Podcast
Questions and Answers
De oudste afbeeldingen zijn objecten die door natuurlijke processen al een opmerkelijke, herkenbare ______ hadden gekregen.
De oudste afbeeldingen zijn objecten die door natuurlijke processen al een opmerkelijke, herkenbare ______ hadden gekregen.
vorm
De neiging om overal gedaanten te herkennen heet ______.
De neiging om overal gedaanten te herkennen heet ______.
pareidolie
De kei van Makapansgat is een onbewerkte kei die toevallig de vorm van een ______ heeft.
De kei van Makapansgat is een onbewerkte kei die toevallig de vorm van een ______ heeft.
gezicht
De figurine van Berekhat Ram toont een verder bewerkte steen die de vorm van een ______ heeft.
De figurine van Berekhat Ram toont een verder bewerkte steen die de vorm van een ______ heeft.
De datering van de kei van Makapansgat is ongeveer ______ jaar oud.
De datering van de kei van Makapansgat is ongeveer ______ jaar oud.
De term cultuur komt van het Latijnse ______ en betekent ‘bebouwing’, ‘bewerking’ of ‘verering’.
De term cultuur komt van het Latijnse ______ en betekent ‘bebouwing’, ‘bewerking’ of ‘verering’.
Kunst is een middel waarmee het menselijk wezen de wereld ______.
Kunst is een middel waarmee het menselijk wezen de wereld ______.
Een ______ is een opzettelijk door de mens vervaardigd gebruiksvoorwerp.
Een ______ is een opzettelijk door de mens vervaardigd gebruiksvoorwerp.
Het modern concept van ‘kunst’ is ontstaan in de ______ eeuw.
Het modern concept van ‘kunst’ is ontstaan in de ______ eeuw.
Kunst uit oudere culturen hing vaak samen met ______, religie en het dagelijks leven.
Kunst uit oudere culturen hing vaak samen met ______, religie en het dagelijks leven.
Het paleolithicum is de vroegste periode die begon met het gebruik van ______ door de mens.
Het paleolithicum is de vroegste periode die begon met het gebruik van ______ door de mens.
De laatste ijstijd markeert het einde van het ______.
De laatste ijstijd markeert het einde van het ______.
In het Laat-Paleolithicum dateren de eerste kunstvoorwerpen van ongeveer ______ jaar geleden.
In het Laat-Paleolithicum dateren de eerste kunstvoorwerpen van ongeveer ______ jaar geleden.
Het maken van kunst is typerend voor de mens als wezen en onderscheidt ons van andere ______.
Het maken van kunst is typerend voor de mens als wezen en onderscheidt ons van andere ______.
Een belangrijke stelling is dat geen enkel ander dier het ______ van de mens heeft.
Een belangrijke stelling is dat geen enkel ander dier het ______ van de mens heeft.
Dieren interpreteren hun leefwereld steeds op min of meer dezelfde manier, waarbij ze afgaan op ______.
Dieren interpreteren hun leefwereld steeds op min of meer dezelfde manier, waarbij ze afgaan op ______.
De mens representeert en ______ die wereld dan ook, zowel in woorden als in beelden.
De mens representeert en ______ die wereld dan ook, zowel in woorden als in beelden.
De mens kan zich ook dingen voorstellen die er (in het hier en nu) niet zijn: het ______, de mogelijkheden van de toekomst, of zelfs volledig onbestaande zaken.
De mens kan zich ook dingen voorstellen die er (in het hier en nu) niet zijn: het ______, de mogelijkheden van de toekomst, of zelfs volledig onbestaande zaken.
Door sommige denkers is de mens dan ook wel eens het animal ______ genoemd.
Door sommige denkers is de mens dan ook wel eens het animal ______ genoemd.
De mens kan steeds nieuwe vormen ______ en betekenissen koppelen aan wat hij of zij maakt.
De mens kan steeds nieuwe vormen ______ en betekenissen koppelen aan wat hij of zij maakt.
Doorheen de eeuwen heeft die creatieve ______ van het menselijk wezen allerlei vormen aangenomen.
Doorheen de eeuwen heeft die creatieve ______ van het menselijk wezen allerlei vormen aangenomen.
Het Mesolithicum wordt ook wel de '______' genoemd.
Het Mesolithicum wordt ook wel de '______' genoemd.
In het Neolithicum beginnen mensen zich te vestigen als '______'.
In het Neolithicum beginnen mensen zich te vestigen als '______'.
De oudste sporen van begraving tonen aan dat mensen een '______' konden ontwikkelen.
De oudste sporen van begraving tonen aan dat mensen een '______' konden ontwikkelen.
De doden werden vaak met '______' bestrooid tijdens begrafenissen.
De doden werden vaak met '______' bestrooid tijdens begrafenissen.
De oudste begravingen dateren uit de tijd van de '______'.
De oudste begravingen dateren uit de tijd van de '______'.
Grafgiften uit het Laat-Paleolithicum wijzen op mogelijke '______'.
Grafgiften uit het Laat-Paleolithicum wijzen op mogelijke '______'.
De ontwikkeling van '______' is een gevolg van het vermogen om dingen voor te stellen die er nog niet zijn.
De ontwikkeling van '______' is een gevolg van het vermogen om dingen voor te stellen die er nog niet zijn.
De mensen konden zich een werkelijkheid voorstellen die verder ging dan '______'.
De mensen konden zich een werkelijkheid voorstellen die verder ging dan '______'.
Flashcards
Cultuur
Cultuur
Alles wat de mens schept en vormgeeft, in tegenstelling tot de natuur.
Artefact
Artefact
Een object dat door de mens is gemaakt met een specifiek doel, zoals een werktuig.
Kunstvoorwerp
Kunstvoorwerp
Een object, gemaakt door de mens, dat als exceptioneel mooi of betekenisvol wordt ervaren.
Paleolithicum
Paleolithicum
Signup and view all the flashcards
Paleolithicum
Paleolithicum
Signup and view all the flashcards
Mesolithicum
Mesolithicum
Signup and view all the flashcards
Neolithicum
Neolithicum
Signup and view all the flashcards
Neolithicum
Neolithicum
Signup and view all the flashcards
Begrafenisrituelen
Begrafenisrituelen
Signup and view all the flashcards
Verbeeldingsvermogen
Verbeeldingsvermogen
Signup and view all the flashcards
Animal symbolicum
Animal symbolicum
Signup and view all the flashcards
Menselijke creativiteit
Menselijke creativiteit
Signup and view all the flashcards
Verschil tussen menselijke en dierlijke creativiteit
Verschil tussen menselijke en dierlijke creativiteit
Signup and view all the flashcards
Kunst als uitdrukking van de verbeelding
Kunst als uitdrukking van de verbeelding
Signup and view all the flashcards
Kunst onderscheidt de mens
Kunst onderscheidt de mens
Signup and view all the flashcards
De mens als interpreteerder en vertegenwoordiger
De mens als interpreteerder en vertegenwoordiger
Signup and view all the flashcards
Creatieve verbeelding als basis van de mensheid
Creatieve verbeelding als basis van de mensheid
Signup and view all the flashcards
Oudste afbeeldingen
Oudste afbeeldingen
Signup and view all the flashcards
Pareidolie
Pareidolie
Signup and view all the flashcards
Kei van Makapansgat
Kei van Makapansgat
Signup and view all the flashcards
Figurines van Berekhat Ram
Figurines van Berekhat Ram
Signup and view all the flashcards
Hoofd uit Makapansgat
Hoofd uit Makapansgat
Signup and view all the flashcards
Study Notes
Kunstgeschiedenis 1A - Les 1: Inleiding en Menselijke Evolutie
-
Menselijke creativiteit: Mensen onderscheiden zich van dieren door hun verbeeldingsvermogen en creativiteit. Dieren reageren op hun omgeving op een instinctmatige manier, terwijl mensen een nieuw perspectief op de wereld kunnen creëren en ideeën kunnen voorstellen die niet direct aanwezig zijn.
-
Symboliek en betekenis: Mensen kunnen symbolen en betekenissen aan voorwerpen en ervaringen koppelen, iets wat dieren niet doen. De mens kan zich bijvoorbeeld dingen voorstellen uit het verleden of de toekomst, of volledig denkbeeldige zaken.
-
Animal symbolicum: Sommige denkers beschrijven de mens als het 'dier dat symbolen kent'.
-
Cultuur: De term cultuur komt van het Latijnse woord cultura, wat 'bebouwen' of verieren' betekent. Cultuur beschrijft alles wat de mens creëert, zoals gebruiken, technieken, rituelen, symbolen, verhalen, waarden, kennis overdracht, om zijn wereld vorm te geven en betekenis te geven. Dit onderscheidt hem van de natuur.
-
Kunstvoorwerp vs. Artefact: Een artefact is een door de mens vervaardigd object, vaak met een praktische functie. Een kunstvoorwerp is meer dan dat; het wordt gezien als uitzonderlijk mooi of van betekenis.
-
Kunst in Oudere Culturen: Kunst in oude beschavingen was vaak verbonden met politieke en religieuze overtuigingen, en het dagelijks leven.
-
Paleolithicum, Mesolithicum, Neolithicum: Deze periodes representeren de verschillende fases in de ontwikkeling van de mens, gekenmerkt door veranderingen in levenswijze: jacht, voedsel verzameling, landbouw en veeteelt.
-
Paleolithicum: De oudste periode van de menselijke geschiedenis, gekenmerkt door het gebruik van stenen werktuigen en de eerste kunstvoorwerpen.
-
Mesolithicum: Een overgangsperiode vanjacht naar landbouw, gekenmerkt door de toenemende focus op planten en de inzameling.
-
Neolithicum: De periode waarin de mens zich vestigde als boer, met het kweken vangewassen en vee als basis van hun leven.
-
Begrafenisrituelen: De begrafenisrituelen uit de prehistorie geven aan dat mensen al een hypothetisch denken en een vorm van onsterfelijkheid kenden. Vanaf ongeveer 60.000 jaar geleden, begroeven Neanderthalers hun doden, vaak met oker bestrooid.
-
Pareidolie: De neiging van de mens om patronen en vormen te herkennen in willekeurige objecten.
-
Eerste afbeeldingen: Oudste afbeeldingen werden gecreëerd doordat natuurlijke objecten al herkenbare vormen hadden.
-
Makapansgat Hoofd: Een natuurlijk gevormde rots die door mensen als 'gezicht' werd geïnterpreteerd, een voorbeeld van pareidolie.
-
Berekhat Ram Figuur: Een vroege steen die verder bewerkt werd om meer op een figuur te lijken.
Studying That Suits You
Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.
