Boekhouding en jaarrekening

Een rechtspersoon met een juridische structuur waarin de aansprakelijkheid van de eigenaren beperkt is tot hun aandelen in de onderneming. Voorbeelden zijn BV en NV.

Elke onderneming moet een register bijhouden van alle financiële transacties. Dit register wordt gebruikt om de financiële gezondheid van de onderneming te volgen.

Een methode van boekhouding waarbij elke transactie wordt geregistreerd met twee boekingen: een debet- en een creditboeking. Dit zorgt voor een evenwichtige balans in de boekhouding.

Een vereenvoudigde boekhoudmethode die geschikt is voor kleine ondernemingen. Transacties worden meestal één voor één geregistreerd.

Een officieel document dat de financiële situatie van een onderneming op een bepaald moment in de tijd weergeeft. Dit document toont de activa, passiva en eigen vermogen van de onderneming.

Een officieel document dat de winst of verlies van een onderneming in een bepaalde periode weergeeft. Dit document toont de inkomsten en uitgaven van de onderneming gedurende een boekjaar.

Een officieel document dat aanvullende informatie over de jaarrekening van een organisatie biedt. Dit document geeft meer context en uitleg over de financiële positie van de onderneming.

Het beginsel dat de jaarrekening een getrouwe weergave moet geven van de financiële positie en de resultaten van de onderneming. De informatie moet betrouwbaar en objectief zijn.

Het proces waarbij alle balansposten (activa en passiva) van verschillende ondernemingen in een groep worden opgeteld.

Transacties tussen bedrijven binnen dezelfde groep worden uit de jaarrekening verwijderd.

Deze jaarrekening geeft alleen informatie, maar is niet officieel goedgekeurd.

De vennootschap die verantwoordelijk is voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening.

De verzameling van bedrijven die worden opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening.

De balans, resultatenrekening, toelichting en het jaarverslag van de geconsolideerde jaarrekening.

De geconsolideerde jaarrekening en het jaarverslag worden gecontroleerd door een expert.

De gecontroleerde documenten zijn openbaar beschikbaar bij de Nationale Bank.

De verandering in het eigen vermogen van een onderneming tijdens een bepaalde periode.

De dagelijkse activiteiten van een bedrijf, zoals de verkoop van producten of diensten.

Resultaten gerelateerd aan de financiering en investeringen van een bedrijf.

Toevallige gebeurtenissen met een positieve of negatieve impact op het resultaat. Voorbeeld: verkoop van een grond tegen een lagere prijs dan de boekwaarde.

Het eigen vermogen aan het begin van een boekjaar plus de netto-vermogenswijziging gedurende het boekjaar.

Kosten die direct verband houden met de normale bedrijfsactiviteiten, zoals personeelskosten.

Opbrengsten die voortkomen uit financiering en investeringen, zoals rente op leningen.

Het vermeerderen of verminderen van een actief/passief post wordt geregistreerd op de linker (debet) of rechter (credit) kant van de rekening.

Een bezitting of vordering van een onderneming. Voorbeelden: Kas, Voorraad, Debiteuren.

Een schuld van een onderneming. Voorbeelden: Crediteuren, Leningen, Eigen Vermogen.

Een vermindering van een actief post wordt geregistreerd op de credit zijde van de rekening.

Een vermindering van een passief post wordt geregistreerd op de debet zijde van de rekening.

Om het eindsaldo van een rekening te berekenen, wordt het totaal van debet en credit afgetrokken. Het resultaat geeft het saldo op de balans.

Debitoverschotten worden geregistreerd als actief posten en creditoverschotten als passief posten op de balans.

Het kopen van een woning met geld van de bankrekening resulteert in een toename van activa (de woning) en een afname van activa (geld op de bankrekening).

De waarde van een actief daalt, maar er is een gelijktijdige vermindering van een passief bestanddeel, waardoor het totale balanstotaal ongewijzigd blijft.

Een passief bestanddeel wordt kleiner, maar tegelijkertijd stijgt een ander passief bestanddeel, waardoor het balanstotaal in evenwicht blijft.

Een verandering in het vermogen of de schulden van een bedrijf vereist altijd minstens twee boekingen en in sommige gevallen meer dan twee.

Een balans is in evenwicht als de som van alle activa gelijk is aan de som van alle passiva.

Fouten in de boekhouding kunnen leiden tot een disbalans in de balans, wat betekent dat de activa en passiva niet gelijk zijn.

Elke financiële transactie die in een boekjaar plaatsvindt, wordt geregistreerd in de boekhouding.

Elke rubriek in een balans is verbonden met rekeningen die worden gebruikt in het boekhoudsysteem om transacties te registeren.

Een overzicht van alle kosten en opbrengsten van een onderneming in een bepaalde periode, meestal een jaar.

Het verschil tussen de totale opbrengsten en de totale kosten van een onderneming, over een bepaalde periode.

Een boekhoudkundige methode om de waardevermindering van activa met een levensduur langer dan een jaar vast te leggen.

De winst of het verlies van een onderneming na aftrek van alle kosten en belastingen.

De winst of het verlies van een onderneming vóór aftrek van belastingen.

Een vorm van opstellen van de resultatenrekening waarbij de bedragen onder elkaar worden geplaatst in plaats van in een T-vorm.