Podcast
Questions and Answers
Hoe is de Nederlandse kust ontstaan?
Hoe is de Nederlandse kust ontstaan?
De Nederlandse kust is ontstaan door sedimentatie van zand en klei door de zee. Eerst was de zeespiegel lager en lag Nederland grotendeels onder water. Door de stijgende zeespiegel vormden zich strandwallen en later duinen.
Wat zijn de belangrijkste kustprocessen die een rol spelen in de vorming van de Nederlandse kust?
Wat zijn de belangrijkste kustprocessen die een rol spelen in de vorming van de Nederlandse kust?
De twee belangrijkste kustprocessen zijn sedimentatie en erosie. Sedimentatie is de afzetting van zand en klei door zee en rivieren. Erosie is de afbraak van de kustlijn door golven en stromingen.
Wat zijn kenmerken van de Nederlandse kust?
Wat zijn kenmerken van de Nederlandse kust?
De zeespiegel is de afgelopen 18.000 jaar ongeveer 120 tot 140 meter gestegen.
De zeespiegel is de afgelopen 18.000 jaar ongeveer 120 tot 140 meter gestegen.
De zeespiegelstijging ging de laatste vijfduizend jaar steeds sneller.
De zeespiegelstijging ging de laatste vijfduizend jaar steeds sneller.
Waaruit bestaat de Waddenkust?
Waaruit bestaat de Waddenkust?
Wat is het gevolg van sedimentatie > erosie bij de Waddeneilanden?
Wat is het gevolg van sedimentatie > erosie bij de Waddeneilanden?
De gesloten duinenkust strekt zich uit van Den Helder tot IJmuiden
De gesloten duinenkust strekt zich uit van Den Helder tot IJmuiden
Waar bestaat de gesloten duinenkust uit?
Waar bestaat de gesloten duinenkust uit?
Waar is de estuariumkust?
Waar is de estuariumkust?
Wat gebeurt er tijdens een stormvloed bij de gesloten duinenkust?
Wat gebeurt er tijdens een stormvloed bij de gesloten duinenkust?
Wat is een estuarium?
Wat is een estuarium?
Wat is het gevolg van het binnendringen van zout water bij de estuariumkust?
Wat is het gevolg van het binnendringen van zout water bij de estuariumkust?
Welke kustprocessen spelen een rol bij de vorming van de Nederlandse kust?
Welke kustprocessen spelen een rol bij de vorming van de Nederlandse kust?
De zeespiegel stijgt nog steeds, maar steeds langzamer.
De zeespiegel stijgt nog steeds, maar steeds langzamer.
Wat is het verschil tussen een strandwal en een duin?
Wat is het verschil tussen een strandwal en een duin?
Wat is het effect van meer sedimentatie op de kustlijn?
Wat is het effect van meer sedimentatie op de kustlijn?
Wat zijn de belangrijkste oorzaken van duinafslag?
Wat zijn de belangrijkste oorzaken van duinafslag?
Wat zijn de twee hoofdelementen die de Nederlandse kust in beweging houden?
Wat zijn de twee hoofdelementen die de Nederlandse kust in beweging houden?
Wat is kusterosie?
Wat is kusterosie?
Zeestromen zijn zoutwaterstromen die een vaste richting hebben.
Zeestromen zijn zoutwaterstromen die een vaste richting hebben.
Waarvoor is de Noord-Atlantische stroom belangrijk voor Nederland?
Waarvoor is de Noord-Atlantische stroom belangrijk voor Nederland?
Hoe ontstaan golven?
Hoe ontstaan golven?
Wat is getij?
Wat is getij?
Wat wordt er bedoeld met hoogwater?
Wat wordt er bedoeld met hoogwater?
Wat is de oorzaak van getij?
Wat is de oorzaak van getij?
Wat zijn vloedbergen?
Wat zijn vloedbergen?
Wat is springtij?
Wat is springtij?
Wat is getijdenstroom?
Wat is getijdenstroom?
Het verschil tussen hoogtij en laagtij wordt beïnvloed door de vorm van de kust.
Het verschil tussen hoogtij en laagtij wordt beïnvloed door de vorm van de kust.
Nederland is een delta.
Nederland is een delta.
Welke drie kusttypen komen voor in de Nederlandse delta?
Welke drie kusttypen komen voor in de Nederlandse delta?
Wat zijn wadden?
Wat zijn wadden?
Noem twee kenmerken van een waddenkust.
Noem twee kenmerken van een waddenkust.
Waar ligt de gesloten duinenkust?
Waar ligt de gesloten duinenkust?
Noem twee kenmerken van een gesloten duinenkust.
Noem twee kenmerken van een gesloten duinenkust.
Wat is verzilting?
Wat is verzilting?
Welke vier grote rivieren stromen door Nederland?
Welke vier grote rivieren stromen door Nederland?
Waar ontspringt de Rijn?
Waar ontspringt de Rijn?
Wat is het stroomgebied van een rivier?
Wat is het stroomgebied van een rivier?
Wat is een waterscheiding?
Wat is een waterscheiding?
Wat is een stroomstelsel?
Wat is een stroomstelsel?
De Rijn is een gemengde rivier.
De Rijn is een gemengde rivier.
De waterafvoer van de Rijn is in de winter het hoogst.
De waterafvoer van de Rijn is in de winter het hoogst.
In de bovenloop van de Rijn is er meer erosie dan sedimentatie.
In de bovenloop van de Rijn is er meer erosie dan sedimentatie.
De Rijn wordt bevaarbaar in de middenloop.
De Rijn wordt bevaarbaar in de middenloop.
Er is meer sedimentatie dan erosie in de benedenloop van de Rijn.
Er is meer sedimentatie dan erosie in de benedenloop van de Rijn.
De Rijn vertakt zich in Nederland in de Neder-Rijn, de Waal en de IJssel.
De Rijn vertakt zich in Nederland in de Neder-Rijn, de Waal en de IJssel.
Twee derde van het Rijnwater stroomt via de Waal naar zee.
Twee derde van het Rijnwater stroomt via de Waal naar zee.
Het stroomgebied van de Maas is kleiner dan dat van de Rijn.
Het stroomgebied van de Maas is kleiner dan dat van de Rijn.
Wat is een stuw?
Wat is een stuw?
Waarom zijn stuwen gebouwd in de Neder-Rijn?
Waarom zijn stuwen gebouwd in de Neder-Rijn?
Stuwen staan meestal open om de scheepvaart te garanderen.
Stuwen staan meestal open om de scheepvaart te garanderen.
De Maas is een regenrivier, wat betekent dat de waterafvoer voornamelijk wordt veroorzaakt door regen.
De Maas is een regenrivier, wat betekent dat de waterafvoer voornamelijk wordt veroorzaakt door regen.
De Maas mondt uit in de Noordzee.
De Maas mondt uit in de Noordzee.
De Maas is in de middenloop vrijwel onbedijkt.
De Maas is in de middenloop vrijwel onbedijkt.
De benedenloop van de Maas is onbedijkt.
De benedenloop van de Maas is onbedijkt.
Wat is een lengteprofiel?
Wat is een lengteprofiel?
Wat is het verval van een rivier?
Wat is het verval van een rivier?
De stroomsnelheid van een rivier hangt af van het verval.
De stroomsnelheid van een rivier hangt af van het verval.
De mens heeft geen invloed op de kust van Nederland.
De mens heeft geen invloed op de kust van Nederland.
Wat is een dwarsprofiel?
Wat is een dwarsprofiel?
Het regiem van een rivier wordt beïnvloed door de hoeveelheid neerslag en de temperatuur.
Het regiem van een rivier wordt beïnvloed door de hoeveelheid neerslag en de temperatuur.
De mens heeft geen invloed op het regiem van een rivier.
De mens heeft geen invloed op het regiem van een rivier.
Wat is de vertragingstijd?
Wat is de vertragingstijd?
Menselijk handelen heeft de vertragingstijd van rivieren verkort.
Menselijk handelen heeft de vertragingstijd van rivieren verkort.
Wat is het doel van het programma Ruimte voor de Rivier?
Wat is het doel van het programma Ruimte voor de Rivier?
Noem drie doelen van het programma Ruimte voor de Rivier.
Noem drie doelen van het programma Ruimte voor de Rivier.
Noem drie maatregelen die zijn toegepast in het programma Ruimte voor de Rivier.
Noem drie maatregelen die zijn toegepast in het programma Ruimte voor de Rivier.
Het programma Ruimte voor de Rivier is gericht op het creëren van meer ruimte voor de rivieren, zowel binnendijks als buitendijks.
Het programma Ruimte voor de Rivier is gericht op het creëren van meer ruimte voor de rivieren, zowel binnendijks als buitendijks.
De Maaswerken zijn gericht op het vergroten van de veiligheid van de Maas.
De Maaswerken zijn gericht op het vergroten van de veiligheid van de Maas.
Noem drie doelstellingen van de Maaswerken.
Noem drie doelstellingen van de Maaswerken.
Bodemdaling is een natuurlijk proces.
Bodemdaling is een natuurlijk proces.
Noem twee oorzaken van bodemdaling.
Noem twee oorzaken van bodemdaling.
Verdroging kan leiden tot verzilting.
Verdroging kan leiden tot verzilting.
Het meeste zoete water wordt gebruikt als drinkwater.
Het meeste zoete water wordt gebruikt als drinkwater.
Drinkwatergebruik neemt af bij warme en droge periodes.
Drinkwatergebruik neemt af bij warme en droge periodes.
Wat zijn enkele kenmerken van de Nederlandse kust?
Wat zijn enkele kenmerken van de Nederlandse kust?
Oude duinen zijn hoger dan jonge duinen.
Oude duinen zijn hoger dan jonge duinen.
Wat is het gevolg van meer sedimentatie op de kustlijn?
Wat is het gevolg van meer sedimentatie op de kustlijn?
Waarom konden de oude duinen een gesloten rij vormen?
Waarom konden de oude duinen een gesloten rij vormen?
Wat gebeurde er aan het einde van de middeleeuwen met de kustlijn?
Wat gebeurde er aan het einde van de middeleeuwen met de kustlijn?
Wat is een dynamisch systeem?
Wat is een dynamisch systeem?
Welke twee krachten zijn belangrijk voor het transport van zand en klei langs de kust?
Welke twee krachten zijn belangrijk voor het transport van zand en klei langs de kust?
Kusterosie ontstaat wanneer de afbraak van de Nederlandse kust groter is dan de opbouw.
Kusterosie ontstaat wanneer de afbraak van de Nederlandse kust groter is dan de opbouw.
Welke kustprocessen vormen een dynamisch systeem?
Welke kustprocessen vormen een dynamisch systeem?
Wat zijn zeestromen?
Wat zijn zeestromen?
Welke zeestroom is van belang voor Nederland?
Welke zeestroom is van belang voor Nederland?
Hoe versterkt de zuidwestenwind de invloed van de zeestroom op de kust?
Hoe versterkt de zuidwestenwind de invloed van de zeestroom op de kust?
Regelmatige golven ontstaan wanneer de wind langdurig uit dezelfde richting waait over een oceaan.
Regelmatige golven ontstaan wanneer de wind langdurig uit dezelfde richting waait over een oceaan.
Wat is het verschil tussen hoogwater (hoogtij) en laagwater (laagtij)?
Wat is het verschil tussen hoogwater (hoogtij) en laagwater (laagtij)?
Wat is het verschil tussen springtij en doodtij?
Wat is het verschil tussen springtij en doodtij?
Het getijverschil is overal in Nederland gelijk.
Het getijverschil is overal in Nederland gelijk.
Welke drie kusttypen zijn er in de Nederlandse delta?
Welke drie kusttypen zijn er in de Nederlandse delta?
Welke factoren beïnvloeden de beweging van de Waddeneilanden?
Welke factoren beïnvloeden de beweging van de Waddeneilanden?
Wat zijn enkele kenmerken van de gesloten duinenkust?
Wat zijn enkele kenmerken van de gesloten duinenkust?
De estuariumkust van Nederland is ontstaan door de Rijn, de Maas en de Schelde.
De estuariumkust van Nederland is ontstaan door de Rijn, de Maas en de Schelde.
Wat is het gevolg van het binnendringen van zout water in de estuariumkust bij vloed?
Wat is het gevolg van het binnendringen van zout water in de estuariumkust bij vloed?
De Rijn is een regenrivier.
De Rijn is een regenrivier.
Wanneer is de waterafvoer van de Rijn het hoogst?
Wanneer is de waterafvoer van de Rijn het hoogst?
Wat zijn enkele kenmerken van de bovenloop van een rivier?
Wat zijn enkele kenmerken van de bovenloop van een rivier?
Hoe vertakt de Rijn zich in Nederland?
Hoe vertakt de Rijn zich in Nederland?
De sedimentatie in de benedenloop van de Rijn is groter dan de erosie.
De sedimentatie in de benedenloop van de Rijn is groter dan de erosie.
Waarvoor worden de stuwen in de Neder-Rijn gebruikt?
Waarvoor worden de stuwen in de Neder-Rijn gebruikt?
De stuwen in de Neder-Rijn staan meestal dicht om scheepvaart te garanderen.
De stuwen in de Neder-Rijn staan meestal dicht om scheepvaart te garanderen.
Waarom is de Maas kleiner dan de Rijn?
Waarom is de Maas kleiner dan de Rijn?
Wat is de reden dat de Maas een regenrivier is?
Wat is de reden dat de Maas een regenrivier is?
Waar mondt de Maas uit?
Waar mondt de Maas uit?
Waarom is de benedenloop van de Maas bedijkt?
Waarom is de benedenloop van de Maas bedijkt?
Wat is het verschil tussen verval en verhang?
Wat is het verschil tussen verval en verhang?
Van welke factoren is het debiet afhankelijk?
Van welke factoren is het debiet afhankelijk?
Hoe heeft het menselijk handelen invloed op de kust in Nederland?
Hoe heeft het menselijk handelen invloed op de kust in Nederland?
Wat zijn kenmerken van een dwarsprofiel van een rivier in Nederland?
Wat zijn kenmerken van een dwarsprofiel van een rivier in Nederland?
Hoe heeft het menselijk handelen invloed op het regiem van een rivier?
Hoe heeft het menselijk handelen invloed op het regiem van een rivier?
Hoe heeft het menselijk handelen invloed op water in het landschap en op de waterkwaliteit?
Hoe heeft het menselijk handelen invloed op water in het landschap en op de waterkwaliteit?
Welke maatregelen worden er genomen bij Ruimte voor de Rivier?
Welke maatregelen worden er genomen bij Ruimte voor de Rivier?
Wat is het doel van de Maaswerken?
Wat is het doel van de Maaswerken?
Wat zijn kenmerken van de Nederlandse kust? (Selecteer alle juiste opties)
Wat zijn kenmerken van de Nederlandse kust? (Selecteer alle juiste opties)
Wat betekent 'sedimentatie'?
Wat betekent 'sedimentatie'?
De zuidwestenwind versterkt de invloed van de zeestroom op de kust.
De zuidwestenwind versterkt de invloed van de zeestroom op de kust.
Welke van de volgende processen draagt bij aan de vorming van golven?
Welke van de volgende processen draagt bij aan de vorming van golven?
Match de volgende begrippen met hun definities:
Match de volgende begrippen met hun definities:
Welke kusttypen komen voor in Nederland? (Selecteer alle juiste opties)
Welke kusttypen komen voor in Nederland? (Selecteer alle juiste opties)
Welke kenmerken zijn er aan de Waddenkust?
Welke kenmerken zijn er aan de Waddenkust?
Zout water kan ver landinwaarts binnendringen bij vloed.
Zout water kan ver landinwaarts binnendringen bij vloed.
Welke vier rivieren stromen door Nederland?
Welke vier rivieren stromen door Nederland?
Wat is het verschil tussen een bovenloop, middenloop en benedenloop van een rivier?
Wat is het verschil tussen een bovenloop, middenloop en benedenloop van een rivier?
Wat is het doel van de Deltawerken?
Wat is het doel van de Deltawerken?
Wat zijn de voordelen van de Deltawerken?
Wat zijn de voordelen van de Deltawerken?
Wat betekent 'dijkverzwaring'?
Wat betekent 'dijkverzwaring'?
Wat zijn uiterwaarden?
Wat zijn uiterwaarden?
Door de mens is het regiem van rivieren regelmatiger geworden.
Door de mens is het regiem van rivieren regelmatiger geworden.
Wat is kanalisatie?
Wat is kanalisatie?
Door menselijk handelen is de vertragingstijd van rivieren toegenomen.
Door menselijk handelen is de vertragingstijd van rivieren toegenomen.
Welke maatregelen worden er genomen binnen het programma Ruimte voor de Rivier?
Welke maatregelen worden er genomen binnen het programma Ruimte voor de Rivier?
Wat is bodemdaling?
Wat is bodemdaling?
Wat zijn de oorzaken van bodemdaling?
Wat zijn de oorzaken van bodemdaling?
Wat is ontwatering?
Wat is ontwatering?
Verzilting is nadelig voor de landbouw en de drinkwatervoorziening.
Verzilting is nadelig voor de landbouw en de drinkwatervoorziening.
Wat zijn de maaswerken?
Wat zijn de maaswerken?
Flashcards
Holoceen
Holoceen
De periode waarin de aarde significant warmer werd, na de laatste ijstijd.
Zeespiegelstijging
Zeespiegelstijging
De stijging van de zeespiegel.
Sedimentatie
Sedimentatie
Het proces waarbij zand en klei door de zee worden afgezet.
Kustlijnverandering
Kustlijnverandering
Signup and view all the flashcards
Strandwallen
Strandwallen
Signup and view all the flashcards
Duinen
Duinen
Signup and view all the flashcards
Gesloten duinenrij
Gesloten duinenrij
Signup and view all the flashcards
Veenmoerassen
Veenmoerassen
Signup and view all the flashcards
Erosie
Erosie
Signup and view all the flashcards
Westerstormen
Westerstormen
Signup and view all the flashcards
Transport van sediment
Transport van sediment
Signup and view all the flashcards
Kusterosie
Kusterosie
Signup and view all the flashcards
Zeestromen
Zeestromen
Signup and view all the flashcards
Golfstroom
Golfstroom
Signup and view all the flashcards
Getij
Getij
Signup and view all the flashcards
Hoogtij
Hoogtij
Signup and view all the flashcards
Laagtij
Laagtij
Signup and view all the flashcards
Getijdenstroom
Getijdenstroom
Signup and view all the flashcards
Springtij
Springtij
Signup and view all the flashcards
Doodtij
Doodtij
Signup and view all the flashcards
Delta
Delta
Signup and view all the flashcards
Wadden
Wadden
Signup and view all the flashcards
Gesloten duinenkust
Gesloten duinenkust
Signup and view all the flashcards
Estuarium
Estuarium
Signup and view all the flashcards
Stroomgebied
Stroomgebied
Signup and view all the flashcards
Waterscheiding
Waterscheiding
Signup and view all the flashcards
Stroomstelsel
Stroomstelsel
Signup and view all the flashcards
Gemengde rivier
Gemengde rivier
Signup and view all the flashcards
Bovenloop Rivier
Bovenloop Rivier
Signup and view all the flashcards
Middenloop Rivier
Middenloop Rivier
Signup and view all the flashcards
Benedenloop Rivier
Benedenloop Rivier
Signup and view all the flashcards
Stuw
Stuw
Signup and view all the flashcards
Buitendijks
Buitendijks
Signup and view all the flashcards
Binnendijks
Binnendijks
Signup and view all the flashcards
Winterbed Rivier
Winterbed Rivier
Signup and view all the flashcards
Zomerbed Rivier
Zomerbed Rivier
Signup and view all the flashcards
Regiem
Regiem
Signup and view all the flashcards
Krib
Krib
Signup and view all the flashcards
Kanalisatie
Kanalisatie
Signup and view all the flashcards
Vertragingstijd
Vertragingstijd
Signup and view all the flashcards
Ruimte voor de Rivier
Ruimte voor de Rivier
Signup and view all the flashcards
Hoogwatergeul
Hoogwatergeul
Signup and view all the flashcards
Noodoverloopgebied
Noodoverloopgebied
Signup and view all the flashcards
Bodemdaling
Bodemdaling
Signup and view all the flashcards
Verzilting
Verzilting
Signup and view all the flashcards
Grondwaterontrekking
Grondwaterontrekking
Signup and view all the flashcards
Verdroging
Verdroging
Signup and view all the flashcards
Bovenloop
Bovenloop
Signup and view all the flashcards
Middenloop
Middenloop
Signup and view all the flashcards
Benedenloop
Benedenloop
Signup and view all the flashcards
Kustlijn
Kustlijn
Signup and view all the flashcards
Study Notes
De Nederlandse kust
- De Nederlandse kust is ontstaan door sedimentatie (afzetting van zand en klei) door de zee.
- De kustlijn veranderde langzaam door deze processen.
- Zandbanken ontstonden door de afzetting van zand onder water.
- Strandwallen en daarna duinen ontstonden door de uitgroei van deze zandbanken.
- Oude duinen zijn lager dan jonge duinen, dit is te danken aan de opbouw over lange tijd.
- Jonge duinen liggen dichter bij de zeekust.
- De kustlijn is westwaarts gevorderd, duinen en strandwallen liggen steeds westelijker.
- Oude duinen vormen een gesloten rij.
- De zee kon niet meer binnendringen in Nederland. De zeespiegel is in de afgelopen 18.000 jaar 120 tot 140 meter gestegen en de stijging is langzamer geworden.
- Het grond- en oppervlaktewater in de kuststrook werd zoet.
- Uitgestrekte veenmoerassen ontstonden hierdoor.
- De zee drong het land weer binnen in de middeleeuwen.
- Sedimentatie (zand en klei) zette zich af.
- Erosie van oude duinen.
- Jonge duinen ontstonden op oude duinen.
- Kustprocessen bepalen de continue vorming en verandering van de kust.
- De zeespiegelstijging ging eerst heel snel, maar de laatste vijfduizend jaar steeds langzamer.
- De Nederlandse kust is een dynamisch systeem.
Kusterosie en opbouw
- Zeestromen en wind zijn belangrijke factoren in de voortdurende verandering.
- Ze stromen zand en klei voortdurend van de ene plek naar de andere langs de kust.
- Kusterosie (afbraak) gebeurt op de ene plek en opbouw op de andere.
- Deze processen zijn dynamisch en veranderen continu.
- Dit dynamische systeem van afbraak en opbouw zorgt voor een kusterosie.
- Windkracht en wateroppervlak beïnvloeden de hoogte van golven.
- Golven komen voortdurend langs de kust.
- De Noord-Atlantische Stroom (Golfstroom) is van belang voor de Nederlandse kust, ze beïnvloedt de zeestromen en heeft invloed op het klimaat.
- Twee reststromen in de Noordzee hebben invloed op de kust.
- Getijdenbeweging beïnvloedt de kustlijn.
Getij
- Getij, eb en vloed, hebben een grote invloed op de kustprocessen.
- Het getij is de afwisseling van eb (gaand tij) en vloed (opkomend tij), afhankelijk van de stand van de zon en de maan t.o.v. de aarde.
- Bij springtij staan zon, aarde en maan in een rechte lijn, dit levert het grootste verschil tussen hoogwater en laagwater.
- Bij doodtij staan zon, aarde en maan haaks op elkaar, hier is het verschil kleiner tussen eb en vloed.
- Het verschil waterhoogte tussen hoog en laagwater is verschillend in Nederland en wordt beïnvloed door de kustvorm. Verschil in hoog en laagwater wordt ook beïnvloed door de Nederlandse kustvorm.
- Het getij heeft een belangrijke rol bij de kustprocessen, zoals de afwisseling van eb en vloed.
- Verschillende kustplaatsen hebben verschillende verschillen in eb en vloed.
Kusttypen
- Nederland is een delta.
- Een delta is een mondingsgebied van rivieren waar water uiteensplijt.
- Drie belangrijke kusttypen zijn Waddenkust, Gesloten duinenkust en Estuariumkust bij volgorde van noord naar zuid.
- Waddenkust wordt enkel overstroomd bij hoog water.
- Kenmerken Waddeneilanden: bij laagwater is een groot deel van het gebied droog.
- Kenmerken gesloten duinenkust: strandwallen en duinen.
- Kenmerken estuariumkust: trechtervormige mondingen, zoet en zout water mengen.
- Zout water kan bij vloed ver in het binnenland stromen.
- Dit zorgt voor verzilting van omliggende gebieden.
- De kustlijnen worden gevormd, veranderd en beïnvloed door de zee en rivieren.
Stroomgebied van de Rijn en Maas
- Nederland heeft vier belangrijke rivieren die door het land stromen: Rijn, Maas, Schelde, en Eems.
- Het stroomgebied is het gebied dat afwatert naar de rivier en haar zijrivieren.
- De waterscheiding is de limiet tussen twee stroomgebieden.
- Het stroomstelsel omvat de rivier en haar zijrivieren en vertakkingen binnen hetzelfde stroomgebied.
- Het verval van een rivier is het hoogteverschil tussen twee punten in de rivier.
- Het verhang is die hoogteverschil per kilometer.
- Het debiet is de hoeveelheid water die per tijdseenheid stroomt. (m³/s).
- De snelheid en het verval bepalen het debiet.
- De Maas en Rijn zijn belangrijke rivieren in Nederland, maar verschillen in stroomgebied en kenmerken.
- De Rijn komt uit Zwitserland en heeft 9 landen in haar stroomgebied, terwijl de Maas uit Frankrijk komt en een kleiner stroomgebied heeft.
- De stroomgebieden zijn onderverdeeld in bovenloop, middenloop en benedenloop, elk met specifieke kenmerken (snelheid, erosie, sedimentatie).
- Stuwen en kribben reguleren het waterniveau en de stroomsnelheid.
Menselijk handelen in het landschap
- Menselijke activiteiten hebben invloed op de kust, rivieren en waterkwaliteit.
- Dijken, dammen en duinen zijn versterkt na overstromingen.
- Deltawerken zijn gebouwd om het overstromingsgevaar te verkleinen.
- Ontbossing en verstening leidt tot sneller afvoeren van neerslag.
- Bodemverzakkingen kunnen optreden door het onttrekken van grondwater. Dit is een gevolg van menselijke activiteiten.
- Er zijn veel maatregelen genomen om de bevaarbaarheid te verbeteren en overstromingen te voorkomen.
- Het menselijk handelen heeft grote invloed op de hoogte van de grondwaterspiegel.
- Waterkeringen (zeewerken en rivierwerken) zijn onmisbaar om Nederland tegen de zee en rivieren te beschermen.
- De kust en rivieren zijn door menselijke activiteiten verandert.
Programma Ruimte voor de Rivier
- Het programma Ruimte voor de Rivier is een initiatief om ruimte te creëren voor de rivieren.
- Doelen zijn: veiligheid voor de landbouw, natuurgebieden, recreatie en versterken van de landbouw.
- Er zijn verschillende maatregelen verschilden per locatie, deze zijn buitendijks en binnendijks.
- Voorbeelden zijn uitdiepen van de uiterwaarden en het aanleggen van kribben, die kunnen bijdragen tot het reguleren van de waterstroom.
- Het programma is specifiek gericht op het creëren van ruimte voor de rivieren en het aanpassen van het landschap.
- Er zijn verschillende maatregelen genomen op de plaatsen uit het programma.
Studying That Suits You
Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.
Related Documents
Description
Deze quiz behandelt de vorming en veranderingen van de Nederlandse kust. Je leert over sedimentatie, de rol van zandbanken, en de ontwikkeling van duinen. Ontdek hoe de kustlijn door erosie en ophoping van sedimenten is gevormd door de eeuwen heen.