Summary

Deze presentatie behandelt de basisprincipes van PITIP, gericht op politionele interventie technieken en tactieken. Het materiaal bespreekt essentiële elementen zoals controle van personen en voertuigen, veiligheidsmaatregelen, en de tactische driehoek. De presentatie is afkomstig van Campus Vesta.

Full Transcript

PITIP Cluster 15.6 1. INLEIDING  PITIP Politionele Interventie Technieken/Tactieken Techniques/tactiques d' Intervention Policière DOELSTELLINGEN: 1. INLEIDING , 1. INLEIDING  Controle Personen + overbrengingen (2 u P)  Controle Voertuigen (4 u P)...

PITIP Cluster 15.6 1. INLEIDING  PITIP Politionele Interventie Technieken/Tactieken Techniques/tactiques d' Intervention Policière DOELSTELLINGEN: 1. INLEIDING , 1. INLEIDING  Controle Personen + overbrengingen (2 u P)  Controle Voertuigen (4 u P) 4 u TH  Controle Gebouwen (4 u P) + AMOK (2u TH + 6 u P) + Gijzeling/Fort Chabrol (2u TH) + cluster 9.1 Rollenspelen (12 blokken van 4 u) (WPA + PITIP) PITIP : Algemene beginselen 1) Controle van personen te voet 2) Controle een voertuig 3) Controle gebouwen 4) Overbrenging van personen CONTROLE VAN EEN PERSOON 1. Basisprincipes  Politiehouding  Voeten op schouderbreedte  Gewapend been lichtjes naar achter  Knieën lichtjes gebogen  Handen (hoog) voor het lichaam  Heupen/ KW-vest gericht naar “gevaar” 1. Basisprincipes  Afstand Aangepast aan situatie Ongewapend? Minstens 2 armlengtes/ 1 ½ been mes ? Minstens 7 meter Vuurwapen ? Vuurdekking 1. Basisprincipes  Tactische driehoek 1. Basisprincipes  Tactische driehoek Aandachtspunten:  360°3D  Controleur  Beveiliger  Grootte driehoek afhankelijk va context/omgeving  Vluchtverhinderend 1. Basisprincipes  Handen zichtbaar  Visuele fouille  Uit comfortzone halen  Veilige werkruimte creëren  Alert blijven 1. Basisprincipes  Wettelijk kader – Art. 34 WPA § 1. De politieambtenaren controleren de identiteit van ieder persoon wiens vrijheid wordt benomen of die een feit strafbaar met een administratieve of strafrechtelijke sanctie heeft gepleegd. -> VERPLICHT Zij kunnen eveneens de identiteit controleren van ieder persoon indien zij, op grond van zijn gedragingen, materiële aanwijzingen of omstandigheden van tijd of plaats redelijke gronden hebben om te denken - dat hij wordt opgespoord, - dat hij heeft gepoogd of zich voorbereidt om een misdrijf te plegen of - dat hij de openbare orde zou kunnen verstoren of heeft verstoord. § 2. Overeenkomstig de richtlijnen en onder de verantwoordelijkheid van een OBP, kunnen (de politieambtenaren) eveneens de identiteit controleren van ieder persoon die een plaats wenst te betreden die het voorwerp is van een bedreiging in de zin van artikel 28, § 1, 3° en 4°. § 3. Teneinde de openbare veiligheid te handhaven of de naleving te verzekeren van de wettelijke bepalingen met betrekking tot de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, kunnen de overheden van bestuurlijke politie, binnen de perken van hun bevoegdheden, identiteitscontroles voorschrijven, uit te voeren door de politiediensten in de omstandigheden die deze overheden bepalen. § 4. De identiteitsstukken die aan de politieambtenaar overhandigd worden, mogen slechts ingehouden worden gedurende de voor de verificatie van de identiteit noodzakelijke tijd en moeten daarna onmiddellijk aan de betrokkene worden teruggegeven. Indien de persoon weigert of in de onmogelijkheid verkeert het bewijs te leveren van zijn identiteit, alsook indien zijn identiteit twijfelachtig is, mag hij worden opgehouden gedurende de voor de verificatie van zijn identiteit noodzakelijke tijd. -> BESTUURLIJKE AANHOUDING De mogelijkheid moet hem worden geboden zijn identiteit te bewijzen op eender welke wijze. In geen geval mag de betrokkene te dien einde langer dan twaalf uur worden opgehouden. (Indien de vrijheidsberoving geschiedt met het oog op het verifiëren van de identiteit, maakt de politieambtenaar die deze verrichting doet, daarvan melding in het register van de vrijheidsberovingen.) 2. Controle Controle situatie 1 & 2 – Alleen? – Ploeg (2 interveniënten)  CIC: Ter plaatse + controle aanmelden  Verbale/non-verbale communicatie  Visuele fouille  Veiligheidshouding -afstand -driehoek  Controleur – Beveiliger 2. Controle CONTROLEUR BEVEILIGER – Spreekt persoon aan – OBSERVEERT persoon – Vraagt documenten + omgeving 360° – Dialoog met verdachte – Controle via radio – aandacht voor driehoeksopstelling – Gaat over tot te nemen maatregelen 2. Controle  Controle situatie 3 – Alleen? – Ploeg (2 interveniënten)  Vuurwapen gericht en schietklaar  Radio/CIC: SITREP  Veiligheidsafstand DRIEHOEKSOPSTELLING- DEKKING  Controleur - beveiliger  Duidelijke bevelen  BEVRIEZEN en VERSTERKING  indien teveel opponenten 2. Controle  Controle situatie 3 – Alleen (UITZONDERING) – Ploeg (2 interveniënten) Dialoog: -vastberaden & grote zelfzekerheid -zeer luid spreken imponeren verplichten 2. Controle  VUURLIJNEN -Op lijn komen 2. Controle  VUURLIJNEN -Loopmond voorbij het lichaam CONTROLE VOERTUIGEN CONTROLE VOERTUIG  1. Wettelijke basis  2. Algemene veiligheidsprincipes  3. Een voertuig tot stilstand brengen  4. Controle van een voertuig situatie 1 & 2  5. Controle van een voertuig situatie 3  6. Werken met een ploeg in versterking  7. Doorzoeking van een voertuig 1. WETTELIJKE BASIS  Wet op politieambt  Art.27 Doorzoeken van o.a. voertuigen Bestuurlijk (rampen, onheil, gevaar,…) 1. Op verzoek/toestemming van persoon die werkelijk genot heeft. 2. Stilzwijgend hulpgeroep  Enkel zoeking naar gevaar en/of personen  Burgemeester + gebruiker verwittigen 1. WETTELIJKE BASIS  Wet op politieambt  Art.29 doorzoeking voertuig op openbare plaats  Gedragingen bestuurder-passagiers  Materiële aanwijzingen  Omstandigheden tijd & plaats  Vtg wordt gebruikt of zou worden gebruikt:  1. Misdrijf plegen  2. Vervoeren-verschuilen opgespoorde pers  3. Vervoer-opslag bewijs misdrijf of gevaarlijk vwp OO 1. WETTELIJKE BASIS  Wet op politieambt  Art.29 doorzoeking voertuig op openbare plaats  OOK: bestuurder weigert ctl vtg wettelijk in orde  Niet langer dan nodig, max 1 u  Permanent ingericht als woning EN Werkelijk gebruik op dat ogenblik = HUISZOEKING!!! 2. ALGEMENE VEILIGHEIDPRINCIPES Wees duidelijk herkenbaar als politiedienst. Laat u niet afleiden en hou steeds visuele controle met het voertuig en/of de verdachte. Kies bewust uw plaats van controle. Meld de aanvang van uw interventie aan het CIC en vermeld plaats en reden van de controle, kentekenplaat, merk en kleur van het voertuig, aantal inzittenden,… Wees voorzichtig om niet aangereden te worden door het doorgaand verkeer. Werk altijd in tactische driehoekopstelling ten opzicht van het voertuig en de inzittenden. 2. ALGEMENE VEILIGHEIDPRINCIPES Benader het voertuig met de nodige voorzichtigheid, bij voorkeur langs achter en gebruik de gepaste interventietechniek. Behoud steeds de controle over de situatie. Laat de opponent nooit verbaal de leiding nemen en laat u niet verleiden tot oeverloze discussies. Ga niet tot actie over zonder onderlinge beveiliging en houd steeds visueel contact met de collega. Observeer het interieur van het voertuig, de inzittenden en vooral hun handen. Observeer eveneens de omgeving 360°-3D 2. ALGEMENE VEILIGHEIDPRINCIPES Tijdens de controle moet de motor van het voertuig stil liggen. Het raam moet volledig geopend worden en eventuele muziek moet stil- of afgezet worden. Steek nooit uw hoofd of armen in het voertuig. Anticipeer vuurdekkingsmogelijkheden van het dienstvoertuig en de omgeving. Houd rekening met de technische specificiteit van de diverse voertuigen (plaats van het stuur, verduisterde ruiten, openingswijze van portieren en ramen, enz… 3. EEN VOERTUIG TOT STILSTAND BRENGEN  Bevoegde persoon te voet – Goed zichtbaar (fluo, signalisatie,…) – Geschikte plaats (verlichting, bocht,…) – Bevelen & tekens (art 4 van wegcode) – 1/3e op rijbaan (wegspringen) 4. CONTROLE VAN EEN VOERTUIG SITUATIE 1 & 2  A) Veiligheidsbeginselen voor de controle  B) Veiligheidsbeginselen tijdens de controle  C) Veiligheidsbeginselen na de controle A. Veiligheidsbeginselen voor de controle  Herkennen van gevaarsindicatoren visuele fouille, gedrag bestuurder, omstandigheden,…  Melding aan de radiokamer!!!!! plaats, kentekenplaat, merk,..  Een goede en veilige plaats zoeken om te controleren  Correct uit het verkeer halen  Dienstvoertuig opstellen  Blijven observeren (eyes on target)  Keuze benaderingstechniek... Geluids-en lichtinstallatie Public adress (megafoon) aan/uit Geluidsignaal (+ zwaailicht) Zwaailicht Verstralers vooraan Verstralers links/rechts/beide - Dienstvoertuig opstellen  ACHTER het te controleren voertuig  Afstand: 2m  Indien mogelijk uit de aslijn van het voertuig  Stand van de wielen?  Signalisatie  Grootlichten en/of zoeklicht B) Veiligheidsbeginselen tijdens de controle  Benadering  Eenzijdig  Tweezijdig Benadering -Bestuurderszijde of passagierszijde -Controleur en beveiliger -Samen naderen -Voorbank en acherbank Benadering Eerst beveiliger gedeeltelijk vorderen, dan positionering controleur, Verloop van de controle  Begroeting van de bestuurder.  Zich identificeren als politieambtenaar.  De reden van de controle meedelen  Raam of ramen volledig laten openen.  De autoradio stiller of uit,  Alle inzittenden moeten in het voertuig blijven.  De motor laten stilleggen. (sleutels?)  De handen van de inzittenden moeten steeds zichtbaar blijven. Verloop van de controle Controle bestuurder (en inzittenden) Controle van de documenten -alleen de gevraagde documenten ontvangen -controle documenten in receptiezone (controleur of beveiliger) -beveiliging voertuig Administratieve afhandeling. Documenten teruggeven Verloop van de controle (fouille of vrijheidsberoving)  Onderlinge communicatie  Vormen receptie “receptie klaar” (2)  Briefing aan bestuurder (1)  Herpositionering aan voertuig (vuurlijnen, verkeer, …) (1)  Bij uitstappen instructies door 2  Vormen tactische driehoek (1+2) Verloop van de controle (fouille of vrijheidsberoving)  Bij uitstappen instructies door 2  Vormen tactische driehoek (1+2)  1 volgt door de “couloir” C) Veiligheidsbeginselen na de controle  Afscheid nemen  Terug in het verkeer brengen 4. CONTROLE VAN EEN VOERTUIG SITUATIE 3  A) Veiligheidsbeginselen voor de controle  B) Veiligheidsbeginselen tijdens de controle  C) Veiligheidsbeginselen na de controle A) Veiligheidsbeginselen voor de controle  Melding aan de radiokamer!!!!! merk, kentekenplaat, plaats, FRONT richting  Gevaar inschatten  Een goede en veilige plaats zoeken om te controleren  (zo correct mogelijk) uit het verkeer halen B) Veiligheidsbeginselen tijdens de controle  Vuurdekking innemen  De uitroepprocedure  Meewerkend nie meewerkend Dienstvoertuig opstellen Werkruimte  ACHTER het te controleren voertuig  Afstand: situationeel/context (+2m?)  Uit de aslijn van het voertuig (werkzone)  Stand van de wielen  signalisatie  Grootlichten en/of zoeklicht  Ramen open Vuurdekking innemen vuurdekking met kogelwerende deuren Vuurdekking innemen Vuurdekking zonder kogelwerende deuren Vuurdekking innemen Vuurdekking zonder kogelwerende deuren uitroepprocedure  Waarschuwing: vb: “POLITIE u staat onder schot”  “Blijf in het voertuig”  “ALLE handen zichtbaar”  “Alle ramen openen”  “Iedereen, handen uit het raam steken”  “Bestuurder, met één hand motor stil leggen” (sleutels?)  “Handen terug uit het raam steken”  “Bestuurder, met één hand gordel losmaken” uitroepprocedure  “ Bestuurder, met één hand open de deur langs de buitenzijde”  “ Bestuurder, stap uit”  “ Armen hoog”  “draai rond” (rugzijde naar ons? Face to face?) visuele fouille gordelstreek  Beweging-bevelen en stop-bevelen  BEVEEL verdachte naar de receptiezone  “ Ga op uw buik liggen”  “Armen gespreid/handpalmen naar boven”  “Kijk naar links/rechts”  + zelfde voor andere inzittenden Meewerkend  Eén na één  Handen altijd omhoog  Positionering verdachte  Targetvoertuig = secundair GTP  Handboeien + controle rugstreek meegaan met collega + afschermen  Voertuig = 2e GTP = veilig stellen  Volledige fouille verdachte als de situatie veilig is! Doorzoeking kofferruimte  Achter het voertuig in driehoeksopstelling  Controleur opent de koffer vanuit een zijdelingse positie holsteren vuurwapen  Beveiliger legt vuurlijn op koffer. scannen van laag naar hoog  Steeds zicht houden op verdachte(n) Niet meewerkend  Tracht in overtal te zijn  Overtuigingskracht/waarschuwen è Nog steeds niet meewerkend????  Betrokkene uit het voertuig halen? Fort Chabrol? Gespecialiseerde diensten 6. WERKEN MET EEN PLOEG IN VERSTERKING  Initiële ploeg = controlerende ploeg  Ploeg in versterking meldt zich aan en schikt zich naar de controlerende ploeg. 6. WERKEN MET EEN PLOEG IN VERSTERKING 7. DOORZOEKING VAN EEN VOERTUIG  Wettelijke basis:  Art 27 WPA (hulpverlener)  Art 29 WPA (crime-fighter) Grondig Chronologisch CONTROLE VAN GEBOUWEN CONTROLE GEBOUWEN 1. Aankomen ter plaatse 2. Uitwendige fouille van het gebouw 3. Benadering 4. Plaatsaanduiding 5. Tools 6. Vorderen in het gebouw 7. Algemeenheden 1. AANKOMEN TER PLAATSE  NIET vlak voor gebouw stoppen.  Met of zonder sirene en zwaailicht?  Met het gebouw in zicht? Voertuig uit he zicht? – Bij splitsing ploeg  Visueel contact  Afstand  Vuurdekkingen Opstelling dienstvoertuig 2. UITWENDIGE FOUILLE V/H GEBOUW  Controle buitenzijde  Personen merkbaar van buitenaf  open deuren , uitgangen, vluchtroutes,..  Braakschade  Aanwezigheid van voertuigen  huisdieren CIC Uitwendige observatie behouden 3. BENADERING  Dekkingen – Maximaal – Vermijden van lange statische blootstelling – Zichtdekking vs vuurdekking 3. BENADERING  Dekking  Observatie – 360°3D – Kijken  ZIEN – Luisteren  HOREN 3. BENADERING  Dekking  Observatie  Communicatie – Horizontaal / verticaal – Veranderende gevaarsniveaus – Verplaatsingen – Communicatie primeert op discretie 3. BENADERING  Dekking  Observatie  Communicatie  Team van 2 – Geen beweging zonder steun – Behouden van spreiding – Vermijd gebruik van éénzelfde dekking GEBOUWEN - Zijden met de klok mee GEBOUWEN - Ramen Van L  R Van O  B GEBOUWEN - Ramen GEBOUWEN – Blinde muren Zie ook volgende dia GEBOUWEN – Buitenzijde GEBOUWEN – Binnenzijde 5. DOORZOEKING RUIMTES  Algemeenheden  Openen van de toegangen  Inkijk  Instap Rangorde gevaartrekkende punten 1. PERSONEN 2. OPENINGEN 3. DODE HOEKEN 4. GESLOTEN TOEGANGEN  Elke indicatie van aanwezigheid van een persoon kan de rangorde veranderen! Werking binoom Nr1 (voorste) + Nr2 (achterste) Nr1  eerst GTP Nr2  secundair GTP Nr1 heeft ALTIJD gelijk! Nr2 past zich aan. Onderlinge steun/afschermen Three-eye principal 3e oog = wapen High ready – Short ready Beide ogen open = breed periferisch zicht Openen van toegangen  Lezen van de deur FAVORABEL DEFAVORABEL POSITIEF NEGATIEF DUW TREK klink dicht of klink ver Openen van toegangen  Lezen van de deur  Opstelling aan de deur aan één zijde Openen van deuren  Lezen van de deur  Opstelling aan de deur: Opgelet voor Fatal Funnel Openen van deuren  Lezen van de deur  Opstelling aan de deur  Waar met het snelt zicht krijgt in de ruimte… Openen van toegangen  Lezen van de deur  Opstelling aan de deur  Openen van de deur: door Nr2: -indien geen secundair GTP -op vraag van Nr1 door Nr1: -plaatsgesteldheid -Short room -indien Nr2 een secundair GTP heeft Inkijk: Slicing the pie Inkijk in een ruimte of achter een hoek waarbij men via laterale verplaatsingen achter een dekking stapje voor stapje steeds meer van de ruimte of de hoek ziet. Systematisch of dynamisch Scharnierpunt is hoek of deurstijl OPGELET: men ziet niet alles van de kamer! (hoeken) Inkijk: Slicing the pie De instap Voor elke instap doet Nr1 “slicing the pie” Visueel contact met verdachte = consolideren + beheren buiten de ruimte Niet alleen binnengaan (uitgez. short room) Niet vertragen of stoppen in het deurgat Nr1 heeft altijd gelijk Nr1 maakt duidelijk wat hij van Nr2 verwacht – Positie – Vuurlijn Nr2 past zich aan De instap Samen met vuurwapen binnenstappen SHORT READY Hoeken controleren Niet te diep binnendringen (+/- 1,5m) GTP’s bepalen Elkaar afschermen tov GTP Achter de deur = een GTP! Dominante positie innemen in de ruimte 6. VORDEREN IN EEN GEBOUW  Dynamisch vorderen -indicatie mbt lokalisatie verdachte -sneller -doelgericht  Systematisch vorderen -geen indicatie mbt lokalisatie verdachte -trager -chronologische sweeping 6. VORDEREN IN EEN GEBOUW Discreet? OF Aankondigen? 6. VORDEREN IN EEN GEBOUW GANGEN -magneet voor vijandig vuur (ricochets) -afstand houden van muren (geluid en ricochets) -meestal gevaartrekkende zone -SAFE ROOM creëren kan 6. VORDEREN IN EEN GEBOUW TRAPPEN -zo weinig mogelijk volk op trap! (ricochets, 3D aspect, valrisico, …) -openen van hoeken HORIZONTAAL en VERTIKAAL 1e manier = samen vorderen Nr1 neemt hoogst en verst gelegen GTP Nr2 beschermt Nr1 2e manier = “follow the leader” Nr1 vordert, beveiligt het 1e GTP, stopt en wacht op Nr2, … 6. VORDEREN IN EEN GEBOUW Fasering systematische penetratie  Binnenstappen Fasering systematische penetratie  Binnenstappen  ID gevaartrekkende punten Fasering systematische penetratie  Binnenstappen  ID gevaartrekkende punten – Gevaartrekkende punten – Gevaartrekkende zones  Veel gevaartrekkende punten in één zone Fasering systematische penetratie  Binnenstappen  ID gevaartrekkende punten  Consolideren gevaartrekkende punten – Controle krijgen en controle behouden – 1 vuurlijn/punt, 1 punt/vuurlijn – Nr1 primair GTP + Nr2 secundair GTP Fasering systematische penetratie  Binnenstappen  ID gevaartrekkende punten  Consolideren gevaartrekkende punten  Prioriteiten bepalen gevaartrekkende punten – 1e: personen – 2e: openingen – 3e: dode hoeken – 4e: gesloten ‘openingen’ – … Fasering systematische penetratie  Binnenstappen  ID gevaartrekkende punten  Consolideren gevaartrekkende punten  Prioriteiten bepalen gevaartrekkende punten  Verder vorderen – Prioritair punt bepalen – Controle door diegene die consolideerde 7. DO’S & DONT’S  Ken je Limieten  Afstand houden  Rugdekking  Positionering in de ruimte  Schoudervuurwapens  Trappen  Gangen  Zolder/Kelders  Meerdere verdiepingen Ken je limieten  Voldoende personeel (nooit alleen) – Gebouw = te groot / onoverzichtelijk  Versterking!  rugdekking + visuele controle Ken je limieten  Voldoende personeel – Gebouw = te groot / onoverzichtelijk – Gehypothekeerde ploeg  Collega niet achterlaten  Controle + bewaking  versterking Ken je limieten  Voldoende personeel  Enkel gekwalificeerd personeel – Bepaalde criminele feiten  Gijzeling  Explosieven  Gewapende tegenstand Ken je limieten  Voldoende personeel  Enkel gekwalificeerd personeel – Bepaalde criminele feiten – Overmacht  Principe = 1 verdachte  2 agenten  Overmacht = bevriezen + versterking Ken je limieten  Voldoende personeel  Enkel gekwalificeerd personeel – Bepaalde criminele feiten – Overmacht – Burgers  Zoeken nooit mee! Ken je limieten  Voldoende personeel  Enkel gekwalificeerd personeel – Bepaalde criminele feiten – Overmacht – Burgers – Gevaar voor rampen  Brandweer !!! Ken je limieten  Voldoende personeel  Enkel gekwalificeerd personeel  Dilemma’s, prioriteiten en berekende risico’s – AMOK – Pakkans… Afstand houden  Hindernissen – Afstand van dekkingen – Riccochets – Bewegingsvrijheid Afstand houden  Hindernissen  Verdachten – Verdachte komt steeds naar u toe – Vermijd een ruimte te betreden die niet gecontroleerd is Rugdekking  Nooit rug naar ongecontroleerde zone  100% rugdekking met 2 = zeer moeilijk Positionering in de ruimte  Cibleren: een positie innemen tussen een verlichte achtergrond en een donkere ruimte. Gezien vanuit een donkere ruimte geeft dit het effect dat je silhouet duidelijk wordt gevormd. Positionering in de ruimte  Cibleren  (Rug)dekking in een ruimte – Rug naar muur (min 50 cm v/d muur blijven) – Hindernis benutten = meer reactietijd (DOCS) Positionering in de ruimte  Cibleren  (Rug)dekking in een ruimte  Flagging: ongewild een lichaamsdeel of wapen tonen waardoor je je positie verraadt. Gebruik van schoudervuurwapens  Voordeel – Grote vuurkracht – Precisie  Nadeel – Langer (kleine ruimtes) – 2 handen  Bij inzet schoudervuurwapen – Bewaking buiten – Eerste man (high/low) OVERBRENGING VAN PERSONEN Basisprincipes  Algemene principes – Veiligheidsfouille – Regel = over te brengen persoon + 1 – Nooit boeien aan politieambtenaar – Steeds onder toezicht – Slechts één agent communiceert – Geen conversaties, discussies, genegenheid of sympathie – Correct, kalm, professioneel – Radiocommunicatie – Nooit vastmaken aan voertuig! Basisprincipes  Algemene principes  Boeien/fouille  GWB DzV STEEDS ACHTERAAN tenzij ….. Basisprincipes  Algemene principes  Boeien/fouille  Voertuigen – Regel = 1 over te brengen persoon/voertuig – Veiligheidsgordel – Kinderslot Basisprincipes  Personenvoertuig Basisprincipes  Combi GORDELPLICHT ? Verkeerswetgeving: 35.2.1. Worden evenwel vrijgesteld van het verplicht gebruik van de veiligheidsgordel en het kinderbeveiligingssysteem : …. 3° De bestuurder van een prioritair voertuig, bedoeld in artikel 37, wanneer hij personen vervoert die een potentiële bedreiging vormen of in de onmiddellijke omgeving van de plaats van de interventie. De passagiers van een prioritair voertuig, bedoeld in artikel 37, wanneer een persoon die een potentiële bedreiging vormt, wordt vervoerd of in de onmiddellijke omgeving van de plaats van de interventie of wanneer ze de persoon verzorgen die wordt vervoerd. Overbrenging persoon van vrijheid beroofd  Veiligheidsfouille  Handboeien (WPA 37bis-ter)  Begeleiding met 2  Radiocommunicatie  Bestuurder stapt eerst uit en neemt positie rechts achter in. Dan pas stapt verdachte uit.  Controle dienstvoertuig Overbrenging gearresteerde persoon  Weten waar naartoe  Geen persoonlijke bezittingen teruggeven  Handboeien (WPA 37bis-ter)  Tijdig vertrekken (verkeer)  Verplaatsing in gerechtsgebouw: – één begeleidt verdachte – één opent deuren, dragen dossiers, …  Geboeid laten tot in kabinet (gesloten deuren)  Vluchthinderlijk positioneren Ontvluchting  Ontvluchter niet strafbaar !  Strafsancties/tucht (swb 332 – 337) – Gevangene?  vanaf bevestigde arrestatie PdK – Personen met toezicht belast  Nalatig  Opzettelijk – Derden  PV – Genomen maatregelen – Omstandigheden Gabriëls Raf – De Meyer Davey eerste hoofdinspecteurs Campus Vesta Vakgroep Fysieke inzetbaarheid Geweldbeheersing Oostmalsesteenweg 75 2520 Ranst T +32 3 540 02 59 [email protected] [email protected]

Use Quizgecko on...
Browser
Browser