Economische principes: Maximum- en Minimumprijs

De maximale prijs die voor een goed of dienst mag worden betaald, ingesteld door de overheid.

De situatie waarin de gevraagde hoeveelheid groter is dan de aangeboden hoeveelheid bij een maximumprijs.

Een maximumprijs zorgt voor een lagere prijs, waardoor de vraag toeneemt en het aanbod daalt, met een vraagoverschot als gevolg.

Wachtlijsten, ongelijk verdeeld aanbod, en daling van economische welvaart.

De voordelen die respectievelijk consumenten en producenten halen uit een transactie. Verandert door maximumprijs.

De som van consumenten- en producentensurplus; maximaal bij marktevenwicht.

Een voorbeeld van een markt waar de overheid vaak een maximumprijs instelt om de koopkracht te beschermen.

De overheid interfereert door maximum en minimum prijzen vast te stellen, wat leidt tot onbalans en deadweight loss.

Een maximumprijs die lager is dan de evenwichtsprijs op de markt. Hierdoor ontstaat een tekort.

Het verschil tussen de gevraagde hoeveelheid en de aangeboden hoeveelheid bij een effectieve maximumprijs.

Een minimumprijs die hoger is dan de evenwichtsprijs op de markt. Hierdoor ontstaat een overschot.

Het verschil tussen de aangeboden hoeveelheid en de gevraagde hoeveelheid bij een effectieve minimumprijs.

De prijs waarbij de gevraagde hoeveelheid gelijk is aan de aangeboden hoeveelheid.

Het verlies aan welvaart dat ontstaat door een maximum- of minimumprijs die niet bij de markt evenwicht hoort.

Een lening die wordt uitgegeven in de vorm van obligaties, met een vaste rente en looptijd. Beleggers kopen deze obligaties en ontvangen periodiek rentebetalingen.

De vaste rente die een obligatiehouder jaarlijks ontvangt op een obligatielening.

De prijs van een obligatie op de secundaire markt varieert en hangt af van de marktrente. Als de marktrente stijgt, daalt de waarde van de obligatie omdat beleggers meer rendement kunnen behalen op andere beleggingen.

De factoren die bepalen hoe groot de belangstelling is van beleggers om een obligatie te kopen. Deze factoren kunnen zijn: de rente die de belegger kan krijgen op andere beleggingsvormen, de kredietwaardigheid van de emittent en de looptijd van de obligatie.

Een situatie waarin een land meer kapitaal ontvangt dan het uitleent. Dit betekent dat het handelsbalans van het land positief is, met een overschot aan exporten ten opzichte van importen.

Een toestroom van kapitaal in een land, meestal als gevolg van investeringen of leningen door buitenlandse entiteiten.

Een situatie waarin een land meer importen dan exporten heeft.

De mate waarin een kredietnemer waarschijnlijk in staat is om zijn schulden terug te betalen. Een hoge kredietwaardigheid betekent dat de kredietnemer een lage kans heeft om in gebreke te blijven met zijn betalingen.

De toename van het percentage senioren (65+) in een bevolking, terwijl het aantal jongeren daalt.

Minder werkende jongeren moeten zorgen voor meer gepensioneerden, wat kan leiden tot een tekort aan werkende mensen.

Vergrijzing leidt tot meer uitgaven voor senioren, zoals rusthuizen en zorg, wat meer belastinginkomsten vereist.

Tijdelijke werkloosheid die ontstaat tijdens de zoektocht naar een nieuwe baan.

Werkloosheid die ontstaat door een economische neergang.

Tijdelijke werkloosheid door seizoensgebonden activiteiten of economische redenen.

Werkloosheid die ontstaat door seizoensgebonden schommelingen in de vraag naar arbeid.

Langdurige werkloosheid die ontstaat door mismatch tussen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt.

Groepen die samenwerken op internationaal niveau, zoals de Europese Commissie, NAVO en internationale bankinstellingen.

Individuen met een geavanceerd educatieniveau, vaak met een universitair diploma of gelijkwaardig.

De vraag naar informatici is hoog, terwijl het aantal gekwalificeerde professionals soms achterblijft.

Toename van de productie van goederen en diensten in een economie.

Uitgaven die bedrijven en overheden doen om nieuwe technologieën en producten te ontwikkelen.

China heeft een snelle economische groei ondanks lage O&O-uitgaven door technologie te kopiëren en te produceren.

Wet die bedrijven verplicht om internationale mensenrechten, arbeidsrechten en milieunormen te respecteren in hun gehele productieproces.

Alle stappen die nodig zijn om een product of dienst te maken, van grondstoffen tot eindproduct.

Een samengestelde index die de gemiddelde prestaties van een land meet op het gebied van gezondheid, opleiding en levensstandaard.

De factoren die de waarde van de Menselijke Ontwikkelingsindex beïnvloeden, zoals levensverwachting bij de geboorte, geletterdheid en inkomen per hoofd van de bevolking.

Een index die de prestaties van een land beoordeelt op het gebied van duurzame ontwikkeling, waaronder economische groei, sociale inclusie en milieu-impact reduction.

De bezittingen van een gezin, zoals spaargeld, aandelen en onroerend goed.

De schulden van een gezin, zoals leningen en hypotheken.

Het verlies aan welvaart dat ontstaat door overheidsingrijpen in de markt, zoals het opleggen van maximum- of minimumprijzen.

Het verschil tussen de totale activa (bezittingen) en de totale passiva (schulden) van een land, bedrijf of huishouden.

Een land of entiteit heeft meer activa dan passiva, wat betekent dat het meer geld uitgeleend heeft dan ontvangen.

Een land of entiteit heeft meer passiva dan activa, wat betekent dat het meer geld ontvangen heeft dan uitgeleend.

Factoren die bijdragen aan een hoge productiviteit, zoals infrastructuur, onderwijs, centrumligging in Europa en lage belastingen.

Het percentage van de winst van een bedrijf dat als belasting aan de overheid wordt betaald.

Lage vennootschapsbelastingtarieven kunnen bedrijven aanmoedigen om te investeren.

België heeft een nettocrediteurpositie, wat betekent dat het meer geld uitgeleend heeft aan het buitenland dan ontvangen.

Belgische huishoudens hebben relatief veel financieel vermogen vergeleken met andere landen in het eurogebied.

De totale waarde van alle goederen en diensten die in de Europese Unie worden geproduceerd in een bepaald jaar.

Criminelen die samenwerken om grootschalige en gevaarlijke misdaden te plegen, zoals drugshandel, mensenhandel en cyberaanvallen.

Manieren om de welvaart van een land te meten, naast het traditionele bbp, door rekening te houden met aspecten zoals huishoudelijk werk en vrijwilligerswerk.

Het punt waarop meer consumptie niet per se leidt tot meer welzijn.

Mogelijke voordelen tijdens een economische crisis, zoals een afname van ongelijkheid of milieuvervuiling.

Maatstaven die de welvaart van een land meten, zoals het bbp, maar ook alternatieve indicatoren die rekening houden met bredere aspecten.

Een Grieks eiland ten zuidwesten van Samos, bekend om de lange levensduur van zijn inwoners.