GGZ boek h11
43 Questions
0 Views

Choose a study mode

Play Quiz
Study Flashcards
Spaced Repetition
Chat to Lesson

Podcast

Play an AI-generated podcast conversation about this lesson

Questions and Answers

Wat is het doel van exposure in vivo bij angststoornissen?

  • Gewenning aan de angststimulus (correct)
  • Directe medicatie toediening
  • Genetisch gedrag effectief maken
  • Vermijden van angstprikkels

Wat houdt responspreventie in bij de behandeling van angststoornissen?

  • Het vergroten van angstreacties
  • Het stimuleren van veiligheidsgedrag
  • Het nalaten van angst reducerend gedrag (correct)
  • Het compleet negeren van de angst

Welke van de volgende stappen behoort niet tot de cognitieve therapie?

  • Formuleren van functionelere interpretaties
  • Toetsing van interpretaties in de realiteit
  • Uitsluiten van negatieve metacognities (correct)
  • Opsporen van catastrofale interpretaties

Wat is een kenmerk van metacognitieve therapie?

<p>Onderscheid tussen positieve en negatieve metacognities (A)</p> Signup and view all the answers

Welke interventie versterkt of versnelt de gedragstherapie of cognitieve therapie?

<p>Medicatie (A)</p> Signup and view all the answers

Wat wordt er bedoeld met pathologische angst?

<p>Angst die zich onverwacht en intens voordoet zonder directe aanleiding. (A)</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende symptomen behoort niet tot de criteria voor een paniekaanval?

<p>Zich overweldigd voelen (B)</p> Signup and view all the answers

Wat is het verschil tussen spontane en situationele paniekaanvallen?

<p>Situationele paniekaanvallen worden uitgelokt door specifieke situaties. (C)</p> Signup and view all the answers

Wat is een kenmerk van vermijdingsgedrag bij angststoornissen?

<p>Actief vermijden van angstsituaties. (A)</p> Signup and view all the answers

Welke uitspraak over angst is juist?

<p>Angst is een normale reactie die ons waarschuwt voor gevaar. (D)</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende angststoornissen is niet opgenomen in de DSM5 classificatie?

<p>Posttraumatische stressstoornis (B)</p> Signup and view all the answers

Wat is een belangrijk kenmerk van een paniekaanval?

<p>De akte van angst neemt voorlopig af na de piek. (A)</p> Signup and view all the answers

Wat is een voorbeeld van een autonome symptoom tijdens een paniekaanval?

<p>Koude rillingen (C)</p> Signup and view all the answers

Wat is een kenmerk van agora fobie?

<p>Vereisten voor een begeleidend persoon in potentieel angstopwekkende situaties. (D)</p> Signup and view all the answers

Wanneer is er sprake van sociale angststoornis volgens de DSM5 criteria?

<p>Angst of vrees is persisterend en duurt meestal zes maanden of langer. (A)</p> Signup and view all the answers

Wat is een voorbeeld van een situatie die angst kan oproepen bij iemand met sociale angststoornis?

<p>Een presentatie geven in een groep. (A)</p> Signup and view all the answers

Wat karakteriseert een specifieke fobie?

<p>Een aanhoudende angst voor een specifiek object of situatie. (A)</p> Signup and view all the answers

Volgens de DSM5 criteria, wat volgt op de angst of vrees voor sociale situaties?

<p>De betrokkene vermijdt sociale situaties of verdraagt deze met intense angst. (B)</p> Signup and view all the answers

Wat is een veelvoorkomende oorzaak voor vermijding in agora fobie?

<p>De angst voor negatieve beoordeling door anderen. (C)</p> Signup and view all the answers

Hoe lang duurt de angst of vrees bij sociale angststoornis meestal?

<p>Zes maanden of langer. (C)</p> Signup and view all the answers

Wat kan voorkomen bij een specifieke fobie?

<p>Angst voor dieren of natuurlijke omgevingen. (D)</p> Signup and view all the answers

Wat beschrijft positieve metacognitie?

<p>Het idee dat piekeren helpt bij het voorbereiden op toekomstige problemen. (D)</p> Signup and view all the answers

Welke symptomen zijn niet geassocieerd met gegeneraliseerde-angststoornis?

<p>Paniekaanvallen. (D)</p> Signup and view all the answers

Wanneer beginnen angststoornissen zich meestal?

<p>Tijdens de kindertijd. (C)</p> Signup and view all the answers

Wat is een veelvoorkomende misvatting over de behandeling van angststoornissen?

<p>Angststoornissen verdwijnen altijd zonder behandeling. (B)</p> Signup and view all the answers

Wat bepaalt of een angst of vrees als buiten proportie wordt beschouwd?

<p>Het gevaar dat het specifiek object of de situatie met zich meebrengt ten opzichte van de sociaal-culturele context. (C)</p> Signup and view all the answers

Welk van de volgende symptomen is geen criterium voor een gegeneraliseerde-angststoornis volgens de DSM-5?

<p>Overmatig zweten. (A)</p> Signup and view all the answers

Wat is een veelvoorkomend gevolg van een angststoornis na de eerste episode?

<p>Moeilijkere behandeling bij terugkerende episodes. (D)</p> Signup and view all the answers

Wat is een symptoom van een paniekstoornis?

<p>Onverwachte paniekaanvallen (A)</p> Signup and view all the answers

Wat wordt bedoeld met anticipatieangst?

<p>De angst voor nieuwe paniekaanvallen (A)</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende symptomen is geen neurologisch symptoom?

<p>Vrees om ‘gek te worden’ (D)</p> Signup and view all the answers

Welk gedrag kan optreden als gevolg van paniekstoornis?

<p>Sociale ontwijking (C)</p> Signup and view all the answers

Welke vrees is typisch voor patiënten met een paniekstoornis?

<p>Vrees voor verlies van controle (C)</p> Signup and view all the answers

Wat zijn de DSM5 criteria voor een paniekstoornis?

<p>Minstens één paniekaanval gevolgd door een maand van gedragsverandering (C)</p> Signup and view all the answers

Wat houdt maladaptief gedrag in bij paniekstoornis?

<p>Gedrag om nieuwe aanvallen te voorkomen (A)</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende neurotransmitters is niet betrokken bij het hersenvreessysteem?

<p>Acetylcholine (D)</p> Signup and view all the answers

Wat is de rol van de amygdala in de angstrespons?

<p>Het koppelt emotionele waarde aan informatie. (A)</p> Signup and view all the answers

Wat is een mogelijke oorzaak voor angststoornissen volgens de informatie?

<p>Overbeschermend gedrag van ouders. (C)</p> Signup and view all the answers

Wat is vereist voor de extinctie van angst?

<p>Koppeling van een nieuwe ongeconditioneerde respons aan de CS. (C)</p> Signup and view all the answers

Wat is de eerste keuze in medicamenteuze behandeling voor angststoornissen?

<p>SSRI's (C)</p> Signup and view all the answers

Welke reactie wordt niet gestuurd door de amygdala?

<p>Verhoogde spijsvertering (A)</p> Signup and view all the answers

Wat is de tijdsduur voordat de effectiviteit van behandeling kan worden geëvalueerd bij sociale angststoornis?

<p>12 weken (A)</p> Signup and view all the answers

Wat is een gevolg van vermijdingsgedrag bij angststoornissen?

<p>Bestendiging van angstgevoelens (C)</p> Signup and view all the answers

Flashcards

Angststoornis

Een aandoening waarbij na een angstprikkel een ongewoon intense en/of langdurige angst ontstaat, die buiten proporties is, of wanneer er angst zonder angstprikkel aanwezig is.

Paniekaanval

Plotseling opkomende aanvallen van angst met lichamelijke symptomen, waarbij de persoon bang is om dood te gaan, gek te worden, of de controle te verliezen.

DSM-5

Een gids voor de classificatie van mentale stoornissen, waaronder angststoornissen.

Paniekstoornis

Een angststoornis gekenmerkt door terugkerende paniekaanvallen.

Signup and view all the flashcards

Vermijdingsgedrag

Acties om een angstige situatie te voorkomen.

Signup and view all the flashcards

Spontane paniekaanval

Een paniekaanval zonder duidelijke aanleiding.

Signup and view all the flashcards

Symptomen paniekaanval (cardiopulmonaal)

Lichamelijke symptomen zoals hartkloppingen, pijn op de borst of ademnood.

Signup and view all the flashcards

Symptomen paniekaanval (autonoom)

Lichamelijke symptomen zoals transpireren, koude rillingen of opvliegers.

Signup and view all the flashcards

Anticipatieangst

De angst voor een nieuwe paniekaanval.

Signup and view all the flashcards

Agorafobie

Angst en vermijding van situaties waarbij vluchten moeilijk of onmogelijk is, uit angst voor panieksymptomen.

Signup and view all the flashcards

DSM5 criteria paniekstoornis

Criteria (A) terugkerende, onverwachte paniekaanvallen en (B) minstens 1 maand angst/gedragsverandering na aanvallen.

Signup and view all the flashcards

DSM5 criteria agorafobie

Angst voor 2 of meer situaties van openbaar vervoer, openbare ruimtes, afgesloten ruimtes, menigten of alleen buitenshuis zijn.

Signup and view all the flashcards

Derealisatie

Gevoel van onwerkelijkheid, dingen lijken niet echt.

Signup and view all the flashcards

Depersonalisatie

Gevoel van vervreemding van zichzelf; je voelt jezelf niet meer als jezelf.

Signup and view all the flashcards

Neurologische symptomen

Lichamelijke klachten zoals trillen, verdoofd gevoel, duizeligheid.

Signup and view all the flashcards

Exposure in vivo

Een gedragstherapeutische techniek waarbij patiënten stapsgewijs worden blootgesteld aan de angstprikkel in de realiteit.

Signup and view all the flashcards

Responspreventie

Een techniek waarbij patiënten worden aangemoedigd om hun veiligheidsgedrag (zoals vermijding) te stoppen en de angst te laten ervaren.

Signup and view all the flashcards

Catastrofale interpretaties

Negatieve gedachten over de angst die erg overdreven en onrealistisch zijn.

Signup and view all the flashcards

Cognitieve therapie

Een psychotherapie die zich richt op het veranderen van de negatieve gedachten en interpretaties van de patiënt.

Signup and view all the flashcards

Metacognitieve therapie

Een vorm van cognitieve therapie die zich richt op de gedachten over de gedachten.

Signup and view all the flashcards

Agorafobische situaties

Situaties die bij mensen met agorafobie angst of vrees veroorzaken, zoals openbare plekken, drukke plekken, of reizen.

Signup and view all the flashcards

Sociale angststoornis

Een angststoornis waarbij mensen intense angst en vrees ervaren in sociale situaties, omdat ze bang zijn om te worden beoordeeld.

Signup and view all the flashcards

DSM-5 criteria sociale angststoornis (1)

Duidelijke angst of vrees voor een of meer sociale situaties waarin de betrokkene wordt blootgesteld aan mogelijke kritische beoordeling door anderen.

Signup and view all the flashcards

DSM-5 criteria sociale angststoornis (2)

De betrokkene vreest dat hij zich zodanig zal gedragen of in zo’n mate angstverschijnselen zal vertonen dat anderen hierover negatief zullen oordelen.

Signup and view all the flashcards

Specifieke fobie

Een angststoornis waarbij mensen een aanhoudende vrees hebben voor en vermijden van specifieke situaties of objecten.

Signup and view all the flashcards

DSM-5 criteria specifieke fobie (1)

Duidelijke angst of vrees voor een specifiek object of een specifieke situatie, zoals vliegen, hoogten, dieren, een injectie krijgen, bloed zien.

Signup and view all the flashcards

DSM-5 criteria specifieke fobie (2)

De persoon weet dat zijn angst fobisch is.

Signup and view all the flashcards

Gegeneraliseerde angststoornis

Een angststoornis gekenmerkt door aanhoudende, overmatige zorgen en angst die niet gebonden is aan specifieke situaties. Dit kan leiden tot piekeren over verschillende gevaren en problemen.

Signup and view all the flashcards

Positieve metacognitie

De overtuiging dat voortdurend piekeren een positieve uitkomst heeft, omdat het helpt om beter voorbereid te zijn op toekomstige problemen.

Signup and view all the flashcards

Negatieve metacognitie

De angst om te piekeren, het besef dat het piekeren zelf problematisch is.

Signup and view all the flashcards

Internaliserend temperament

Een geneigdheid om emoties naar binnen te keren en te ervaren als negatieve gevoelens zoals angst, depressie en woede.

Signup and view all the flashcards

Premorbide

De tijd vóór het begin van een ziekte of aandoening. In dit geval verwijst het naar de periode vóór het ontstaan van een angststoornis.

Signup and view all the flashcards

Somatische klachten

Lichamelijke klachten die geen duidelijke medische oorzaak hebben, maar die vaak worden ervaren in de context van psychische stress of angst.

Signup and view all the flashcards

Sluipend begin

Een angststoornis die geleidelijk ontstaat, vaak na een stressvolle gebeurtenis, in plaats van plotseling.

Signup and view all the flashcards

Angstcircuit

Het netwerk in de hersenen dat verantwoordelijk is voor de reactie op gevaar.

Signup and view all the flashcards

Amygdala

De amandelvormige structuur in de hersenen die een belangrijke rol speelt bij het verwerken van emoties, met name angst.

Signup and view all the flashcards

Hippocampus

De zeepaardvormige structuur in de hersenen die belangrijk is voor het geheugen, vooral voor het opslaan van eerdere ervaringen.

Signup and view all the flashcards

Frontostriataal circuit

Het netwerk in de hersenen dat betrokken is bij het plannen, controleren en reguleren van gedrag.

Signup and view all the flashcards

Extinctie

Het afleren van een angstreactie door een nieuwe, positieve ervaring te koppelen aan de oorspronkelijke angstprikkel.

Signup and view all the flashcards

Angstwekkende gedachten

Negatieve gedachten die mensen met angststoornissen blijven houden, zelfs als de situatie waar ze bang voor zijn nooit is opgetreden.

Signup and view all the flashcards

SSRI

Een type medicijn dat wordt gebruikt voor de behandeling van angststoornissen, dat de serotoninespiegel in de hersenen verhoogt.

Signup and view all the flashcards

Study Notes

Angststoornissen

  • Angststoornissen ontstaan wanneer een angstprikkel een ongewoon intense en/of langdurige angst veroorzaakt, die buiten proporties is, of wanneer angst optreedt zonder een angstprikkel.
  • Classificatie van angststoornissen volgens DSM-5: paniekstoornis, agorafobie, specifieke fobie, sociale angststoornis, gegeneraliseerde angststoornis, angststoornis door een middel/medicatie, angststoornis door een somatische aandoening.
  • Angst is een toekomstgerichte stemming, geassocieerd met voorbereiding op mogelijke negatieve gebeurtenissen.
  • Vrees is een alarmreactie die optreedt bij echt of vermeend gevaar, gepaard met gedachten over direct gevaar en autonome symptomen.
  • Paniekaanval: plotselinge aanvallen van intense angst, met lichamelijke symptomen (hartkloppingen, pijn op de borst, ademnood), die binnen tien minuten een piek bereiken en daarna geleidelijk afnemen. Er is vaak een angst voor dood, gek worden of de controle verliezen. Er worden onderscheiden: spontane en situationele paniekaanvallen.
  • Vermijdingsgedrag: patiënten vermijden angstige situaties, zowel actief als passief.
  • Paniekstoornis: terugkerende onverwachte paniekaanvallen, met angst voor nieuwe aanvallen.
  • Agorafobie: angst voor situaties waarin vluchten moeilijk of onmogelijk is (bv. openbare ruimtes, drukke plekken, transportmiddelen).
  • Sociale angststoornis: extreme angst en vrees voor sociale situaties, waar men bang is voor bespotting of afkeuring.
  • Specifieke fobie: aanhoudende vrees voor een specifiek object of situatie (bv. dieren, hoogte, bloed).
  • Gegeneraliseerde angststoornis: aanhoudende angst en bezorgdheid over veel verschillende zaken en problemen, met moeite om deze bezorgdheid onder controle te houden.
  • Angststoornis door een middel/medicatie of somatische aandoening: angst die voortvloeit uit een medicijn of een onderliggende medische aandoening.

DSM-5 Criteria

  • De criteria voor de verschillende angststoornissen zijn beschreven, met specifieke symptomen, duur en impact op het dagelijks functioneren.

Behandeling

  • De behandeling bestaat uit psycho-educatie, medicatie en psychologische therapie (gedragstherapie en cognitieve therapie), met focus op exposure en responspreventie in geval van vermijdingsgedrag.

Studying That Suits You

Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.

Quiz Team

Related Documents

Description

Dit quiz behandelt verschillende soorten angststoornissen zoals paniekstoornis, agorafobie en sociale angststoornis, volgens de DSM-5 classificatie. Leer over de kenmerken, symptomen en reacties van angst en vrees. Test je kennis over dit onderwerp en begrijp de impact van angst op het dagelijks leven.

Use Quizgecko on...
Browser
Browser