Financiële analyse van de jaarrekening 2021 PDF

Summary

This document provides a financial analysis of the annual accounts, including sections on solvency, liquidity, profitability, and added value. It uses examples from Plopsa NV's 2019 financial report.

Full Transcript

10/02/2021 DE JAARREKENING Financiële...

10/02/2021 DE JAARREKENING Financiële analyse van de jaarrekening Seminarie vormingsprogramma 2021 BKR. onderdelen van de jaarrekening J. Cattrysse - bedrijfsrevisor publicatie van de jaarrekening - gastdocent hogeschool getrouw beeld Inhoud : WVV Art. 3:1. § 1. Het bestuursorgaan is verplicht elk jaar een inventaris op te - De jaarrekening maken volgens de waarderingsregels bepaald door de Koning, evenals een - Solvabiliteit jaarrekening in de vorm en met de inhoud bepaald door de Koning. - Liquiditeit Die jaarrekening bestaat uit de balans, de resultatenrekening en de toelichting, - Rendabiliteit en vormt een geheel. - Toegevoegde waarde Voorbeeld : jaarrekening Plopsa NV (BE0466.400.051) 2019 (www.nbb.be) KB Art. 3:1. De jaarrekening moet een getrouw beeld geven van het vermogen, de financiële positie en het resultaat van de vennootschap. (…) © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 1 2 1 10/02/2021 Worden tezamen met de jaarrekening neergelegd : De jaarrekening bestaat uit : Benaming, …, Lijst bestuurders, … (VOL 1 en VOL2) Balans (VOL 3): activa (3.1) en passiva (3.2) Resultaatverwerking (verdeling) (VOL 5) Resultatenrekening (VOL 4) : opbrengsten (7-rekeningen) en Sociale balans (VOL 6 tot 2015 / vanaf 2016 ‘samen met’ of kosten (6-rekeningen) toelichting*) Toelichting (VOL 6) : bijkomende details/gegevens Waarderingsregels (VOL 6.19) Jaarverslag Verslag commissaris * WVV Art. 3:12 § 2. Informatie die reeds afzonderlijk in de jaarrekening wordt vermeld hoeft niet te worden herhaald in een document dat overeenkomstig dit artikel moet worden neergelegd. © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 3 4 2 10/02/2021 Bronnen van financiering - passiva De Balans = toestand op een bepaald moment Eigen vermogen bestaat uit kapitaal en reserves op het tijdstip van de afsluitdatum van het boekjaar. A ACTIVA VOL 3.1 PASSIVA VOL 3.2 P Het kapitaal : vermogen dat werd afgescheiden van het privé vermogen van Vaste activa Eigen vermogen de eigenaar (aandeelhouder) en aan het vermogen van de vennootschap werd toegekend. O Materiële vaste activa, … kapitaal O De reserves : gevormd uit winsten die de vennootschap heeft gemaakt in het M Reserves P verleden, en die niet werden uitgekeerd aan de aandeelhouder maar werden Z E gereserveerd (zelffinanciering door de vennootschap). Voorzieningen Het is de vergadering van de aandeelhouders die beslist of reserves worden E Vlottende activa Schulden I uitgekeerd, en of het kapitaal wordt verhoogd of verminderd. T Vorderingen > 1 jaar Schulden > jaar S B Voorraden B Vreemd vermogen of schulden op het tijdstip van de afsluitdatum van het boekjaar. : bronnen afkomstig van derden zoals kredietinstellingen of A Vorderingen < 1 jaar Schulden < jaar A leveranciers die betalingsuitstel verlenen. Schulden zijn middelen die op de A Liquide middelen A afgesproken datum zullen opgeëist worden de schuldeiser, schulden zijn dus opeisbaar. R Totaal : Totaal : R Bedragen die op korte termijn (op minder dan 12 maand) kunnen opgeëist worden, worden gepresenteerd onder de schulden op korte termijn. bedrijfsmiddelen Bronnen van financiering De financieringsbronnen worden aangewend om de bedrijfsmiddelen te financieren. © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 5 6 3 10/02/2021 Bedrijfsmiddelen - activa De Resultatenrekening = gerealiseerd over een periode De bedrijfsmiddelen worden aangewend om de activiteit van de VOL 4 onderneming mogelijk te maken. Bedrijfsopbrengsten 70/74 Vaste activa : boekwaarde op het tijdstip van de afsluitdatum van het Omzet … boekjaar van de bedrijfsmiddelen zoals gebouwen, installaties en rollend Bedrijfskosten 60/64 materieel. Vast activa zijn gedurende langere periode (meer dan 12 maand) aanwezig in Handelsgoederen, diensten en diverse, lonen, … de onderneming en worden afgeschreven. Afschrijvingen, waardeverminderingen, 63 voorzieningen Vlottende activa : waarde op het tijdstip van de afsluitdatum van het Bedrijfswinst (verlies) 9901 boekjaar van de activa die op korte tijd (binnen 1 boekjaar, ofwel op minder Niet kaskosten : geldstroom in een andere dan 12 maanden) in liquide middelen worden omgezet. Financiële kosten en opbrengsten periode 65 en 75 Zo worden voorraden doorgaans snel ( niet-recurrent © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 7 8 4 10/02/2021 Bedrijfsopbrengsten en bedrijfskosten Financiële opbrengsten en kosten De bedrijfsopbrengsten zijn opbrengsten uit de normale bedrijvigheid of Opbrengsten en kosten verbonden aan financiële activa en passiva. activiteit van de vennootschap over het ganse boekjaar. (onderscheid bedrijfsactiva en financiële activa). Omzet : bedrijfsopbrengsten uit verkopen aan klanten (realisatieprincipe). Kosten van schulden : voornamelijk intrestkosten van het afgelopen Aankopen handelsgoederen en grond- en hulpstoffen : aankopen bij boekjaar n.a.v. schulden die door de vennootschap werden aangegaan leveranciers. in het boekjaar, voornamelijk m.b.t. schulden aan kredietinstellingen. Diensten en diverse goederen : kost van ingekochte ‘ondersteunende’ diensten en goederen, zoals elektriciteit, huurgelden, vervoerkosten naar Opbrengsten uit financiële activa : betreft intresten die de klanten, … vennootschap heeft ontvangen n.a.v. het uitlenen van geld aan andere vennootschappen, of uit opbrengsten uit geldbeleggingen of Bezoldigingen en sociale lasten : het brutoloon van arbeiders en bedienden, dividenden van andere ondernemingen. werkgeversbijdrage sociale zekerheid, andere personeelskosten. Afschrijvingen : deel van de aanschafwaarde van de vaste activa dat als kost Niet-recurrent ten laste van de resultatenrekening van het betreffende boekjaar wordt genomen (matching met jaren waarin opbrengsten gerealiseerd). Operationele of financiële opbrengsten en kosten die een uitzonderlijk/niet-recurrent karakter hebben. Afschrijvingen gaan niet gepaard met een kasuitgave in hetzelfde boekjaar (de kasuitgave heeft plaatsgevonden bij de aanschaf, in het boekjaar van aanschaf dus). © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 9 10 5 10/02/2021 Belasting op het resultaat De Resultatenverwerking Op de winst van het boekjaar zal de vennootschap belastingen moeten betalen, zijnde VOL 4 vennootschapsbelasting. Te bestemmen winst (verlies) 9906 Te bestemmen winst van het boekjaar 9905 De winst die overblijft na het in mindering brengen van Overgedragen winst(verlies) van het vorige boekjaar 14P de vennootschapsbelasting, kan worden voorgelegd aan de aandeelhouders om te bestemmen. Toevoegen aan het eigen vermogen (reserves) 691/2 Over te dragen winst (verlies) Blijft in de 14 onderneming 9901 Bedrijfswinst Uit te keren winst 694/6 9903 Winst boekjaar vóór belasting Vergoeding kapitaal 694 9904 Winst boekjaar na belasting Verlaat de Bestuurders of zaakvoerders onderneming 695 9905 Te bestemmen winst van het boekjaar Andere rechthebbenden 696 © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 11 12 6 10/02/2021 Te bestemmen winst 9906 Jaarrekening = financiële informatie belanghebbenden Overgedragen winst van het vorig boekjaar betreft winsten uit het verleden waaraan de algemene vergadering van de aandeelhouders nog geen definitieve bestemming had toegekend. Deze wordt samen met de winst van het boekjaar voorgelegd aan de aandeelhouders om te bestemmen. De te bestemmen winst kan worden uitgekeerd, of kan worden gereserveerd en wordt dan toegevoegd aan de reserves. De beslissing tot uitkering verhoogt dit schulden uit bestemming van het resultaat (rekening 47x) per afsluitdatum. De bankrekening zal dan voor dit bedrag verminderen (de middelen verlaten de onderneming), na de datum van de A.V. Knooppunt van contractuele relaties >> Kan de onderneming/vennootschap deze honoreren ? © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 13 14 7 10/02/2021 WVV art. 3:1 – KB29/04/2019 Art. 3:1. – getrouw beeld De wetgever verplicht elke vennootschap om hun jaarrekening Stakeholders (onderneming als knooppunt van contractuele relaties ) te publiceren >>liquiditeit, solvabiliteit, rendabiliteit en toegevoegde waarde> registreren bewegingen vermogen (D / C , aanwending / bron) resultatenrekening en de toelichting, en vormt een geheel. Tekortkoming : KB 29/04/2019 o Niet alle gebeurtenissen hebben zich reeds vertaald in een besteding of bron van Art. 3:1. De jaarrekening moet een getrouw beeld geven van het vermogen, de vermogen financiële positie en het resultaat van de vennootschap. (…) o Niet alle gebeurtenissen zijn in besteding of bron van vermogen te vatten Wanneer toepassing van deze titel, titel 2 en titel 3 niet volstaat om te voldoen aan dit voorschrift moeten aanvullende inlichtingen worden verstrekt in de toelichting. >> rapportering in de toelichting. KB (hoofdstuk 2 waarderingsregels) Art. 3:7. Indien in uitzonderingsgevallen blijkt dat de toepassing van een in dit O.a. hoofdstuk bedoelde waarderingsregel niet leidt tot nakoming van het bepaalde in artikel Art. 3.11. (…) ontwaardingen onvermijdelijk aleatoir is, wordt hiervan melding gemaakt in de 3:1, eerste lid, moet daarvan worden afgeweken ten einde te voldoen aan de in het toelichting, wanneer de betrokken bedragen rekening houdend met de doelstelling van voornoemde artikel bedoelde verplichting. artikel 3.1 , eerste lid, belangrijk zijn. (…) Dergelijke afwijking wordt bij de waarderingsregels in de toelichting vermeld en verantwoord. De geraamde invloed ervan op het vermogen, de financiële positie en het resultaat van de vennootschap, VZW, IVZW of stichting wordt vermeld bij de waarderingsregels in de toelichting bij de jaarrekening over het boekjaar waarin de afwijkende waarderingsregel voor het eerst wordt toegepast. © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 17 18 9 10/02/2021 Ratioanalyse NACE codes Ratio = verhoudingsgetal. Vergelijking ratio’s Twee of meer gegevens uit balans, resultatenrekening of - In de tijd (evolutie van de onderneming zelf) toelichting in verhouding tot elkaar plaatsen. - Sector >> mediaanwaarde, sectorratio en kwartielwaarden (Q1, Q2 en Q3) Q1 Q2 Q3 25% 25% 25% 25% subgroep 1 subgroep 2 subgroep 3 subgroep 4 Voorzichtigheid : Moeten een inhoudelijke relatie hebben! (wat is relatie - waarderingsregels kunnen verschillen tussen ….waardoor het zinvol is er een ratio of - vennootschap = juridische entiteit, kan verschillende economische verhoudingsgetal van te maken ) activiteiten omvatten… - … Nut ratioanalyse : betere vergelijking in tijd of sector om Decielwaarden : wanneer we onderverdelen in 10 subgroepen. evolutie en positie op te volgen. © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 19 20 10 10/02/2021 Krediet convenanten Analyse van de jaarrekening - dimensies een financiële prestatievereiste die van een kredietnemer wordt verlangd, over het algemeen schuld, winst of Liquiditeit cashflowratio. Als aan de vereiste niet wordt voldaan, kan dit leiden tot Solvabiliteit een vervroegde opeisbaarheid van een lening. Rendabiliteit Worden opgenomen in leningsovereenkomst zodat de bank over een mogelijkheid beschikt om contract te Toegevoegde waarde annuleren of om te herschikken als toestand verslechterd. Voorbeeld : 25% eigen vermogen aanhouden >> als niet dan lening volledig opeisbaar (alle 17 dus naar 42…) © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 21 22 11 10/02/2021 Liquiditeit De liquiditeit geeft aan in welke mate een onderneming haar lopende betalingsverplichtingen kan voldoen. Liquiditeit van een actief : mogelijkheid om dit actief in liquide middelen om te zetten. Vaste activa zullen voor langere tijd in de onderneming aanwezig zijn en bijdragen tot het mogelijk maken van de ondernemingsactiviteiten, en zullen dus op langere termijn bijdragen tot het maken van omzet waaruit liquide middelen worden gegenereerd (continuïteitsveronderstelling). Vlottende activa worden omgezet in minder dan 12 maand, zoals voorraden (door verkoop ontvangt het bedrijf liquide middelen, geld op de bank) en handelsvorderingen (door inning ontvangt het bedrijf geld op de bank). Current ratio ( 29/58 – 29) / (42/48 + 492/3 ) - wat komt op korte termijn binnen in de kas/bank t.o.v. wat moet op korte termijn uit de kas/bank worden betaald - dekking vreemd vermogen op korte termijn door (beperkt) vlottende activa - Interpretatie : als > 1 dan alle schulden op kt kunnen door activa op kt worden betaald Onderscheid tussen statische liquiditeit (current ratio, …) en dynamische liquiditeit - Hoeveel euro vlottende activa per euro opeisbare schuld (statische liquiditeit) ? (kasstromen) © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 23 24 12 10/02/2021 Solvabiliteit Solvabiliteit : betreft een vergelijking tussen eigen vermogen en vreemd vermogen – het passief van de balans. De solvabiliteit wordt gebruikt om inzicht te krijgen in de financiële gezondheid van een bedrijf op de langere termijn. Het zegt iets over de wijze waarop de bedrijfsmiddelen zijn gefinancierd, zijnde met vermogen afkomstig uit kapitaal en reserves ofwel met schulden (opeisbaar op korte dan wel over de langere termijn), met permanent vermogen (MAR klasse 1), … Algemene schuldgraad : vreemd vermogen / totaal vermogen © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 25 26 13 10/02/2021 Solvabiliteit liquiditeit Liquiditeit - faillissement Faillissement : “op duurzame wijze opgehouden te betalen”, d.w.z. een gebrek Solvabiliteit aan liquiditeit van blijvende aard te zijn. - Balans : samenstelling passief - Lange termijn financiële gezondheid Wanneer de handelaar al schulden niet betaalt, en bij de banken, …, geen geld meer kan krijgen omdat ze onzeker zijn of deze dit zal kunnen terugbetalen, vormt dit bewijs voor het ophouden te betalen. Dit laatste Liquiditeit noemt ook het “wankelen van het krediet”. - Balans : korte termijn activa en korte termijn passiva De rechtbank beslist of aan deze voorwaarden voldaan is en of uw klant dus al - Korte termijn financiële gezondheid dan niet failliet wordt verklaard. Cijferratio’s o.b.v. de jaarrekening zijn evenwel niet altijd de beste ‘knipperlichten’ voor een nakend faillissement. Als knipperlichten met een correlatie tot een nakend faillissement kunnen worden vermeld dagvaardingen RSZ, enz. © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 27 28 14 10/02/2021 Rendabiliteit Rendabiliteit : vergelijking van opbrengsten en kosten. Wat brengt het op? En is dit voldoende? Voldoende rendabiliteit betekent : verschil tussen opbrengsten en kosten is voldoende in vergelijking met het geïnvesteerde vermogen. Rendabiliteit eigen vermogen : - procentuele verhouding tussen winst (of verlies) en het eigen vermogen - 9904 / (10/15) © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 29 30 15 10/02/2021 Rendabiliteit Liquiditeit Toegevoegde waarde Een onderneming : organisatie waar productiefactoren aangekochte goederen en diensten (input) omzetten tot goederen en diensten met een hogere waarde (output) die een afzet vinden tegen een door de Opbrengsten en kosten markt aanvaarde prijs. tijd (verschil in timing). De toegevoegde waarde wordt verdeeld over de productiefactoren : uitgaven en inkomsten - Arbeid (personeel : lonen en wedden) - Fysisch kapitaal (afschrijvingen vaste activa) - Financieel kapitaal (interest schulden en dividend) - Overheidsinfrastructuur (wegen, veiligheid, … - Voorbeeld : klantenkrediet en leverancierskrediet vennootschapsbelasting) afschrijvingen © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 31 32 16 10/02/2021 Toegevoegde waarde Bruto toegevoegde waarde = waarde van de productie (-) intermediair verbruik (70/74 -740) – (60+61) Deel toegevoegde waarde dat naar arbeid gaat? 62 + 635 Deel toegevoegde waarde dat naar overheid gaat? 9134 + 640 Toegevoegde waarde : begrip uit de macro-economie. Merk op : Klasse 60 en 61 is omzet bij andere bedrijven, deze kost ontstaat immers wanneer andere bedrijven aan onze onderneming goederen hebben of dienstprestaties hebben geleverd, wat voor hen omzet betekent. © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 33 34 17 10/02/2021 SOLVABILITEITSRATIO’S Eigen vermogen (10/15) ? Financieringsstructuur (balans : passiva) Elementen Eigen vermogen en vreemd vermogen – 100 geplaatst kapitaal – inbreng door aandeelhouders, betreft vermogen afkomstig uit hun privévermogen en dat werd Toelichting : niet in de balans opgenomen rechten afgescheiden naar het vermogen van de vennootschap en verplichtingen – 13 Reserves– reservering winsten verleden (= niet-uitgekeerde winsten) Ratio : verhoudingsgetal (vgl in de tijd of tussen ondernemingen). – 14 overgedragen resultaat – winsten die voor het komende jaar in het vermogen worden behouden (vanuit standpunt analyse zijn dit ook reserves), maar geen reserve omdat de Voorbeeld : Eigen vermogen / vreemd vermogen aandeelhouders over deze winsten nog niet definitief hebben Hoeveel euro eigen vermogen heeft de vennootschap per euro beslist. vreemd vermogen? – 15 kapitaalsubsidies- (bepaalde) subsidies afkomstig van de Stel 2019 : 1,5 en 2018 : 1,8 overheid >> de vennootschap financiert verhoudingsgewijze meer met ‘Permanent’ toegewezen aan de vennootschap (klasse 1) vreemd vermogen in 2019 in vgl met 2018 = wordt gedurende lange tijd behouden in de vennootschap © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 35 36 18 10/02/2021 Kapitaal kan worden teruggenomen door de aandeelhouders (=kapitaalvermindering, vereist vergadering aandeelhouders bij de notaris en aanpassing statuten vennootschap) dit zal steeds volledig gebeuren bij het stopzetten van de vennootschap. Reserves (= aangroei vermogen) kunnen worden opgenomen bij beslissing van de aandeelhouders, en dit zal steeds volledig gebeuren bij het stopzetten van de vennootschap. Reserves zullen bij latere uitkering als een dividend worden beschouwd - in feite ‘uitgestelde’ winstuitkering… Er is evenwel geen vaste datum waarop dit vermogen (kapitaal, en reserves) aan de aandeelhouder wordt uitbetaald, dit vereist een beslissing van de vergadering der aandeelhouders Dividend (694 vergoeding van het kapitaal) = winstuitkering, betreft vergoeding aan de aandeelhouders voor het ter beschikking stellen van hun vermogen, en gebeurt uit de winsten n.a.v. een beslissing door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 37 38 19 10/02/2021 Eigen Vermogen = residueel karakter bij stopzetting Vreemd vermogen (16 + 17/49) ? van de vennootschap Elementen : – 16 voorzieningen voor risico’s en kosten Stopzetting vennootschap ? – 17 schulden op meer dan 1 jaar >> alle activa worden verkocht, d.w.z. omgezet in liquide middelen. – 42/48 schulden op minder dan 1 jaar Deze liquide middelen gebruikt om alle schulden af te lossen. Wat Voorziening : waarschijnlijke schuld, er is echter nog geen opeisbare overblijft kan worden uitgekeerd aan de aandeelhouders. titel. Schulden zijn opeisbaar, er is een datum waarop de schuldeiser recht Enge betekenis (worst case scenario) : EV is buffer tegen heeft op betaling liquidatieverliezen bij gedwongen liquidatie van activa (faillissement), Financiële schulden : (doorgaans is er een) aflossingsplan met intrest, buffer dus ter bescherming van schuldeisers. en dus vaste betalingsverplichtingen enerzijds : deel activa enkel waarde in going concern Interest = 650 = kosten van schulden vb : specifiek ontwikkelde machines (specifieke installaties, …) Financieel risico : vaste betalingsverplichtingen bij financiële >> wat is waarde ingeval van ontmanteling fabriek ? >> schulden, zijnde schrootwaarde... – Terugbetaling geleend bedrag >> is er voldoende geld op het moment dat anderzijds : bepaalde activa meer waarde bij verkoop dan er moet worden afgelost boekwaarde (goed onderhouden gebouw, goede ligging, …) – kost van interest (650) terwijl resultaten (9901) kunnen schommelen >> 9901 voldoende om 650 te kunnen dragen? – bij lage rente beperkt (operationeel risico : zie later rendabiliteit) © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 39 40 20 10/02/2021 Voorziening (16) schulden (17/49) lange termijn (17) korte termijn (42/48) schuld voorzieningen voor risico's en kosten (16) beogen naar hun Financieel risico : speelt vooral bij schulden op lange termijn, aard duidelijk omschreven verliezen of kosten te dekken die op vooral hier kost vast de balansdatum waarschijnlijk of zeker zijn, doch waarvan het Schulden op korte termijn bedrag (nog) niet vaststaat. >> deel hiervan is vanuit financieel oogpunt als permanent te – vb : onderhoud en herstelling dak machinehal : zal moeten gebeuren, beschouwen : bij constante activiteit en betalingspolitiek bedrag kan betrouwbaar geraamd worden worden deze gedurig vernieuwd (1). >> zodra vaststaand = schuld. >> deel evolueert mee met bedrijfsactiviteit (dalen bij Als niet betrouwbaar te ramen >> niet op balans, maar zo getrouw inkrimpen en stijgen bij toegenomen activiteit) (2). mogelijk in de toelichting beschrijven. (1) Kan plots veranderen : leveranciers (44) veranderen betalingsvoorwaarden, banken veranderen condities korte termijn kredieten (43), … (2) zie ook nettobedrijfskapitaal (Liquiditeit). © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 41 42 21 10/02/2021 Toelichting 6.14 Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen Voorbeeld 1 : een rechtzaak (claim). T 6.14 : kwalitatieve analyse ter aanvulling van de kwantitatieve Een klant heeft in 2017 een claim ingediend wegens productiefouten in ratioanalyse. de producten die ze bij onze onderneming hebben aangekocht. Onze advocaat denk dat we deze zaak zullen winnen. ‘in de toelichting worden per soort vermeld (belangrijke) de rechten en In 2018 is er een uitspraak, en we verliezen de zaak, de rechtbank verplichtingen die niet in de balans voorkomen en die het vermogen, de veroordeelt de vennootschap tot 500K euro schadevergoeding, maar de financiële positie of het resultaat van de onderneming aanmerkelijk vennootschap gaat in beroep. De advocaat denkt dat we in beroep kunnen beïnvloeden. kunnen winnen, maar schat de kans eerder klein in (> algemene schuldgraad nuanceren met schuldgraad op LT. © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 49 50 25 10/02/2021 1.3. Zelffinancieringsgraad 2. Dekkingsratio’s Reserves + overgedragen winst(verlies) / totaal vermogen (%) ? Elementen bepalend voor deze ratio : In welke mate kan de intrestlast worden - Dividend – en reserveringspolitiek; gedragen door het resultaat? - Leeftijd van de onderneming. In welke mate zijn de schulden gedekt >> impact op gecumuleerde rendabiliteit boekjaar en (aflosbaar) uit de jaarlijks gegenereerde voorgaande boekjaren cashflow? © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 51 52 26 10/02/2021 Schulden 2.1. Intrestdekkingsratio (1) = vaste intrestkost >> er moet voldoende resultaat zijn om deze te kunnen (9904 + 9134 + 650 + 653 - 9126) / (650 + 653 - 9126) opvangen. >> dekking financiële kost (interest cover) Belasting op resultaat Financiële kost VV Winst van het boekjaar Schulden = vaste aflossingen Deze ratio geeft : hoeveel maal de financiële kosten gedekt zijn >> er moet voldoende cashflow zijn om deze te kunnen door nettoresultaat vóór financiële kost en belasting, ofwel in aflossen. hoeverre is de onderneming in staat de financiële kost van het >> dekking af te lossen bedrag door cashflow vreemd vermogen te dragen uit het resultaat voor financiële kost Vast = en belasting. ligt vast van bij het afsluiten van de leningsovereenkomst, de contractueel afgesproken betalingen moeten worden nagekomen, (1) Dekking financiële kost vreemd vermogen door nettoresultaat na niet-kaskosten, voor deze betalingenzijn onafhankelijk van de resultaten van het financiële kost kosten en voor belastingen boekjaar © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 53 54 27 10/02/2021 Intrestdekkingsratio : Als 1 : nettoresultaat juist voldoende om financiële kost vreemd vermogen te dragen < 1 : er is onvoldoende resultaat om financiële kost te dragen > 1 : er kan nog bij… © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 55 56 28 10/02/2021 Uitgebreide cashflow : 2.2. Dekking vreemd vermogen door cashflow = resultaat boekjaar + alle niet kasverrichtingen terugdraaien = geld dat op een jaar binnenkomt uit de normale operationele activiteiten van het bedrijf (uitgebreide cashflow) / (vreemd vermogen) 9904 1. Vreemd vermogen : (16 + 17/49) + afschrijvingen en waardeverminderingen op vaste activa indicatie schuldaflossingscapaciteit : hoger >> onderneming kan 630 + 6501 - 760 – 761 + 660 + 661 een daling in CF aan, ofwel, kan hogere schuldgraad aan + waardeverminderingen op vlottende activa ratio omkeren : aantal jaren nodig om schulden af te lossen 631/4 + 651 gegeven huidige CF (veronderstelling constant) + Voorzieningen en uitgestelde belastingen 2. Vreemd vermogen LT : (16 + 17) 635/7 + 6560 – 6561 – 762 + 662 + 680 – 780 + 663 - Kapitaalsubsidies aangerekend op het resultaat aflossingscapaciteit op lange termijn - 9125 zie ook (NBK) : deel van KT is permanent 3. Binnen het jaar te betalen schulden LT : (42) Niet kasverrichtingen = de uitgave en de kost zit niet in hetzelfde boekjaar. Moet minimaal 1 zijn, anders niet houdbaar >> geld halen uit andere Vb. afschrijving : de uitgave is gebeurd op het moment van de aankoop van het bronnen (desinvesteringen, vers kapitaal, …) betreffende vaste actief, tijdens de jaren van gebruik wordt het vast actief ‘afgeschreven’ = in kost genomen als afschrijvingskost. Voor alle andere kosten (60, 61, …) is het jaar van de kost ook ( +/- een goede indicatie van) het jaar van de uitgave… © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 57 58 29 10/02/2021 Nuancering : 17 kan verschillende leningen van verschillende Nettoschuld en dekking nettoschuld door EBITDA bedragen (ordegrootte) met verschillende looptijden en verschillende intrestvoeten bevatten (jaarrekening = geen detail, enkel geaggregeerde cijfers). Nettoschuld (net debt) Toelichting 6.9 : binnen de 5 jaar of langer dan 5 jaar = financiële schulden op kt en lt  Liquide middelen en geldbeleggingen kt Ratio’s : Nettoschuld / eigen vermogen Nettoschuld / EBITDA © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 59 60 30 10/02/2021 Gemiddelde kost vreemd vermogen (%) EBIT en EBITDA EBIT en EBITDA komt overgewaaid uit US GAAP en later (650 + 653 - 9126) / (16 + 17/49) ook overgenomen in IFRS. Dit cijfer houdt geen rekening met kapitaalstructuur (interesten) noch met de ondernemingsfiscaliteit (belastingen). CBN - Technische nota 2017/01 – definiëring van EBIT / EBITDA. Voornaamste verschil met ‘uitgebreide cashflow’ : 635/8 © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 61 62 31 10/02/2021 EBIT / EBITDA © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 63 64 32 10/02/2021 LIQUIDITEITSRATIOS Bedrijfskapitaal, bruto en netto ? Korte termijn vorderingen t.o.v. korte termijn Brutobedrijfskapitaal = som van de (beperkt) vlottende activa. schulden (balans >> korte termijn actief/passief) (beperkt) vlottende activa = de activa die binnen het jaar Of noch, in welke mate zijn vlottende activa kunnen gerealiseerd worden (binnen 12 maand na gefinancierd door permanent vermogen (netto balansdatum) bedrijfskapitaal – fonds de roulement – working capital) (29/58 - 29) Voorbeeld : Vlottende activa / vreemd vermogen korte termijn Nettobedrijfskapitaal = Brutobedrijfskapitaal min vreemd Hoeveel euro vlottende activa heeft de vennootschap per euro vermogen op korte termijn, dus min de financieringsbronnen vreemd vermogen op korte termijn? die op minder dan een jaar opeisbaar zijn. Stel 2019 : 0,91 en 2018 : 1,2 >> de vennootschap is van een positief naar een negatief netto bedrijfskapitaal geëvolueerd. - (29/58 - 29) (42/48 + 492/3) © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 65 66 33 10/02/2021 Om haar activiteit mogelijk te maken, investeert een onderneming in activa : - kapitaalgoederen, ofwel vaste activa (klasse 2) - worden pas op langere termijn in liquide middelen omgezet. ACTIVA PASSIVA ACTIVA PASSIVA - En bedrijfskapitaal - voornamelijk voorraad en handelsvorderingen, evenwel wordt een deel hiervan ‘spontaan’ gefinancierd door vreemd (uitgebreid) Eigen vermogen (uitgebreid) Eigen vermogen SOM Klasse 2 + 3 + 4 + 5 vermogen op korte termijn zijnde voornamelijk leveranciersschulden SOM Klasse 1 VASTE ACTIVA VASTE ACTIVA (nettobedrijfskapitaal : klasse 3+4+5). VREEMD VREEMD Permanent vermogen (klasse 1): VERMOGEN VERMOGEN - Vermogen dat op lange termijn ter beschikking staat van de LANGE TERMIJN LANGE TERMIJN onderneming (d.w.z. niet op korte termijn opeisbaar) NETTO- NETTO- BEDRIJFSKAPITAAL BEDRIJFSKAPITAAL Beoordeling balansstructuur : er dient voldoende permanent vermogen aanwezig te zijn ter financiering van de kapitaalgoederen en het (beperkt) VREEMD (beperkt) VREEMD nettobedrijfskapitaal. VLOTTENDE VERMOGEN VLOTTENDE VERMOGEN ACTIVA KORTE TERMIJN ACTIVA KORTE TERMIJN Merk op : Uitgebreide vaste activa, klasse 2 : realisatietijd meer dan 1 jaar. Beperkt vlottende activa, brutobedrijfskapitaal. © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 67 68 34 10/02/2021 Het nettobedrijfskapitaal kan worden uitgedrukt als Bedrijfskapitaalbehoefte, bruto en netto ? bedrag, maar ook als ratio… behoefte aan nettobedrijfskapitaal : Current ratio = dekking van het vreemd vermogen op - (3 + 40/41 + 490/1) (42/48 + 492/3 - 43) korte termijn door de (beperkte) vlottende activa Het tekort aan spontane financiering door niet-financieel vermogen op korte termijn van de vlottende bedrijfsactiva wordt nettobedrijfskapitaalbehoefte (29/58 – 29) / (42/48 + 492/3) genoemd. Hoe meer de te financieren vlottende bedrijfsactiva gefinancierd worden door Quick ratio of Acid test = zelfde maar enkel met de meest niet-financieel vreemd vermogen op korte termijn, hoe lager de NBKbehoefte. vlottende activa Merk op : - 43 >>> 43 is financieel vreemd vermogen op KT, is inbegrepen in code 42/48 en moet er dus worden uitgehaald. We houden enkel rekening met de bedrijfspassiva. (40/41 + 50/53 + 54/58) / (42/48) Merk op : In sommige handboeken wordt ook code 42 uit het bedrag onder code 42/48 gehaald. Code 42 heeft doorgaans betrekking op financiële passiva, zijnde het deel van In de quick ratio worden voorraden en overlopende rekeningen niet de financiële schulden op lange termijn, dat op korte termijn opeisbaar wordt. Code 42 opgenomen. Voorraden zijn minder liquide dan vorderingen. wordt verder niet uit code 42/48 gehaald, en dit volgen we voor de eenvoud. © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 69 70 35 10/02/2021 Bedrijfs- of financiële activa en passiva Bedrijfsactiva - Vaste activa, behalve code 28 financiële vaste activa. - Vlottende activa onder code 3 voorraad of code 4 waaronder vnl. de handelsvorderingen. Bedrijfsactiva zijn de activa die we gebruiken om bedrijfswinsten te realiseren (bedrijfswinst : winst uit de Financiële activa : uitoefeningen van de bedrijvigheid van de onderneming). - 28 Financiële vaste activa Het zijn activa die roteren in de bedrijvigheid (zie later : - Thesaurieactiva (liquide middelen en korte termijn beleggingen van tijdelijke analyse rendabiliteit). overschotten aan liquide middelen). Financiële passiva : Bedrijfspassiva - Code 173 financiële schulden op lange termijn - Deel code 42 m.b.t. deel financiële schulden lange termijn dat opeisbaar wordt - Schulden die samenhangen met de bedrijvigheid, zoals > dagen klantenkrediet MIN dagen leverancierskrediet 365 / rotatie = aantal dagen voorraad. © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 75 76 38 10/02/2021 Verfijning van de voorraadrotatie – Rotatie geproduceerde voorraden Voorraad wordt gewaardeerd aan kostprijs >> Merk op : verkoop moet uitgedrukt worden in kostprijs. - Code 9125 en code 740 betreffen kostenverlagende subsidies en worden en verminderen kosten opgenomen in code 60/64. - code 72 betreft kosten voor geproduceerde vaste activa 60/64 – 71 – 72 – 740 – 9125 / (32 + 33 + 35 + 37) - bij seizoensgebonden activiteiten kan de afsluitdatum een impact hebben Kostprijs van de verkopen Geproduceerde voorraden - Werken met een gemiddelde voorraad in de noemer (begin- en eindvoorraad) bij groeiende/krimpende ondernemingsactiviteit © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 77 78 39 10/02/2021 Merk op : Plopsa NV boekjaar 2019. Verfijning van de voorraadrotatie – Rotatie aangekochte voorraden 60 / (30/31 + 34 + 35 + 36) Aangekochte voorraden In Plopsa NV is de voorraad een onbelangrijk actief. Analyse van de voorraad heeft dan ook weinig betekenis. Plopsa NV levert een dienst ‘amusement’. Voor het leveren van deze dienst gebruikt de onderneming relatief veel investeringsgoederen, maar geen (of heel weinig) voorraad. In productieondernemingen of handelsonderneming is voorraad doorgaans een belangrijke rubriek en zal analyse van de voorraadrotatie wel belangrijk zijn. © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 79 80 40 10/02/2021 - Klantenkrediet - Klantenkrediet - Leverancierskrediet - Leverancierskrediet - Dagen voorraad - Dagen voorraad Stel… Cash conversion cycle Aantal dagen klantenkrediet daalt van 38 naar 34, en aantal dagen leverancierskrediet van 43 naar 48. Aantal dagen klantenkrediet >> Wat is de impact op de nettodebiteurpositie? + We weten eveneens dat de voorraadrotatie is versneld 20 Aantal dagen voorraad dagen naar 15 dagen >> wat verwacht je voor de evolutie van de - nettobedrijfskapitaalbehoefte : dalen of stijgen? Aantal dagen leverancierskrediet >> Wat verwacht je voor de evolutie van de nettokas (bij een = gelijkblijvende activiteitsniveau en geen investeringen of Cash conversion cycle (CCC) veranderingen in permanent vermogen) © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 81 82 41 10/02/2021 Nettokas en nettokasratio Dead money Nettokas = Opmerkingen current ratio nettobedrijfskapitaal – nettobedrijfskapitaalbehoefe Als > 1 : het nettobedrijfskapitaal is positief, en eveneens, alle schulden op kt kunnen uit activa op kt worden betaald Betreft evenwel statische liquiditeit (balansstructuur, moment in de tijd), Geldbeleggingen + liquide middelen – financiële schulden kt dynamische liquiditeit (cashflow uit werking – periode, resultatenrekening) eveneens betrekken bij evaluatie liquiditeit. 50/53 + 54/58 - 43 Zodra current ratio beduidend hoger dan 2 of 3… >>> dead money? Nettokasratio (%) = nettokas / (beperkte) vlottende activa Liquide middelen zijn geen bedrijfsactiva, roteren niet in de bedrijvigheid van de onderneming, zorgen niet voor bedrijfswinst… Merk op : liquide middelen zijn financiële activa, geen bedrijfsactiva. Liquide middelen zijn nodig om bedrijfsactiva te Dead money : Teveel liquide middelen…kan indicatie zijn dat er voor de verwerven of om schulden terug te betalen, maar zijn geen onderneming geen opportuniteiten zijn tot rendabel investeren (investeren actief waarmee we bedrijfswinst kunnen realiseren… in nieuwe bedrijfsactiva om bedrijfswinsten te genereren). © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 83 84 42 10/02/2021 RENDABILITEITSRATIOS Merk op : Plopsa NV boekjaar 2019. Voldoende rendabiliteit betekent : verschil tussen opbrengsten en kosten (>>resultatenrekening) is voldoende t.o.v. het geïnvesteerde vermogen (>>balans) Wat brengt het geïnvesteerde vermogen op? Rendabiliteit wordt bestudeerd in relatie tot : Verkopen >> winstmarge Activa >> economische rendabiliteit Eigen vermogen >> financiële rendabiliteit Voorbeeld : Winst / eigen vermogen Winst is vermogensaangroei voor de aandeelhouder. Met hoeveel procent is het vermogen dat de aandeelhouder aanhoudt in de vennootschap aangegroeid? Of noch, hoeveel euro winst heeft de vennootschap opgebracht per euro geïnvesteerd door de aandeelhouder? Stel 2019 : 15% >> In 2019 heeft 1 euro geïnvesteerd door de aandeelhouder een vermogensaangroei opgeleverd van 0,15 euro. © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 85 86 43 10/02/2021 Vermogen? Winst? Merk op : Winst = aangroei vermogen. Het balanstotaal geeft weer hoeveel vermogen er in de 9901 : bedrijfswinst = bedrijfsopbrengsten – bedrijfskosten. vennootschap aanwezig is, het eigen vermogen geeft weer hoeveel = winst uit de bedrijvigheid. vermogen de aandeelhouder ter beschikking van de vennootschap heeft gesteld. Bedrijfsopbrengsten : vnl. omzet, opbrengsten uit de normale bedrijvigheid van de Bedrijfsactiva zijn nodig om de activiteiten of bedrijvigheid mogelijk onderneming, de normale verkoop van goederen of levering van diensten. te maken en dus omzet te genereren, wat de onderneming toelaat Bedrijfskosten : kosten verbonden aan de bedrijvigheid, nodig om de bedrijfsopbrengsten bedrijfswinst te genereren. van dat boekjaar te realiseren, zoals aankopen voorraadelementen (60), ingekochte diensten van andere bedrijven (61), inzet arbeidsuren eigen personeel (62), inzet vaste bedrijfsactiva Wat overblijft van de bedrijfswinst na vergoeding van het (63) en andere bedrijfskosten (64). aangetrokken vreemd vermogen (financiële kost) en na de winstbelasting, is vermogensaangroei of winst voor de Niet-recurent : uitzonderlijk karakter. aandeelhouder. 9903 : winst boekjaar vóór belastingen = 9901 – financieel resultaat. Rendabiliteit is tevens ook een bron van vermogen! Financieel resultaat : opbrengsten en kosten die verbonden zijn aan financiële activa en >> voor het vergoeden van het aangetrokken vermogen, en voor het passiva, zoals intrestopbrengsten liquide middelen, ontvangen dividenden uit financieren van investeringen (vervangingsinvesteringen ter geldbeleggingen of deelnemingen en intrestkosten van financiële schulden. behoud van activa, of uitbreidingsinvesteringen bij groei) door reservering (toevoegen winst van het boekjaar aan reserves). Financiële kosten : zijn het gevolg van een beslissing inzake financieringsstructuur, zijn het gevolg van een beslissing tot het financieren met financiële schulden. © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 87 88 44 10/02/2021 67/77 : belasting op het resultaat = vennootschapsbelastingen ten laste van het 1. Rendabiliteit van de verkopen betreffende boekjaar (wordt in code 9134 en 9138 opgedeeld) Indicatie omtrent efficiëntie (doelmatigheid) van de Code 9134 : belastingen op het resultaat van het boekjaar = deel uit code 67/77 dat enkel betrekking heeft op winsten van het betreffende boekjaar. bedrijfsactiviteit : commerciële, productie- en personeelspolitiek. 9904 : Winst van het boekjaar = winst na vennootschapsbelasting. 9905 : Te bestemmen winst van het boekjaar = winst na belastingen. Brutoverkoopmarge vóór belastingen (%) Deze winst is voor de aandeelhouder, het betreft de aangroei van het vermogen dat de aandeelhouder heeft toegekend aan de vennootschap. = recurrent brutobedrijfsresultaat’(1) vóór niet-kaskosten De beslissing tot aanwending van deze winst komt dan ook exclusief toe aan de aandeelhouders en wordt elk jaar genomen door de algemene vergadering der / verkopen aandeelhouders. (9901 + 66A – 76A + 630 + 631/4 + 635/8 ) Deze winst kan meteen worden uitgekeerd als dividend of worden gereserveerd in (toegevoegd aan) het eigen vermogen van de vennootschap. / (70 + 74 - 740) ‘(1) Recurrent brutobedrijfsresultaat = recurrente bedrijfsopbrengsten min recurrente kaskosten van bedrijfsaard. Merk op : Berekening 9901 + 66A – 76A ofwel 70/74 – 60/64 © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 89 90 45 10/02/2021 Brutoverkoopmarge en Nettoverkoopmarge dienen gezamenlijk te worden beschouwd, om oorzaken van verschillen en veranderingen te kunnen duiden. Nettoverkoopmarge vóór belastingen (%) Aan de hand van horizontale samen met verticale analyse (doorgaans op 5 jaar) van de resultatenrekening kan de evolutie van de verkoopmarge verder worden uitgezocht. = recurrent nettobedrijfsresultaat na niet- Zo kan een stijgende marge diverse verklaringen hebben : - Stijging omzet, bij gelijkblijvende kosten kaskosten - Stagnerende omzet, maar dalende kosten - Dalende omzet, maar kosten die in grotere mate dalen / verkopen - Stagnerende omzet, met lichte stijging ene kost, maar grote daling andere - … Recurrent nettobedrijfsresultaat = Samen met : zo kan een bepaalde rubriek uit de kosten sterk gestegen ten opzichte van vorig jaar (horizontale analyse : sterke stijging procentueel), maar in het geheel van de alle Recurrente bedrijfsopbrengsten min recurrente kosten slechts een beperkte impact hebben (verticale analyse : klein percentage)… bedrijfskosten Oorzaken van verschillen tussen ondernemingen : - Transparantie en prijsgevoeligheid afzetmarkt; - Goedkope/dure leveranciers; >> Netto : afschrijvingen, waardeverminderingen en voorzieningen worden - Kostenefficiënt produceren; wel in mindering gebracht. - Aanschafwaarde vaste activa, afschrijvingsritme, leeftijd, …; - Kost personeel en efficiëntie inzet arbeidsuren; - … © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 91 92 46 10/02/2021 © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 93 94 47 10/02/2021 2. Rendabiliteit van de (bedrijfs)activa 2.2. Rendabiliteit van de bedrijfsactiva (bruto- en netto) 2.1. Rendabiliteit van totaal der activa (bruto- en netto) ( 9901 + 66A – 76A + 9125) / ( 20 + 21 + 22/27 + 3 + 40/41 + 490/1 ) Netto : (9904 + 9134 + 650 + 653 -9126) / (20/58) Legt relatie tussen recurrent bedrijfsresultaat (9901 + 66A – 76A) en bedrijfsactiva belastingen Financiële kost (kost >> financiële activa worden eruit gehaald vreemd vermogen) >> wordt berekend vóór financiële kost en belastingen zodat er Bedrijfsactiva : de activa die bijdragen tot de bedrijvigheid van de geen invloed is van de financieringsstructuur en fiscaliteit. vennootschap in kwestie en waarvan onder code 9901 het resultaat is opgenomen … >> rendabiliteit activa geeft aan welk resultaat er wordt bekomen per euro vermogen geïnvesteerd in activa. Financiële activa : - Financiële vaste activa (28) Bruto : schakelt invloed afschrijvingen, waardevermindering en - Vorderingen op meer dan 1 jaar (29) voorzieningen uit (zie formules). - Geldbeleggingen en liquide middelen (50/58) © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 95 96 48 10/02/2021 2.3. Rotatie van de bedrijfsactiva 3. Rendabiliteit van het eigen vermogen Verkopen / bedrijfsactiva (70 + 74-740) / (20+21+22/27+3+40/41+490/1) Procentuele verhouding tussen winst of verlies en het eigen vermogen. >> Geeft aan hoeveel keer de bedrijfsactiva gemiddeld in de periode zijn omgezet Netto vóór belasting : (9904 + 9134) / (10/15) >> financiële activa roteren niet in de verkopen, zij dragen niet bij tot het realiseren van omzet. Netto ná belasting : (9904) / (10/15) Kan ook apart berekend worden voor de vaste en voor de vlottende Bruto ná belasting : uitgebreide CF(1) / (10/15) bedrijfsactiva : - Vaste bedrijfsactiva : (20 + 21 + 22/27) (1) Zie eerder - Vlottende bedrijfsactiva : (3 + 40/41 + 490/1) 9904 = winst of verlies van het boekjaar na belastingen © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 97 98 49 10/02/2021 Financiële hefboom Financiële hefboommultiplicator (x) : Legt het verband tussen rendabiliteit van het eigen vermogen en rendabiliteit van totale Eigen vermogen vreemd vermogen : activa. Schulden >> vaste interestkost, d.w.z. is contractueel bepaald, en is dus te betalen en ten laste te nemen ongeacht resultaat vóór Financiële hefboommultiplicator (x) financiële kost (in tegenstelling tot dividend) = nettorendab. eigen vermogen(1) / nettorendab. totale activa Rendabiliteit activa >> hieruit eerst financiële kost VV betalen (want contractueel vast) >> rest komt toe aan de En dus : aandeelhouders nettorendabiliteit op eigen vermogen(1) = nettorendabiliteit op totale activa X fin hefboommultiplicator Dus als : rendabiliteit van totale activa (%) > fin kost VV (%) Zie voorbeeld 1 pagina 164 (!!) Dan zal : rendement eigen vermogen > dan rendabiliteit totaal (1) telkens vóór belastingen activa …hefboomfactor... © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 99 100 50 10/02/2021 Financiële hefboommultiplicator (x): Financiële hefboommultiplicator (x) = factor 1 x factor 2 Winst(verlies) van het boekjaar vóór totaal der Toename schulden = hogere factor 2, lagere factor 1 …. belastingen nettoresultaat vóór financiële kosten X activa eigen en vóór belastingen vermogen (factor 1) (factor 2) Maximaliseren factor 2? >> een zeker solvabiliteit moet bewaard blijven. Factor 1 = (9904 + 9134) / (9904 + 650 + 653 -9126 + 9134) >> doet factor 1 afnemen (doordat financiële kost toeneemt), onderneming wordt gevoeliger voor daling Factor 2 = 20/58 / 10/15 resultaten voor financiering… © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 101 102 51 10/02/2021 Financiële hefboom als som Graad van financiële hefboom (x): nettorendabiliteit op eigen vermogen(1) (%) nettoresultaat vóór financiële = nettorendabiliteit op totale activa(1) (1 / factor1) = kosten en vóór belastingen Winst(verlies) van het boekjaar + [(nettorendabiliteit op totale activa(1) - gemiddelde interestvoet vreemd vermogen) vóór belastingen X (vreemd vermogen/eigen vermogen)] Graad fin hefb = (9904 + 650 + 653 -9126 + 9134) / (9904+9134) Met : gemiddelde interestvoet VV Hoe meer schulden, hoe meer intrestkost, hoe gevoeliger het resultaat = financiële kost VV / VV van de onderneming kan worden voor daling van resultaat vóór financiële kost… waarbij : financiële kost VV = 650 + 653 – 9126 VV = 16 + 17/49 Betekenis hoge graad financiële hefboom : kleine verandering nettoresultaat vóór financiële kosten kan grote impact hebben op (1) telkens vóór belastingen winst(verlies) van het boekjaar (1). https://www.youtube.com/watch?v=uC_vDFnsTWI © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 103 104 52 10/02/2021 Plopsa NV 2019 en 2018 Nettorendabiliteit eigen vermogen vóór belastingen = nettorendement totaal activa + surplus 2019 : 17,44% = 12,79% + 4,65% 2018 : 17,06% = 12,64% + 4,42% 4,65% = 11,86% X 0,3923 (in 2018 was deze 0,3890) Het rendement eigen vermogen is licht verbeterd, zowel door een lichte verbetering van het economische rendement (van 12,64% naar 12,79%), als door een lichte verbetering van het Uitgewerkt voor Plopsa NV zie apart document surplus door een lichte toename van de schuldgraad. © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse © 2021 Presentatie Jimmy Cattrysse 105 106 53 10/02/2021 Rendabiliteit bedrijfsactiva, verkoopmarge en rotatie bedrijfsactiva Plopsa NV 2019 en 2018 Nettorendabiliteit bedrijfsactiva vóór belastingen Nettorendabiliteit bedrijfsactiva vóór belastingen = nettoverkoopmarge vóór belastingen (%)

Use Quizgecko on...
Browser
Browser