Hormonen, Hypofyse, Schildklier: Biologie

• Hormonen dienen als signaalmoleculen voor de overdracht van informatie tussen cellen.
• Hormoonklieren produceren hormonen en geven deze af aan de bloedbaan.
• Via het bloed bereiken hormonen alle delen van het lichaam, maar alleen doelwitcellen met receptoren reageren op specifieke hormonen.
• De binding van een hormoon aan een receptor op een doelwitcel initieert een specifieke reactie.
• De hormoonconcentratie is bepalend voor de mate waarin een reactie plaatsvindt.

Hypofyse en Hypothalamus

• De hypofyse en hypothalamus spelen een cruciale rol in de hormonale regulatie.
• De hypothalamus reguleert de hormoonafgifte door de hypofyse.
• De hypofyse produceert verschillende hormonen, waaronder ADH, oxytocine, FSH, LH, TSH en groeihormoon.
• De diversiteit aan hormonen zorgt ervoor dat de hypofyse een grote invloed heeft op diverse processen en andere hormoonklieren.

Schildklier

• De schildklier produceert thyroxine, een schildklierhormoon.
• Thyroxine stimuleert voornamelijk de verbranding van glucose.
• Bij kinderen bevordert thyroxine de groei en ontwikkeling van het beenderstelsel.
• De hypofyse produceert TSH (thyroïd stimulerend hormoon), wat de werking van de schildklier stimuleert.
• De productie van TSH door de hypofyse heeft een stimulerend effect op de productie van thyroxine.

Nieren en Bijnieren

• De nieren produceren het hormoon EPO (erytropoëtine).
• EPO stimuleert de aanmaak van rode bloedcellen.
• De bijnieren produceren adrenaline.
• Adrenaline verhoogt de hartslag en ademhaling en verhoogt de alertheid.
• Adrenaline staat ook bekend als 'het vecht-of-vluchthormoon' en zorgt voor betere prestaties in gevaarlijke situaties.

Eilandjes van Langerhans

• De eilandjes van Langerhans produceren insuline en glucagon.
• Insuline en glucagon reguleren de bloedsuikerspiegel.
• Insuline zet glucose om in glycogeen, waardoor de bloedsuikerspiegel verlaagt.
• Glucagon zet glycogeen om in glucose, wat leidt tot een stijging van de bloedsuikerspiegel.