Macroscopische bouw van een spier
23 Questions
0 Views

Choose a study mode

Play Quiz
Study Flashcards
Spaced Repetition
Chat to lesson

Podcast

Play an AI-generated podcast conversation about this lesson

Questions and Answers

Welke delen komen voor in de macroscopische bouw van een spier?

  • Dwarsgestreepte spieren, gladde spieren, myoglobine
  • Spierbuik, spierfibrillen, actine en myosine
  • Spierpees, spierbundel, thinner filialmenten
  • Hand, onderarm, bovenarm (correct)
  • Wat is de functie van de spierschede?

    Bescherming en ondersteuning van de spierbundel.

    Noem enkele voorbeelden van exocriene klieren.

    traanklieren, zweetklieren, speekselklieren, talgklieren, maag- en darmwandklieren, alvleesklier, melkklieren, oorsmeerklieren

    Noem enkele voorbeelden van hormoonklieren.

    <p>hypofyse, epifyse, bijnieren, schildklier, geslachtsklieren (teelballen, eierstokken), zwezerik, alvleesklier</p> Signup and view all the answers

    Vul in: bevat enzymen voor de vertering van zetmeel: ______.

    <p>speeksel</p> Signup and view all the answers

    Markeer de correcte functie van de lever:

    <p>Productie galsap voor vertering vetten</p> Signup and view all the answers

    Excretie is het afscheiden van nuttige stoffen.

    <p>False</p> Signup and view all the answers

    Wat is het gevolg van de operatie waarbij een deel van de grote hersenen werd verwijderd?

    <p>Blindheid in het linkergezichtsveld</p> Signup and view all the answers

    Welk hersengebied is belangrijk voor het geheugen?

    <p>hippocampus</p> Signup and view all the answers

    Het animaal zenuwstelsel is het deel dat onder controle staat van onze wil.

    <p>True</p> Signup and view all the answers

    Welke effectoren worden bestuurd door het autonoom zenuwstelsel?

    <p>gladde spieren, hartspier, klieren</p> Signup and view all the answers

    Koppel de volgende zenuwstelselonderdelen met hun functies:

    <p>Sympathisch zenuwstelsel = Hartslag versnelt Parasympathisch zenuwstelsel = Hartslag vertraagt Hippocampus = Geheugen Hypofyse = Regelstation tussen zenuwstelsel en hormoonklieren</p> Signup and view all the answers

    Wat is het effect van de slag met de zijkant van de hand op de kniepees, net onder de knieschijf?

    <p>Het onderbeen wipt naar boven</p> Signup and view all the answers

    Wat is kenmerkend voor een reflex?

    <p>Onbewust</p> Signup and view all the answers

    Wat zijn enkele voorbeelden van reflexen ter hoogte van het hoofd en de hals?

    <p>Pupilreflex, slikreflex, zuigreflex, speekselreflex, ooglidreflex</p> Signup and view all the answers

    De grote hersenen maken deel uit van een reflexboog.

    <p>False</p> Signup and view all the answers

    Wat kan ervoor zorgen dat bepaalde reflexen verdwijnen naarmate men ouder wordt?

    <p>Hersenontwikkeling</p> Signup and view all the answers

    Hoe kunnen bepaalde reflexen worden onderdrukt?

    <p>Door de hersenen</p> Signup and view all the answers

    Welke hormonen regelen de glycemie in het lichaam?

    <p>Insuline en glucagon</p> Signup and view all the answers

    Diabetes type 1 is genetisch bepaald.

    <p>True</p> Signup and view all the answers

    Wat is het belangrijkste groeibevorderende hormoon?

    <p>Groeihormoon</p> Signup and view all the answers

    _____ en oestrogeen worden geproduceerd door respectievelijk teelballen en eierstokken.

    <p>Testosteron</p> Signup and view all the answers

    Match de hormonen met hun functies:

    <p>Groeihormoon = Stimuleert celdeling in weefsels Testosteron = Verantwoordelijk voor zaadcelproductie Oestrogeen = Verantwoordelijk voor borstontwikkeling</p> Signup and view all the answers

    Study Notes

    Here are the study notes in Dutch:

    8.1.2 Macroscopische bouw van een spier

    • Vergelijking tussen een kippenvleugel en de arm van de mens:
      • Beide hebben een 'hand', 'onderarm' en 'bovenarm'
      • Beide hebben dezelfde macroscopische onderdelen: spierschede, spierbuik en spierpees
    • Macroscopische onderdelen van een skeletspier:
      • Spier omgeven door een hard, glad, wit vlies: de spierschede
      • Spierbuik omvat vele spierbundels, die telkens verpakt zijn in een bundelschede
      • Elke spierbundel bevat vele spiervezels
      • Tussen de bundels vinden we ook bloedvaten en zenuwen

    8.1.3 Microscopische bouw van een spier

    • Dwarsgestreepte spieren:
      • Spiervezel begrensd door een celmembraan (sarcolemma)
      • Cytoplasma (of sarcoplasma) in de spiervezel omgeeft
      • Draadvormige structuren of spierfibrillen en meerdere celkernen
      • Een spierfibril is opgebouwd uit draadvormige filamenten die bestaan uit twee soorten eiwitten: actine en myosine
    • Gladde spieren:
      • Spieren niet opgebouwd uit vezels, maar uit afzonderlijke spoelvormige spiercellen
      • Geen verdeling in sarcomeren en geen geordende ligging van de eiwitfilamenten

    8.1.4 Werking van een spier

    • Spiertonus:
      • Natuurlijke gespannenheid van een spier in rust
      • Houding van het lichaam en hoofd kan worden gehandhaafd
    • Antagonistische werking:
      • Een spier kan uit zichzelf alleen maar samentrekken
      • Om terug te ontspannen heeft ze een tegenwerker of antagonist nodig
    • Energievoorziening in de spier:
      • Spier haalt energie uit de verbranding van glucose
      • Glucose is afkomstig uit het bloed of van reservevoorraden in de spier zelf/spierglycogeen
      • Wanneer reservevoorraden aangesproken worden, is er eerst een omzetting nodig van glycogeen naar glucose

    8.2 Beweging bij planten

    • Nastieën: bewegingen van plantendelen veroorzaakt door, maar niet gericht naar een uitwendige prikkel
    • Tropieën: bewegingen van plantendelen die veroorzaakt en gericht worden door een uitwendige prikkel

    9 Reactie via klierafscheiding

    • Klieren: kunnen als reactie op prikkels specifieke stoffen - klierproducten - afscheiden
    • Soorten klieren:
      • Exocriene klieren: afscheiden hun product via een afvoerbuis af aan het uitwendig milieu
      • Endocriene klieren: afscheiden hun product rechtstreeks af in het bloed of in het weefselvocht

    9.3 Nuttige stoffen versus schadelijke stoffen

    • Afscheiding of secretie:
      • Sommige klierproducten zijn nuttig voor ons lichaam
      • Voorbeelden: speeksel, maagsap, tranen, talg
    • Uitscheiding of excretie:
      • Schadelijke en overtollige stoffen moeten uit het lichaam verwijderd worden
      • Voorbeelden: ureum, creatinine, ammoniak, koolstofdioxide### Hormonen en het Hormonale Stelsel
    • Hormonen zijn chemische stoffen die door endocriene klieren worden geproduceerd en via het bloed naar andere delen van het lichaam worden vervoerd.
    • Hormonen reguleren verschillende processen in het lichaam, zoals de groei en ontwikkeling, het metabolisme en de reactie op stress.
    • Het hormonale stelsel bestaat uit verschillende klieren, zoals de hypofyse, de schildklier, de alvleesklier, de bijnieren en de geslachtsklieren.

    Soorten Hormonen

    • Groeihormoon: stimuleert de groei en ontwikkeling van het lichaam.
    • Thyroxine (schildklierhormoon): activeert de stofwisseling en stimuleert de groei.
    • Insuline: regelt de bloedsuikerspiegel door glucose op te slaan in de cellen.
    • Glucagon: regelt de bloedsuikerspiegel door glucose te vrijgeven uit glycogeen.
    • Testosteron: stimuleert de zaadcelproductie en de secundaire geslachtskenmerken bij jongens.
    • Oestrogeen: stimuleert de follikelrijping in de eierstok en de secundaire geslachtskenmerken bij meisjes.

    Regelingsmechanismen

    • Negatieve terugkoppeling: het effect van een hormoon op de bloedsuikerspiegel wordt geregeld door de hoeveelheid insuline en glucagon.
    • Regelingsysteem: het hormonale stelsel werkt samen met het zenuwstelsel om het lichaam te reguleren.

    Diabetes

    • Diabetes type 1: een erfelijke aandoening waarbij de alvleesklier geen insuline produceert.
    • Diabetes type 2: een aandoening waarbij de cellen ongevoelig worden voor insuline, meestal door ongezonde leefgewoonten.
    • Zwangerschapsdiabetes: een tijdelijke vorm van diabetes die optreedt tijdens de zwangerschap.

    Groei en Ontwikkeling

    • Hormonen die de groei en ontwikkeling reguleren: groeihormoon, thyroxine, testosteron en oestrogeen.
    • Secundaire geslachtskenmerken: karakteristieken die verschijnen tijdens de puberteit, zoals borstontwikkeling, verbreding van het bekken, beharing en veranderingen in de stem.

    Zenuwstelsel

    • Het zenuwstelsel bestaat uit het centrale zenuwstelsel (CZS) en het perifere zenuwstelsel (PZS).
    • Het CZS omvat de hersenen en het ruggenmerg.
    • Het PZS bestaat uit een netwerk van zenuwen dat de hersenen en het ruggenmerg met de rest van het lichaam verbindt.

    Neuronen

    • Neuronen zijn gespecialiseerde cellen die informatie doorgeven of verwerken.
    • De bouwstenen van het zenuwstelsel: zenuwcellen of neuronen.
    • Er zijn drie types zenuwcellen: sensorische, motorische en schakelneuronen.

    Informatieoverdracht

    • Informatieoverdracht binnen een neuron: elektrisch.
    • Informatieoverdracht tussen twee neuronen: chemisch.
    • Synaps: de plaats waar twee neuronen met elkaar contact maken.
    • Neurotransmissie: het proces waarbij een elektrische impuls wordt omgezet in een chemische impuls.

    Reflexen

    • Reflexen: aangeboren en ongewilde reacties op een prikkel.
    • Reflexboog: de weg die een impuls volgt van een receptor naar een effector.
    • Voorbeelden van reflexen: pupilreflex, slikreflex, zuigreflex, speekselreflex, ooglidreflex.### Het Centraal Zenuwstelsel (CZS)
    • Het CZS bestaat uit de hersenen en het ruggenmerg
    • Het CZS ontvangt en verwerkt informatie vanuit de zintuigen
    • Het CZS controleert de bewuste en onbewuste lichaamsfuncties

    De Hersenen

    • De hersenen zijn opgebouwd uit drie delen: de hersenstam, de kleine hersenen en de grote hersenen
    • De hersenstam bestaat uit 3 delen: de middenhersenen, de brug van Varol en het verlengde merg
    • De grote hersenen zijn verdeeld in twee helften: de linker- en de rechterhersenhelft
    • De hersenen hebben vier holten, de hersenkamers of ventrikels, die met elkaar verbonden zijn en gevuld zijn met hersenvocht

    Het Ruggenmerg

    • Het ruggenmerg is een langwerpige, cilindervormige structuur die van het CZS naar beneden loopt
    • Het ruggenmerg bestaat uit grijze stof en witte stof
    • Het ruggenmerg is omgeven door drie ruggenmergvliezen
    • Het ruggenmerg ontvangt en verwerkt informatie vanuit de zintuigen en stuurt deze door naar de hersenen

    Het Perifeer Zenuwstelsel (PZS)

    • Het PZS is een uitgestrekt netwerk van zenuwbanen die het CZS met de rest van het lichaam verbinden
    • Het PZS bestaat uit 12 paar hersenzenuwen en 31 paar ruggenmergzenuwen
    • De hersenzenuwen ontspringen aan de hersenstam en verbinden de hersenen met de zintuigen en spieren van het hoofd
    • De ruggenmergzenuwen ontspringen vanuit het ruggenmerg en verbinden het ruggenmerg met de rest van het lichaam

    Het Animale en Autonome Zenuwstelsel

    • Het animale zenuwstelsel is het deel van het zenuwstelsel dat onder controle staat van onze wil
    • Het autonome zenuwstelsel is het deel van het zenuwstelsel dat alle onbewuste levensprocessen controleert
    • Het autonome zenuwstelsel bestaat uit twee systemen: het sympatische en het parasympatische systeem

    Studying That Suits You

    Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.

    Quiz Team

    Description

    Deze quiz behandelt de macroscopische bouw van een spier, vergelijking met een kippenvleugel en de arm van de mens, enmacroscopische onderdelen van een skeletspier.

    More Like This

    Use Quizgecko on...
    Browser
    Browser