Vraagstuk Appartementenrecht

Een juridisch document dat de verdeling van een gebouw in meerdere appartementen of units officieel vastlegt.

Een vorm van mede-eigendom waarbij een gebouw wordt opgedeeld in afzonderlijke appartementen met individuele eigenaren, die samen het eigendom en de verantwoordelijkheid voor de gemeenschappelijke delen dragen.

De gemeenschappelijke delen van een appartementsgebouw, zoals gangen, liften, daken en de tuin.

Een juridisch document dat de regels voor het beheer van een appartementsgebouw vastlegt.

Een persoon die door de mede-eigenaars wordt aangewezen om het gebouw te beheren.

Een fonds dat wordt gevormd door de mede-eigenaars om onverwachte kosten te dekken, zoals herstellingen van het dak of andere gemeenschappelijke delen.

Een fonds dat wordt gevormd door de mede-eigenaars om de dagelijkse kosten van het beheer van het gebouw te dekken.

Een vereniging die is opgericht door de mede-eigenaars van een appartementsgebouw om het beheer van het gebouw te regelen.

Een recht dat je geeft om op iemand anders grond een constructie te bouwen. Het ontstaat automatisch als gevolg van een gebruiksrecht (bv. huur) met toestemming van de eigenaar.

Een recht om op iemand anders grond een constructie te bouwen voor een bepaalde periode. Bij erfpacht is er een minimale duurtijd.

Het eigendom is van de erfpachter, maar de grond blijft eigendom van de eigenaar.

Het recht om gedurende een bepaalde periode de vruchten van een boomgaard of andere grond te plukken. Het recht kan ook worden overgedragen.

Het recht om tijdelijk gebruik te maken van een onroerend goed. Bijvoorbeeld: door iemand je woning te verhuren.

Verplicht recht dat het recht van erfpacht regelt. De minimumtermijn en andere aspecten zijn vastgelegd.

De fiscus kan een deel van de winst die je maakt met de verkoop van een onroerend goed opeisen.

Het recht om een onroerend goed te gebruiken en te beheren. Dit recht is gebonden aan de eigendom van de grond.

Dit betekent dat de koper kennis heeft van de erfdienstbaarheid en deze accepteert tijdens de aankoop van het pand.

De notaris controleert tijdens de aankoop van een huis of er erfdienstbaarheden zijn, omdat deze niet altijd zichtbaar zijn.

Een verbod om te bouwen tot een bepaalde hoogte is een voorbeeld van een erfdienstbaarheid die niet in de wet is vastgelegd.

Een erfdienstbaarheid waarbij de fysieke aanwezigheid zichtbaar is op het perceel (bijvoorbeeld een waterpomp).

De waarde van de erfdienstbaarheid is niet relevant om te beslissen of de erfdienstbaarheid geldig is.

De rechtspraak kan een oude erfdienstbaarheid interpreteren in een moderne context. Bijvoorbeeld, een recht op toegang voor paard en kar kan ook gelden voor een tractor.

De eigenaar van een perceel zonder toegang tot een openbare weg heeft het recht om toegang te eisen over het perceel van zijn buren.

Een erfdienstbaarheid die niet zichtbaar is, zoals een ondergrondse leiding of een recht van doorgang.

De eigenaar van een goed, maar zonder het recht om de vruchten te plukken. De blote eigenaar bezit de onroerende zaak, maar heeft geen gebruiksrecht.

Het recht om een goed volledig te gebruiken en te genieten, inclusief het recht om te verhuren of te verkopen.

Een contractueel beding waarbij de langstlevende partner bij overlijden van de andere partner automatisch het volledige eigendom krijgt, ongeacht de stand van de nalatenschap.

Herstellingen die de structuur of belangrijke bestanddelen van een goed betreffen. Voorbeelden zijn het herstellen van het dak, het vervangen van de fundering of het herstellen van een breuk in een draagmuur.

Herstellingen die geen invloed hebben op de structuur van het goed, maar die nodig zijn voor het behoud van het goed in een goede staat. Denk aan het schilderen van een muur of het vervangen van een kraan.

De rechtbank kan de vruchtgebruiker, na overlijden van de vruchtgebruiker, aansprakelijk stellen om het vruchtgebruik te beëindigen.

Een huurcontract voor een bepaalde termijn, dat na het overlijden van de huurder nog een bepaalde tijd geldig blijft

Een schuldsaldoverzekering betaalt de rest van de lening terug aan de kredietverstrekker wanneer de schuldenaar overlijdt. De erfgenamen ontvangen dit geld niet.

Een voorrecht geeft een schuldeiser het recht om voorrang te krijgen boven andere schuldeisers bij het innen van een schuld. Dit geldt ook voor roerende goederen.

Het pandrecht is een recht dat een schuldeiser krijgt om een roerend goed van de schuldenaar te verkopen of in beslag te nemen als de schuldenaar zijn verplichtingen niet nakomt.

Sinds 2018 is er een nationaal pandregister voor roerende goederen. Dit zorgt ervoor dat andere schuldeisers kunnen zien welke voorrechten er op een goed rusten.

Het retentierecht geeft een schuldeiser het recht om een goed van de schuldenaar in zijn bezit te houden totdat de prijs betaald is.

Een notaris controleert voor de verkoop of een onroerend goed vrij is van schulden, hypotheken of andere voorrechten.

Een verkoper van een onroerend goed moet ervoor zorgen dat het vrij is van schulden, hypotheken en voorrechten voordat hij het kan overdragen.

Een wederbeleggingsvergoeding is een vergoeding die een schuldeiser krijgt voor het vroegtijdig terugbetalen van een lening. Dit is wettelijk beperkt tot 3 maanden interest.

Een juridische entiteit die automatisch ontstaat wanneer een gebouw in appartementen wordt opgedeeld en er sprake is van appartementsmede-eigendom. De VME vertegenwoordigt de gemeenschappelijke belangen van alle mede-eigenaars en is verantwoordelijk voor het beheer en onderhoud van de gemeenschappelijke delen.

Een onroerend goed dat verplaatsbaar is, maar door zijn bestemming wordt beschouwd als onroerend. Bijvoorbeeld een stacaravan die permanent op een locatie staat.

De overdracht van eigendomsrechten van een onroerend goed na overlijden van de vorige eigenaar. Dit wordt vastgelegd in de registers om het tegenover derden te kunnen bewijzen.

Een juridische procedure om uit de gemeenschappelijke eigendom van een onroerend goed te treden. Dit kan minnelijk of gerechtelijk gebeuren.

Een periode van 5 jaar waarin 'uit onverdeeldheid treden' niet mogelijk is. Dit geldt voor de VME van een appartementsgebouw.

Chemische stoffen die in veel producten worden gebruikt vanwege hun water-, vet- en vuilafstotende eigenschappen. Het probleem is dat ze bijna niet afbreken in het milieu en ons lichaam en zich kunnen ophopen, waardoor ze schadelijk kunnen zijn voor de gezondheid.

Als je een voorwerp vindt in een huurpand, moet je de opbrengst van eventuele verkoop of verkoop van het voorwerp delen met de eigenaar van het huurpand.

De eigenaar van een onroerend goed is aansprakelijk voor schulden van de VME, naast eventuele andere aansprakelijkheden.