Podcast
Questions and Answers
Wat zijn de kenmerken van stoutmoedigheid?
Wat zijn de kenmerken van stoutmoedigheid?
Wat is een effect van disinhibitie op gedrag?
Wat is een effect van disinhibitie op gedrag?
Wat zijn mogelijke oorzaken van gemeenheid in gedrag?
Wat zijn mogelijke oorzaken van gemeenheid in gedrag?
Welke eigenschap beschrijft mensen met ADHD het best?
Welke eigenschap beschrijft mensen met ADHD het best?
Signup and view all the answers
Wat beschrijft het PEN-model van Eysenck als een dimensie van criminaliteit?
Wat beschrijft het PEN-model van Eysenck als een dimensie van criminaliteit?
Signup and view all the answers
Welk van de volgende modellen omvat de dimensie 'honesty-humility'?
Welk van de volgende modellen omvat de dimensie 'honesty-humility'?
Signup and view all the answers
Wat is een kenmerk van de zelfcontroletheorie?
Wat is een kenmerk van de zelfcontroletheorie?
Signup and view all the answers
Welke eigenschap is niet typisch voor mensen met de Big Five-model extraversie?
Welke eigenschap is niet typisch voor mensen met de Big Five-model extraversie?
Signup and view all the answers
Wat verstaan we onder de term 'criminaliteit'?
Wat verstaan we onder de term 'criminaliteit'?
Signup and view all the answers
Wat zijn mogelijke redenen dat burgers weinig melding maken van criminaliteit?
Wat zijn mogelijke redenen dat burgers weinig melding maken van criminaliteit?
Signup and view all the answers
Welke factor heeft invloed op de behandeling van een delict in de strafrechtsketen?
Welke factor heeft invloed op de behandeling van een delict in de strafrechtsketen?
Signup and view all the answers
Wat betekent filtering in de strafrechtsketen?
Wat betekent filtering in de strafrechtsketen?
Signup and view all the answers
Welke van de volgende daderkenmerken kan invloed hebben op de kans op een veroordeling?
Welke van de volgende daderkenmerken kan invloed hebben op de kans op een veroordeling?
Signup and view all the answers
Wat wordt bedoeld met persoonsgerichte selectiviteit in de strafrechtsketen?
Wat wordt bedoeld met persoonsgerichte selectiviteit in de strafrechtsketen?
Signup and view all the answers
Welke reden kan de rol van het Openbaar Ministerie (OM) beïnvloeden bij de selectie van zaken?
Welke reden kan de rol van het Openbaar Ministerie (OM) beïnvloeden bij de selectie van zaken?
Signup and view all the answers
Wat is een gevolg van discriminatie door actoren in de strafrechtsketen?
Wat is een gevolg van discriminatie door actoren in de strafrechtsketen?
Signup and view all the answers
Wat wordt bedoeld met klassieke conditionering?
Wat wordt bedoeld met klassieke conditionering?
Signup and view all the answers
Wat beschrijft de differentiêle-associatietheorie het beste?
Wat beschrijft de differentiêle-associatietheorie het beste?
Signup and view all the answers
Wat is het belangrijkste aspect van opvoeding om probleemgedrag te voorkomen?
Wat is het belangrijkste aspect van opvoeding om probleemgedrag te voorkomen?
Signup and view all the answers
Welke van de volgende beschrijvingen past het beste bij operante conditionering?
Welke van de volgende beschrijvingen past het beste bij operante conditionering?
Signup and view all the answers
Wat kan bijdragen aan een lage zelfcontrole volgens de besproken theorieën?
Wat kan bijdragen aan een lage zelfcontrole volgens de besproken theorieën?
Signup and view all the answers
Op welke leeftijd beginnen kinderen met agressief gedrag zoals schoppen en slaan?
Op welke leeftijd beginnen kinderen met agressief gedrag zoals schoppen en slaan?
Signup and view all the answers
Wat leert een persoon door observationeel leren?
Wat leert een persoon door observationeel leren?
Signup and view all the answers
Wat is een gevolg van crimineel gedrag volgens de ontwikkelingspsychologie?
Wat is een gevolg van crimineel gedrag volgens de ontwikkelingspsychologie?
Signup and view all the answers
Wat is volgens de sociale bindingen theorie een element dat invloed heeft op het aantal delicten dat iemand pleegt?
Wat is volgens de sociale bindingen theorie een element dat invloed heeft op het aantal delicten dat iemand pleegt?
Signup and view all the answers
Welke van de volgende stellingen beschrijft het beste de labeling theorie?
Welke van de volgende stellingen beschrijft het beste de labeling theorie?
Signup and view all the answers
Wat stelt de sociale desorganisatietheorie voor als een manier om criminaliteit te verminderen?
Wat stelt de sociale desorganisatietheorie voor als een manier om criminaliteit te verminderen?
Signup and view all the answers
Volgens de sociale controletheorie, wat vermindert criminaliteit?
Volgens de sociale controletheorie, wat vermindert criminaliteit?
Signup and view all the answers
Welke van de volgende elementen is NIET geassocieerd met de sociale bindingen theorie?
Welke van de volgende elementen is NIET geassocieerd met de sociale bindingen theorie?
Signup and view all the answers
Wat kan worden beschouwd als een gevolg van primaire deviantie volgens de labeling theorie?
Wat kan worden beschouwd als een gevolg van primaire deviantie volgens de labeling theorie?
Signup and view all the answers
Hoe heeft de geografische ligging volgens de inhoud invloed op criminaliteit?
Hoe heeft de geografische ligging volgens de inhoud invloed op criminaliteit?
Signup and view all the answers
Welke verklaring biedt de sociale bindingen theorie voor naleving van regels?
Welke verklaring biedt de sociale bindingen theorie voor naleving van regels?
Signup and view all the answers
Wat houdt de neutralisatietechniek 'ontkennen van verantwoordelijkheid' in?
Wat houdt de neutralisatietechniek 'ontkennen van verantwoordelijkheid' in?
Signup and view all the answers
Welke factor is belangrijk in het biopsychosociaal model voor het begrijpen van crimineel gedrag?
Welke factor is belangrijk in het biopsychosociaal model voor het begrijpen van crimineel gedrag?
Signup and view all the answers
Wat was het belangrijkste resultaat van het experiment van Milgram?
Wat was het belangrijkste resultaat van het experiment van Milgram?
Signup and view all the answers
Welke van de volgende stellingen weerspiegelt de neutralisatietechniek 'veroordelen van veroordelaars' het best?
Welke van de volgende stellingen weerspiegelt de neutralisatietechniek 'veroordelen van veroordelaars' het best?
Signup and view all the answers
Wat was een belangrijke bevinding van het Stanford Prison Experiment?
Wat was een belangrijke bevinding van het Stanford Prison Experiment?
Signup and view all the answers
Wat concludeerde Milgram over de gehoorzaamheid van deelnemers in zijn experiment?
Wat concludeerde Milgram over de gehoorzaamheid van deelnemers in zijn experiment?
Signup and view all the answers
Welke variabele was cruciaal in het experiment van Milgram?
Welke variabele was cruciaal in het experiment van Milgram?
Signup and view all the answers
Welke uitspraak is waar betreffende de invloed van autoriteiten volgens het experiment van Milgram?
Welke uitspraak is waar betreffende de invloed van autoriteiten volgens het experiment van Milgram?
Signup and view all the answers
Een gevolg van de experimenten van Milgram en Zimbardo is dat:
Een gevolg van de experimenten van Milgram en Zimbardo is dat:
Signup and view all the answers
Study Notes
Het strafrechtelijke systeem in actie
-
Hoofdthema's criminologie:
- Wat wordt (waarom) verstaan onder criminaliteit?
- Wat is de aard, omvang en ontwikkeling van criminaliteit?
- Wat zijn de achtergronden / verklaringen voor (verschillen in) criminaliteit?
- Wat is de wijze waarop de overige maatschappij reageert op criminaliteit?
Filtering in de strafrechtsketen
-
Delictkenmerken die de kans op behandeling verhogen:
- Ernst van het delict.
- Aandacht in media.
- Aandacht in politiek.
- Slachtoffer heeft een verzekering.
-
Slachtofferkenmerken die de kans op behandeling beïnvloeden:
- Eigen rol in het delict (bijv. seksuele delicten).
- Bekendheid met de dader.
- Slachtoffers die meer informatie geven en eerder naar voren stappen.
-
Daderkenmerken die de kans op veroordeling beïnvloeden:
- Spijt van acties.
- Relatie met het slachtoffer.
- Eerder strafblad.
- Geslacht en sociaaleconomische status (minder snel veroordeeld zonder strafblad of met veel spijt).
-
Kenmerken van actoren in de strafrechtsketen die filtering beïnvloeden:
- Opleiding.
- Tijdgebrek, etc.
Verklaring voor selectie in de strafrechtsketen
- Filtering: Wie valt af vanwege gebrek aan bewijs, capaciteit of prioriteit.
- Selectie: Keuze van welke zaken worden behandeld.
-
Persoonsgerichte selectiviteit: Mensen met verhoogde kans op bepaald crimineel gedrag, soms gebaseerd op:
- Stoutmoedigheid / roekeloosheid: lage angst, hoog zelfvertrouwen, egocentrisch.
- Disinhibitie: slechte controle over impulsen, onmiddellijke behoeftenbevrediging.
- Gemeenheid: geen empathie en spijt, wreedheid en agressie om macht te krijgen.
- Vaak bij mensen die vroeger afgewezen of wreed behandeld zijn.
- Genetische en biochemische factoren spelen een rol (bijv. MAOA-gen, hoge testosteronlevels).
ADHD en delinquentie
- ADHD (Attention Deficit and Hyperactivity Disorder):
- Wordt vaak in verband gebracht met delinquentie (slecht gedrag dat niet bij de politie wordt gemeld).
- Kenmerken: onoplettendheid, hyperactiviteit, impulsiviteit.
- Groot risico op crimineel gedrag (in combinatie met een antisociale persoonlijkheidsstoornis).
Theorieën over crimineel gedrag
-
PEN-model (Eysenck): 3 dimensies van persoonlijkheid relevant voor criminaliteit:
- Psychoticisme: egocentrisch, gebrek aan empathie.
- Extraversie: "sensation seekers" (niet per se roekeloosheid zoals bij antisociale stoornis, bijv. hard rijden met gordel).
- Neuroticisme: overreactie op stress, angstig, humeurig.
-
Big Five-model: 5 dimensies relevant voor criminaliteit (OCEAN):
- Extraversion: actief, agressief, energiek, praatgraag.
- Agreeableness: aanhankelijk, vergevingsgezind, sympathiek.
- Conscientiousness: zorgvuldig, efficiënt, georganiseerd, verantwoordelijk.
- Neuroticism: angstig, gespannen, gevoelig, zelfmedelijden.
- Openness/intellect: artistiek, nieuwsgierig, origineel.
- HEXACO-model: Voegt honesty-humility (integriteit) toe.
-
Zelfcontroletheorie: Criminelen hebben een lage zelfcontrole:
- Impulsief, ongevoelig, fysiek (ipv mentaal), korte-termijndenker.
- Lage zelfcontrole als gevolg van tekortschietende opvoeding.
Leerpsychologie en crimineel gedrag
- Reactie op biologische theorieën:
- Mens is een "ongeschreven blad" beïnvloed door de omgeving.
- "Gedrag veroorzaakt gedrag".
- Minder focus op de oorsprong van crimineel gedrag.
Conditionering
- Klassieke conditionering: "Leren" een reactie op te roepen met een specifieke stimulus (bijv. hond die kwijlt bij belletje omdat hij er eten mee associeert).
- Operante conditionering: Kans op herhaling van gedrag is groter wanneer dit in het verleden is beloond (ipv gestraft).
- Observationeel leren: Mensen zien gedrag en gaan dit nadoen, zonder directe beloning of straf.
Differentiële-associatietheorie
- Crimineel gedrag wordt aangeleerd in interactie met anderen, vooral in intieme groepen.
- Mensen leren:
- Technieken om crimineel gedrag uit te voeren.
- Motieven, rationalisaties en attitudes.
- Criminaliteit ontstaat wanneer "slechte" gedragingen en waarden de "goede" overtreffen.
Ontwikkelingspsychologie
- Vanaf 6 maanden gaan kinderen schoppen en slaan, na 3 jaar neemt dit af.
- Goede opvoeding voor minder kans op probleemgedrag:
- Bieden van affectieve band.
- Adequate controle uitoefenen.
- Straf combineren met uitleg.
Neutralisatietheorieën
- Normen en waarden tussen crimineel en niet-crimineel gedrag verschillen weinig.
- Criminelen weerleggen hun moraal via neutralisatietechnieken:
- Ontkennen van verantwoordelijkheid (bijv. het moest van iemand anders).
- Ontkennen van schade.
- Ontkennen van slachtoffer (slachtoffer als boosdoener zien).
- Veroordelen van veroordelaars (bijv. belasting ontduiken omdat de overheid slecht is).
- Beroepen op hogere autoriteit (bijv. deel zijn van een groep die je beschermt).
Biopsychosociaal model: De macht van de situatie
- Crimineel gedrag wordt beïnvloed door eigenschappen, persoonlijkheden, en de omgeving.
Experiment van Milgram
- Mensen zijn zeer beïnvloedbaar door autoriteiten.
- Kunnen tegen hun wil of verwachting dingen doen (zoals dodelijke schokken toedienen) zelfs als dit tegen hun eigen geweten in gaat.
- Experiment:
- Experimenter (testleider met autoriteit) geeft instructies om schokken toe te dienen.
- Learner (acteur) doet een "geheugentest".
- Teacher (deelnemer) dient steeds hogere schokken toe bij ieder fout antwoord (weet niet dat learner een acteur is).
- Resultaten:
- 65% ging door tot het maximale (450 volt), 0% stopte voor 300 volt.
- Deelnemers gaven steeds meer weerstand maar gehoorzaamden wel.
- Ethisch problematisch vanwege trauma van deelnemers.
- Inspiratie: Tweede Wereldoorlog (gewone mensen begingen misdaden als gevolg van instructies).
- Milgram wilde bewijzen dat dit niet bij iedereen zou kunnen werken, maar bewees het tegendeel.
- Geen controlegroep.
Vervolgexperimenten van Milgram
- Weinig verschil in gehoorzaamheid tussen mannen en vrouwen, maar leraren drongen bij mannen wel harder aan.
- "Live" instructies maakten meer indruk dan via de telefoon.
- Veel mensen zeiden "ik moest het doen" (neutralisatietechniek, ontkennen van verantwoordelijkheid).
Experiment van Zimbardo (Stanford Prison Experiment)
- Wat zorgt ervoor dat "onschuldige" mensen overgaan op antisociaal gedrag?
- Experiment:
- Studenten werden willekeurig toegewezen aan "gevangenen" en "bewakers".
- Bewakers gedroegen zich al snel agressief en wreed, terwijl gevangenen passief en onderdanig werden.
- Resultaten:
- Mensen nemen hun rol en de bijbehorende verwachtingen snel aan, zelfs in een kunstmatige omgeving.
- De macht van de situatie kan een sterke invloed hebben op gedrag.
- Experiment moest vroegtijdig worden stopgezet vanwege ethische bezwaren.
Sociale desorganisatietheorieën
- Focus op de invloed van de buurt op criminaliteit.
- Criminaliteit door gebrek aan sociale cohesie in de buurt, waardoor:
- Wettelijke controle is inefficiënt.
- Bewoners zijn minder betrokken bij hun omgeving (bijv. opletten door buren).
- Culturele transmissie van criminaliteit:
- Criminele waarden en gedrag worden van generatie op generatie doorgegeven door een gebrek aan stabiele sociale banden en controlemechanismen.
- Geografische verschillen in criminaliteit:
- Buurten dichtbij het stadscentrum hebben vaak hogere criminaliteit ongeacht etniciteit.
- Verminderen van desorganisatie vermindert criminaliteit (bijv. buurtevenementen organiseren).
Sociale controletheorieën
- Crimineel gedrag wordt gecontroleerd door sociale omgeving.
-
Sociale bindingen theorie (Hirshi):
- "We are all animals and thus naturally capable of committing criminal acts."
- Verklaart waarom personen zich WEL aan de regels houden, via 4 elementen:
- Attachment: gehechtheid (hoe hechter de band, hoe minder bereidheid tot delicten).
- Commitment: betrokkenheid (hoe meer tijd en energie, hoe minder bereidheid).
- Involvement: gebondenheid (hoe meer gebondenheid, hoe minder gelegenheid om te delicten).
- Beliefs: overtuigingen, normen en waarden.
- Criminaliteit vermindert als mensen meer sociale binding hebben.
Labelingtheorieën
- Mensen die niet aan de regels voldoen worden als "deviant" gezien (primaire deviantie).
- Mensen met deviant gedrag krijgen een label als delinquent en worden vervreemd van de samenleving.
- Persoon wordt anders behandeld door de samenleving vanwege dit label.
- Persoon gaat zichzelf ook anders zien (criminele identiteit) en vertoont meer afwijkend gedrag (secundaire deviantie).
- Criminaliteit vermindert met: - Minder labeling van personen als "deviant". - Meer focus op reintegratie van delinquenten. - Stimuleren van positieve identiteitsvorming.
Studying That Suits You
Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.
Related Documents
Description
Deze quiz onderzoekt de verschillende kenmerken van stoutmoedigheid. Ontdek wat stoutmoedigheid precies inhoudt en hoe het zich manifesteert in het dagelijks leven. Test je kennis en leer meer over deze belangrijke eigenschap.