O&O Hoorcollege 2: Vertical Firm Boundaries

Study Notes

Het verticale bedrijf omvat alle activiteiten van grondstof winning tot het eindproduct
Het organiseren van deze verticale keten is een belangrijk onderdeel van de strategie van organisaties

Het verschil tussen make en buy is bepalend voor de verticale grenzen van het bedrijf
Make-or-buy beslissing: een keuze tussen het zelf produceren van een component of het kopen bij een externe leverancier
Redenen om te kopen:
- Marktbedrijven kunnen patenten of vertrouwelijke informatie hebben die tot lagere productiekosten leiden
- Marktbedrijven kunnen economies of scale behalen die interne operaties niet hebben
- Marktbedrijven kunnen learning economies (learning curve) benutten
- Influence costs en agency costs in interne kapitaalmarkten maken interne productie duur
Redenen om te maken:
- Kosten veroorzaakt door slechte coordinatie
- Terughoudendheid van partners om informatie te ontwikkelen en delen; Information leakage
- Transaction costs

Contracten bepalen de taken die uitgevoerd moeten worden, de oplossingen wanneer een van de partijen niet voldoet aan de obligaties en de kosten van het uitvoeren van de taken
Problemen met contracten:
- Incomplete contracts
- Opportunisme
- Transaction costs

Bronnen van transaction costs:
- Investeringen in relatie-specifieke activa
- Mogelijk opportunisch gedrag na de investering (holdup problem)
- Quasi-rents (veroorzaakt en versterkt holdup problems)
Relationship-specific assets zijn essentieel voor een bepaalde transactie en kunnen niet hergebruikt worden voor een andere transactie zonder aanvullende kosten

Wanneer een partij een relatie-specifieke investering doet, kan de andere partij profiteren door de eerste partij op te houden en de quasi-rent voor zichzelf te nemen
Een complete contract staat zulke “holdup” niet toe, maar met incomplete contracts en relationship-specific assets kan quasi-rent bestaan en leiden tot het holdup problem

De tradeoff in verticale integratie: de markt gebruiken verbetert technical efficiency, maar verticale integratie verbetert agency efficiency
Bedrijven moeten “economizen” – de best mogelijke combinatie van TE en AE kiezen (Williamson)### Efficiency and Vertical Integration
Technical Efficiency (ΔT): verchil in minimale productiekosten tussen verticale integratie en markt exchange
Agency Efficiency (ΔA): verchil in transactiekosten tussen verticale integratie en markt exchange
ΔC: som van het verschil in kosten tussen verticale integratie en markt exchange

Horizonatale as (k): asset specificity
Verticale as ($): kosten van interne organisatie min kosten van markt transactie

Wanneer de transactieschaal toeneemt, kunnen verticaal geïntegreerde bedrijven zelf meer profiteren van economies of scale en scope
ΔT zal omlaag gaan: het productiekosten nadeel ten opzichte van markt specialisten neemt af
ΔA wordt stijler: de manier van organiseren met de laagste exchange costs wordt nog belangrijker

Economies of scale (and scope) van leveranciers zorgen ervoor dat routine producten in de markt aangekocht worden (vooral met grote startkosten)
Bedrijven met een groot marktaandeel zullen eerder verticaal geïntegreerd zijn (En: Bedrijven met meer product lijnen profiteren meer van verticale integratie)
Relationship-specific assets zorgen voor voordelen van verticale integratie (hoe groter de asset specificity, hoe breder het bereik waar verticale integratie voordelig is)

Make-or-buy decision heeft ook invloed op eigendom en controle (Grossman, Hart and Moore)
Eigendom geeft residual control rights (rechten niet gespecificeerd in contracten)
Verticale integratie houdt residual rights of control binnen het bedrijf

Drie manieren om de vertical chain te organiseren: Non-Integration, Forward Integration, Backward Integration
Asset ownership is een belangrijke dimensie van vertical integration
Er kunnen verschillende mates van integratie zijn, afhankelijk van controle over specialized assets