarop het probleem minder of niet aanwezig was. Vraag: "Wanneer was het probleem er niet?" of "Wanneer ging het beter?" Taak 4 15 3. Zelfregistraties en functieanalyses Laat cliënten zelf uitzonderingen registreren en analyseer samen hoe deze momenten ontstaan. Gebruik bijvoorbeeld een 'Dagboek van betere momenten.' 4. Opwaartse pijltechniek Focus op positieve kernovertuigingen en uitzonderingen, en vraag naar het 'best case scenario' in plaats van het 'worst case scenario.' 5. Vraag naar competenties en geef complimenten Versterk de sterke kanten van de cliënt en vraag: "Hoe lukte dat?" of "Wat zegt dat over u?" 6. Gebruik schaalvragen Vraag cliënten om hun situatie op een schaal van 0 tot 10 te plaatsen en bespreek realistische doelen en vooruitgang. 7. Gebruik oplossingstaal Stimuleer gesprekken over wat de cliënt wil bereiken en positieve veranderingen, in plaats van te focussen op problemen of negatieve emoties. 6. Wat is derde generatiegedragstherapie? (hoe werkt het, effect, voor- en nadelen) Derde generatiegedragstherapie gaat uit van het idee dat pijn een basiskenmerk is van het menselijk bestaan. Zo baseert ACT zich op de aanname van destructieve normaliteit; het idee dat gewone menselijke psychologische processen op zichzelf al kunnen leiden tot extreem disfunctionele resultaten en ongebruikelijke pathologische processen (Jansen, 2011). In de tweede generatie worden cognities opgevat als oorzaken, in de derde generatie wordt er gericht op het veranderen van de context waarbinnen deze cognities plaatsvinden. Het voornaamste verschil tussen de tweede en derde generatie is dat cognities niet worden gezien als oorzaken, maar als gedrag dat wordt veroorzaakt door de leergeschiedenis van een persoon in interacties met zijn huidige omgeving. Dit worden ook wel reinforcement contingenties genoemd. Cognities en emoties zijn gedragingen en veranderbaar via de aanpak van reinforcement contingenties. Eerste generatie: klassieke en operante conditionering. Taak 4 16 7. Wat is de rol van e-health bij het behandelen van stemmingsstoornissen? (hoe werkt het, effect, voor- en nadelen) De rol van e-health bij het behandelen van stemmingsstoornissen, specifiek via internet-delivered cognitieve gedragstherapie (iCBT), is uitgebreid onderzocht. iCBT biedt een gestructureerde, online vorm van cognitieve gedragstherapie (CGT), gericht op het behandelen van onder andere depressie en angststoornissen. Via internetplatformen volgen patiënten modules waarin ze vaardigheden aanleren om negatieve gedachten en gedragingen aan te pakken. Deze therapievorm wordt vaak ondersteund door minimale begeleiding van therapeuten, wat de drempel verlaagt om toegang te krijgen tot behandeling. Effectiviteit van iCBT Uit een meta-analyse blijkt dat iCBT voor zowel depressie als angststoornissen effectief is. De gemiddelde effectgrootte was g = 0.80, wat wijst op een aanzienlijke verbetering in symptomen. Dit effect bleef behouden gedurende follow-ups tussen 3 en 36 maanden. iCBT bleek even effectief te zijn als traditionele face-to-face therapie en bibliotherapie, wat de veelzijdigheid en breed toepasbare aard ervan aantoont. Daarnaast werd vastgesteld dat iCBT aanzienlijk minder therapeuttijd vereist: gemiddeld 7.8 keer minder dan face-to-face therapie. Dit maakt het een kosteneffectieve optie, die tegelijkertijd goede resultaten biedt. Voordelen van e-health Toegankelijkheid: iCBT maakt therapie toegankelijker voor een bredere groep mensen, omdat het via internet beschikbaar is en de noodzaak van fysieke sessies wegneemt. Kostenbesparing: Het vereist minder therapeuttijd, waardoor de kosten voor de gezondheidszorg worden verlaagd. Effectiviteit: Zoals eerder genoemd, is de effectiviteit van iCBT vergelijkbaar met face-to-face therapie. Acceptatie: Patiënten gaven aan tevreden te zijn met de behandeling, met hoge acceptatiegraden en een matige therapietrouw. Taak 4 17 Nadelen van e-health Minder persoonlijke interactie: De therapie is minder persoonlijk dan face- to-face therapie, wat voor sommige patiënten een nadeel kan zijn. Therapietrouw: Hoewel de therapietrouw matig was, kan dit voor sommige patiënten een obstakel vormen. Een gebrek aan persoonlijke begeleiding kan ertoe leiden dat patiënten minder betrokken blijven. Beperkte data over langdurige effecten: De meeste studies kijken naar follow-ups tot maximaal 36 maanden, wat vragen oproept over de effecten op de lange termijn. Notes: Summary 1. 2. 3. Taak 4 18