Podcast
Questions and Answers
Vrijheid wordt in dit fragment gezien als het hoogste doel?
Vrijheid wordt in dit fragment gezien als het hoogste doel?
True (A)
Jan bevindt zich op het strand en besluit te gaan zwemmen. Pieter wil niet dat Jan gaat zwemmen. Hieruit ontstaat een discussie.
Jan bevindt zich op het strand en besluit te gaan zwemmen. Pieter wil niet dat Jan gaat zwemmen. Hieruit ontstaat een discussie.
True (A)
Volgens de tekst moet Jan zich verantwoorden voor zijn keuze om te gaan zwemmen.
Volgens de tekst moet Jan zich verantwoorden voor zijn keuze om te gaan zwemmen.
False (B)
Pieter moet volgens de tekst rechtvaardiging geven voor zijn poging om Jan tegen te houden om te gaan zwemmen.
Pieter moet volgens de tekst rechtvaardiging geven voor zijn poging om Jan tegen te houden om te gaan zwemmen.
Vrijheid als zelfbepaling wordt in de tekst beschreven als negatieve vrijheid.
Vrijheid als zelfbepaling wordt in de tekst beschreven als negatieve vrijheid.
Positieve vrijheid houdt in dat anderen geen dwang over je uitoefenen.
Positieve vrijheid houdt in dat anderen geen dwang over je uitoefenen.
Nudging is een schending van zelfbepaling en is een motivatietechniek waarbij mensen op positieve manier worden gestimuleerd om zich op door overheid gewenste wijze te gedragen. (True/False)?
Nudging is een schending van zelfbepaling en is een motivatietechniek waarbij mensen op positieve manier worden gestimuleerd om zich op door overheid gewenste wijze te gedragen. (True/False)?
Zelfbeschikking vereist dat mensen over de vereiste competenties beschikken, zoals redelijkheid, maturiteit en eigenheid. (True/False)?
Zelfbeschikking vereist dat mensen over de vereiste competenties beschikken, zoals redelijkheid, maturiteit en eigenheid. (True/False)?
Zelfbeschikking schuift een welbepaalde invulling van het goede leven naar voren en spreekt zich uit over de kwaliteit van de beslissing. (True/False)?
Zelfbeschikking schuift een welbepaalde invulling van het goede leven naar voren en spreekt zich uit over de kwaliteit van de beslissing. (True/False)?
Supermarktvrijheid biedt mensen de vrijheid om eindeloos te streven naar korte gelukken, maar draagt niet bij aan het geluk van anderen of de maatschappij. (True/False)?
Supermarktvrijheid biedt mensen de vrijheid om eindeloos te streven naar korte gelukken, maar draagt niet bij aan het geluk van anderen of de maatschappij. (True/False)?
Zelfrealisatie vereist persoonlijke groei en voldoende 'bagage' om talenten om te zetten naar realisaties. (True/False)?
Zelfrealisatie vereist persoonlijke groei en voldoende 'bagage' om talenten om te zetten naar realisaties. (True/False)?
Het recht op privacy erkent dat burgers over een zekere ruimte beschikken die afgeschermd is voor de overheid en anderen. (True/False)?
Het recht op privacy erkent dat burgers over een zekere ruimte beschikken die afgeschermd is voor de overheid en anderen. (True/False)?
Het recht op privacy omvat het recht op fysieke, geestelijke en seksuele integriteit, ongestoorde woonst, gezinsleven, identiteit en lifestyle. (True/False)?
Het recht op privacy omvat het recht op fysieke, geestelijke en seksuele integriteit, ongestoorde woonst, gezinsleven, identiteit en lifestyle. (True/False)?
Het schadebeginsel van John Stuart Mill stelt dat de overheid alleen mag ingrijpen wanneer iemand anderen schade toebrengt. (True/False)?
Het schadebeginsel van John Stuart Mill stelt dat de overheid alleen mag ingrijpen wanneer iemand anderen schade toebrengt. (True/False)?
Zacht paternalisme behoedt burgers voor eigenschade en schendt alleen zelfbepaling als bepaalde voorwaarden zijn voldaan en de beslisser bepaalde competenties bezit. (True/False)?
Zacht paternalisme behoedt burgers voor eigenschade en schendt alleen zelfbepaling als bepaalde voorwaarden zijn voldaan en de beslisser bepaalde competenties bezit. (True/False)?
Hard paternalisme keurt elke vorm van eigenschade af en schendt zelfbeschikking van de burger. (True/False)?
Hard paternalisme keurt elke vorm van eigenschade af en schendt zelfbeschikking van de burger. (True/False)?
Veiligheidsregels van de overheid, zoals het dragen van een gordel en een helm, zijn in strijd met het schadebeginsel omdat er schade is geleden door anderen. (waar/onwaar)
Veiligheidsregels van de overheid, zoals het dragen van een gordel en een helm, zijn in strijd met het schadebeginsel omdat er schade is geleden door anderen. (waar/onwaar)
Het schadebeginsel is niet van toepassing op psychische schade bij getuigen van zelfbeschikkende daden. (waar/onwaar)
Het schadebeginsel is niet van toepassing op psychische schade bij getuigen van zelfbeschikkende daden. (waar/onwaar)
Het hogere eisen stellen aan zelfbeschikking kan leiden tot zacht paternalisme volgens Dworkin. (waar/onwaar)
Het hogere eisen stellen aan zelfbeschikking kan leiden tot zacht paternalisme volgens Dworkin. (waar/onwaar)
Hard paternalisme houdt in dat de overheid op elk moment kan ingrijpen. (waar/onwaar)
Hard paternalisme houdt in dat de overheid op elk moment kan ingrijpen. (waar/onwaar)
Moreel paternalisme keurt alle daden goed, zelfs als er schade is. (waar/onwaar)
Moreel paternalisme keurt alle daden goed, zelfs als er schade is. (waar/onwaar)
Overregulering houdt in dat de overheid afziet van regulering, zelfs als er kans op schade of hinder is. (waar/onwaar)
Overregulering houdt in dat de overheid afziet van regulering, zelfs als er kans op schade of hinder is. (waar/onwaar)
Zondagsrust wordt om religieuze of politieke redenen nagestreefd. (waar/onwaar)
Zondagsrust wordt om religieuze of politieke redenen nagestreefd. (waar/onwaar)
Fairjoy kreeg gelijk omdat zijn plezier enkel afhangt van zijn eigen daden. (waar/onwaar)
Fairjoy kreeg gelijk omdat zijn plezier enkel afhangt van zijn eigen daden. (waar/onwaar)
Het recht op vrije meningsuiting is gebouwd op mensenrechten, democratische gelijkheid en juridische gelijkheid. (waar/onwaar)
Het recht op vrije meningsuiting is gebouwd op mensenrechten, democratische gelijkheid en juridische gelijkheid. (waar/onwaar)
Sommige beledigingen zijn niet strafbaar en mensen zijn te snel op hun tenen getrapt. (waar/onwaar)
Sommige beledigingen zijn niet strafbaar en mensen zijn te snel op hun tenen getrapt. (waar/onwaar)
De Voltairiaanse tolerantie houdt in dat men respect heeft voor personen maar disrespect heeft voor ideeën. (waar/onwaar)
De Voltairiaanse tolerantie houdt in dat men respect heeft voor personen maar disrespect heeft voor ideeën. (waar/onwaar)
Tayloriaanse tolerantie houdt in dat niemand ooit de morele plicht verliest om andere respectvol tegemoet te treden. (waar/onwaar)
Tayloriaanse tolerantie houdt in dat niemand ooit de morele plicht verliest om andere respectvol tegemoet te treden. (waar/onwaar)
Neutraliteit voor de overheid betekent dat de overheid een neutrale en onpartijdige positie moet innemen ten opzichte van religie. (True/False)
Neutraliteit voor de overheid betekent dat de overheid een neutrale en onpartijdige positie moet innemen ten opzichte van religie. (True/False)
Volgens de tekst moet religie een publieke zaak zijn. (True/False)
Volgens de tekst moet religie een publieke zaak zijn. (True/False)
Inclusieve neutraliteit geeft burgers zoveel mogelijk ruimte om hun identiteit te uiten, terwijl de overheid de plicht heeft om die ruimte te voorzien en te beschermen. (True/False)
Inclusieve neutraliteit geeft burgers zoveel mogelijk ruimte om hun identiteit te uiten, terwijl de overheid de plicht heeft om die ruimte te voorzien en te beschermen. (True/False)
Volgens het idee van gedifferentieerd burgerschap moeten alle overtuigingen gelijk respect en gelijke politieke behandeling krijgen. (True/False)
Volgens het idee van gedifferentieerd burgerschap moeten alle overtuigingen gelijk respect en gelijke politieke behandeling krijgen. (True/False)
Anti-multiculturalisten beschouwen multiculturele minderheidsrechten als gewone persoonlijke voorkeuren. (True/False)
Anti-multiculturalisten beschouwen multiculturele minderheidsrechten als gewone persoonlijke voorkeuren. (True/False)
Een kritiek op het gehandicaptenargument is dat je uit je religie kunt stappen, maar niet uit een rolstoel. (True/False)
Een kritiek op het gehandicaptenargument is dat je uit je religie kunt stappen, maar niet uit een rolstoel. (True/False)
Volgens de tekst kan het weigeren van multiculturele minderheidsrechten de vrijheid van religie en cultuur schenden. (True/False)
Volgens de tekst kan het weigeren van multiculturele minderheidsrechten de vrijheid van religie en cultuur schenden. (True/False)
Het idee van medeburgerschap houdt in dat participatie aan maatschappelijk leven verplicht is, met gelijke kansen voor zowel overheid als burgers. (True/False)
Het idee van medeburgerschap houdt in dat participatie aan maatschappelijk leven verplicht is, met gelijke kansen voor zowel overheid als burgers. (True/False)
Volgens de tekst kunnen participatie en integratie alleen slagen als nieuwkomers ook culturele gebruiken van de lokale bevolking overnemen. (True/False)
Volgens de tekst kunnen participatie en integratie alleen slagen als nieuwkomers ook culturele gebruiken van de lokale bevolking overnemen. (True/False)
Lokaal medeburgerschap is een onvermijdelijke evolutie volgens het principe van universalistisch burgerschap. (True/False)
Lokaal medeburgerschap is een onvermijdelijke evolutie volgens het principe van universalistisch burgerschap. (True/False)
Er kan maar één nationale identiteit zijn volgens de tekst. (True/False)
Er kan maar één nationale identiteit zijn volgens de tekst. (True/False)
Volgens de tekst hebben culturele gewoonten en nationale symbolen sociaal nut. (True/False)
Volgens de tekst hebben culturele gewoonten en nationale symbolen sociaal nut. (True/False)
Een autonoom persoon heeft het recht om zelf te beslissen over zaken die hem of haar aangaan, ongeacht de competentie.
Een autonoom persoon heeft het recht om zelf te beslissen over zaken die hem of haar aangaan, ongeacht de competentie.
Ouders hebben het recht om 'controversiële' opvoedingspraktijken voor kinderen te kiezen en uit te voeren volgens eigen goeddunken.
Ouders hebben het recht om 'controversiële' opvoedingspraktijken voor kinderen te kiezen en uit te voeren volgens eigen goeddunken.
Het neutraliteitsbeginsel houdt in dat elke cultuur en godsdienst gelijkwaardig behandeld moeten worden.
Het neutraliteitsbeginsel houdt in dat elke cultuur en godsdienst gelijkwaardig behandeld moeten worden.
Een van de beginselen voor het aanpakken van multiculturele controverses is het exclusieve neutraliteitsbeginsel.
Een van de beginselen voor het aanpakken van multiculturele controverses is het exclusieve neutraliteitsbeginsel.
Ouders hebben plichten zoals het voorzien in huisvesting, levensonderhoud en opvoeding van hun kinderen.
Ouders hebben plichten zoals het voorzien in huisvesting, levensonderhoud en opvoeding van hun kinderen.
Materiële bewaring heeft betrekking op fundamentele beslissingen die ouders voor hun kinderen maken, zoals taal, school en levensbeschouwing.
Materiële bewaring heeft betrekking op fundamentele beslissingen die ouders voor hun kinderen maken, zoals taal, school en levensbeschouwing.
Elk kind heeft recht op open toekomst, wat betekent dat ouders ervoor moeten zorgen dat het kind over zo breed mogelijke handelingscompetentie beschikt.
Elk kind heeft recht op open toekomst, wat betekent dat ouders ervoor moeten zorgen dat het kind over zo breed mogelijke handelingscompetentie beschikt.
Het recht op open toekomst sluit aan bij vrijheid als zelfbeschikking.
Het recht op open toekomst sluit aan bij vrijheid als zelfbeschikking.
Een autonoom persoon heeft hoge eisen voor beslissingscompetentie, waaronder accuraat voorspellen van de gevolgen van zijn of haar keuzes.
Een autonoom persoon heeft hoge eisen voor beslissingscompetentie, waaronder accuraat voorspellen van de gevolgen van zijn of haar keuzes.
Het neutraliteitsbeginsel vereist dat elke cultuur en godsdienst gelijkwaardig behandeld moeten worden.
Het neutraliteitsbeginsel vereist dat elke cultuur en godsdienst gelijkwaardig behandeld moeten worden.
Een autonoom persoon heeft lage eisen voor beslissingscompetentie, waarbij vooral de klemtoon ligt op eigenheid.
Een autonoom persoon heeft lage eisen voor beslissingscompetentie, waarbij vooral de klemtoon ligt op eigenheid.
Het zelfbestuur houdt in dat elke minderjarige het recht heeft om zelf te beslissen, los van de competentie.
Het zelfbestuur houdt in dat elke minderjarige het recht heeft om zelf te beslissen, los van de competentie.
Flashcards are hidden until you start studying