Podcast
Questions and Answers
Welk zenuwstelsel veroorzaakt een algemene toename van concentratie van voedingsstoffen in het bloed?
Welk zenuwstelsel veroorzaakt een algemene toename van concentratie van voedingsstoffen in het bloed?
- Sympathisch zenuwstelsel
- Autonome zenuwstelsel
- Somatisch zenuwstelsel
- Parasympatisch zenuwstelsel (correct)
Welke neurotransmitter geeft het parasympatisch zenuwstelsel af?
Welke neurotransmitter geeft het parasympatisch zenuwstelsel af?
- Dopamine
- Noradrenaline
- Acetylcholine (correct)
- Adrenaline
Wat is het doel van het sympathisch zenuwstelsel?
Wat is het doel van het sympathisch zenuwstelsel?
- Stimuleert het metabolisme van weefsels (correct)
- Verkort de reactietijd
- Verhoogt de waakzaamheid
- Spaart energie en stimuleert activiteiten in rust
Wat is het effect van sympathische activering door de afgifte van adrenaline en noradrenaline?
Wat is het effect van sympathische activering door de afgifte van adrenaline en noradrenaline?
Welke vezels zijn cholinerg?
Welke vezels zijn cholinerg?
Wat is het resultaat van stimulering van het parasympatisch zenuwstelsel?
Wat is het resultaat van stimulering van het parasympatisch zenuwstelsel?
Welk zenuwstelsel stimuleert de spieren?
Welk zenuwstelsel stimuleert de spieren?
Wat is het effect van het sympathisch zenuwstelsel op de bloedtoevoer naar skeletspieren?
Wat is het effect van het sympathisch zenuwstelsel op de bloedtoevoer naar skeletspieren?
Welk zenuwstelsel is verantwoordelijk voor het 'fight or flight' systeem?
Welk zenuwstelsel is verantwoordelijk voor het 'fight or flight' systeem?
Wat is het effect van het parasympatisch zenuwstelsel op de hartslag?
Wat is het effect van het parasympatisch zenuwstelsel op de hartslag?
Welke vezels sturen hun axonen naar autonome ganglia buiten het centrale zenuwstelsel?
Welke vezels sturen hun axonen naar autonome ganglia buiten het centrale zenuwstelsel?
Welk systeem maakt ons lichaam klaar voor noodsituaties en verhoogt de waakzaamheid?
Welk systeem maakt ons lichaam klaar voor noodsituaties en verhoogt de waakzaamheid?
Welke neurotransmitter geeft het sympathisch zenuwstelsel af?
Welke neurotransmitter geeft het sympathisch zenuwstelsel af?
Welk zenuwstelsel is verantwoordelijk voor de innervering van enkel viscerale structuren?
Welk zenuwstelsel is verantwoordelijk voor de innervering van enkel viscerale structuren?
Wat is het resultaat van stimulering van het sympathisch zenuwstelsel?
Wat is het resultaat van stimulering van het sympathisch zenuwstelsel?
Welke vezels zijn cholinerg en geven acetylcholine af?
Welke vezels zijn cholinerg en geven acetylcholine af?
Wat is het effect van het parasympatisch zenuwstelsel op de spijsvertering?
Wat is het effect van het parasympatisch zenuwstelsel op de spijsvertering?
Welk zenuwstelsel is verantwoordelijk voor de stimulatie van het metabolisme in de weefsels?
Welk zenuwstelsel is verantwoordelijk voor de stimulatie van het metabolisme in de weefsels?
Wat is het effect van het sympathisch zenuwstelsel op de bloedtoevoer naar skeletspieren?
Wat is het effect van het sympathisch zenuwstelsel op de bloedtoevoer naar skeletspieren?
Welk zenuwstelsel is verantwoordelijk voor de innervering van viscerale en somatische structuren?
Welk zenuwstelsel is verantwoordelijk voor de innervering van viscerale en somatische structuren?
Welk verschil bestaat er tussen het somatische en autonome zenuwstelsel?
Welk verschil bestaat er tussen het somatische en autonome zenuwstelsel?
Wat is het verschil tussen het sympathisch en parasympatisch zenuwstelsel?
Wat is het verschil tussen het sympathisch en parasympatisch zenuwstelsel?
Wat is het effect van het sympathisch zenuwstelsel op de cellen?
Wat is het effect van het sympathisch zenuwstelsel op de cellen?
Welk zenuwstelsel is verantwoordelijk voor de innervering van viscerale en somatische structuren?
Welk zenuwstelsel is verantwoordelijk voor de innervering van viscerale en somatische structuren?
Wat is het effect van het parasympatisch zenuwstelsel op de spijsvertering?
Wat is het effect van het parasympatisch zenuwstelsel op de spijsvertering?
Wat is het verschil tussen preganglionaire en postganglionaire vezels?
Wat is het verschil tussen preganglionaire en postganglionaire vezels?
Welk zenuwstelsel is verantwoordelijk voor de stimulatie van het metabolisme in de weefsels?
Welk zenuwstelsel is verantwoordelijk voor de stimulatie van het metabolisme in de weefsels?
Wat is het effect van het sympathisch zenuwstelsel op de bloedtoevoer naar de skeletspieren?
Wat is het effect van het sympathisch zenuwstelsel op de bloedtoevoer naar de skeletspieren?
Wat is het effect van het parasympatisch zenuwstelsel op de hartslag?
Wat is het effect van het parasympatisch zenuwstelsel op de hartslag?
Wat is het verschil tussen een sympathisch en parasympatisch effect?
Wat is het verschil tussen een sympathisch en parasympatisch effect?
Waarom is het autonome zenuwstelsel belangrijker in overleven dan het somatische zenuwstelsel?
Waarom is het autonome zenuwstelsel belangrijker in overleven dan het somatische zenuwstelsel?
Wat is het doel van de preganglionaire vezels in het autonome zenuwstelsel?
Wat is het doel van de preganglionaire vezels in het autonome zenuwstelsel?
Welk systeem zorgt ervoor dat het lichaam energie spaart en activiteiten stimuleert die in rust worden uitgevoerd?
Welk systeem zorgt ervoor dat het lichaam energie spaart en activiteiten stimuleert die in rust worden uitgevoerd?
Waarom hebben alle preganglionaire autonome vezels een stimulerend effect?
Waarom hebben alle preganglionaire autonome vezels een stimulerend effect?
Welk zenuwstelsel is verantwoordelijk voor de innervering van viscerale en somatische structuren in het hele lichaam?
Welk zenuwstelsel is verantwoordelijk voor de innervering van viscerale en somatische structuren in het hele lichaam?
Wat is het resultaat van de stimulering van het sympathisch zenuwstelsel?
Wat is het resultaat van de stimulering van het sympathisch zenuwstelsel?
Waarom zijn de effecten van het parasympatisch zenuwstelsel meestal kort en beperkt tot specifieke organen?
Waarom zijn de effecten van het parasympatisch zenuwstelsel meestal kort en beperkt tot specifieke organen?
Welk zenuwstelsel is verantwoordelijk voor de stimulatie van het metabolisme in de weefsels?
Welk zenuwstelsel is verantwoordelijk voor de stimulatie van het metabolisme in de weefsels?
Waarom heeft het sympathisch zenuwstelsel een uitgebreid effect op het lichaam?
Waarom heeft het sympathisch zenuwstelsel een uitgebreid effect op het lichaam?
Welk verschil bestaat er tussen het somatische en autonome zenuwstelsel?
Welk verschil bestaat er tussen het somatische en autonome zenuwstelsel?
Welke functie heeft het autonome zenuwstelsel in het lichaam?
Welke functie heeft het autonome zenuwstelsel in het lichaam?
Welke vezels sturen hun axonen naar autonome ganglia buiten het centrale zenuwstelsel?
Welke vezels sturen hun axonen naar autonome ganglia buiten het centrale zenuwstelsel?
Wat is het effect van het sympathisch zenuwstelsel op de bloedtoevoer naar skeletspieren?
Wat is het effect van het sympathisch zenuwstelsel op de bloedtoevoer naar skeletspieren?
Welk zenuwstelsel is verantwoordelijk voor de innervering van viscerale en somatische structuren in het hele lichaam?
Welk zenuwstelsel is verantwoordelijk voor de innervering van viscerale en somatische structuren in het hele lichaam?
Wat is het effect van het parasympatisch zenuwstelsel op de spijsvertering?
Wat is het effect van het parasympatisch zenuwstelsel op de spijsvertering?
Welke neurotransmitter geeft het parasympatisch zenuwstelsel af?
Welke neurotransmitter geeft het parasympatisch zenuwstelsel af?
Wat is het effect van het sympathisch zenuwstelsel op de hartslag?
Wat is het effect van het sympathisch zenuwstelsel op de hartslag?
Wat is het doel van het sympathisch zenuwstelsel?
Wat is het doel van het sympathisch zenuwstelsel?
Welke vezels zijn cholinerg?
Welke vezels zijn cholinerg?
Wat is het effect van het parasympatisch zenuwstelsel op de cellen?
Wat is het effect van het parasympatisch zenuwstelsel op de cellen?
Waarom is het autonome zenuwstelsel belangrijker in overleven dan het somatische zenuwstelsel?
Waarom is het autonome zenuwstelsel belangrijker in overleven dan het somatische zenuwstelsel?
Wat is het effect van de stimulering van het parasympatisch zenuwstelsel?
Wat is het effect van de stimulering van het parasympatisch zenuwstelsel?
Welke vezels sturen hun axonen naar autonome ganglia buiten het centrale zenuwstelsel?
Welke vezels sturen hun axonen naar autonome ganglia buiten het centrale zenuwstelsel?
Wat is het effect van het sympathisch zenuwstelsel op de spieren?
Wat is het effect van het sympathisch zenuwstelsel op de spieren?
Wat is het effect van het parasympatisch zenuwstelsel op de cellen?
Wat is het effect van het parasympatisch zenuwstelsel op de cellen?
Welke neurotransmitter geeft het sympathisch zenuwstelsel af?
Welke neurotransmitter geeft het sympathisch zenuwstelsel af?
Wat is het effect van het sympathisch zenuwstelsel op de hartslag?
Wat is het effect van het sympathisch zenuwstelsel op de hartslag?
Waarom heeft het sympathisch zenuwstelsel een uitgebreid effect op het lichaam?
Waarom heeft het sympathisch zenuwstelsel een uitgebreid effect op het lichaam?
Wat is het doel van het parasympatisch zenuwstelsel?
Wat is het doel van het parasympatisch zenuwstelsel?
Study Notes
Autonome Zenuwstelsel vs. Somatische Zenuwstelsel
- Aanpassingen door het autonome zenuwstelsel zijn belangrijker in overleven dan die van het somatische zenuwstelsel.
- Beide geleiden motorische impulsen naar perifere effectoren.
Anatomische Verschillen
- Somatische Zenuwstelsel:
- Skeletspieren worden direct door een 2de motorisch neuron van de perifere effector gescheiden.
- Autonome Zenuwstelsel:
- Motorische neuron sturen hun axonen naar autonome ganglia buiten het centrale zenuwstelsel.
- Preganglionaire vezels.
- In deze ganglia zijn axonen van preganglionaire neuronen via synapsen verbonden met ganglionaire neuronen.
- De postganglionaire vezels verlaten ganglia en innerveren effect.
Sympathisch Zenuwstelsel
- Preganglionaire vezels van ruggenmergsegmenten in thorax en lumbale regio zijn via synapsen in ganglia nabij ruggenmerg met andere zenuwvezels verbonden (tussen T1 en L2).
- Fight or flight systeem:
- Maakt ons lichaam klaar voor noodsituaties.
- Stimuleert het metabolisme in de weefsels en verhoogt de waakzaamheid.
Parasympatisch Zenuwstelsel
- Preganglionaire vezels die aan hersenen en sacrale segmenten van de wervelkolom ontspringen en via synapsen verbonden zijn met neuronen van terminale ganglia nabij doelorganen.
- Rustsysteem of rust- en verteringssysteem:
- Spaart energie en stimuleert activiteiten die in rust worden uitgevoerd.
Stimuleren of Remmende Activiteit
- Beïnvloeding door gereguleerde afgifte van specifieke neurotransmitters bij postganglionaire vezels.
- Stimulerend of remmend effect is afhankelijk van reactie van membraanreceptor op neurotransmitter.
Patronen
- Alle preganglionaire autonome vezels zijn cholinerg:
- Geven acetylcholine af als neurotransmitter.
- Steeds stimulerend effect.
- Meeste postganglionaire sympathische vezels zijn adrenerg:
- Geven noradrenaline (= norepinefrine) af.
- Meestal stimulerend effect.
Functies van het Sympathische Zenuwstelsel
- Stimuleert het metabolisme van weefsels.
- Verhoogt de waakzaamheid.
- Zorgt voor voorbereiding op plotse, intensieve lichamelijke activiteit.
- Stimuleren zweetklieren en haarspiertjes, verhoging bloedtoevoer naar skeletspieren, vetten afgegeven als brandstof, pupillen verwijden, versnelling hartritme en verwijding luchtwegen, minder doorbloeding GI-kanaal en huid.
Functies van het Parasympatische Zenuwstelsel
- Stimulering parasympatisch ZS leidt tot algemene toename concentratie voedingsstoffen in bloed.
- Cellen nemen deze voedingsstoffen op en gebruiken deze voor groei en opslaan energiereserves.
- Effecten parasympatische prikkeling meestal kort en beperkt tot specifieke organen/plaatsen.
Relaties tussen Zenuwstelsel
- Effect sympathisch ZS is uitgebreid.
- Takken naar viscerale en somatische structuren in gehele lichaam.
- Parasympatisch ZS:
- Innervering van enkel viscerale structuren.
- Dubbele innervatie van meeste vitale organen.
Autonome Zenuwstelsel vs. Somatische Zenuwstelsel
- Aanpassingen door het autonome zenuwstelsel zijn belangrijker in overleven dan die van het somatische zenuwstelsel.
- Beide geleiden motorische impulsen naar perifere effectoren.
Anatomische Verschillen
- Somatische Zenuwstelsel:
- Skeletspieren worden direct door een 2de motorisch neuron van de perifere effector gescheiden.
- Autonome Zenuwstelsel:
- Motorische neuron sturen hun axonen naar autonome ganglia buiten het centrale zenuwstelsel.
- Preganglionaire vezels.
- In deze ganglia zijn axonen van preganglionaire neuronen via synapsen verbonden met ganglionaire neuronen.
- De postganglionaire vezels verlaten ganglia en innerveren effect.
Sympathisch Zenuwstelsel
- Preganglionaire vezels van ruggenmergsegmenten in thorax en lumbale regio zijn via synapsen in ganglia nabij ruggenmerg met andere zenuwvezels verbonden (tussen T1 en L2).
- Fight or flight systeem:
- Maakt ons lichaam klaar voor noodsituaties.
- Stimuleert het metabolisme in de weefsels en verhoogt de waakzaamheid.
Parasympatisch Zenuwstelsel
- Preganglionaire vezels die aan hersenen en sacrale segmenten van de wervelkolom ontspringen en via synapsen verbonden zijn met neuronen van terminale ganglia nabij doelorganen.
- Rustsysteem of rust- en verteringssysteem:
- Spaart energie en stimuleert activiteiten die in rust worden uitgevoerd.
Stimuleren of Remmende Activiteit
- Beïnvloeding door gereguleerde afgifte van specifieke neurotransmitters bij postganglionaire vezels.
- Stimulerend of remmend effect is afhankelijk van reactie van membraanreceptor op neurotransmitter.
Patronen
- Alle preganglionaire autonome vezels zijn cholinerg:
- Geven acetylcholine af als neurotransmitter.
- Steeds stimulerend effect.
- Meeste postganglionaire sympathische vezels zijn adrenerg:
- Geven noradrenaline (= norepinefrine) af.
- Meestal stimulerend effect.
Functies van het Sympathische Zenuwstelsel
- Stimuleert het metabolisme van weefsels.
- Verhoogt de waakzaamheid.
- Zorgt voor voorbereiding op plotse, intensieve lichamelijke activiteit.
- Stimuleren zweetklieren en haarspiertjes, verhoging bloedtoevoer naar skeletspieren, vetten afgegeven als brandstof, pupillen verwijden, versnelling hartritme en verwijding luchtwegen, minder doorbloeding GI-kanaal en huid.
Functies van het Parasympatische Zenuwstelsel
- Stimulering parasympatisch ZS leidt tot algemene toename concentratie voedingsstoffen in bloed.
- Cellen nemen deze voedingsstoffen op en gebruiken deze voor groei en opslaan energiereserves.
- Effecten parasympatische prikkeling meestal kort en beperkt tot specifieke organen/plaatsen.
Relaties tussen Zenuwstelsel
- Effect sympathisch ZS is uitgebreid.
- Takken naar viscerale en somatische structuren in gehele lichaam.
- Parasympatisch ZS:
- Innervering van enkel viscerale structuren.
- Dubbele innervatie van meeste vitale organen.
Autonome Zenuwstelsel vs. Somatische Zenuwstelsel
- Aanpassingen door het autonome zenuwstelsel zijn belangrijker in overleven dan die van het somatische zenuwstelsel.
- Beide geleiden motorische impulsen naar perifere effectoren.
Anatomische Verschillen
- Somatische Zenuwstelsel:
- Skeletspieren worden direct door een 2de motorisch neuron van de perifere effector gescheiden.
- Autonome Zenuwstelsel:
- Motorische neuron sturen hun axonen naar autonome ganglia buiten het centrale zenuwstelsel.
- Preganglionaire vezels.
- In deze ganglia zijn axonen van preganglionaire neuronen via synapsen verbonden met ganglionaire neuronen.
- De postganglionaire vezels verlaten ganglia en innerveren effect.
Sympathisch Zenuwstelsel
- Preganglionaire vezels van ruggenmergsegmenten in thorax en lumbale regio zijn via synapsen in ganglia nabij ruggenmerg met andere zenuwvezels verbonden (tussen T1 en L2).
- Fight or flight systeem:
- Maakt ons lichaam klaar voor noodsituaties.
- Stimuleert het metabolisme in de weefsels en verhoogt de waakzaamheid.
Parasympatisch Zenuwstelsel
- Preganglionaire vezels die aan hersenen en sacrale segmenten van de wervelkolom ontspringen en via synapsen verbonden zijn met neuronen van terminale ganglia nabij doelorganen.
- Rustsysteem of rust- en verteringssysteem:
- Spaart energie en stimuleert activiteiten die in rust worden uitgevoerd.
Stimuleren of Remmende Activiteit
- Beïnvloeding door gereguleerde afgifte van specifieke neurotransmitters bij postganglionaire vezels.
- Stimulerend of remmend effect is afhankelijk van reactie van membraanreceptor op neurotransmitter.
Patronen
- Alle preganglionaire autonome vezels zijn cholinerg:
- Geven acetylcholine af als neurotransmitter.
- Steeds stimulerend effect.
- Meeste postganglionaire sympathische vezels zijn adrenerg:
- Geven noradrenaline (= norepinefrine) af.
- Meestal stimulerend effect.
Functies van het Sympathische Zenuwstelsel
- Stimuleert het metabolisme van weefsels.
- Verhoogt de waakzaamheid.
- Zorgt voor voorbereiding op plotse, intensieve lichamelijke activiteit.
- Stimuleren zweetklieren en haarspiertjes, verhoging bloedtoevoer naar skeletspieren, vetten afgegeven als brandstof, pupillen verwijden, versnelling hartritme en verwijding luchtwegen, minder doorbloeding GI-kanaal en huid.
Functies van het Parasympatische Zenuwstelsel
- Stimulering parasympatisch ZS leidt tot algemene toename concentratie voedingsstoffen in bloed.
- Cellen nemen deze voedingsstoffen op en gebruiken deze voor groei en opslaan energiereserves.
- Effecten parasympatische prikkeling meestal kort en beperkt tot specifieke organen/plaatsen.
Relaties tussen Zenuwstelsel
- Effect sympathisch ZS is uitgebreid.
- Takken naar viscerale en somatische structuren in gehele lichaam.
- Parasympatisch ZS:
- Innervering van enkel viscerale structuren.
- Dubbele innervatie van meeste vitale organen.
Autonome zenuwstelsel vs. somatische zenuwstelsel
- Aanpassingen door het autonome zenuwstelsel zijn belangrijker in overleven dan die van somatische zenuwstelsel
- Beide geleiden motorische impulsen naar perifere effectoren
Anatomische verschillen
- Somatische zenuwstelsel: skeletspieren worden direct door een 2de motorisch neuron van de perifere effector gescheiden
- Autonome zenuwstelsel: motorische neuron sturen hun axonen naar autonome ganglia buiten het centrale zenuwstelsel
Autonome ganglia
- Preganglionaire vezels sturen hun axonen naar autonome ganglia
- In deze ganglia zijn axonen van preganglionaire neuronen via synapsen verbonden met ganglionaire neuronen
- Postganglionaire vezels verlaten ganglia en innerveren effect
Sympathisch zenuwstelsel
- Preganglionaire vezels van ruggenmergsegmenten in thorax en lumbale regio zijn via synapsen in ganglia nabij ruggenmerg met andere zenuwvezels verbonden (tussen T1 en L2)
- Maakt ons lichaam klaar voor noodsituaties, stimuleert het metabolisme in de weefsels en verhoogt de waakzaamheid (Fight or Flight systeem)
Parasympatisch zenuwstelsel
- Preganglionaire vezels die aan hersenen en sacrale segmenten van de wervelkolom ontspringen en via synapsen verbonden zijn met neuronen van terminale ganglia nabij doelorganen
- Rustsysteem of rust- en verteringssysteem, spaart energie en stimuleert activiteiten die in rust worden uitgevoerd
Stimuleren of remmende activiteit
- Beïnvloeding door gereguleerde afgifte van specifieke neurotransmitters bij postganglionaire vezels
- Stimulerend of remmend effect is afhankelijk van reactie van membraanreceptor op neurotransmitter
Neurotransmitters
- Alle preganglionaire autonome vezels zijn cholinerg, geven acetylcholine af als neurotransmitter
- Meeste postganglionaire sympathische vezels zijn adrenerg, geven noradrenaline (= norepinefrine) af
Functies sympathisch zenuwstelsel
- Stimuleert het metabolisme van weefsels
- Verhoogt de waakzaamheid
- Zorgt voor voorbereiding op plotse, intensieve lichamelijke activiteit
- Stimuleert zweetklieren en haarspiertjes, verhoging bloedtoevoer naar skeletspieren, vetten afgegeven als brandstof, pupillen verwijden, versnelling hartritme en verwijding luchtwegen, minder doorbloeding GI-kanaal en huid
Functies parasympatisch zenuwstelsel
- Vooral gericht op ontspanning, vertering van voedsel en opslaan van energie
- Stimulering parasympatisch ZS leidt tot algemene toename concentratie voedingsstoffen in bloed
Autonome zenuwstelsel vs. somatische zenuwstelsel
- Aanpassingen door het autonome zenuwstelsel zijn belangrijker in overleven dan die van somatische zenuwstelsel
- Beide geleiden motorische impulsen naar perifere effectoren
Anatomische verschillen
- Somatische zenuwstelsel: skeletspieren worden direct door een 2de motorisch neuron van de perifere effector gescheiden
- Autonome zenuwstelsel: motorische neuron sturen hun axonen naar autonome ganglia buiten het centrale zenuwstelsel
Autonome ganglia
- Preganglionaire vezels sturen hun axonen naar autonome ganglia
- In deze ganglia zijn axonen van preganglionaire neuronen via synapsen verbonden met ganglionaire neuronen
- Postganglionaire vezels verlaten ganglia en innerveren effect
Sympathisch zenuwstelsel
- Preganglionaire vezels van ruggenmergsegmenten in thorax en lumbale regio zijn via synapsen in ganglia nabij ruggenmerg met andere zenuwvezels verbonden (tussen T1 en L2)
- Maakt ons lichaam klaar voor noodsituaties, stimuleert het metabolisme in de weefsels en verhoogt de waakzaamheid (Fight or Flight systeem)
Parasympatisch zenuwstelsel
- Preganglionaire vezels die aan hersenen en sacrale segmenten van de wervelkolom ontspringen en via synapsen verbonden zijn met neuronen van terminale ganglia nabij doelorganen
- Rustsysteem of rust- en verteringssysteem, spaart energie en stimuleert activiteiten die in rust worden uitgevoerd
Stimuleren of remmende activiteit
- Beïnvloeding door gereguleerde afgifte van specifieke neurotransmitters bij postganglionaire vezels
- Stimulerend of remmend effect is afhankelijk van reactie van membraanreceptor op neurotransmitter
Neurotransmitters
- Alle preganglionaire autonome vezels zijn cholinerg, geven acetylcholine af als neurotransmitter
- Meeste postganglionaire sympathische vezels zijn adrenerg, geven noradrenaline (= norepinefrine) af
Functies sympathisch zenuwstelsel
- Stimuleert het metabolisme van weefsels
- Verhoogt de waakzaamheid
- Zorgt voor voorbereiding op plotse, intensieve lichamelijke activiteit
- Stimuleert zweetklieren en haarspiertjes, verhoging bloedtoevoer naar skeletspieren, vetten afgegeven als brandstof, pupillen verwijden, versnelling hartritme en verwijding luchtwegen, minder doorbloeding GI-kanaal en huid
Functies parasympatisch zenuwstelsel
- Vooral gericht op ontspanning, vertering van voedsel en opslaan van energie
- Stimulering parasympatisch ZS leidt tot algemene toename concentratie voedingsstoffen in bloed
Autonome zenuwstelsel vs. somatische zenuwstelsel
- Aanpassingen door het autonome zenuwstelsel zijn belangrijker in overleven dan die van somatische zenuwstelsel
- Beide geleiden motorische impulsen naar perifere effectoren
Anatomische verschillen
- Somatische zenuwstelsel: skeletspieren worden direct door een 2de motorisch neuron van de perifere effector gescheiden
- Autonome zenuwstelsel: motorische neuron sturen hun axonen naar autonome ganglia buiten het centrale zenuwstelsel
Autonome ganglia
- Preganglionaire vezels sturen hun axonen naar autonome ganglia
- In deze ganglia zijn axonen van preganglionaire neuronen via synapsen verbonden met ganglionaire neuronen
- Postganglionaire vezels verlaten ganglia en innerveren effect
Sympathisch zenuwstelsel
- Preganglionaire vezels van ruggenmergsegmenten in thorax en lumbale regio zijn via synapsen in ganglia nabij ruggenmerg met andere zenuwvezels verbonden (tussen T1 en L2)
- Maakt ons lichaam klaar voor noodsituaties, stimuleert het metabolisme in de weefsels en verhoogt de waakzaamheid (Fight or Flight systeem)
Parasympatisch zenuwstelsel
- Preganglionaire vezels die aan hersenen en sacrale segmenten van de wervelkolom ontspringen en via synapsen verbonden zijn met neuronen van terminale ganglia nabij doelorganen
- Rustsysteem of rust- en verteringssysteem, spaart energie en stimuleert activiteiten die in rust worden uitgevoerd
Stimuleren of remmende activiteit
- Beïnvloeding door gereguleerde afgifte van specifieke neurotransmitters bij postganglionaire vezels
- Stimulerend of remmend effect is afhankelijk van reactie van membraanreceptor op neurotransmitter
Neurotransmitters
- Alle preganglionaire autonome vezels zijn cholinerg, geven acetylcholine af als neurotransmitter
- Meeste postganglionaire sympathische vezels zijn adrenerg, geven noradrenaline (= norepinefrine) af
Functies sympathisch zenuwstelsel
- Stimuleert het metabolisme van weefsels
- Verhoogt de waakzaamheid
- Zorgt voor voorbereiding op plotse, intensieve lichamelijke activiteit
- Stimuleert zweetklieren en haarspiertjes, verhoging bloedtoevoer naar skeletspieren, vetten afgegeven als brandstof, pupillen verwijden, versnelling hartritme en verwijding luchtwegen, minder doorbloeding GI-kanaal en huid
Functies parasympatisch zenuwstelsel
- Vooral gericht op ontspanning, vertering van voedsel en opslaan van energie
- Stimulering parasympatisch ZS leidt tot algemene toename concentratie voedingsstoffen in bloed
Studying That Suits You
Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.
Description
Dit quiz behandelt de anatomische verschillen tussen het somatische en autonome zenuwstelsel, inclusief hun functies en rol bij het overleven. Leer over de motorische impulsen en het centrale zenuwstelsel.