Podcast
Questions and Answers
Via welk proces worden vetzuren afgebroken tot acetyl-CoA?
Via welk proces worden vetzuren afgebroken tot acetyl-CoA?
- Glycolyse
- β-oxidatie (correct)
- Ureumcyclus
- Citroenzuurcyclus
In welke cellulaire locaties vindt vetzuurafbraak hoofdzakelijk plaats?
In welke cellulaire locaties vindt vetzuurafbraak hoofdzakelijk plaats?
- Niercellen en spiercellen
- Hersencellen en levercellen
- Alleen in vetcellen
- Hepatocyten, skeletspiercellen en vetcellen (correct)
Welke van de volgende stoffen wordt gevormd uit acetyl-CoA tijdens ketogenese?
Welke van de volgende stoffen wordt gevormd uit acetyl-CoA tijdens ketogenese?
- Glucose
- Glutamine
- Ketonlichamen (correct)
- Pyruvaat
In welk organel vindt ketogenese uitsluitend plaats?
In welk organel vindt ketogenese uitsluitend plaats?
Wat is een potentieel gevolg van overmatige ophoping van ketonlichamen in het bloed?
Wat is een potentieel gevolg van overmatige ophoping van ketonlichamen in het bloed?
Welk hormoon stimuleert de glycogenolyse, gluconeogenese en lipolyse?
Welk hormoon stimuleert de glycogenolyse, gluconeogenese en lipolyse?
Welk proces wordt geremd door glucagon in de lever?
Welk proces wordt geremd door glucagon in de lever?
Welke processen worden gestimuleerd door insuline?
Welke processen worden gestimuleerd door insuline?
Wat gebeurt er primair wanneer de glucosespiegel te laag dreigt te worden?
Wat gebeurt er primair wanneer de glucosespiegel te laag dreigt te worden?
Welk proces wordt actief gedurende de nacht om de bloedglucosespiegel op niveau te houden?
Welk proces wordt actief gedurende de nacht om de bloedglucosespiegel op niveau te houden?
Welke cellen produceren insuline?
Welke cellen produceren insuline?
Insuline en glucagon werken samen om het levermetabolisme te reguleren als...
Insuline en glucagon werken samen om het levermetabolisme te reguleren als...
In welke vorm wordt insuline initieel geproduceerd in de beta-cellen van de pancreas?
In welke vorm wordt insuline initieel geproduceerd in de beta-cellen van de pancreas?
Wat is de functie van Proteïne kinase B in de insuline signaaltransductie?
Wat is de functie van Proteïne kinase B in de insuline signaaltransductie?
Welke functie heeft GLUT-4 in de context van insuline signalering?
Welke functie heeft GLUT-4 in de context van insuline signalering?
Hoe wordt insuline uit het bloed verwijderd?
Hoe wordt insuline uit het bloed verwijderd?
Wat is de gangbare referentiewaarde voor de bloedsuikerspiegel bij een gezonde persoon?
Wat is de gangbare referentiewaarde voor de bloedsuikerspiegel bij een gezonde persoon?
Aan welke waarde moet de bloedglucosespiegel bij een nuchter persoon minimaal voldoen om vast te stellen als diabetes mellitus?
Aan welke waarde moet de bloedglucosespiegel bij een nuchter persoon minimaal voldoen om vast te stellen als diabetes mellitus?
Wat gebeurt er bij diabetes mellitus met betrekking tot glucose in de urine?
Wat gebeurt er bij diabetes mellitus met betrekking tot glucose in de urine?
Welke functie hebben epitheelcellen naast het vormen van een beschermende laag?
Welke functie hebben epitheelcellen naast het vormen van een beschermende laag?
Wat is de functie van focale adhesies?
Wat is de functie van focale adhesies?
Welke structuren binden hemidesmosomen aan intermediaire filamenten en collageen XVII?
Welke structuren binden hemidesmosomen aan intermediaire filamenten en collageen XVII?
Wat is een kenmerk van een exocriene pancreas?
Wat is een kenmerk van een exocriene pancreas?
Via welke structuur geeft de endocriene pancreas hormonen af?
Via welke structuur geeft de endocriene pancreas hormonen af?
Wat is de rol van negatieve feedback in homeostase?
Wat is de rol van negatieve feedback in homeostase?
Wat meet een feedforward-systeem?
Wat meet een feedforward-systeem?
Uit welk embryonaal derivaat ontstaat de pancreas?
Uit welk embryonaal derivaat ontstaat de pancreas?
Wat is een kenmerk van stadium 13 in de embryonale ontwikkeling van de pancreas?
Wat is een kenmerk van stadium 13 in de embryonale ontwikkeling van de pancreas?
Wat is het eindresultaat van de ureumcyclus?
Wat is het eindresultaat van de ureumcyclus?
Waar vinden de eerste twee stappen van de ureumcyclus plaats?
Waar vinden de eerste twee stappen van de ureumcyclus plaats?
Wat is de functie van transaminase bij de afbraak van aminozuren?
Wat is de functie van transaminase bij de afbraak van aminozuren?
In aanwezigheid van welke stof wordt het enzym carbamylfosfaat synthetase I actief?
In aanwezigheid van welke stof wordt het enzym carbamylfosfaat synthetase I actief?
Wat is het resultaat van bèta-oxidatie van vetzuren?
Wat is het resultaat van bèta-oxidatie van vetzuren?
Welke bewering is correct over ketonen?
Welke bewering is correct over ketonen?
Welke risicofactor wordt expliciet genoemd voor diabetes mellitus type 2?
Welke risicofactor wordt expliciet genoemd voor diabetes mellitus type 2?
Wat houdt de beschrijving 'metabool syndroom' in?
Wat houdt de beschrijving 'metabool syndroom' in?
Wat zijn mogelijke indicaties voor een glucosemeting?
Wat zijn mogelijke indicaties voor een glucosemeting?
Welke aanpak wordt aangeraden als eerste stap in de behandeling van diabetes mellitus type 2?
Welke aanpak wordt aangeraden als eerste stap in de behandeling van diabetes mellitus type 2?
Welk advies wordt gegeven aan patiënten met DM2 met overgewicht?
Welk advies wordt gegeven aan patiënten met DM2 met overgewicht?
Wat is de rol van insuline in gezonde personen met betrekking tot glucagonsecretie?
Wat is de rol van insuline in gezonde personen met betrekking tot glucagonsecretie?
Bij diabetes type 1 ontbreekt...
Bij diabetes type 1 ontbreekt...
Wat is een gevolg van insulineresistentie bij diabetes type 2?
Wat is een gevolg van insulineresistentie bij diabetes type 2?
Welk effect heeft diacylglycerol op insuline receptoren in een vette lever?
Welk effect heeft diacylglycerol op insuline receptoren in een vette lever?
Welke farmacologische interventie kan de insulinesecretie beïnvloeden?
Welke farmacologische interventie kan de insulinesecretie beïnvloeden?
Welke van de genoemde medicijnen werken op kaliumkanalen?
Welke van de genoemde medicijnen werken op kaliumkanalen?
Wat is het effect van GLP-1 (Glucagon-like peptide-1)?
Wat is het effect van GLP-1 (Glucagon-like peptide-1)?
Wat is een bijwerking van tiazolidineionen?
Wat is een bijwerking van tiazolidineionen?
Waarom worden Alpha-glucosidaseremmers maar beperkt ingezet?
Waarom worden Alpha-glucosidaseremmers maar beperkt ingezet?
Welke van de volgende beweringen over diabetes mellitus type 2 en insulineresistentie is NIET correct?
Welke van de volgende beweringen over diabetes mellitus type 2 en insulineresistentie is NIET correct?
Flashcards
Vetzuurafbraak
Vetzuurafbraak
Afbraak van vetzuren tot acetyl-CoA via β-oxidatie.
Ketogenese
Ketogenese
Ketonlichamen worden gevormd uit acetyl-CoA in de mitochondriën van hepatocyten.
Glucagon
Glucagon
Stimuleert glycogenolyse, gluconeogenese en lipolyse, maar inhibeert lever-glycolyse
Insuline
Insuline
Signup and view all the flashcards
Glycogenolyse
Glycogenolyse
Signup and view all the flashcards
Gluconeogenese
Gluconeogenese
Signup and view all the flashcards
Insuline afgifte
Insuline afgifte
Signup and view all the flashcards
Insuline vs. Glucagon
Insuline vs. Glucagon
Signup and view all the flashcards
Insuline werking
Insuline werking
Signup and view all the flashcards
GLUT-4
GLUT-4
Signup and view all the flashcards
Gezonde bloedsuikerspiegel
Gezonde bloedsuikerspiegel
Signup and view all the flashcards
Diabetes Mellitus
Diabetes Mellitus
Signup and view all the flashcards
Endocriene pancreas
Endocriene pancreas
Signup and view all the flashcards
Het werkpunt
Het werkpunt
Signup and view all the flashcards
Feedforward-systeem
Feedforward-systeem
Signup and view all the flashcards
Transaminase
Transaminase
Signup and view all the flashcards
Ketogenese
Ketogenese
Signup and view all the flashcards
Beta-oxidatie
Beta-oxidatie
Signup and view all the flashcards
Risicogroepe diabetes type 2
Risicogroepe diabetes type 2
Signup and view all the flashcards
Metabool syndroom
Metabool syndroom
Signup and view all the flashcards
Diabetes Mellitus type 2 behandelingen
Diabetes Mellitus type 2 behandelingen
Signup and view all the flashcards
Insuline
Insuline
Signup and view all the flashcards
Insuline werking
Insuline werking
Signup and view all the flashcards
Diabetes type 2
Diabetes type 2
Signup and view all the flashcards
Vetweefsel
Vetweefsel
Signup and view all the flashcards
PPAR-gamma receptoren
PPAR-gamma receptoren
Signup and view all the flashcards
SGLT-2 remmers
SGLT-2 remmers
Signup and view all the flashcards
Study Notes
Vetzuurafbraak
- Vetzuur wordt via B-oxidatie afgebroken tot acetyl-CoA
- Vetzuren transporteren via de cartinineshuttle het mitochondrium in
- De afbraak van vetzuur levert energie door NADH en FADH2
- Vetzuurafbraak vindt plaats in hepatocyten, skeletspiercellen en vetcellen
Ketogenese
- Ketonlichamen ontstaan uit acetyl-CoA en transformeren spontaan in CO2 en aceton
- Bij verbruik van NADH kan β-hydroxybutyraat gevormd worden tijdens ketogenese
- Ketogenese vindt uitsluitend plaats in de mitochondriën van hepatocyten
- Een overmatige ophoping van ketonlichamen in het bloed kan leiden tot ketoacidose, komt veelal voor bij slecht gereguleerde diabetes type 1
Regulatie door Glucagon
- Glucagon stimuleert glyconeogenolyse, gluconeogenese en lipolyse
- Glucagon remt leverglycolyse
Regulatie door Insuline
- Insuline stimuleert glycogeensynthese, vetzuursynthese, triglyceridesynthese en leverglycolyse
Hormonale Regulatie
- Energie komt normaliter uit glucose die we via voeding binnenkrijgen.
- Glycogenolyse treedt op wanneer de glucosespiegel dreigt te laag te worden
- Gluconeogenese wordt actief om de bloedglucosespiegel te stabiliseren tijdens de nacht, omdat de glycogeenvoorraad beperkt is
- Insuline, geproduceerd door bèta-cellen in de pancreas, wordt afgescheiden bij verhoogde bloedglucosespiegels na een maaltijd
- Insuline en glucagon zijn elkaars antagonisten en werken samen om het levermetabolisme te reguleren
Insuline Werking
- Insuline wordt aangemaakt in de pancreas als pro-insuline
- Pro-insuline wordt gesplitst in vrij insuline en een verbindend peptide, c-peptide
- Insuline en c-peptide worden ingekapseld in blaasjes in het endoplasmatisch reticulum en afgegeven bij hogere bloedglucoseconcentraties
- Insuline bindt aan de insulinereceptor buiten de cel en activeert de kinase-activiteit van de insulinereceptor binnen de cel, wat signaaltransductie stimuleert
- Proteïnekinase B wordt geactiveerd door insuline en activeert verschillende andere doelwiteiwitten
- Signaaltransductie zorgt ervoor dat blaasjes, gevuld met glucose-transporteiwitten (GLUT), samensmelten met het plasmamembraan, waardoor GLUT zich presenteert op het plasmamembraan en glucose de cel in kan
- GLUT-4 is insuline-afhankelijk en wordt na binding van insuline aan de insulinereceptor op het plasmamembraan gepresenteerd, waardoor glucose de cel kan instromen
- Insuline wordt uit het bloed verwijderd door endocytose van het insulinereceptorcomplex en afbraak van de blaasjesinhoud
Diabetes Mellitus type 1
- Onder normale omstandigheden wordt de bloedsuikerspiegel tussen 4 en 8 mmol/L gehouden door de werking van insuline en glucagon
- Diabetes mellitus is een aandoening waarbij het lichaam de bloedsuikerspiegel niet op een normaal niveau kan houden
- Diabetes mellitus wordt gediagnosticeerd wanneer de bloedglucosewaarde bij een nuchter persoon hoger is dan 7,0 mmol/l of hoger dan 11,0 mmol/l bij een niet-nuchter persoon
- Bij diabetes mellitus is er meer urinaire glucose, waardoor glucose via de urine wordt uitgescheiden als de nierdrempel van 10 mmol/l wordt overschreden
Overige informatie
- Epitheelcellen beschermen en reguleeren de doorlaatbaarheid via cel-celverbindingen: tight junctions, adherens junctions, desmosomen en gap junctions
- Focale adhesies: integrinen koppelen aan actine, betrokken bij celmigratie en mechanische signalering.
- Hemidesmosomen: a6beta4-integrine en collageen XVII koppelen aan intermediaire filamenten, zorgen voor structurele stabiliteit
- Homotypische bindingen zorgen voor weefselstabiliteit, heterotypische bindingen voor dynamische interacties met de omgeving.
- Epitheel kenmerken omvatten:
- Vorm van de apicale cellaag: plaveisel (squamous), kubisch (cubodial), cilindrisch (collumnar)
- Aantal cellagen: eenlagig (simple), tweelagig, meerlagig (stratified)
- Functionele specialisatie: verhoorning, slijmproductie, trilharen
- Exocriene pancreas kenmerken omvatten:
- sterk vertakte klieren, gerangschikt in acini
- afvoerbuizen komen uit in de ductus pancreaticus
- onderverdeeld in: sereuze klieren (pro-enzymen, niet-geglycosyleerde eiwitten) en muceuze klieren (slijm, sterk gegycosyleerde eiwitten).
- Endocriene pancreas geeft hormonen af via eilandjes van Langerhans
- Het werkpunt is het punt van dynamisch evenwicht in een regelkring
- Er zijn drie hoofdtypes diabetes: auto-immuun, monogenetisch , de leefstijl-gerelateerde diabetes
- Risicogroepen diabetes type 2 zijn mensen van 45jr of ouder met risicofactoren:
- BMI >27
- Centraal adipositas
- Familiegeschiedenis diabetes type 2
- Hypertensie
- Vetstofwisselingsstoornissen
- Hart- en vaatziekten
- Bepaalde etnische achtergronden
- Metabool syndroom is overkoepelende term voor afwijkingen in stofwisseling, verhoogde resistentie cellen voor insuline is hoofdoorzaak
- Symptomen voor glucosemeting:
- Polydipsie
- Polyurie
- Vermagering
- Terugkerende urineweginfecties
- Pruritus vulvae
- Balanitis
Mononeuropathie
- Stoornissen in gevoeligheid
- Behandeling diabetes mellitus type 2 : niet-medicamenteus en medicamenteus
- Niet-medicamenteuze behandeling:
- Beeldvorming patiënt bij DM2
- Voorlichting over DM
- Advies; afvallen BMI > 25
- Stoppen met roken
- Voldoende beweging
- Uit nieuwe studie blijkt dat, vermindering van energie inname met 10-20% adequate glucose regulering kan bereiken
- Roken en sedentaire leefstijl heeft verhoogde kans op diabetes type 2
- Gezonde voeding, voldoende bewegen, gewichtsbeheersing en stoppen met roken is zeer belangrijk
- Bij onvoldoende glucose regulering kunnen maatregelen getroffen worden, intensieve medicamenteuze therapie
Insuline Resistentie
- Insuline speelt rol bij handhaven streefwaarde van glucose in bloed
- Insulinespiegels fluctueren gedurende de dag, na maaltijd en tijdens de nacht
- Insuline heeft remmende werking op glucagonsecretie en glucoseopname en opslag in lever, spieren en vetweefsel.
- Gezonde personen:
- Hoog glucose stimuleert insulinesecretie en remt glucagonsecretie
- Laag glucose remt insulinesecretie en stimuleert glucagonsecretie
- Geen insulinesecretie bij diabetes type 1:
- Verhoogde bloedglucosespiegels
- Verhoogde glyconeogenese
- Verhoogde ketogenese
- Gluconeogenese
- Diabetes type 2 = insulineresistentie, wel insulineproductie maar organen minder gevoelig
- In de eerste fase compenseert de pancreas
Orale Antidiabetica
- Farmacologische interventies die kaliumkanalen blokkeren beïnvloeden de insulinesecretie
- Ssulfanylureumderivaten en meglitidines hebben invloed op kaliumkanalen
- Sulfanylureumderivaten activeren ssulfanylureum receptor op de kaliumkanalen, hierdoor sluiten ze en de cel depolariseert snel
Studying That Suits You
Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.