Chemical Reactions and ATP Synthesis

CharmingAspen avatar
CharmingAspen
·
·
Download

Start Quiz

Study Flashcards

64 Questions

Levende wezens zijn opgebouwd uit dezelfde materie als niet-levende dingen, waarbij het belangrijkste atoom in levende organismen __ is.

False

Cellen ontstaan door deling van al bestaande cel, elk levend wezen ontstaat alleen uit bestaand levend wezen, waarbij __ slechts mogelijk is bij chemische en fysische omstandigheden die thans op aarde niet meer voorkomen.

False

Moleculen Eiwitten zijn momenteel geen uitzondering en zijn afkomstig van __.

False

Koolstof voor de opbouw van de meest ingewikkelde organische levensverschijnselen in elke cel is afkomstig van __ uit de lucht.

False

Fotosynthese is het proces waarbij planten stralingsenergie omzetten in chemische energie.

True

Eiwitten worden afgebroken tot aminozuren tijdens de spijsvertering.

True

Warmte is een gemakkelijk uitgewisselde vorm van energie in biologische systemen.

False

Het rendement van plantaardige productie is hoger dan dat van dierlijke productie.

True

De ademhaling is precies het omgekeerde van fotosynthese.

True

Autotrofe organismen kunnen stralingsenergie vastleggen en omzetten in energierijke stoffen.

True

De totale energie blijft constant volgens de eerste wet van de thermodynamica.

True

Energie kan opgenomen worden uit de buitenwereld tijdens het verbranden van glucose.

True

De enthalpieverandering (H) is een goede maat voor verandering in energie-inhoud van het systeem.

True

Totale inwendige energie van een systeem is niet te kennen, maar wel meetbaar.

False

Energie wordt overgedragen onder vorm van warmte in biologische systemen.

False

Afbraakproducten van vetten zijn glycerol en aminozuren.

False

Een deel van de vrijgekomen energie wordt gebruikt voor de opbouw van grote moleculen uit kleine moleculen, dit proces wordt ook wel __ genoemd.

False

ATP staat voor __.

False

De energie die vrijkomt bij de hydrolyse van ATP is ongeveer __ kJ.

False

Heterotrofe cellen verbruiken complexe organische moleculen om er energie uit te halen. (True/False)

True

De ademhaling is een exergonisch proces. (True/False)

True

Oxidatieve fosforylatie leidt tot de omzetting van ADP naar ATP. (True/False)

True

Energie uit ATP kan worden omgezet in nucleïnezuren. (True/False)

False

De levende cel vernieuwt zichzelf voortdurend en heeft deze capaciteit om energie uit ATP te halen. (True/False)

True

Het inwendige van een cel wordt begrensd door een __.

False

Actief transport van ionen doorheen het membraan zorgt voor een ongelijke verdeling van ladingen en creëert zo een __.

False

Bij dierlijke cellen zal glucose door passieve diffusie de cel binnendringen. (True/False)

False

Dierlijke cellen kunnen water in of uit de cel pompen via een __.

False

Organismen zijn opgebouwd uit cellen, waarbij de cel de kleinste vitale eenheid is.

True

Hersencellen zijn een voorbeeld van cellen die na verloop van tijd verouderen en sterven.

True

Energie wordt gebruikt voor het verrichten van arbeid, opbouw van complexe moleculen en transport van voedsel.

True

Lichtenergie wordt door groene planten omgezet in chemische energie in de vorm van ATP.

True

Autotrofe organismen bouwen organische moleculen op uit anorganische stoffen met behulp van zonlicht als energiebron.

True

Enzymen zijn eiwitten die in staat zijn om zeer specifieke chemische omzettingen te regelen.

True

Mutaties ontstaan door kopieerfouten in het erfelijk materiaal en kunnen leiden tot nieuwe erfelijke eigenschappen.

True

Homeostase is het vermogen van een organisme om constant de samenstelling van zijn lichaamsvochten te regelen.

True

Planten en dieren hebben het vermogen om uit eenvoudige bouwstenen complexe verbindingen op te bouwen.

False

Dieren hebben het vermogen tot fotosynthese en kunnen daardoor energie produceren uit licht.

False

Plantaardige synthese verwijst naar het vermogen van planten om complexe verbindingen af te breken tot eenvoudige bouwstenen.

False

Dieren kunnen energie opslaan in de vorm van zetmeel, net als planten.

False

Een triglyceride of vet levert overmaat vet opslag in vetweefsel als reserve.

True

Glycerol wordt uit glyceraldehyde-3-fosfaat gevormd via reacties van de glycolyse.

True

Aminozuren kunnen uit andere stoffen worden gesynthetiseerd en zijn daarom niet essentieel in de voeding.

False

Eiwitten zijn zeer stabiele stoffen die niet voortdurend worden afgebroken in de cel.

False

Metabolische processen worden geregeld door enzymen en staan niet onder controle van genen.

False

Enzymen zijn betrekkelijk stabiel en worden niet onomkeerbaar geïnactiveerd door temperaturen boven 60°C.

False

De productie van enzymen en andere eiwitten wordt gestuurd door mechanismen van genrepressie en genderepressie.

True

Een inductor is een stof die met repressor complex vormt en repressie verhindert.

True

Elk gen is min of meer onderdrukt, wat bekend staat als derepressie.

False

Elke reactie in de cel wordt gekatalyseerd door specifieke enzymen, maar niet voor elk enzym zijn optimumwaarden bekend.

False

De genactiviteit wordt niet gereguleerd door metabolische processen.

False

Elke chemische reactie in de cel wordt gekatalyseerd door specifieke enzymen, maar niet alle enzymen zijn eiwitten die door de cel zelf worden gemaakt.

False

Glucose is de enige suiker die in aanmerking komt voor de celstofwisseling.

True

De reactie waarbij glucose wordt omgezet in glucose-6-fosfaat is reversibel en komt alleen voor in levercellen.

False

Bij overaanbod van glucose in de cel wordt glycogeen gevormd als reserve in lever- en spiercellen.

True

De oxidatie van glucose vindt plaats in drie fasen: glycolyse, cyclus van Krebs en terminale oxidaties.

True

Bij de glycolyse worden 2 ATP-moleculen verbruikt en worden er uiteindelijk 2 moleculen ATP per molecuul glucose gevormd.

True

De KREBS-cyclus resulteert in de vorming van 6 CO2, 8 NADH, 2 FADH en 2 ATP per molecuul pyrodruivenzuur.

False

Bij de terminale oxidatie worden waterstofatomen overgedragen op zuurstof, wat leidt tot de vorming van water en energie die wordt vastgelegd in ATP.

True

In anaerobe omstandigheden wordt pyrodruivenzuur omgezet in melkzuur via de KREBS-cyclus.

False

Onder anaerobe omstandigheden is de totale energieopbrengst bij de verbranding van glucose veel hoger dan bij volledige oxidatie.

False

Bij afwezigheid van zuurstofgas vindt alleen glycolyse plaats met melkzuur als eindproduct.

True

De opstapeling van glycogeen dient als een snel aanspreekbare energiereserve in lichaamscellen.

True

Vetten in lichaamscellen kunnen alleen afkomstig zijn uit voeding en niet worden gesynthetiseerd uit glucose of aminozuren.

False

Test your knowledge about the process of ATP synthesis and the energy released in chemical reactions. Learn about the formation of large molecules from smaller ones and the role of ATP in storing and releasing energy.

Make Your Own Quizzes and Flashcards

Convert your notes into interactive study material.

Get started for free
Use Quizgecko on...
Browser
Browser