Wondverzorging, Drains en Katheters

Verzorging van Drains, Hechtingen, Wonden en Katheters

• Deze studieperiode omvat de verzorging van drains, het verwijderen van hechtingen, wondzorg en VAC-therapie, evenals het inbrengen, verzorgen en verwijderen van katheters bij mannen en suprapubische katheters.
• Ook de verzorging van tracheacanules is inbegrepen.

Wondindeling en Verpleegkundige Zorg

• De student kan de gehanteerde wondindeling verwoorden.
• De student kan de verpleegkundige zorg bij operatie wonden, hechtingen, drains en VAC-therapie uitleggen.
• De student kan de indeling van wonden beschrijven en algemene en lokale factoren bij wondherstel benoemen.
• De student kan afwijkende genezing, soorten drains en hechtwijzen benoemen.
• De student kan indicaties en contra-indicaties voor het verzorgen en verwijderen van hechtingen of wonddrains en de verzorging van operatiewonden benoemen.

Wondtypen

• Er zijn verschillende soorten wonden: door een ongeval, met een wonddrain, en met steriel gesloten wondranden.
• Een primair gesloten wond is er een met steriel gesloten wondranden.

TIME-model Wondbeoordeling

• Bij het beoordelen van een wond wordt gelet op: Tissue (het weefsel, niet te droog en niet te vochtig), Temperature (huid rondom de wond voelt warm aan), en de TIME-model wordt gebruikt voor de beoordeling.
• De letter T in het TIME-model staat voor Tissue.

Wonddrain

• Een wonddrain zuigt postoperatief bloed of wondvocht af uit het wondgebied.
• Er zijn wonddrains die werken met lichte zuigkracht naar een opvangreservoir of zonder zuigkracht.
• Een passieve wonddrain herkent men doordat wondsecreet in de drain aanwezig is.
• Ook als het deel van de drain, de harmonica, uit elkaar is, duidt dit op een passieve drain.
• De indicatie voor vacuüm wondbehandeling is een slecht genezende ulcus cruris.

Contra-indicaties Vacuümtherapie

• Contra-indicaties voor vacuümtherapie: door de hechtingen om en om te verwijderen waardoor geleidelijk spanning op de wond komt, in één keer alle hechtingen te verwijderen en daarna een zwaluwstaartje te plakken.
• Na het verwijderen van alle hechtingen de wond te verbinden met een absorberend verband is ook een contra-indicatie.

Wijken Wondranden

• "Het wijken van de wondranden" kan voorkomen worden door de hechtingen om en om te verwijderen.

Katheterisatie bij de Man

• Omvat het inbrengen, verzorgen en verwijderen van een katheter, inclusief informatie over de anatomie en pathologie van de urinewegen en nieren.
• De verpleegkundige zorg rondom het inbrengen van een blaaskatheter.
• De dagelijkse katheterzorg en blaasspoelen bij een man.
• Het inbrengen van een suprapubische katheter en de bijbehorende verpleegkundige zorg.
• Er moet gekeken worden naar de indicaties en complicaties, de farmacologie bij katheterzorg en de soorten verblijfskatheters.
• In het zorgdossier moet genoteerd worden: ingebracht bij een man, noteren minimaal 4 punten.

Vullen Ballon Verblijfskatheter

• Voor het vullen van de ballon van een verblijfskatheter wordt fysiologisch zout gebruikt.
• Beschrijf zelf het verschil tussen een urethrale en een suprapubische katheter, noem 3 verschillen.

Oorzaken Bewustzijnsverlies bij Katheterisatie

• Tijdens katheterisatie kan een man bewustzijn verliezen; noem de oorzaak en leg uit waarom dit gebeurt.

Problemen met de Ballon

• Als de ballon niet goed gevuld is, valt de barrièrefunctie weg.
• Er kan sprake zijn van onvoldoende aandacht voor aseptisch werken.

Casus Meneer Brace

• Meneer Brace, 75 jaar, heeft sinds twee dagen een verblijfskatheter vanwege urineretentie en voelt zich nu niet lekker.
• Hij heeft koorts en pijn in zijn onderbuik.
• De oorzaak kan een urineweginfectie zijn.

Blaaskatheter Complicaties

• Mogelijke oorzaken van lekkage van urine ondanks een verblijfskatheter: te grote charrière, lekke ballon, gruis en vlokken.
• De complicatie 'fausse route' kan ontstaan door de katheter te ver in te brengen en de blaaswand te raken.

Hematurie

• Een patiënt meldt zich met hematurie.
• Geen mogelijke oorzaak van hematurie is hypertensie.

Contra-indicaties Katheterisatie

• Een verpleegkundige mag geen blaaskatheter inbrengen bij zorgvragers met een vermoeden van een beschadigde urethra.
• Zorgvragers met een flink vergrote prostaat die de urineweg belemmerd en zorgvragers die recentelijk een blaaskatheter hebben gehad.
• Geen blaaskatheter inbrengen achter het schaambeen.

Suprapubische Katheter

• Een suprapubische katheter bevindt zich boven het schaambeen.

Inbrengen Katheter

• Stop met inbrengen, waarschuw de arts en dek af met absorberend verband bij weerstand.
• Gebruik extra glijmiddel met lidocaïne en probeer opnieuw de katheter in te brengen.
• Controleer of de ballon diep genoeg is ingebracht.
• Als de ballon van een suprapubische katheter niet gevuld kan worden, stop dan en waarschuw de arts.
• Bij een geïrriteerde huid door lekkage of wrijving rondom de fistelopening: overleg met de arts of je een barrièrespray kunt gebruiken.

Observatiepunten Suprapubische Katheter

• Noem 4 verpleegkundige observatiepunten bij een suprapubische katheter in de eerste 5 dagen na het inbrengen (2 punten).

Blaasspoeling

• Geen contra-indicatie voor het uitvoeren van een blaasspoeling is nier- en leverfunctiestoornissen.

Tracheacanule

• De student kan de anatomie en pathologie van de luchtwegen, indicaties & complicaties bij tracheostoma verwoorden.
• Hij kan vertellen welke soorten tracheacanules er zijn - de verpleegkundige zorg bij tracheostoma verwoorden.
• Een tracheotomie is een chirurgische incisie waarbij er een opening in de luchtpijp wordt gemaakt.

Cuff Tracheacanule

• Een cuff zorgt ervoor dat er geen voedsel en slijm in de longen terecht komen.

Uitzuigen Tracheacanule

• Klachten bij te diep uitzuigen: hoestprikkel.

Complicatie Uitzuigen

• Tijdens het uitzuigen moet Dhr. telkens heel hard hoesten, dit doet hem ook pijn.
• Zijn temperatuur is 37,2 en het slijm wat je uitzuigt ziet er wit uit dan zie je dat het slijm wat je wegzuigt rosé tot rood van kleur is: slijmvliesbloeding.

Indicaties Tracheacanule

• Noem 4 indicaties voor het plaatsen van een tracheacanule.