Cultuurwetenschappen Hoofdstuk 6: Sociale Stratificatie

Choose a study mode

Play Quiz
Study Flashcards
Spaced Repetition
Chat to Lesson

Podcast

Play an AI-generated podcast conversation about this lesson

Questions and Answers

Wat is sociale stratificatie?

  • Het bepalen van de levensverwachting van verschillende bevolkingsgroepen
  • Het verdelen van mensen in verschillende posities in de maatschappij (correct)
  • Het verdelen van mensen in klassen op basis van geslacht en leeftijd
  • Een vorm van geologische differentiatie

Welke machtsbron werd belangrijk bij de overgang naar landbouwers volgens de tekst? Grondgebied / Grondbezit.

grondgebied / grondbezit

Sociale stratificatie kan alleen voorkomen in moderne industriële samenlevingen.

False (B)

Noem drie opdelingsfactoren die de positie van iemand in de samenleving kunnen bepalen volgens de tekst.

<p>Capaciteiten, grondbezit, bezit van productiemiddelen</p> Signup and view all the answers

Wat zijn kenmerken van sociale stratificatie? (Selecteer alle juiste antwoorden)

<p>Beheerst je leven (A), Universeel verschijnsel (B), Relatief in tijd, cultuur en plaats (C), Verschillende opdelingsfactoren (D)</p> Signup and view all the answers

Wat zijn de kenmerken van het Indische kastenstelsel?

<p>Endogame huwelijk, geen mobiliteit, geloof in reïncarnatie.</p> Signup and view all the answers

Wat zijn de kenmerken van de standenmaatschappij?

<p>Endogame huwelijk, nauwkeurig omschreven rechten en plichten, godsdienstige motivatie, minder gesloten dan het kastensysteem.</p> Signup and view all the answers

Wat zijn de kenmerken van de klassenmaatschappij?

<p>De hiërarchie wordt bepaald door economische maatstaven, weinig differentiatie, verticale sociale mobiliteit.</p> Signup and view all the answers

Flashcards are hidden until you start studying

Study Notes

Inleiding Sociale Stratificatie

  • Sociale stratificatie: het verdelen van mensen in verschillende posities binnen een samenleving, met een hiërarchische waardering.
  • Vorm van sociale differentiatie, oorspronkelijk uit geologie (aardlagen).

Soorten Sociale Stratificatie

Kastenstelsel

  • Een gesloten systeem van sociale stratificatie, zonder sociale mobiliteit.
  • Voorbeeld: India (5 kasten).
  • Kenmerken:
    • Endogame huwelijk (enkel leden van dezelfde kast).
    • Geen mobiliteit.
    • Geloof in reincarnatie.

Standenmaatschappij

  • Vaak in landbouwsamenlevingen, met grondbezit als belangrijkste factor.
  • Kenmerken:
    • Endogame huwelijk.
    • Nauwkeurig omschreven rechten en plichten, bestraft wanneer niet nageleefd.
    • Gehoorzaamheid aan systeem → godsdienstige motivatie.
    • Minder gesloten dan het kastensysteem.
    • Vrijen konden op twee manieren in de adelstand worden verheven: militaire daden of kopen van rechten.
    • De meeste mensen bleven heel hun leven in hun eigen stand.

Klassenmaatschappij

  • Ontstaan na de industriële revolutie, met bezit van economische productiemiddelen als belangrijkste factor.
  • Kenmerken:
    • De hiërarchie wordt bepaald door economische maatstaven.
    • De onderverdeling kent weinig differentiatie.
    • Er is sprake van verticale sociale mobiliteit.

Theoretici

Karl Marx

  • Duitser, 19de eeuw.
  • Centrale figuur in de ontwikkeling van het socialisme en radicalere communisme.
  • Werk: "Das Kapital" en "Communistisch Manifest".
  • Analyse van de samenleving:
    • Conflicten, ruzies, meningsverschillen en belangenstrijden zijn cruciaal voor een menselijke samenleving.
    • Twee groepen: kapitaalkrachtigen en kapitaalarmen.
    • Samenleving bestaat uit belangenveld.

Max Weber

  • Drie criteria voor sociale stratificatie: klasse, status en macht.
  • Klassen: een verzameling individuen die een ongeveer gelijke positie delen in de markteconomie.
  • Status: de beoordeling door anderen van het prestige van een groep of persoon.
  • Macht: het vermogen van iemand om zijn eigen doelstellingen te realiseren, zelfs tegen de wil van anderen.

Sociale Mobiliteit

  • Open samenleving: mobiliseren is mogelijk.
  • Gesloten samenleving: mobiliseren is niet mogelijk.
  • Horizontale sociale mobiliteit: bewegen binnen je laag.
  • Verticale sociale mobiliteit: bewegen tussen verschillende lagen.
  • Oorzaken: wijziging in de structuur van de beroepsbevolking, inspanningen van individuen.
  • Gevolgen: functionele gevolgen (nieuwe ervaringen opdoen, opvattingen verruimen), disfunctionele gevolgen (weet niet hoe te gedragen in nieuwe positie, statusinconsistentie).

Breuklijnen in de Samenleving

  • Soorten: maatschappelijke tegenstellingen, maatschappelijke scheidingslijnen, maatschappelijke breuklijnen.
  • Niveaus: relationele breuk, maatschappelijke breuk, ruimtelijke breuk.
  • Klassieke breuklijnen: breuklijn tussen arm en rijk, de Vlaams-Waalse strijd, de religieus-filosofische zuilen, de sociaal-economische breuklijn, nieuwe breuklijn tussen laag- en hooggeschoolden.

Studying That Suits You

Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.

Quiz Team

More Like This

BLOQUE 2.5 SOCIOLOGIA
8 questions

BLOQUE 2.5 SOCIOLOGIA

IntegralKindness avatar
IntegralKindness
Sociology Chapter 8 - Social Stratification
23 questions
Social Stratification Concepts Quiz
35 questions

Social Stratification Concepts Quiz

SensationalChrysoprase468 avatar
SensationalChrysoprase468
Social Stratification: Social Mobility Quiz
12 questions
Use Quizgecko on...
Browser
Browser