Biologie Klassifikatie en Associaties

Play an AI-generated podcast conversation about this lesson

Pas de foljende kleur aan hun betekenis:

Rood = Liefde Blau = Vrede Geel = Vrolijkheid Groen = Natuur

Pas de foljende seizoenen aan hun karakteristieken:

Zomer = Warm en zonnig Winter = Koud en sneeuwachtig Lente = Bloeiende bloemen Herfst = Valle blaadjes

Pas de foljende fruit aan hun soort:

Appel = Crisp en zoet Banaan = Romig en zacht Citroen = Zuur en verfrissend Aardbei = Zoet en sappig

Pas de foljende dieren aan hun woonomgeving:

Leeuw = Savanne Pinguïn = Kouduidelijke zee Olifant = Bos Dolfijn = Oceaan Signup and view all the answers

Pas de foljende muziekinstrumenten aan hun type:

Piano = Toetseninstrument Gitaar = Snareninstrument Trompet = Blaasinstrument Drums = Slaginstrument Signup and view all the answers

Kopp de volgeinde voeden meganismen in enkelvoudige cellen bij de juiste beschrijving:

Phagotrophs = Ingestie van vaste voedseldeeltjes door fagocytose Osmotrophs = Absorptie van opgeloste organische moleculen Autotrophs = Maken hun eigen voedsel Heterotrophs = Verkrijgen voedsel van andere organismen Signup and view all the answers

Kopp de volgeinde termen bij de juiste beschrijving:

Voedingsvacuole = Een membraan-gebonden zak met voedseldeeltjes Lysosomen = Kleine blaasjes met spijsverteringsenzymen Fagocytose = Het internaliseren van voedseldeeltjes Exocytose = Het uitstoten van onverteerde materialen Signup and view all the answers

Kopp de volgeinde soorten van heterotrofisch voeden bij de juiste strategie:

Fagocytose = Voedseldeeltjes insluiten en verteren Osmotrofie = Ontvangen van voedingsstoffen via absorptie Voedingsvacuole = Opslag van ingekapseld voedsel Lysosomen = Afbraak van voedsel met enzymen Signup and view all the answers

Match de folgende types wormen met hun anatoomische kenmerke:

Platworm = Eenvoudig spijsverteringssysteem Segmentworm = Complex anatoomische structuur Rondworm = Rond lichaam en lange vorm Vleeseter worm = Aandeeltje van spijsvertering Signup and view all the answers

Kopp de volgeinde processsen bij de juiste functie:

Voedingsvacuole = Slaat ingesloten voedsel op Lysosomen = Verteert voedseldeeltjes Exocytose = Verwijdert onverteerde stoffen Fagocytose = Vormen van voedselvacuolen Signup and view all the answers

Match de volgende wormen met hun klassificatie:

Annelida = Segmentwormen Platyhelminthes = Platwormen Nematoda = Rondwormen Mollusca = Weekdieren Signup and view all the answers

Kopp de volgeinde omschrijvingen van organismen bij de juiste categorie:

Autotrophs = Kunnen hun eigen voedsel maken Heterotrophs = Moeten voedsel van andere organismen verkrijgen Phagotrophs = Eten vaste voedseldeeltjes Osmotrophs = Eten opgeloste organische stoffen Signup and view all the answers

Match de diagraaf nummers met hun bijhorende type worm:

Diagraaf 1 = Platworm Diagraaf 2 = Segmentworm Diagraaf 3 = Rondworm Diagraaf 4 = Vleeseter worm Signup and view all the answers

Match de volgende kenmerken met de juiste wormen:

Eenvoudig spijsverteringssysteem = Platworm Gelaagd lichaam = Segmentworm Leven in de bodem = Rondworm Actief inwater = Vleeseter worm Signup and view all the answers

Match de worm anatoom met hun functie:

Spijsverteringssysteem = Verwerken van voedsel Huid = Bescherming van het lichaam Zenuwstelsel = Reguleren van beweging Bloedvaten = Transport van voedingsstoffen Signup and view all the answers

Koppel de voordele voedingsmodi an hun beschrijvingen:

Autotroof = Organismen die hun eigen organische verbindingen kunnen produceren uit anorganische materialen Heterotroof = Organismen die afhankelijk zijn van het consumeren van organische materialen van andere organismen Osmotroof = Organismen die voedingsstoffen opnemen door opgeloste organische stoffen te absorberen Phagotroof = Organismen die voedingsstoffen verkrijgen door vaste deeltjes te omhulen Signup and view all the answers

Koppel de termen aan hun definities:

Phagocytose = Een type endocytose waarbij de cel grote deeltjes of hele organismen opneemt Voedingsvacuole = Een membraangebonden compartiment dat wordt gevormd tijdens phagocytose Lysosomen = Kleine zakjes die enzymen bevatten die belangrijk zijn voor het afbreken van stoffen binnen de cel Exocytose = Het proces van het expelleren van afvalmaterialen of stoffen uit een cel Signup and view all the answers

Koppel de voedingsmodi aan hun unieke kenmerken:

Autotroof = Gebruikt lichtenergie voor fotosynthese Heterotroof = Kan geen eigen organische verbindingen produceren Osmotroof = Verkrijgt voedingsstoffen door absorptie uit de omgeving Phagotroof = Omhulde vaste deeltjes om voedingsstoffen te verkrijgen Signup and view all the answers

Koppel de processen aan hun functie:

Phagocytose = Creëert een voedingsvacuole rond een voedseldeeltje Afbraak door lysosomen = Begint de vertering van voedsel binnen de cel Exocytose = Stoot onverteerde materialen uit de cel Osmotrofie = Absorbeert opgelost organisch materiaal uit de omgeving Signup and view all the answers

Koppel de moed van voeding aan hun afhankelijkheid van externe bronnen:

Autotroof = Onafhankelijk van externe organische bronnen Heterotroof = Afhankelijk van andere organismen voor voedingsstoffen Osmotroof = Gebaseerd op de absorptie van opgelost materiaal Phagotroof = Afhankelijk van het omhulen van vaste deeltjes Signup and view all the answers

Match de deele van de plant met hun functie:

Blad = Plaats van fotosynthese Stengel = Ondersteuning en transport Wortels = Absorptie van water en voedingsstoffen Bloem = Reproduksie Signup and view all the answers

Match de following fasen van fotosyntese met hun beschrijvingen:

Lichtreactie = Vindt plaats in de thylakoïden Donkere reactie = Vindt plaats in de stroma Calvin Cyclus = Zet kooldioxide om in glucose Kleurstoffen = Vouwen energie uit licht Signup and view all the answers

Match de stoffen betrokken bij fotosynthese:

Water = Noodzakelijk voor de fotosynthese Koolstofdioxide = Bron van koolstof Zuurstof = Bijproduct van fotosynthese Lichtenergie = Aangedreven de fotosynthese Signup and view all the answers

Match de stappen van het fotosynthese-proces:

Absorptie van licht = Eerste stap Water splitsten = Vorming van zuurstof Koolstofdioxide fixeren = Vorming van glucose Glucose vormen = Eindproduct Signup and view all the answers

Koppel de volgende onderdelen van 'n organisme aan hun beschrijving:

Anatomisch structuur = Basiselementen van het lichaam Interne structuur = Diepere lagen van een organisme Diagram = Visuele representatie van informatie Label = Tekeningen met aanduidingen voor onderdelen Signup and view all the answers

Match de ingangen van de lichtreacties met hun uitgangen:

Lichtenergie = Produceert ATP en NADPH Water = Splits in zuurstof, waterstofionen en elektronen Zuurstof = Wordt een bijproduct Kooldioxide = Wordt niet gebruikt in lichtreacties Signup and view all the answers

Koppel de volgende termen aan hun betekenis:

Arabisch tekst = Geschreven informatie in de Arabische taal Diagrammen = Prentjes die een idee visueel weergeven Details = Kleine, specifieke informatie Onderwerpen = Hoofdgedeelten van tekst Signup and view all the answers

Match de inputs met de juiste uitkomsten van fotosyntese:

Kooldioxide = Glucose Water = Zuurstof Lichtenergie = ATP en NADPH Glucose = Wordt gebruikt voor energie Signup and view all the answers

Match de termen met hun betekenissen:

Fotosynthese = Proces waarbij planten lichtenergie omzetten in chemische energie Chlorofyl = Groene pigment in bladeren Glucose = Energiebron voor de plant Ecosysteem = Gemeenschap van organismen en hun omgeving Signup and view all the answers

Koppel de volgende woorden aan hun categorie:

Biologisch = Betrekking hebbend op levende organismen Anatomisch = Gerelateerd aan lichaamstructuur Vergroten = Om vergroten of in detail te tonen Visueel = Dat betrekking heeft op het zien Signup and view all the answers

Match de processen in de bladeren:

Transpiratie = Afvoer van waterdamp Gasswisseling = Uitwisseling van zuurstof en koolstofdioxide Voeding = Transport van voedingsstoffen Fosforylering = Omzetting van energie Signup and view all the answers

Match de organellen met hun functie in fotosyntese:

Chloroplast = Plaats waar fotosyntese plaatsvindt Thylakoïden = Bevatten chlorofyl voor lichtabsorptie Stroma = Plaats van de Calvin Cyclus Mitochondriën = Wordt niet gebruikt in fotosyntese Signup and view all the answers

Koppel de functies van een diagram aan hun doel:

Labeling = Het duidelijk maken van verschillende onderdelen Illustreren = Het visueel uitleggen van concepten Analyseren = Het bestuderen van relaties tussen onderdelen Educatie = Onderwijs door middel van visuele hulpmiddelen Signup and view all the answers

Match de geproduceerde stoffen met de fase waarin ze worden gevormd:

ATP = Lichtreactie NADPH = Lichtreactie Glucose = Donkere reactie Zuurstof = Lichtreactie Signup and view all the answers

Koppel de volgende functies aan een tekstblok:

Beschrijvend = Geef informatie over het onderwerp Informatief = Bied relevante details aan Engagerend = Trek de aandacht van de lezer Uitleggend = Verduidelijk een bepaald concept Signup and view all the answers

Pas de foljende ingangs met hun funksie aan in de fotosynthese:

Watir = Ingangsmateriaal voor fotosynthese Koolstofdioxied = Ingangsmateriaal voor fotosynthese Licht = Energiebron voor de reactie Glucose = Product van de fotosynthese Signup and view all the answers

Pas de foljende produkten an hun relevansie aan in de fotosynthese:

Zuurstof = Bijproduct van de fotosynthese Glucose = Hulpbron voor energie Water = Benodigd voor de chemische reacties Koolstofdioxied = Benodigd voor de lichtreacties Signup and view all the answers

Pas de foljende stadia aan hun beschrijving aan in de fotosynthese:

Lichtreacties = Energie opwekken uit zonlicht Donkere reacties = Vormen van glucose uit koolstofdioxied Afscheiding van zuurstof = Gevolg van de lichtreacties Opname van koolstofdioxied = Noodzakelijk voor de donkere reacties Signup and view all the answers

Pas de foljende prosessen aan hun plaats van optreden:

Lichtafhankelijke reaksies = Thylakoidmembranen Lichtonafhankelijke reaksies (Calvin cyclus) = Stroma Glucose syntese = Thylakoidmembranen Water splitting = Stroma Signup and view all the answers

Pas de foljende elementen aan hun rol aan in de fotosynthese:

Chlorofyl = Groene pigment dat licht absorbeert Stomata = Poriën voor gasuitwisseling Xyleem = Transport van water Floëem = Transport van glucose Signup and view all the answers

Pas de foljende molekulen aan hun functie aan:

ATP = Energie drager NADPH = Energie drager Zuurstof = Bijproduct van water splitting Koolstofdioxide = Gebruikt in de Calvin cyclus Signup and view all the answers

Pas de foljende termen aan hun betekenis aan in het fotosyntheseproces:

Chemische energie = Energie opgeslagen in glucose Lichtenergie = Energie van de zon Reactanten = Materialen die nodig zijn voor de reactie Producten = Resultaten van de fotosynthese Signup and view all the answers

Pas de foljende onderdelen aan hun beschrijving aan:

Chlorofyl = Absorbeert lichtenergie Thylakoidmembranen = Plaats van lichtafhankelijke reaksies Stroma = Omgeving van de thylakoïden Water = Treedt in de thylakoidmembranen binnen Signup and view all the answers

Pas de foljende reacties aan hun type aan:

Lichtafhankelijke reacties = Vereisen licht Lichtonafhankelijke reacties = Gebruiken ATP en NADPH Glucose productie = Vindt plaats in de Calvin cyclus Zuurstofproductie = Bijproduct van lichtafhankelijke reacties Signup and view all the answers

Pas de foljende processen aan hun energiebron aan:

Zonlicht = Aangewend in lichtafhankelijke reacties ATP en NADPH = Gemaakt in lichtafhankelijke reacties Koolstofdioxide = Aangewend in lichtonafhankelijke reacties Oxygen = Bijproduct van lichtafhankelijke reacties Signup and view all the answers

Koppel de folgjende stappe fan fotosyntese mei har beskriuwings:

Ljochtôfhinklike reaksjes = Fynt plak yn de thylakoidmembranen Calvincyclus = Gebrûkt ATP en NADPH foar de ynformaasje fan karbondioxyde Wetter = In ynfier fan ljochtôfhinklike reaksjes Sûker = In produkt fan ljochtûnôfhinklike reaksjes Signup and view all the answers

Koppel de folgjende stoffen mei har rollen yn fotosyntese:

Karbondioxyde = In ynfier foar de Calvincyclus Oksigen = In produkt fan de ljochtôfhinklike reaksjes Chlorofyl = Absorbeart ljochtenerzjy yn chloroplasten ATP = Fergroatet enerzjy foar de Calvincyclus Signup and view all the answers

Koppel de folgjende ûnderbroeken fan fotosyntese mei har funksjes:

Thylakoidmembranen = Fyn plak foar ljochtôfhinklike reaksjes Stroma = Fyn plak foar ljochtûnôfhinklike reaksjes Chloroplasten = Fyn plak yn 'e plantenzellen Arrows = Toane de floeis fan stoffen Signup and view all the answers

Koppel de folgjende produkten fan fotosyntese mei har beskriuwings:

Sûker = Fonnis hofd fan 'e Calvincyclus Oksigen = Fonnis fan ljochtôfhinklike reaksjes NADPH = Transportmiddel fan elektronen ATP = Enerzjyboarnen foar de cellen Signup and view all the answers

Koppel de folgjende ynfierstoffen mei har wrâld yn fotosyntese:

Wetter = Nedich foar it skeppen fan oksigen Ljochtenerzjy = Nedich foar ATP-synthese Karbondioxyde = Foar de produksje fan sûkers Ferroen = Skep sinneljocht yn it process Signup and view all the answers