Onderzoekspracticum 1: Survey
9 Questions
0 Views

Choose a study mode

Play Quiz
Study Flashcards
Spaced Repetition
Chat to lesson

Podcast

Play an AI-generated podcast conversation about this lesson

Questions and Answers

Wat zijn twee belangrijke gevolgtrekkingen in surveyonderzoek?

  • Goede vragen leiden tot betrouwbare metingen. (correct)
  • De vraagstelling beïnvloedt de responsrate.
  • Een representatieve steekproef is cruciaal voor generalisatie naar de populatie. (correct)
  • Surveyonderzoek is altijd kostbaar en tijdrovend.
  • Wat is een mogelijke oorzaak van Unit non-response?

    Respondent weigert deelname

    Een ________________ steekproef waarborgt dat de steekproef representatief is voor de doelpopulatie.

    aselecte

    Gemakssteekproef probeert willekeurige respondenten te selecteren.

    <p>False</p> Signup and view all the answers

    Wat is unit non-response en welk probleem kan het veroorzaken?

    <p>Unit non-response is wanneer geselecteerde respondenten weigeren deel te nemen aan de studie. Dit kan leiden tot minder precieze conclusies, bredere betrouwbaarheidsintervallen en onnodige werving van extra respondenten.</p> Signup and view all the answers

    Wat zijn mogelijke verbanden die kunnen worden onderzocht in relatie tot non-response?

    <p>Alle bovenstaande</p> Signup and view all the answers

    Wat is een belangrijke limitatie van surveyonderzoek? Het kan geen ______ vaststellen.

    <p>causaliteit</p> Signup and view all the answers

    Veel investeren in tijd en geld kan leiden tot een hoger responspercentage. (True/False)

    <p>True</p> Signup and view all the answers

    Match de volgende methoden met hoe responspercentage verhoogd kan worden:

    <p>Onderzoeksperiode verlengen = 4 Trainers interviewers voor overtuiging van niet-respondenten = 6 Publiciteitscampagne voor onderzoek = 3 Beloning geven aan respondenten = 6</p> Signup and view all the answers

    Study Notes

    Surveyonderzoek

    • Het doel van het surveyonderzoek is het produceren van statistieken over aspecten van de onderzoekspopulatie.
    • Het wordt gebruikt om informatie te verzamelen door mensen vragen te stellen en een steekproef te nemen van een populatie.
    • Correlatie betekent niet dat x invloed heeft op y, maar ook dat y invloed kan hebben op x.

    Type errors

    • Willekeurig (toeval): steekproefuitval kan evengoed verkeerd zijn.
    • Bias (systematische vertekening): bias steekproef, effect is voorspelbaar.
    • Vragen: over-en onderschatting, eerlijke fout, niet voorspelbaar.
    • Bias vraag: sociale wenselijkheid, voorspelbaar.

    Voor- en nadelen surveyonderzoek

    • Voordelen: relatief lage kosten, rapide afhandeling, kan grote populaties onderzoeken.
    • Nadelen: beperkt tot geschaalde of check-list vragen, geen controle over responspercentage, informeert meer dan begrip, toenemende publieke weerstand, moeilijk om diepgaande onderwerpen te behandelen.

    Vraagtypes

    • Open vragen: kwalitatief, nominale gegevens.
    • Gesloten vragen: nominale antwoordcategorieën, ordinale antwoordcategorieën, antwoordschaal.

    Structuur van de vragenlijst

    • Uitgangspunt is onderzoeksvraag.
    • Bepaal precies wat je wilt onderzoeken.
    • Denk na over de populatie.
    • Stel jezelf voor als respondent.
    • Fouten: onduidelijke termen, lange vragen, dubbele vragen, sturende vragen.

    Introducé van de studie

    • Stel jezelf voor, de werkgever, doel van onderzoek en procedures voor de survey.
    • Ethische randvoorwaarden: anonimiteit, vertrouwelijkheid, recht om te stoppen.

    Steekproef

    • Een goede steekproef kan je het onderzoek generaliseren naar de onderzoekspopulatie.
    • Populatie: alle eenheden waar we iets over willen zeggen.
    • Steekproefeenheid: eenheden geselecteerd voor de studie.
    • Steekproefuitval: het aantal mensen dat mee doet aan de survey.

    Soorten steekproeven

    • Willekeurige steekproef: iedereen in de populatie heeft evenveel kans om in de steekproef te komen.
    • Niet-willekeurige steekproef: selecte steekproef, quota steekproef.
    • Enkelvoudige aselecte steekproef: willegkeurige selectie van respondenten.
    • Systematische steekproef: willekeurige start, systematische verhoging.
    • Gestrafficerde steekproef: kenmerken van de populatie zijn bekend.

    Item non-response

    • Vraag niet beantwoord.
    • Problemen: te moeilijk, ingewikkelde vraag, antwoorden kost veel moeite, te persoonlijk, te bedreigend.

    Unit non-response

    • Respondent doet helemaal niet mee.
    • Problemen: respondent doet niet mee, respondent kan niet worden bereikt, respondent weigert deelname, respondent spreekt de taal niet.

    Type non-response

    • Willekeurige non-response: respondents hebben zelfde kans om deel te nemen aan de studie.
    • Niet-willekeurige non-response: niet elke respondent heeft dezelfde kans om deel te nemen aan de studie.

    Studying That Suits You

    Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.

    Quiz Team

    Related Documents

    Description

    Dit hoorcollege behandelt de basisprincipes van survey-onderzoek in het kader van het onderzoekspracticum aan de Universiteit van Amsterdam.

    More Like This

    Survey Research Methods
    24 questions

    Survey Research Methods

    IlluminatingRomanesque avatar
    IlluminatingRomanesque
    Survey Methods and Types
    6 questions
    Question Types in Research
    8 questions

    Question Types in Research

    ConfidentAmericium avatar
    ConfidentAmericium
    Research Methods Question Types
    6 questions

    Research Methods Question Types

    InstructiveJadeite8182 avatar
    InstructiveJadeite8182
    Use Quizgecko on...
    Browser
    Browser