Podcast
Questions and Answers
Wat is het hulpwerkwoord dat meestal gebruikt wordt in het passé composé?
Wat is het hulpwerkwoord dat meestal gebruikt wordt in het passé composé?
avoir
Noem twee voorbeelden van werkwoorden die 'être' als hulpwerkwoord gebruiken.
Noem twee voorbeelden van werkwoorden die 'être' als hulpwerkwoord gebruiken.
aller, venir
Bij vrouwelijke enkelvoud werkwoorden met 'être' gebruik je +s voor het voltooid deelwoord.
Bij vrouwelijke enkelvoud werkwoorden met 'être' gebruik je +s voor het voltooid deelwoord.
False (B)
Wat is de onregelmatige voltooid deelwoord van 'avoir'?
Wat is de onregelmatige voltooid deelwoord van 'avoir'?
Bij vrouwelijke woorden die beginnen met een klinker of stomme 'h', gebruik je ______ in plaats van 'ma'.
Bij vrouwelijke woorden die beginnen met een klinker of stomme 'h', gebruik je ______ in plaats van 'ma'.
Match de bezittelijke voornaamwoorden met hun geslacht en getal:
Match de bezittelijke voornaamwoorden met hun geslacht en getal:
Wat is het hulpwerkwoord dat meestal wordt gebruikt in het passé composé?
Wat is het hulpwerkwoord dat meestal wordt gebruikt in het passé composé?
Noem een voorbeeld van een werkwoord dat 'être' als hulpwerkwoord gebruikt.
Noem een voorbeeld van een werkwoord dat 'être' als hulpwerkwoord gebruikt.
Jij hebt gesproken. (Vul het juiste Franse werkwoord in.)
Jij hebt gesproken. (Vul het juiste Franse werkwoord in.)
Bij het gebruik van 'être' moet het voltooid deelwoord worden aangepast aan het onderwerp.
Bij het gebruik van 'être' moet het voltooid deelwoord worden aangepast aan het onderwerp.
Welke van de volgende zinnen is correct?
Welke van de volgende zinnen is correct?
Het bezittelijk voornaamwoord voor 'mijn' in het mannelijk enkelvoud is ____.
Het bezittelijk voornaamwoord voor 'mijn' in het mannelijk enkelvoud is ____.
Match de bezittelijke voornaamwoorden met de juiste vormen:
Match de bezittelijke voornaamwoorden met de juiste vormen:
Wat is het juiste bezittelijk voornaamwoord voor vrouwelijke woorden die beginnen met een klinker?
Wat is het juiste bezittelijk voornaamwoord voor vrouwelijke woorden die beginnen met een klinker?
Flashcards are hidden until you start studying
Study Notes
Passé Composé
- Het passé composé gebruikt men voor afgeronde gebeurtenissen in het verleden.
- Bestaat uit twee onderdelen: een hulpwerkwoord en een voltooid deelwoord.
Hulpwerkwoord "Avoir"
- Meeste werkwoorden gebruiken "avoir":
- J'ai parlé (ik heb gesproken)
- Tu as parlé (jij hebt gesproken)
- Il/elle/on a parlé (hij/zij/men heeft gesproken)
- Nous avons parlé (wij hebben gesproken)
- Vous avez parlé (jullie/u heeft gesproken)
- Ils/elles ont parlé (zij hebben gesproken)
Hulpwerkwoord "Être"
- Enkele werkwoorden van beweging gebruiken "être":
- Je suis allé(e) (ik ben gegaan)
- Elle est venue (zij is gekomen)
- Voltooid deelwoord past zich aan het onderwerp aan:
- Vrouwelijk enkelvoud: +e (allée)
- Meervoud: +s (allés, allées)
Onregelmatige Voltooid Deelwoorden
- Avoir → eu
- Être → été
- Faire → fait
- Prendre → pris
- Voir → vu
Bezittelijk Voornaamwoord
- Geeft aan van wie iets is, past zich aan in geslacht en getal.
- Persoonlijk voornaamwoord: Mannelijk (enkelvoud), Vrouwelijk (enkelvoud), Meervoud (m/v):
Tabel Bezittelijke Voornaamwoorden
- Mijn: mon / ma / mes
- Jouw: ton / ta / tes
- Zijn/haar: son / sa / ses
- Ons/onze: notre / notre / nos
- Jullie/uw: votre / votre / vos
- Hun: leur / leur / leurs
Opmerkingen
- Bij vrouwelijke woorden die beginnen met een klinker of stomme "h", gebruik je "mon", "ton", "son" in plaats van "ma", "ta", "sa".
- Voorbeeld: mon amie (mijn vriendin), niet ma amie.
Passé Composé
- Het passé composé gebruikt men voor afgeronde gebeurtenissen in het verleden.
- Bestaat uit twee onderdelen: een hulpwerkwoord en een voltooid deelwoord.
Hulpwerkwoord "Avoir"
- Meeste werkwoorden gebruiken "avoir":
- J'ai parlé (ik heb gesproken)
- Tu as parlé (jij hebt gesproken)
- Il/elle/on a parlé (hij/zij/men heeft gesproken)
- Nous avons parlé (wij hebben gesproken)
- Vous avez parlé (jullie/u heeft gesproken)
- Ils/elles ont parlé (zij hebben gesproken)
Hulpwerkwoord "Être"
- Enkele werkwoorden van beweging gebruiken "être":
- Je suis allé(e) (ik ben gegaan)
- Elle est venue (zij is gekomen)
- Voltooid deelwoord past zich aan het onderwerp aan:
- Vrouwelijk enkelvoud: +e (allée)
- Meervoud: +s (allés, allées)
Onregelmatige Voltooid Deelwoorden
- Avoir → eu
- Être → été
- Faire → fait
- Prendre → pris
- Voir → vu
Bezittelijk Voornaamwoord
- Geeft aan van wie iets is, past zich aan in geslacht en getal.
- Persoonlijk voornaamwoord: Mannelijk (enkelvoud), Vrouwelijk (enkelvoud), Meervoud (m/v):
Tabel Bezittelijke Voornaamwoorden
- Mijn: mon / ma / mes
- Jouw: ton / ta / tes
- Zijn/haar: son / sa / ses
- Ons/onze: notre / notre / nos
- Jullie/uw: votre / votre / vos
- Hun: leur / leur / leurs
Opmerkingen
- Bij vrouwelijke woorden die beginnen met een klinker of stomme "h", gebruik je "mon", "ton", "son" in plaats van "ma", "ta", "sa".
- Voorbeeld: mon amie (mijn vriendin), niet ma amie.
Studying That Suits You
Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.