Samenvatting Publiek Management

Choose a study mode

Play Quiz
Study Flashcards
Spaced Repetition
Chat to Lesson

Podcast

Play an AI-generated podcast conversation about this lesson
Download our mobile app to listen on the go
Get App

Questions and Answers

Wat was de belangrijkste impact van de industrialisering op de manier waarop organisaties werden ingericht?

  • Een toename van thuiswerk en flexibele werkuren.
  • Een terugkeer naar traditionele organisatievormen en hiërarchieën.
  • Een verschuiving van ambachtelijke productie naar fabrieken en massaproductie. (correct)
  • Een afname van de vraag naar geschoolde arbeidskrachten.

Wat was het belangrijkste doel van Frederick Taylor's 'Scientific Management'?

  • Het creëren van een betere werkomgeving voor arbeiders.
  • Het vinden van de best mogelijke manier om organisaties te organiseren voor maximale efficiëntie. (correct)
  • Het bevorderen van innovatie en creativiteit binnen organisaties.
  • Het verhogen van de betrokkenheid van medewerkers bij het besluitvormingsproces.

Wat was het belangrijkste kenmerk van Adam Smith's observatie van de speldenfabriek?

  • De complexiteit van het speldenmaakproces.
  • De slechte arbeidsomstandigheden in de fabriek.
  • Het gebruik van geavanceerde technologie in de productie.
  • De toegenomen productiviteit door taakverdeling. (correct)

Welke van de volgende is NIET een principe van 'Scientific Management' zoals beschreven door Frederick Taylor?

<p>Het creëren van een flexibele en dynamische organisatiestructuur die snel kan reageren op veranderingen. (C)</p> Signup and view all the answers

Wat was de belangrijkste rol die Frederick Taylor speelde in de ontwikkeling van 'Shop Management'?

<p>Hij introduceerde nieuwe managementsystemen om de efficiency van de werkvloer te optimaliseren. (B)</p> Signup and view all the answers

Wat was een belangrijke factor die leidde tot de invoering van het Statuut Camu in België?

<p>Een groot aantal rapporten en aanbevelingen van commissies die pleitten voor een efficiëntere administratie. (B)</p> Signup and view all the answers

Welk aspect van het Statuut Camu is het meest overeenkomstig met de hervormingen die in de 'Northcote-Trevelyan Report' werden voorgesteld?

<p>De introductie van een systeem van examens voor de selectie van ambtenaren. (A)</p> Signup and view all the answers

Welke uitspraak over het Statuut Camu is correct?

<p>Het Statuut Camu introduceerde een nieuw, modern systeem dat tot de jaren '90 ongewijzigd bleef. (B)</p> Signup and view all the answers

Welke van onderstaande is NIET een consequentie van de invoering van het Statuut Camu?

<p>Een toename van de motivatie en het aantal ambtenaren. (D)</p> Signup and view all the answers

Wat was het primaire doel van de Commissie Halleux, die een belangrijke rol speelde in de aanloop naar het Statuut Camu?

<p>Het identificeren van problemen in de administratie en het doen van aanbevelingen voor verbeteringen en herstructurering. (B)</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende keuzes is GEEN factor die bijdroeg aan de introductie van het Statuut Camu?

<p>De wens om de macht van de ambtenaren te verminderen en ze meer verantwoordelijkheid te geven. (D)</p> Signup and view all the answers

Welke invloed had het Statuut Camu op de verhouding tussen politiek en administratie?

<p>Het versterkte de scheiding tussen politiek en administratie, waardoor ambtenaren onafhankelijker konden werken. (A)</p> Signup and view all the answers

Welk aspect van het Statuut Camu is NIET direct verwant aan de ideeën van 'Science of Administration'?

<p>De oprichting van een 'Cité administrative' om de werkomstandigheden van ambtenaren te verbeteren. (D)</p> Signup and view all the answers

Wat is een gevolg van meer competitie binnen de overheid?

<p>Kostenverlaging (A)</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende elementen heeft betrekking op de groep innovaties 'Managers en overheidspersoneel'?

<p>Pay for performance (A)</p> Signup and view all the answers

Wat wordt bedoeld met 'managerialism' in de context van overheidspersoneel?

<p>Het managen wordt een verworven vaardigheid (C)</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende beschrijvingen geldt voor prestatiemeting in de overheid?

<p>Verantwoording op basis van cijfergegevens (A)</p> Signup and view all the answers

Wat is een belangrijke verandering ten opzichte van de traditionele rol van de burger in de overheid?

<p>De burger is nu een klant (A)</p> Signup and view all the answers

Wat is een kenmerk van 'afbouw monopolie' binnen de innovaties in de overheid?

<p>Introductie van concurrentie (A)</p> Signup and view all the answers

Wat houdt 'upskilling' in binnen het kader van overheidspersoneel?

<p>Verbetering van vaardigheden van bestaande ambtenaren (C)</p> Signup and view all the answers

Welke factor staat centraal in de groep innovaties 'Klantgerichtheid'?

<p>Directe controle door burgers op de overheid (D)</p> Signup and view all the answers

Wat zijn de vier groepen innovaties die in de content worden beschreven?

<p>Managers, overheidspersoneel, prestatiemeting, klantgerichtheid (B)</p> Signup and view all the answers

Wat is een kenmerk van een professionele bureaucratie?

<p>Strikte processen en procedures (A)</p> Signup and view all the answers

Welke organisatieconfiguratie biedt de meeste autonomie aan medewerkers?

<p>Adhocratie (D)</p> Signup and view all the answers

Wat houdt decentralisatie in binnen een organisatie?

<p>Besluitvorming wordt naar lagere niveaus binnen de organisatie verschoven (D)</p> Signup and view all the answers

Wat is volgens Mintzberg een essentieel onderdeel van coördinatie binnen organisaties?

<p>Direct toezicht (C)</p> Signup and view all the answers

Wat is een belangrijke trekkracht in organisatieconfiguraties?

<p>Technologische innovatie (C)</p> Signup and view all the answers

Wat beschrijft een eenvoudige structuur het best?

<p>Een platte organisatiestructuur met weinig niveaus (D)</p> Signup and view all the answers

Wat zijn de kenmerken van klantgerichtheid in organisaties?

<p>Actieve betrokkenheid bij klantbehoeften en -verwachtingen (A)</p> Signup and view all the answers

Welke spanningen kunnen ontstaan binnen organisaties?

<p>Concurrentie tussen afdelingen voor middelen (A)</p> Signup and view all the answers

Wat is een voorbeeld van performance measurement binnen organisaties?

<p>Klanttevredenheidsonderzoek (D)</p> Signup and view all the answers

Welke organisatieconfiguratie wordt geassocieerd met de 'Technostructuur' in Mintzbergs configuratiemodel?

<p>Machinebureaucratie (B)</p> Signup and view all the answers

Welke van de vijf onderdelen van Mintzbergs configuratiemodel heeft de neiging om minder hiërarchie en meer ad hoc samenwerking te willen?

<p>Ondersteunende diensten (A)</p> Signup and view all the answers

Welke spanning wordt er beschreven in de context van Mintzbergs configuratiemodel?

<p>Integratie – differentiatie (B)</p> Signup and view all the answers

Wat is een mogelijke reden waarom het moeilijk is om een definitief beeld te krijgen van de huidige stand van zaken binnen een organisatie?

<p>De verschillende onderdelen van de organisatie hebben verschillende belangen en doelen. (C)</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende situaties is een voorbeeld van de spanning tussen integratie en differentiatie?

<p>Een marketingteam dat moet samenwerken met een salesteam om een nieuwe productlancering te promoten. (C)</p> Signup and view all the answers

Wat is de reden dat ambtenaren niet goed functioneren in een marktomgeving?

<p>Er is geen vraag- en aanbodwerking. (A)</p> Signup and view all the answers

Wat beschrijft het principal-agent probleem het beste?

<p>De uitvoerder streeft zijn eigen belangen na en niet die van de besluitvormer. (D)</p> Signup and view all the answers

Wat is een gevolg van informatie-asymmetrie tussen de principal en agent?

<p>De agent kan voordelen behalen die de principal niet kent. (A)</p> Signup and view all the answers

Waarom geven ambtenaren de voorkeur aan kleinere organisaties volgens bureau shaping?

<p>Ze hebben meer vrijheid en minder nadruk op productie. (D)</p> Signup and view all the answers

Welk van de volgende stellingen is waar over ambtenaren en privatiseringen?

<p>Er was weinig weerstand tegen privatiseringen onder ambtenaren. (B)</p> Signup and view all the answers

Wat is een manier om het principal-agent probleem aan te pakken?

<p>Transparantie in de communicatie tussen de principal en agent bevorderen. (A)</p> Signup and view all the answers

Wat is een kenmerk van bureau shaping?

<p>Het creëren van bureaucratische diensten binnen een ambtelijk apparaat. (B)</p> Signup and view all the answers

Wat kan een mogelijk probleem zijn bij het monitoren van agenten?

<p>Monitoring is duur en tijdrovend. (C)</p> Signup and view all the answers

Flashcards

Industrialisering

De transformatie van productiemethodes in de 18e eeuw, waarbij handwerk en thuiswerk werden vervangen door fabrieken en mechanisatie.

An Inquiry into the Nature and Causes of the Wealth of Nations

Een boek van Adam Smith uit 1776 waarin hij de opkomst van fabrieken en de voordelen van taakverdeling beschrijft.

Taakverdeling

Het principe van het opsplitsen van taken in kleinere, gespecialiseerde taken. Dit resulteert in efficiënter werken en snellere opleiding van werknemers.

Scientific Management

De toepassing van wetenschappelijke principes om de efficiëntie in organisaties te verhogen.

Signup and view all the flashcards

Frederick Taylor

Een belangrijk figuur in het vroege scientific management, bekend om zijn werk bij Midvale Steel Company en zijn boek 'The Principles of Scientific Management'.

Signup and view all the flashcards

Machinebureaucratie

Een organisatiestructuur die gekenmerkt wordt door een sterke focus op standaardisatie en centralisatie. Dit is vaak te vinden in organisaties met een sterke technostructuur.

Signup and view all the flashcards

Professionele bureaucratie

Een organisatie waarin de uitvoerende kern een hoge mate van professionele autonomie heeft. Dit type structuur is typisch voor organisaties met veel professionals die expert zijn in hun vakgebied.

Signup and view all the flashcards

Adhocratie

Een organisatiestructuur die gebaseerd is op een sterke decentralisatie en flexibiliteit. Deze structuur is vaak te vinden in organisaties die zich aanpassen aan snel veranderende omgevingen.

Signup and view all the flashcards

Integratiedifferentiatiespanning

Spanning die ontstaat wanneer een organisatie probeert te specialiseren (differentiatie) en tegelijkertijd samen te werken (integratie) voor een gemeenschappelijk doel.

Signup and view all the flashcards

Locus van Controle & Organisatiestructuur

De locus van controle, de plaats waar de macht in een organisatie ligt, bepaalt vaak de organisatiestructuur.

Signup and view all the flashcards

Marktomgeving voor ambtenaren

Ambtenaren werken in een systeem zonder marktwerking, wat betekent dat vraag, prijs en de beste werkwijze moeilijk te bepalen zijn. Dit leidt tot een gebrek aan informatie.

Signup and view all the flashcards

Informatie-asymmetrie

Er is een onevenwichtige toegang tot informatie tussen degene die een taak uitbesteedt (de principaal) en degene die de taak uitvoert (de agent). De agent heeft vaak meer kennis over de taak dan de principaal.

Signup and view all the flashcards

Bureau Shaping

Bureau Shaping is een strategie waarbij ambtenaren hun eigen kleine, zelfstandige eenheid binnen de overheid creëren. Ze streven niet naar maximale budgetten, maar naar autonomie en controle over hun werk.

Signup and view all the flashcards

Principaal

De persoon of groep die een taak uitbesteedt aan een agent.

Signup and view all the flashcards

Agent

De persoon of groep die door de principaal is aangesteld om een taak uit te voeren.

Signup and view all the flashcards

Informatievoordeel van de agent

De situatie waarin de agent meer informatie heeft dan de principaal, waardoor het moeilijk is te controleren of de agent handelt in het belang van de principaal.

Signup and view all the flashcards

Incentives

Het gebruik van stimulansen om het gedrag van de agent te beïnvloeden en ervoor te zorgen dat hij in het belang van de principaal handelt.

Signup and view all the flashcards

Afstemming van belangen

Het streven naar een overeenkomst tussen de belangen en motieven van de principaal en de agent, en het omgaan met de informatie-asymmetrie.

Signup and view all the flashcards

Contracten beperkt in tijd

Het gebruik van contracten met een beperkte tijd, waardoor er meer concurrentie ontstaat en de kosten kunnen worden verlaagd.

Signup and view all the flashcards

Meer flexibiliteit en managementstijlen uit de private sector

De overname van flexibele werkmethoden en managementstijlen uit de private sector. Dit bevordert innovatie en efficiëntie in de overheid.

Signup and view all the flashcards

Uitbesteding

De overheid besteedt taken uit aan private bedrijven, die via concurrentie tot lagere kosten kunnen leiden.

Signup and view all the flashcards

Contractualisering van de arbeidsrelatie

Het in dienst nemen van managers en overheidspersoneel via contracten met een beperkte tijd. Dit bevordert flexibiliteit en concurrentie.

Signup and view all the flashcards

Prestatiemeting

Het gebruik van indicatoren en targets om prestaties meetbaar te maken. Dit zorgt voor verantwoording en transparantie in de overheid.

Signup and view all the flashcards

Klantgerichtheid

De overheid is klantgericht en focust op de behoeften van burgers. Dit bevordert directe controle en verantwoording.

Signup and view all the flashcards

Upskilling

Een belangrijke innovatie die de overheid kan gebruiken om efficiëntie te verhogen. Het gaat erom dat managers en overheidspersoneel worden gerecruteerd op basis van hun vaardigheden en niet langer op basis van een brede rekrutering.

Signup and view all the flashcards

Deregulering van aanwerving en loopbaan

Het verminderen van regels en voorschriften die de aanwerving en loopbaanontwikkeling in de overheid belemmeren. Dit bevordert flexibiliteit en efficiëntie.

Signup and view all the flashcards

Eenvoudige structuur

Een organisatiestructuur die wordt gekenmerkt door een eenvoudige hiërarchie, weinig afdelingen en een directe controle door de topmanager. Deze vorm is geschikt voor kleine, jonge bedrijven met een beperkt aantal medewerkers.

Signup and view all the flashcards

Organisatiestructuur

De formele structuur van een organisatie die de verantwoordelijkheden, bevoegdheden en relaties tussen verschillende afdelingen beschrijft.

Signup and view all the flashcards

Organisatieontwerp

De manier waarop organisaties de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van verschillende afdelingen coördineren en de uitvoering van taken controleren.

Signup and view all the flashcards

Specialisatie

Een van de vijf coördinatiemechanismen van Mintzberg. Dit mechanisme reageert op de complexiteit van een organisatie door taken op te delen en specialisten aan te nemen die deze taken uitvoeren.

Signup and view all the flashcards

Standaardisatie van processen

Een van de vijf coördinatiemechanismen van Mintzberg. Dit mechanisme richt zich op het managen van de relaties tussen verschillende afdelingen en het creëren van een uniforme richting voor de organisatie.

Signup and view all the flashcards

Divisiestructuur

Een organisatieconfiguratie die wordt gekenmerkt door het opdelen in divisies of productgroepen, met elk een eigen beheerstructuur. Deze vorm is geschikt voor bedrijven met diverse productlijnen of geografische markten.

Signup and view all the flashcards

Missionaire organisatie

Een organisatieconfiguratie die wordt gekenmerkt door een sterke focus op missie, waarden en idealen. Deze vorm is geschikt voor organisaties die zich richten op maatschappelijke doelen, zoals non-profitorganisaties of religieuze groeperingen.

Signup and view all the flashcards

Northcote-Trevelyan Rapport (1854)

Een belangrijke rapport uit 1854 dat de basis legde voor de Britse civil service. Het introduceerde aanwerving op basis van examens, opleiding voor jonge ambtenaren en onafhankelijke salarissen en pensioenen, waardoor vriendjespolitiek werd vervangen.

Signup and view all the flashcards

Pendleton Civil Service Act (1883)

Een wet uit 1883 in de Verenigde Staten die een onpersoonlijk systeem voor het aanwerven van ambtenaren introduceerde. Dit was een reactie op de moord op president Garfield, die was vermoord door een teleurgestelde ambtsaanvrager.

Signup and view all the flashcards

Statuut Camu (1937)

Een reeks hervormingen die de basis legden voor de moderne Belgische administratie. Deze hervormingen beoogden een meer professionele en onafhankelijke ambtenarij te creëren, geïnspireerd door de Britse civil service.

Signup and view all the flashcards

Politics-administration dichotomy

Het principe dat administratie en politiek gescheiden moeten blijven in het bestuur van een land. Dit leidde tot een focus op de administratieve kant van de overheid en de ontwikkeling van een 'wetenschap van bestuur'.

Signup and view all the flashcards

Science of Administration

De gedachte dat wetenschappelijke methodes kunnen worden gebruikt om efficiënte en effectieve organisaties te creëren, met name binnen de overheid.

Signup and view all the flashcards

Centralisering in de administratie

Een sterke focus op centralisering binnen de overheid, waarbij de top van de administratie de meeste macht heeft. Deze benadering legde meer nadruk op structuren en regels dan op beslissingen en processen.

Signup and view all the flashcards

Legalisme en prescriptiviteit

Een sterke nadruk op regels en wetten binnen de overheid, met een focus op het naleven van procedures. Dit leidde tot een bureaucratische en rigide manier van werken.

Signup and view all the flashcards

Engagement voor democratie en het algemeen belang

Een belangrijke waarde die tijdens de periode van de moderne administratie werd benadrukt. Het principe van het algemeen belang betekende dat de overheid verantwoordelijk was voor het behartigen van de belangen van alle burgers.

Signup and view all the flashcards

Study Notes

Samenvatting Publiek Management (S0A56a)

  • Stuvia is een website waar studenten samenvattingen, notities en ander studiemateriaal kunnen kopen en verkopen.
  • De website biedt materiaal voor alle toetsen, examens en cursussen.
  • Het document bespreekt lesstof over Publiek Management.

Inleiding

  • Cursusopbouw, leermateriaal en evaluatie zijn onderwerpen van de inleiding.

Les 1: Scientific Management en Science of Administration, en de tegenbeweging

  • Scientific Management: Frederick Taylor beschreef manieren om organisaties effectief te organiseren door processen te standaardiseren.
  • Principes: Taaksplitsing, specialisatie, wetenschappelijke aanpak van productie, en training van arbeiders, en scheiding van denken en doen.
  • Kritiek: Mechaniseerde en maakte de mens tot machine.
  • Ontstaan van 'Human Relations'-benadering als reactie op deze ideeën.
  • Science of Administration:Henri Fayol introduceerde een bredere managementtheorie met aandacht voor de hele organisatie en niet alleen voor de individuele taken.
  • Principes: Arbeidsverdeling, efficiëntie, eenheid van bevel, hiërarchie, etc..
  • Human Relations-benadering: Hawthorne experimenten onderzochten effecten van sociale factoren op productiviteit, en wezen een nieuwe manier van kijken naar organisaties.
  • Formele en informele organisatie: belang van menselijke factoren binnen de organisatie.

Les 2: Het Weberiaans Bureaucratiemodel

  • Achtergrond: Ontstaan van de moderne staat, verdwijnen van het feodale systeem en centralisatie leidden tot bureaucratie.
  • Max Weber: Introduceerde het concept van bureaucratie op basis van algemene kenmerken.
  • Principes: Vaste taken, bureaucratische hiërarchie, regels en procedures.
  • Voordelen: Gelijkheid, voorspelbaarheid en expertise.
  • Nadelen: Overbelasting van de top, bureaucratie, verstarring.

Les 3: Nieuw Publiek Management

  • Achtergrond: Groei van de overheid, inefficiëntie in de administratie.
  • Nieuwe problemen: Problemen met implementatie, ambtenaren en politici met verschillende belangen, informatie tekorten, inefficiëntie.
  • Theorieën en analyse: Analyse van de agent-principaal problemen.
  • Oplossingen: Marktmechanismen, (quasi-)markten, en kleinere overheid.

Les 4: Management van Organisatiestructuur en Organisatiedesign

  • Eenvoudige structuur: Korte besluitvormingslijnen en weinig complexiteit.
  • Machinebureaucratie: Rekening houdt met de uitvoering van routinetaken via sterke taak- en processpecificaties.
  • Professionele bureaucratie: Gecentraliseerde structuur, op basis van expertise en professionaliteit.
  • Divisiestructuur: Grondige differentiatie tussen de divisies.
  • Adhocratie: Flexibiliteit, weinig formalisering en geen standaardiseren.

Les 5: Management van personen en organisatiecultuur

  • Ambtenaren tellen: Informatie over de grote groep ambtenaren (federaal, gemeenschappen, gewesten)
  • Statuut: Behandeling, rechten, arbeidsomstandigheden (statutair en contractueel)
  • Leeftijdspiramide: Verdeling van ambtenaren en contractanten.
  • HRM: Personeelsmanagement dat de medewerkers als bron van de organisatie ziet.
  • Talentmanagement: Visie dat elke medewerker talenten heeft.

Les 6: Management van strategie en financiën (Beleidscyclus)

  • Strategie: "Theorieën over hoe te concurreren. Strategie is een focusplan om doelen en capaciteiten op te lijnen.”
  • Strategisch management: Proces van formulering en implementering van strategieën.
  • PESTEL-analyse: Een instrument om de omgeving van de organisatie te analyseren.
  • SWOT-matrix: Identificatie van kwaliteiten, zwakten, kansen en bedreigingen binnen een organisatie.
  • Beleidscyclus: Proces van begroting, boekhouding en audit.
  • Begrotingen: Verschillende soorten begrotingen: middelen, activiteiten, en prestaties.

Les 7: Gastcollege - Departement Kanselarij en Buitenlandse Zaken

  • Wie ben ik?: Introductie van de gastspreker. Het Departement Kanselarij en Buitenlandse Zaken (DKBUZA) van de Vlaamse overheid
  • Wat doet DKBUZA?: Relevante functies en rollen binnen de Kanselarij
  • Vlamingen in de Wereld: Vlaamse buitenlandse relaties en diplomatie
  • Waarom Buitenlands Beleid?: Hoe het ministerie betrokken is bij belangrijke globale kwesties
  • Juridisch kader: Verantwoordelijk voor wettelijke aspecten

Les 8: Street-Level Bureaucrats

  • Definitie: Werknemers die in rechtstreeks contact staan met burgers, hebben beoordelingsvrijheid bij de uitvoering van hun werk.
  • Discretie: Oefening van persoonlijke beoordelingsvrijheid bij de handeling.
  • Werkomstandigheden: Gebrek aan middelen, vage doelen en relatie met cliënten.
  • Conclusie: De manier waarop beleid gemaakt en geïmplementeerd wordt binnen de publieke sector

Les 9: Management van Netwerken

  • Netwerkverschijnselen: Organisaties werken samen in netwerken.
  • Sociale netwerken: Delen van kennis, middelen, expertise en activiteiten om gedeelde doelen te bereiken.
  • Soorten netwerken: Zelfregulerend, leiderschapsnetwerken en administratief netwerken.
  • Legitimiteit van netwerken: De wettigheid en acceptatie van de acties binnen het netwerk.

Examen

  • Type examenvragen: Kennis-, actualiteits-, toetsings- en stellingvragen.
  • Voorbeeldexamen: Beschikbaar op Toledo.

Studying That Suits You

Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.

Quiz Team

Related Documents

More Like This

Modernization of Public Management in Peru
10 questions
Public Management Functions
38 questions
New Public Management (NPM) Quiz
8 questions
Use Quizgecko on...
Browser
Browser