Podcast
Questions and Answers
Welke politieke ontwikkeling kenmerkte de periode 1848-1914 het meest?
Welke politieke ontwikkeling kenmerkte de periode 1848-1914 het meest?
- De afwezigheid van nieuwe politieke ideologieën.
- De opkomst van natiestaten door nationalisme. (correct)
- De verzwakking van de democratische hervormingen in Groot-Brittannië.
- De afname van het nationalisme in Europa.
Otto von Bismarck gebruikte een politiek van 'Vrede en Handel' om Duitsland te verenigen.
Otto von Bismarck gebruikte een politiek van 'Vrede en Handel' om Duitsland te verenigen.
False (B)
Welke oorlog resulteerde in de Duitse annexatie van Elzas-Lotharingen?
Welke oorlog resulteerde in de Duitse annexatie van Elzas-Lotharingen?
Frans-Pruisische oorlog
De afschaffing van de ______ vond plaats in Rusland in 1861.
De afschaffing van de ______ vond plaats in Rusland in 1861.
Match de volgende internationale organisaties met hun doel:
Match de volgende internationale organisaties met hun doel:
Welke industrieën kwamen voort uit de tweede industriële revolutie?
Welke industrieën kwamen voort uit de tweede industriële revolutie?
De uitvinding van de stoommachine had een grotere impact op transport en economie dan de verbrandingsmotor.
De uitvinding van de stoommachine had een grotere impact op transport en economie dan de verbrandingsmotor.
Welke economische gebeurtenis veroorzaakte sociale onrust en leidde tot protectionistische maatregelen in veel landen?
Welke economische gebeurtenis veroorzaakte sociale onrust en leidde tot protectionistische maatregelen in veel landen?
De groei van de arbeidersklasse leidde tot ______ en slechte arbeidsomstandigheden.
De groei van de arbeidersklasse leidde tot ______ en slechte arbeidsomstandigheden.
Match de volgende economische groepen met hun kenmerken:
Match de volgende economische groepen met hun kenmerken:
Welke beweging streed voor vrouwenrechten, waaronder het kiesrecht?
Welke beweging streed voor vrouwenrechten, waaronder het kiesrecht?
De alfabetiseringsgraad daalde in Europa als gevolg van de uitbreiding van het onderwijs.
De alfabetiseringsgraad daalde in Europa als gevolg van de uitbreiding van het onderwijs.
Welke ontwikkeling droeg bij aan de verspreiding van ideeën en informatie?
Welke ontwikkeling droeg bij aan de verspreiding van ideeën en informatie?
De levensomstandigheden in de steden verbeterden ______, maar armoede bleef een probleem.
De levensomstandigheden in de steden verbeterden ______, maar armoede bleef een probleem.
Match de volgende sociale klassen met hun kenmerken:
Match de volgende sociale klassen met hun kenmerken:
Welke conferentie legde de regels vast voor de verdeling van Afrika onder de Europese mogendheden?
Welke conferentie legde de regels vast voor de verdeling van Afrika onder de Europese mogendheden?
Het imperialisme had geen invloed op de lokale culturen en tradities in de gekoloniseerde gebieden.
Het imperialisme had geen invloed op de lokale culturen en tradities in de gekoloniseerde gebieden.
Welke crisis ontstond door conflicten tussen Groot-Brittannië en Frankrijk in Afrika?
Welke crisis ontstond door conflicten tussen Groot-Brittannië en Frankrijk in Afrika?
Het imperialisme leidde tot de ______ van de inheemse bevolking in gekoloniseerde gebieden.
Het imperialisme leidde tot de ______ van de inheemse bevolking in gekoloniseerde gebieden.
Match de volgende landen met hun koloniale invloed:
Match de volgende landen met hun koloniale invloed:
Flashcards
Periode 1848-1914
Periode 1848-1914
Een periode gekenmerkt door de opkomst van natiestaten, industrialisatie en imperialisme.
Nationalisme
Nationalisme
Het streven naar een eigen natiestaat, leidend tot de eenwording van o.a. Italië en Duitsland.
Otto von Bismarck
Otto von Bismarck
Speelde een cruciale rol in de Duitse eenwording door 'Blut und Eisen'.
Frans-Pruisische oorlog
Frans-Pruisische oorlog
Signup and view all the flashcards
Tweede Industriële Revolutie
Tweede Industriële Revolutie
Signup and view all the flashcards
Verstedelijking
Verstedelijking
Signup and view all the flashcards
Vakbonden
Vakbonden
Signup and view all the flashcards
Feminisme
Feminisme
Signup and view all the flashcards
Imperialisme
Imperialisme
Signup and view all the flashcards
Conferentie van Berlijn
Conferentie van Berlijn
Signup and view all the flashcards
Triple Alliantie
Triple Alliantie
Signup and view all the flashcards
Triple Entente
Triple Entente
Signup and view all the flashcards
Moord Franz Ferdinand
Moord Franz Ferdinand
Signup and view all the flashcards
Study Notes
- De periode 1848-1914 is een cruciale fase in de Europese en wereldgeschiedenis, gekenmerkt door ingrijpende politieke, economische en sociale veranderingen.
- Deze periode staat bekend om de opkomst van natiestaten, industrialisatie, imperialisme en de groeiende spanningen die uiteindelijk tot de Eerste Wereldoorlog leidden.
Politieke ontwikkelingen
- Nationalisme werd een dominante kracht in Europa, wat leidde tot de eenwording van Italië (1861-1871) en Duitsland (1871).
- Otto von Bismarck speelde een sleutelrol in de Duitse eenwording door middel van een politiek van "Blut und Eisen".
- De Frans-Pruisische oorlog (1870-1871) resulteerde in de Duitse annexatie van Elzas-Lotharingen en de val van het Tweede Franse Keizerrijk.
- In Oostenrijk-Hongarije leidde het nationalisme tot interne spanningen tussen verschillende etnische groepen.
- Rusland zette zijn expansie voort in Centraal-Azië en de Kaukasus, terwijl het interne hervormingen doorvoerde, zoals de afschaffing van de lijfeigenschap in 1861.
- In Groot-Brittannië werden democratische hervormingen doorgevoerd, waaronder de uitbreiding van het kiesrecht door middel van de Reform Acts.
- De periode zag de opkomst van nieuwe politieke ideologieën, zoals het socialisme en het anarchisme, die kritiek uitoefenden op de bestaande orde.
- De Eerste Internationale (1864) en de Tweede Internationale (1889) werden opgericht om de internationale arbeidersbeweging te coördineren.
Economische ontwikkelingen
- De tweede industriële revolutie bracht nieuwe technologieën en industrieën voort, zoals staal, elektriciteit en chemie.
- De uitvinding van de verbrandingsmotor en de ontwikkeling van de auto-industrie hadden een grote impact op transport en economie.
- De industrialisatie leidde tot verstedelijking en de groei van de arbeidersklasse, wat op zijn beurt sociale problemen veroorzaakte, zoals armoede en slechte arbeidsomstandigheden.
- Het kapitalisme ontwikkelde zich verder, met de opkomst van grote bedrijven en monopolies.
- Er ontstond een groeiende kloof tussen de rijke industriële elite en de arme arbeidersklasse.
- De landbouwsector werd gemoderniseerd door nieuwe technologieën en methoden, maar veel kleine boeren konden niet concurreren en migreerden naar de steden.
- De economische depressie van 1873-1896 veroorzaakte sociale onrust en leidde tot protectionistische maatregelen in veel landen.
Sociale ontwikkelingen
- De bevolking van Europa groeide aanzienlijk als gevolg van verbeterde voeding en hygiëne.
- De groeiende arbeidersklasse organiseerde zich in vakbonden om te strijden voor betere arbeidsomstandigheden en hogere lonen.
- Er ontstonden verschillende sociale bewegingen, zoals het feminisme, dat streed voor vrouwenrechten, waaronder het kiesrecht.
- Het onderwijs werd uitgebreid en verbeterd, waardoor de alfabetiseringsgraad steeg.
- De opkomst van de massamedia, zoals kranten en tijdschriften, droeg bij aan de verspreiding van ideeën en informatie.
- De sociale stratificatie bleef bestaan, maar er was ook sprake van sociale mobiliteit, vooral voor de middenklasse.
- De levensomstandigheden in de steden verbeterden geleidelijk, maar de armoede en slechte huisvesting bleven problemen.
Imperialisme
- Europese mogendheden koloniseerden grote delen van Afrika en Azië, op zoek naar grondstoffen, afzetmarkten en strategische voordelen.
- De Conferentie van Berlijn (1884-1885) legde de regels vast voor de verdeling van Afrika onder de Europese mogendheden.
- Groot-Brittannië breidde zijn koloniale rijk verder uit, met name in India en Afrika.
- Frankrijk vestigde een koloniaal rijk in Noord- en West-Afrika en Indochina.
- Duitsland, Italië en België verwierven ook koloniën in Afrika.
- Het imperialisme leidde tot conflicten tussen de Europese mogendheden, zoals de Fashoda-crisis (1898) tussen Groot-Brittannië en Frankrijk.
- De inheemse bevolking in de gekoloniseerde gebieden werd onderdrukt en uitgebuit.
- Het imperialisme droeg bij aan de verspreiding van Europese cultuur en technologie, maar ook tot de vernietiging van lokale culturen en tradities.
Internationale betrekkingen en de aanloop naar de Eerste Wereldoorlog
- Er ontstond een complex systeem van allianties tussen de Europese mogendheden, waaronder de Triple Alliantie (Duitsland, Oostenrijk-Hongarije, Italië) en de Triple Entente (Groot-Brittannië, Frankrijk, Rusland).
- De rivaliteit tussen Groot-Brittannië en Duitsland, met name op het gebied van de marine, droeg bij aan de spanningen.
- De Balkan werd een broeihaard van conflicten, met name tussen Oostenrijk-Hongarije en Servië.
- De moord op aartshertog Franz Ferdinand van Oostenrijk-Hongarije in Sarajevo (1914) was de directe aanleiding tot de Eerste Wereldoorlog.
- De Julicrisis, die volgde op de moord, leidde tot een escalatie van de spanningen en uiteindelijk tot de oorlogsverklaringen.
- De Eerste Wereldoorlog maakte een einde aan de lange periode van relatieve vrede en stabiliteit in Europa en luidde een nieuw tijdperk in.
Studying That Suits You
Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.