Podcast
Questions and Answers
Wat betekent een atoomnummer van 6 voor het aantal protonen en elektronen in een koolstofatoom?
Wat betekent een atoomnummer van 6 voor het aantal protonen en elektronen in een koolstofatoom?
Hoeveel elektronen kunnen er maximaal in de tweede schil van een atoom zitten?
Hoeveel elektronen kunnen er maximaal in de tweede schil van een atoom zitten?
Wat zijn valentie-elektronen?
Wat zijn valentie-elektronen?
Welke informatie is nodig om het aantal neutronen in een koolstofatoom te bepalen?
Welke informatie is nodig om het aantal neutronen in een koolstofatoom te bepalen?
Signup and view all the answers
Wat gebeurt er met de aantrekkingskracht van de kern naarmate elektronen verder van de kern af zitten?
Wat gebeurt er met de aantrekkingskracht van de kern naarmate elektronen verder van de kern af zitten?
Signup and view all the answers
Wat is de meest stabiele conformatie waarnaar atomen streven?
Wat is de meest stabiele conformatie waarnaar atomen streven?
Signup and view all the answers
Hoeveel valentie-elektronen heeft een stikstofatoom?
Hoeveel valentie-elektronen heeft een stikstofatoom?
Signup and view all the answers
Wat gebeurt er precies bij een covalente binding?
Wat gebeurt er precies bij een covalente binding?
Signup and view all the answers
Wat is de lading van een kation?
Wat is de lading van een kation?
Signup and view all the answers
Welke binding is het sterkst?
Welke binding is het sterkst?
Signup and view all the answers
Hoeveel watermoleculen komen er vrij bij de vorming van een polymeer van 15 monomeren?
Hoeveel watermoleculen komen er vrij bij de vorming van een polymeer van 15 monomeren?
Signup and view all the answers
Wat voor type binding ontstaat er tussen twee monosaccharides?
Wat voor type binding ontstaat er tussen twee monosaccharides?
Signup and view all the answers
Wat zijn de reacties genoemd waarbij biologische polymeren worden afgebroken?
Wat zijn de reacties genoemd waarbij biologische polymeren worden afgebroken?
Signup and view all the answers
Wat gebeurt er bij een verhoogde temperatuur met intermoleculaire bindingen?
Wat gebeurt er bij een verhoogde temperatuur met intermoleculaire bindingen?
Signup and view all the answers
Welke binding kan niet verbroken worden door temperatuurverhoging?
Welke binding kan niet verbroken worden door temperatuurverhoging?
Signup and view all the answers
Wat gebeurt er met de glucoseconcentratie als alleen de β-vorm wordt geoxideerd?
Wat gebeurt er met de glucoseconcentratie als alleen de β-vorm wordt geoxideerd?
Signup and view all the answers
Wat betekent het als twee tetrapeptiden verschillende aminozuurvolgordes hebben?
Wat betekent het als twee tetrapeptiden verschillende aminozuurvolgordes hebben?
Signup and view all the answers
Hoeveel verschillende polypeptiden kunnen er worden gesynthetiseerd met 20 verschillende aminozuren in een keten van 6 aminozuren?
Hoeveel verschillende polypeptiden kunnen er worden gesynthetiseerd met 20 verschillende aminozuren in een keten van 6 aminozuren?
Signup and view all the answers
Hoeveel moleculen H₂O komen er vrij bij het koppelen van 51 aminozuren?
Hoeveel moleculen H₂O komen er vrij bij het koppelen van 51 aminozuren?
Signup and view all the answers
Wat stabiliseert bèta sheets in eiwitten?
Wat stabiliseert bèta sheets in eiwitten?
Signup and view all the answers
Wat is er aan de hand met eiwitten wanneer ze denatureren door hoge temperaturen?
Wat is er aan de hand met eiwitten wanneer ze denatureren door hoge temperaturen?
Signup and view all the answers
Wat vormt de basis voor waterstofbruggen in polaire verbindingen?
Wat vormt de basis voor waterstofbruggen in polaire verbindingen?
Signup and view all the answers
Waarom is het belangrijk dat aminozuren verschillende restgroepen hebben?
Waarom is het belangrijk dat aminozuren verschillende restgroepen hebben?
Signup and view all the answers
Wat wordt bedoeld met verzadigd vet?
Wat wordt bedoeld met verzadigd vet?
Signup and view all the answers
Wat kenmerkt onverzadigde vetten?
Wat kenmerkt onverzadigde vetten?
Signup and view all the answers
Wat is het verschil tussen enkelvoudig en meervoudig onverzadigd vet?
Wat is het verschil tussen enkelvoudig en meervoudig onverzadigd vet?
Signup and view all the answers
Waarom wordt op een etiket specifiek het aandeel verzadigd, enkelvoudig onverzadigd en meervoudig onverzadigd vet aangegeven?
Waarom wordt op een etiket specifiek het aandeel verzadigd, enkelvoudig onverzadigd en meervoudig onverzadigd vet aangegeven?
Signup and view all the answers
Waarom slaan planten energie voornamelijk op in de vorm van zetmeel en dieren in de vorm van vet?
Waarom slaan planten energie voornamelijk op in de vorm van zetmeel en dieren in de vorm van vet?
Signup and view all the answers
Wat is nodig om de primaire structuur van een eiwit te verbreken?
Wat is nodig om de primaire structuur van een eiwit te verbreken?
Signup and view all the answers
Waarom kan renaturatie niet plaatsvinden bij sterk gedenatureerde eiwitten?
Waarom kan renaturatie niet plaatsvinden bij sterk gedenatureerde eiwitten?
Signup and view all the answers
Wat gebeurt er met hydrofobe aminozuren bij denaturatie?
Wat gebeurt er met hydrofobe aminozuren bij denaturatie?
Signup and view all the answers
Wat is het effect van het vervangen van alanine door glycine in een eiwit?
Wat is het effect van het vervangen van alanine door glycine in een eiwit?
Signup and view all the answers
Waarom worden vetten zoals triglyceriden geen polymeren genoemd?
Waarom worden vetten zoals triglyceriden geen polymeren genoemd?
Signup and view all the answers
Wat is een kenmerk van de structuur van een triglyceride?
Wat is een kenmerk van de structuur van een triglyceride?
Signup and view all the answers
Wat is een effect van het vervangen van alanine door lysine in een eiwit?
Wat is een effect van het vervangen van alanine door lysine in een eiwit?
Signup and view all the answers
Wat gebeurt er met een eiwit dat zijn tertiaire structuur verliest?
Wat gebeurt er met een eiwit dat zijn tertiaire structuur verliest?
Signup and view all the answers
Study Notes
Atomen en Molekulen
- Atoomnummer 6 van koolstof betekent 6 protonen in de kern en 6 elektronen in de schillen eromheen.
- Elektronen hebben weinig massa maar een negatieve lading.
- Protonen hebben massa en een positieve lading.
- Het aantal neutronen kan niet bepaald worden met alleen het atoomnummer, daarvoor is de atoommassa nodig.
- De 1e schil heeft een maximale capaciteit van 2 elektronen, de 2e schil van 8 elektronen.
- Elektronen in de 1e schil zitten dichter bij de positief geladen kern en ervaren een sterkere aantrekkingskracht.
- Valentie-elektronen bevinden zich in de buitenste schil en bepalen het aantal bindingen dat een atoom kan vormen.
- Atomen streven naar een stabiele conformatie, met een volle buitenste schil (octetregel).
- Sommige atomen zijn van nature stabiel en gaan geen bindingen aan, zoals edelgassen.
- Stikstof heeft 7 elektronen, 5 valentie-elektronen, en behoeft 3 extra elektronen voor een stabiele configuratie.
Soorten bindingen
- Een covalente binding ontstaat wanneer atomen elektronen delen. 1 covalente binding bestaat uit 2 gedeeld elektronen.
- Elektronegativiteit is de mate waarin een atoom elektronen aantrekt in een covalente binding.
- Een binding tussen atomen met gelijke elektronegativiteit is een niet-polaire covalente binding.
- Een binding tussen atomen met verschillende elektronegativiteit is een polaire covalente binding.
- Zuurstof is een sterk elektronegatief atoom.
- Bij volledige overdracht van elektronen ontstaan kationen (positief) en anionen (negatief).
- Bindingen binnen een molekuul worden intramoleculaire bindingen genoemd.
- Bindingen tussen moleculen worden intermoleculaire bindingen genoemd.
- De sterkte van bindingen in dalende volgorde:
- Niet-polaire covalente binding
- Polaire covalente binding
- Ionbinding
- Waterstofbrug
- Van der Waals binding
Koolhydraten
- Biologische polymeren worden gesynthetiseerd door dehydratie (waterverlies) en afgebroken door hydrolyse (toevoegen van water).
- 14 watermoleculen zijn nodig om een polymeer van 15 monomeren te verbreken.
- Tussen 2 monosachariden wordt een glycosidische binding gevormd (covalente binding).
- Glucose bestaat in een evenwicht tussen alfa en bèta vormen.
- Glucoseoxidase oxideert alleen de bèta vorm, maar door het evenwicht wordt volledige glucose bepaling mogelijk.
Eiwitten
- De volgorde van aminozuren in een peptide is essentieel voor de functie.
- Aminozuren met een positieve of negatieve lading: lysine, arginine, histidine (positief), aspartaat, glutamaat (negatief).
- Een polypeptide met 6 aminozuren uit 20 verschillende aminozuren, heeft 20^6 = 64.000.000 mogelijke variaties.
- Een eiwit met 100 aminozuren heeft 20^100 mogelijke variaties.
- De synthese van een eiwit van 51 aminozuren resulteert in 50 watermoleculen die vrijuit komen.
- Waterstofbruggen worden gevormd tussen een H-atoom in een polaire N-H binding en een O-atoom in een polaire C=O binding.
- Bèta-sheets worden gestabiliseerd door waterstofbruggen tussen de backbone van het eiwit. De restgroepen zijn niet betrokken.
- Denatureren van eiwitten betekent dat de quaternaire, tertiaire en secundaire structuren worden verbroken. De primaire structuur blijft intact.
- Renaturatie van gedenatureerde eiwitten vindt meestal niet plaats.
- De meeste eiwitten slaan neer bij denaturatie omdat hydrofobe aminozuren in contact komen met water.
- Vervanging van alanine door glycine zal waarschijnlijk weinig effect hebben op de eiwitfunctie.
- Vervanging van alanine door tryptofaan of lysine kan wel effect hebben op de eiwitfunctie.
Vetten
- Vetten zijn geen polymeren omdat ze niet oneindig te koppelen zijn.
- Triglyceriden bestaan uit een glycerol backbone met 3 gebonden vetzuurketens.
- Verzadigd vet heeft geen dubbele bindingen, alle C-atomen in de vetzuurketens zijn gebonden aan het maximale aantal H-atomen.
- Onverzadigd vet heeft één of meer dubbele bindingen in de vetzuurketens.
- Enkelvoudig onverzadigd vet heeft 1 dubbele binding per vetzuurketen.
- Meervoudig onverzadigd vet heeft meerdere dubbele bindingen per vetzuurketen.
- Meervoudig onverzadigde vetten zijn gezonder dan enkelvoudig onverzadigde.
- Vetten leveren meer energie per gram dan suikers.
- Planten slaan energie op in zetmeel, dieren in vet door een combinatie van factoren zoals bewegingsbehoefte en efficiëntie.
- Vissen hebben andere fosfolipiden dan zoogdieren om te kunnen overleven in koude omgevingen.
Studying That Suits You
Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.
Related Documents
Description
Test je kennis over atomen, molekulen en de verschillende soorten bindingen in deze quiz. Leer over de structuur van atomen, de rol van protonen en elektronen, en de principes van chemische bindingen. Ideaal voor studenten in de natuurkunde of scheikunde.