Trillingen en Golven

Choose a study mode

Play Quiz
Study Flashcards
Spaced Repetition
Chat to Lesson

Podcast

Play an AI-generated podcast conversation about this lesson

Questions and Answers

Wat is de eenheid van frequentie?

  • S
  • Mm
  • A
  • Hz (correct)

Een trilling kan geen negatieve uitwijking hebben.

False (B)

Wat is de relatie tussen trillingstijd (T) en frequentie (f)?

T = 1/f

De maximale uitwijking van een trilling wordt de ______ genoemd.

<p>amplitude</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende uitspraken over een harmonische trilling is waar?

<p>De uitwijking is een sinusfunctie van de tijd. (C)</p> Signup and view all the answers

Wat doet een oscilloscoop?

<p>Toont een u,t-diagram van een trilling</p> Signup and view all the answers

Koppel de relevante grootheid aan de juiste beschrijving:

<p>Frequentie = Aantal trillingen per seconde Amplitude = Maximale uitwijking Periode = De tijd voor één volledige trilling Fase = Relatieve positie in de trilling</p> Signup and view all the answers

A is de maximale uitwijking en is altijd negatief.

<p>False (B)</p> Signup and view all the answers

Wat is de maximale plaatsfunctie in een harmonische trilling?

<p>A (A)</p> Signup and view all the answers

De kracht in een harmonische trilling is altijd evenredig aan de uitwijking en is dezelfde richting als de uitwijking.

<p>False (B)</p> Signup and view all the answers

Welke functie beschrijft de snelheid in een harmonische trilling?

<p>cosinusfunctie</p> Signup and view all the answers

Bij een harmonische trilling met een krachtconstante C geldt: F(t) = -C * _____ (u(t)).

<p>u</p> Signup and view all the answers

Koppel de termen met hun juiste betekenissen:

<p>Amplitude = Maximale uitwijking Fase = Positie in een cyclus Frequentie = Aantal trillingen per tijdseenheid Periode = Tijd voor één volledige trilling</p> Signup and view all the answers

Op welke tijdstippen zijn de trillingen A en B in fase?

<p>t = 20 ms (C)</p> Signup and view all the answers

Het faseverschil tussen twee trillingen is altijd gelijk aan 0 ms wanneer ze in tegenfase zijn.

<p>False (B)</p> Signup and view all the answers

Wat gebeurt er met de uitwijking u wanneer de maximale snelheid Vmax wordt bereikt?

<p>u = 0</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende uitspraken over lopende longitudinale golven is juist?

<p>Deeltjes trillen in dezelfde richting als de voortplantingsrichting. (B)</p> Signup and view all the answers

Bij staande golven in snaarinstrumenten is de verhouding van frequenties 1:2:3.

<p>False (B)</p> Signup and view all the answers

Wat is de golfsnelheid (v) in relatie tot golflengte (λ) en frequentie (f)?

<p>v = λf</p> Signup and view all the answers

Bij blaasinstrumenten zijn knopen de plaatsen waar luchtdeeltjes _________ blijven.

<p>stil</p> Signup and view all the answers

Koppel de termen aan hun beschrijving:

<p>Frequentie = Aantal trillingen per seconde Golflengte = Afstand tussen twee verdichtingen Buik = Plaats van maximale trilling Knoop = Plaats van minimale trilling</p> Signup and view all the answers

Wat gebeurt er als de staaf wordt aangestoten bij A?

<p>Er ontstaat een verdichting die naar rechts beweegt. (C)</p> Signup and view all the answers

Alle windings van een spiraalveer blijven op hun gemiddelde plaats tijdens het trillen.

<p>True (A)</p> Signup and view all the answers

De golflengte (λ) is de afstand van ________ tot ________.

<p>verdichting, verdichting</p> Signup and view all the answers

Wat is de afstand tussen twee opeenvolgende verdichtingen bij een toon van 400 Hz?

<p>0,850 m (D)</p> Signup and view all the answers

Luchtdeeltje P beweegt van plaats naar plaats terwijl het geluidsgolf door P heengaat.

<p>False (B)</p> Signup and view all the answers

Wat is de golflengte λ van de antenne in de mobiele telefoon die werkt op een frequentie van 2,0 GHz?

<p>0,15 m</p> Signup and view all the answers

De maximale amplitude van geluidstrillingen in lucht is _____ .

<p>klein</p> Signup and view all the answers

Wat is een kenmerk van frequentie modulatie (FM)?

<p>Heeft grotere bandbreedte (D)</p> Signup and view all the answers

Koppel de volgende termen aan hun juiste beschrijving:

<p>Bandbreedte = Hoeveel ruimte aan frequenties die een signaal in beslag neemt Modulatie = Het proces van het 'verstoppen' van een bronsignaal Demodulator = Verwijdert bronsignaal van draaggolf Draaggolf = De basisfrequentie die gemoduleerd wordt</p> Signup and view all the answers

Radiogolven kunnen zich alleen in de atmosfeer voortplanten.

<p>False (B)</p> Signup and view all the answers

Wat is de formule voor het berekenen van de elektrische veldsterkte E rondom de antenne?

<p>E = (30.P.g/r)</p> Signup and view all the answers

Wat is de verhouding van de frequenties van de boventonen voor mogelijkheid 1?

<p>1:2:3:4:5 (B)</p> Signup and view all the answers

De temperatuur van de lucht in de trompet is ongeveer 20 °C.

<p>False (B)</p> Signup and view all the answers

Wat is de lengte van de trompetbuis na het aftrekken van de buikpositie?

<p>146 cm</p> Signup and view all the answers

De geluidssnelheid bij 30 °C is ongeveer ______ m/s.

<p>348,5</p> Signup and view all the answers

Koppel de modulatievormen aan hun beschrijvingen:

<p>A.M. = Amplitude modulatie waarbij het bronsignaal in de amplitude van de draaggolf wordt verstopt. F.M. = Frequentiemodulatie waarbij het bronsignaal in de frequentie van de draaggolf wordt verstopt.</p> Signup and view all the answers

Wat is de formule voor het berekenen van de eigenfrequenties van een luchtkolom?

<p>f = (v/λ) (B)</p> Signup and view all the answers

Bij een buis met twee open uiteinden liggen de buiken net binnen de open uiteinden.

<p>True (A)</p> Signup and view all the answers

Wat is de formule voor de lengte van de trompetbuis bij de eerste boventoon?

<p>l = 1λ</p> Signup and view all the answers

Wat is de relatie tussen de lengte van de buis (l) en de golflengte (λ) voor de eerste boventoon?

<p>l = 3/4 λ (C)</p> Signup and view all the answers

Bij het stemmen van een gitaarsnaar blijft de golfsnelheid (v) constant.

<p>False (B)</p> Signup and view all the answers

Wat gebeurt er met de frequentie van de grondtoon als de temperatuur van de lucht in een blaasinstrument stijgt?

<p>De frequentie van de grondtoon stijgt.</p> Signup and view all the answers

De grondtoon van een trompet kan _____ niet gespeeld worden.

<p>rechtstreeks</p> Signup and view all the answers

Koppel de frequenties aan hun overeenkomende natuurtonen voor een trompet.

<p>1e boventoon = 233 Hz 2e boventoon = 349 Hz 3e boventoon = 466 Hz 4e boventoon = 583 Hz</p> Signup and view all the answers

Welke eigenschap beschrijft het gedrag van het mondstuk en de kelk bij mogelijkheid 1 voor een trompet?

<p>Beide gedragen zich als een buik. (C)</p> Signup and view all the answers

De golflengte voor de grondtoon is gelijk aan λ/2 voor een trompet.

<p>False (B)</p> Signup and view all the answers

Welke formule geeft de algemene relatie tussen de lengte van een buis en de golflengte voor gesloten uiteinden?

<p>l = (2n-1)λ/4</p> Signup and view all the answers

Flashcards

Trilling

Een regelmatige, terugkerende beweging rond een evenwichtsstand.

Trillingstijd (T)

De tijd die nodig is voor één volledige trilling.

Frequentie (f)

Het aantal trillingen per seconde.

Amplitude (A)

De maximale uitwijking van de trilling ten opzichte van de evenwichtsstand.

Signup and view all the flashcards

Uitwijking (u)

De positie van een trillend object ten opzichte van de evenwichtsstand.

Signup and view all the flashcards

Harmonische trilling

Een trilling die wordt beschreven door een sinusfunctie.

Signup and view all the flashcards

Fase

De positie van een trillend object ten opzichte van een referentiepunt.

Signup and view all the flashcards

Faseverschil

Het verschil in fase tussen twee trillingen.

Signup and view all the flashcards

Plaatsfunctie (u(t)) tijdens harmonische trilling

De positie van een object tijdens een harmonische trilling als functie van de tijd. Een sinusfunctie beschrijft de beweging en u(t) = Asin(ωt) = Asin(2πft) waar A de amplitude is, ω de hoeksnelheid en f de frequentie.

Signup and view all the flashcards

Snelheid (v) tijdens harmonische trilling

De snelheid van een voorwerp tijdens een harmonische trilling is maximaal bij de evenwichtsstand en nul bij de maximale uitwijking. De v,t-grafiek is een cosinusfunctie. De maximale snelheid is Vmax = (2Ï€A/T).

Signup and view all the flashcards

Versnelling (a) tijdens harmonische trilling

De versnelling van een voorwerp tijdens een harmonische trilling is maximaal bij de maximale uitwijking en nul bij de evenwichtsstand. De a,t grafiek is een negatieve sinusfunctie.

Signup and view all the flashcards

Terugdrijvende kracht (F(t)) tijdens harmonische trilling

De terugdrijvende kracht die een trillend voorwerp naar de evenwichtsstand trekt. De grootte van de kracht is evenredig met en tegengesteld aan de uitwijking, gegeven door: F(t) = -C u(t).

Signup and view all the flashcards

Krachtconstante (C) bij harmonische trilling

De constante verhouding tussen de terugdrijvende kracht en de uitwijking tijdens een harmonische trilling. C geeft aan hoe sterk de kracht is voor een bepaalde uitwijking.

Signup and view all the flashcards

Faseverschil tussen twee trillingen

Het aantal trillingen dat een trilling meer heeft gemaakt dan een andere trilling op een bepaald moment. Bijvoorbeeld, als trilling A 2 volledige trillingen heeft voltooid en trilling B 3 volledige trillingen, dan is het faseverschil tussen A en B gelijk aan 1.

Signup and view all the flashcards

Transversale golf

Een golftpe waarbij de trillingsrichting van de deeltjes loodrecht staat op de voortplantingsrichting van de golf.

Signup and view all the flashcards

Longitudinale golf

Een golftpe waarbij de trillingsrichting van de deeltjes evenwijdig is aan de voortplantingsrichting van de golf.

Signup and view all the flashcards

Golflengte

De afstand tussen twee opeenvolgende verdichtingen of verdunningen in een longitudinale golf. De afstand tussen twee opeenvolgende toppen of dalen in een transversale golf.

Signup and view all the flashcards

Golfsnelheid

De snelheid waarmee een golf zich voortplant in een medium.

Signup and view all the flashcards

Frequentie

Het aantal golflengtes dat per seconde langs een punt passeert. Of, het aantal trillingen per seconde van een deeltje in een golf.

Signup and view all the flashcards

Staande golf

Een golfpatroon dat lijkt te staan, gevormd door de interferentie van twee tegengestelde lopende golven. De golf beweegt niet voort, maar heeft maxima (buiken) en minima (knopen).

Signup and view all the flashcards

Buik

Een punt in een staande golf waar de amplitudo van de trilling maximaal is. In een longitudinale golf is dit een verdichting of verdunning.

Signup and view all the flashcards

Knoop

Een punt in een staande golf waar de amplitudo van de trilling nul is. In een longitudinale golf is dit een punt waar de dichtheid gelijk is aan de normale dichtheid.

Signup and view all the flashcards

Grondtoon

De kleinste frequentie van een staande golf in een systeem. Bij een buis met een open en een dicht uiteinde is de lengte van deze golf 4 keer de lengte van de buis.

Signup and view all the flashcards

Boventoon

Een staande golf in een systeem waarbij de frequentie hoger is dan de grondtoon. Bij een buis met een open en een dicht uiteinde zijn de boventonen de tonen waarvan de golflengte 1/3, 1/5, 1/7 etc. van de lengte van de buis is.

Signup and view all the flashcards

Halve golflengte (λ/2)

De afstand tussen twee knopen in een staande golf. De lengte van een staande golf is altijd een veelvoud van deze halve golflengte, bijvoorbeeld 1/2 λ, 1λ, 3/2 λ, 2λ etc.

Signup and view all the flashcards

Geluidssnelheid (v)

De snelheid waarmee golven zich in een medium voortplanten. Deze snelheid hangt af van de eigenschappen van het medium, zoals de elasticiteit en de dichtheid.

Signup and view all the flashcards

Stemmen van een gitaarsnaar

De frequentie van de grondtoon van een instrument hangt af van de lengte, de spanning (F) en de massa per lengte-eenheid van de snaar. Een grotere spanning leidt tot een hogere frequentie.

Signup and view all the flashcards

Inspelen van een blaasinstrument

Het proces waarbij de temperatuur van een blaasinstrument, en daarmee de temperatuur van de lucht in het instrument, stijgt door het bespelen. Dit zorgt ervoor dat de geluidssnelheid toeneemt, waardoor de frequentie van de grondtoon stijgt.

Signup and view all the flashcards

Frequentie Modula­tie (FM)

Frequentie Modula­tie (FM) gebruikt het bronsignaal om de frequentie van de draaggolf te veranderen. Een hoger bronsignaal resulteert in een hogere frequentie van de draaggolf.

Signup and view all the flashcards

Golflengte (λ)

De golflengte (λ) van een golf is de afstand tussen twee opeenvolgende verdichtingen of verdunningen.

Signup and view all the flashcards

Snelheid geluid in lucht

De snelheid van geluid in lucht bedraagt ongeveer 340 m/s.

Signup and view all the flashcards

Lengte antenne

Een antenne die elektromagnetische golven uitzendt, heeft een lengte gelijk aan de golflengte van de golf.

Signup and view all the flashcards

Elektrische veldsterkte (E)

De sterkte van het elektrische veld (E) rondom een antenne wordt gegeven door de formule E = (30.P.g/r), waarbij P het vermogen is, g de antennekwaliteit en r de afstand.

Signup and view all the flashcards

Bandbreedte

Bandbreedte is de hoeveelheid aan frequentieruimte die een signaal in beslag neemt. Hoe groter de bandbreedte, hoe beter de kwaliteit van beeld/geluid.

Signup and view all the flashcards

AM vs FM bandbreedte

Amplitude modulatie (AM) heeft een kleinere bandbreedte dan frequentie modulatie (FM).

Signup and view all the flashcards

Antenne mobiele telefoon

De antenne van de mobiele telefoon dient als radiator voor de elektromagnetische golven die de telefoon uitzendt.

Signup and view all the flashcards

Verhouding van frequenties in een open buis

De verhouding tussen de frequenties van de grondtoon en de boventonen in een open buis (bijvoorbeeld een trompet) is altijd een verhouding van gehele getallen. Dit betekent dat de frequentie van de eerste boventoon twee keer zo hoog is als de frequentie van de grondtoon, de frequentie van de tweede boventoon drie keer zo hoog is, enzovoort.

Signup and view all the flashcards

Invloed van temperatuur op geluidssnelheidin een trompet

De temperatuur van de lucht beïnvloedt de geluidssnelheid. Hoe warmer de lucht, hoe sneller het geluid zich voortplant.

Signup and view all the flashcards

Lengte van de buis en toonhoogte

De lengte van een buis (of luchtkolom) voor een blaasinstrument beïnvloedt de frequentie van de gespeelde toon. Een kortere buis resulteert in een hogere frequentie (hogere toon).

Signup and view all the flashcards

Staande golven in een open buis

Staande golven in een blaasinstrument met twee open uiteinden (bijvoorbeeld een trompet) hebben buiken aan de open uiteinden en knopen in het midden.

Signup and view all the flashcards

Grondtoon en boventonen in een blaasinstrument

De grondtoon is de laagste frequentie die een blaasinstrument kan produceren. De boventonen zijn de hogere frequenties die ook kunnen worden geproduceerd door het instrument.

Signup and view all the flashcards

Relatie tussen frequentie, snelheid en golflengte

De frequentie van een toon wordt bepaald door de snelheid van het geluid en de golflengte van de geluidsgolf. Een hogere frequentie betekent een kortere golflengte.

Signup and view all the flashcards

Basisprincipes van Telecommunicatie

Telecommunicatie met elektromagnetische golven omvat het gebruik van een zendgedeelte, een medium en een ontvanggedeelte. De zender produceert radiogolven die het bronsignaal (de informatie) bevatten, die vervolgens via het medium naar de ontvanger worden verzonden.

Signup and view all the flashcards

Amplitude Modulatie (AM)

Amplitude Modulatie (AM) is een methode om een bronsignaal in een draaggolf te 'verstoppen' door de amplitude van de draaggolf te variëren overeenkomstig het bronsignaal.

Signup and view all the flashcards

Study Notes

Trillingen en golven

  • Trillingen zijn periodieke bewegingen om een evenwichtsstand.
  • Kenmerken van een trilling: regelmatige beweging, evenwichtsstand.
  • Relevante grootheden: frequentie (Hz), trillingstijd (T), amplitude (A).
  • Amplitude is de maximale uitwijking van de trilling.
  • Uitwijking (u) kan positief of negatief zijn.
  • Trillingen kunnen geregistreerd worden via u,t-diagrammen.
  • Instrumenten om trillingen te registreren: beroete plaat, oscilloscoop, computergestuurde apparaten.

Trilling

  • De frequentie (f) is het aantal trillingen per seconde.
  • De trillingstijd (T) is de tijd die nodig is voor één trilling.
  • De relatie tussen frequentie en trillingstijd is: T = 1/f.
  • Amplitude (A) is de maximale afwijking (uitwijking) van de evenwichtsstand.
  • De fase is het aantal trillingen dat een voorwerp heeft uitgevoerd.
  • Faseverschil tussen twee trillingen: aantal extra trillingen in de ene trilling t.o.v. de andere.
  • Harmonische trillingen hebben een uitwijking die een sinusfunctie is van de tijd.

Resonantie

  • Resonantie is het fenomeen dat een voorwerp in trilling gaat als de frequentie van een externe kracht overeenkomt met de eigenfrequenties van het voorwerp.
  • Een voorbeeld van resonantie is een schommel die steeds aangeduwd wordt; de amplitude van de schommel neemt dan toe.

Loopgolven / Transversale golven

  • Loopgolven zijn golven die zich voortplanten door een medium.
  • Transversale golven zijn golven waarbij de deeltjes trillen loodrecht op de voortplantingsrichting van de golf.
  • Voorbeelden van transversale golven zijn golven op een koord, snaren en golven op wateroppervlakken.

Loopgolven / Longitudinale golven

  • Longitudinale golven zijn golven waarbij de deeltjes trillen in dezelfde richting als de voortplantingsrichting van de golf.
  • Geluidsgolven zijn een voorbeeld van longitudinale golven.

Staande golven

  • Staande golven zijn golven die ontstaan door de interferentie van een heenlopende en een teruglopende golf, die elkaar versterken of verzwakken.
  • Komen voor bij snaarinstrumenten (snaren) en blaasinstrumenten (luchtkolommen).
  • Karakteristiek: knooppunten (geen beweging) en buiken (maximale beweging).
  • Regel: op de maximale uitwijkingen of buiken is de uitwijking 0, bij de knopen.
  • Kenmerken van snaarinstrumenten: grondtoon, boventonen.

Elektromagnetische golven

  • Elektromagnetische golven bestaan uit trillende elektrische en magnetische velden.
  • Voorbeelden: licht, radiogolven etc.
  • Elektromagnetische golven reizen met de lichtsnelheid.

Modulatie

  • Modulatie is het proces waarbij een signaal (zoals geluid) wordt overgedragen via een draaggolf.
  • Twee soorten: Amplitude Modulatie (AM) en Frequentie Modulatie (FM).
  • AM: de amplitude van de draaggolf verandert overeenkomstig het bronsignaal.
  • FM: de frequentie van de draaggolf verandert overeenkomstig het bronsignaal.

Studying That Suits You

Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.

Quiz Team

Related Documents

More Like This

Use Quizgecko on...
Browser
Browser