54 Questions
Vrijheid wordt in de tekst voorgesteld als het hoogste doel. (True/False)
True
Jan bevindt zich op het strand en besluit om te gaan zwemmen. Pieter heeft hier een probleem mee. Er ontstaat een discussie en een derde partij komt tussenbeide. De derde partij vraagt zich af waarom Pieter hier zo'n probleem mee heeft. We vragen om rechtvaardiging voor het handelen van Jan om te gaan zwemmen. (True/False)
False
Vrijheid als bevrijding betekent dat je je vrij voelt en je eigen zin kunt doen, zonder interne ervaren dwang. (True/False)
True
Positieve vrijheid houdt in dat je meester bent over jezelf en anderen geen dwang over je uitoefenen. (True/False)
True
Volgens de tekst is vrijheid verbonden met zowel moreel denken als vereiste rechtvaardiging. (True/False)
True
Vrijheid als zelfbepaling wordt geassocieerd met de afwezigheid van externe beperkingen die onze eigen verlangens of plannen in de weg staan. (True/False)
True
Het wegvallen van het Ijzeren Gordijn heeft geleid tot meer vrijheid voor de mensen in Oost-Europa.
True
Nudging is een schending van zelfbeschikking en is een motivatietechniek waarbij mensen op een positieve manier worden gestimuleerd om zich op de door de overheid gewenste wijze te gedragen.
True
Zelfbeschikking verwijst naar de vrijheid die streeft naar het gevoel van vrijheid en staat in functie van het eigen geluk en belangen.
True
De term 'supermarktvrijheid' verwijst naar de vrijheid in de breedte die mensen in staat stelt eindeloos te streven naar korte geluksmomenten.
True
Zelfrealisatie verwijst naar 'echte' vrijheid die kan worden bereikt door het nastreven van maatschappelijke of persoonlijke idealen.
True
Het recht op privacy erkent dat burgers over een zekere ruimte beschikken die afgeschermd is voor anderen en voor de overheid.
True
Het schadebeginsel van John Stuart Mill stelt dat de overheid alleen de vrijheid van burgers mag beperken als zij anderen schade toebrengen.
True
Zacht paternalisme beschermt burgers tegen eigenschade en gaat ervan uit dat de burger onvoldoende autonoom is om zelf te beslissen.
True
'Recht op je asociaal te gedragen' is een voorbeeld van sociale impasse waarbij mensen willen dat algemene informatie verspreid wordt.
False
'Recht op vergeten' houdt in dat mensen kunnen eisen dat informatie over henzelf verdwijnt, ook al blijft deze gelinkt aan hen.
True
Het schadebeginsel maakt geen onderscheid tussen verschillende soorten schade die iemand kan toebrengen aan anderen.
False
'Hard paternalisme' wordt gezien als minder controversieel dan 'zacht paternalisme'.
False
Het schadebeginsel is niet van toepassing op psychische schade bij getuigen van zelfbeschikkende daden.
True
Hard paternalisme houdt in dat de overheid op elk moment kan ingrijpen.
True
Overregulering kan inhouden dat de overheid afziet van regulering, zelfs als er kans op schade of hinder is.
True
Fairjoy kreeg gelijk in een situatie waarbij zijn persoonlijk plezier en belang zwaarder woog dan het externe belang.
True
Het recht op vrije meningsuiting is gebouwd op mensenrechten, democratische gelijkheid en juridische gelijkheid.
True
Sommige beledigingen zijn strafbaar, terwijl andere mensen te snel op hun tenen getrapt zijn.
False
Volgens Voltairiaanse tolerantie moet een persoon of groep tolerant zijn en de belediging sportief opvatten.
True
Tayloriaanse tolerantie legt de verdraagzaamheid bij de beledigde persoon of groep.
False
Haatberichten op sociale media mogen volgens Tayloriaanse tolerantie verwijderd worden.
True
Vrijheid om op te voeden valt onder hogere belangen, zoals veiligheid waarborgen.
True
Het schadebeginsel is van toepassing op alle gebruikers, ook als zij verstandige gebruikers zijn.
False
Het recht om 'brand' te roepen in een volle aula valt onder de vrije meningsuiting volgens Tayloriaanse tolerantie.
False
Het recht op ontplooiing van persoonlijkheid, talenten, geestelijke en lichamelijke vermogens behoort tot de drie beginselen van opvoeding. (waar/niet waar)
False
Ouders hebben recht op materiële en juridische bewaring van hun kinderen tot ontvoogding of meerderjarigheid. (waar/niet waar)
False
Anticiperende autonomie is een beginsel dat inhoudt dat elk kind recht heeft op condities die nodig zijn om autonoom persoon te worden. (waar/niet waar)
False
Het onderwijs is gericht op ontplooiing van volledige persoonlijkheid en talenten van het kind, maar niet op voorbereiding van het kind op actief leven als volwassene. (waar/niet waar)
False
Een kind speelt op 9-jarige leeftijd bij AS Roma, dit is een voorbeeld van thuisonderwijs. (waar/niet waar)
False
Zelfbepaling als opvoedingsideaal betekent dat imitatie wordt gezien als een goede manier van leven. (waar/niet waar)
False
Volgens het beginsel van zelfbestuur heeft elke minderjarige het recht om zelf te beslissen over materies die hen aanbelangen, los van de ouders. (waar/niet waar)
False
Voor het beginsel van zelfbestuur geldt een voorwaarde dat de minderjarige voldoende competentie moet hebben om te beslissen. (waar/niet waar)
False
Laïcité is een voorbeeld van een neutraliteitsbeginsel. (waar/niet waar)
False
Een moslimman die weigert een vrouw de hand te schudden is een voorbeeld van multiculturele controverses. (waar/niet waar)
False
Exclusieve neutraliteit houdt in dat de staat zich niet neutraal mag opstellen ten opzichte van religie. (waar/niet waar)
False
Hoge eisen voor beslissingscompetentie omvatten hulp bij probleemanalyse en -oplossing, en motieven die een mix zijn van emotie en ratio. (waar/niet waar)
False
Overheidsneutraliteit houdt in dat de overheid een neutrale en onpartijdige positie moet innemen ten opzichte van religie.
True
Inclusieve neutraliteit geeft burgers zoveel mogelijk ruimte om hun identiteit te etaleren, terwijl de overheid de plicht heeft om die ruimte te voorzien en te beschermen.
True
Exclusieve neutraliteit is hetzelfde als multiculturalisme.
False
Multiculturalisme streeft naar gedifferentieerd burgerschap en respect voor elke overtuiging.
True
Volgens anti-multiculturalisten zijn multiculturele minderheidsrechten niet meer dan gewone voorkeuren.
True
Het handicapargument van Parekh vergelijkt multiculturele minderheidsrechten met het recht op toegang voor rolstoelgebruikers.
True
Weigering van multiculturele minderheidsrechten schendt de vrijheid van religie en cultuur.
True
Gedeeld burgerschap staat centraal in het ideaal van sociale cohesie en wederkerigheid.
True
Inburgeringscursussen zijn bedoeld om nieuwkomers te helpen bij het behouden van hun cultuur en identiteit.
False
Lokaal medeburgerschap staat tegenover wereldburgerschap en benadrukt de verbondenheid op plaats- of taalgebonden niveau.
True
Volgens universalistisch burgerschap is het hebben van diverse loyaliteiten geen probleem zolang het belang van lokale harmonie wordt gerespecteerd.
True
Culturele gewoonten en nationale symbolen hebben volgens de tekst vooral een sociale nut door zorgen voor sociale cohesie en zekerheid.
True
This quiz explores the conflict between government safety regulations such as wearing seatbelts and helmets, and the principle of harm. It discusses whether self-determining citizens should be allowed to bear self-inflicted harm, and considers the application of the principle of harm to psychological damage in witness cases. It also addresses the concept of societal costs and preventive measures.
Make Your Own Quizzes and Flashcards
Convert your notes into interactive study material.
Get started for free