Summary

This document is a list of terms relating to social institutions and related topics, such as political institutions, types of social binding, social cohesion, and the concept of risk society. It appears to be from a course or textbook on a social science subject.

Full Transcript

Sociale institutie Is een complex van min of meer geformaliseerde regels die het gedrag van mensen en hun onderlinge relaties reguleren. Voorbeelden zijn Prinsjesdag, de Algemene Beschouwingen en de Kieswet. Politieke institutie Is een complex van min of meer geformaliseerde regels die het gedrag...

Sociale institutie Is een complex van min of meer geformaliseerde regels die het gedrag van mensen en hun onderlinge relaties reguleren. Voorbeelden zijn Prinsjesdag, de Algemene Beschouwingen en de Kieswet. Politieke institutie Is een complex van min of meer geformaliseerde regels die het gedrag van mensen en hun onderlinge relaties rond politieke machtsuitoefening en politieke besluitvorming. Vier verschillende typen bindingen - Economische binding Afhankelijkheden tussen mensen voor zover deze voortvloeien uit de productie en distributie van schaarse middelen ter bevrediging van behoeften - Politieke binding de relaties die we hebben met politici waar je op stemt, een minister maar ook de burgemeester. - Cognitieve binding gebaseerd op het feit dat mensen van elkaar leren en dingen aan elkaar leren.  - Affectieve binding bindingen die tussen mensen bestaan op grond van de gevoelens, positief of negatief, die zij voor elkaar koesteren.  Sociale cohesie Het gevoel dat je verbonden voelt met mensen. Een gevoel van onveiligheid kan zorgen voor een lagere cohesie. Maar wanneer er een sterke sociale cohesie is, daalt het onveilige gevoel. Veiligheid als maatschappelijk vraagstuk Veiligheid gaat niet alleen om fysiek geweld, maar ook om zaken als natuurrampen, veilige thuissituaties, en pandemieën. Het is een taak van de overheid om burgers te beschermen, wat vaak leidt tot afwegingen van waarden en belangen, zoals bij pandemiebeleid. Veiligheid als politiek vraagstuk Burgers verwachten dat de overheid veiligheid biedt, omdat dit tot de basisfuncties van de staat behoort. De overheid moet de orde handhaven en doet dit met het geweldsmonopolie, maar moet ook rekening houden met burgerrechten. Veiligheidsutopie Een veiligheidsutopie is de onbereikbare wens voor optimale individuele vrijheid en tegelijkertijd het willen garanderen van de collectieve veiligheid. Subjectieve veiligheid Hoe veilig je voelt, meningen Objectieve veiligheid Hoe veilig het daadwerkelijk is door cijfers Verschillende typen bedreigingen in de risicomaatschappij Bedreigingen kunnen van natuurlijke (bijv. epidemieën), technologische (bijv. systeemuitval) of sociale aard (bijv. criminaliteit) zijn. Technologische en sociale bedreigingen zijn toegenomen door globalisering en andere factoren. Rationalisering (definitie kernconcept uit hoofd) Het proces van het ordenen en systematiseren van de werkelijkheid met de bedoeling haar voorspelbaar en beheersbaar te maken en het doelgericht inzetten van middelen ten einde zo efficiënt en effectief mogelijke resultaten te bereiken. Globalisering (definitie kernconcept uit hoofd) Het proces van uitbreiding en intensivering van contacten en afhankelijkheden over zeer grote afstanden en over landsgrenzen heen Institutionalisering (definitie kernconcept uit hoofd) Het proces waarbij een complex van waarden en min of meer geformaliseerde regels wordt vastgelegd in standaardgedragspatronen, die het gedrag van mensen en hun onderlinge relaties reguleren Risicomaatschappij een samenleving waarin onzekerheid en angst onder burgers over risico\'s en bedreigingen een steeds grotere rol spelen. +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Een definitie van criminaliteit | Criminaliteit is gedrag dat door | | | de overheid wettelijk strafbaar | | | is gesteld. Het Gaat om menselijk | | | gedrag waarbij andere personen, | | | dieren of het milieu wordt | | | uitgebuit of schade toegebracht | +===================================+===================================+ | Waarom criminaliteit relatief is | Criminaliteit is relatief: het is | | | afhankelijk per plaats en tijd. | | | Bijvoorbeeld: vreemdgaan, hacken | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Sociale controle | Sociale controle is belangrijk | | | voor de binding in de samenleving | | | en kan zorgen voor het voorkomen | | | van crimineel gedrag. Ook kan | | | sociale controle negatieve | | | effecten hebben | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Criminologische theorieën | - Gelegenheidstheorie: het | | | niveau van criminaliteit | | - Gelegenheidstheorie en | wordt bepaald door de | | rationele keuzetheorie | gelegenheid- de hoeveelheid | | | potentiële daders, potentiële | | - Bindingstheorie | doelwitten en Afwezigheid van | | | sociale bewaken | | - Anomietheorie | | | | - Rationele keuzetheorie: | | - Etiketteringstheorie | criminaliteit is een afweging | | | is van de kosten en de baten. | | | Als de baten groter zijn dan | | | de kosten is de kans groter | | | dat iemand voor criminaliteit | | | kiest. | | | | | | - Bindingstheorie: | | | maatschappelijke bindingen of | | | sterke integratie van mensen | | | en groepen werken remmend op | | | criminele impulsen. | | | | | | - Anomietheorie: criminaliteit | | | kan worden beïnvloed door | | | omgevingsfactoren. De sociale | | | druk om doelen te bereiken | | | leidt ertoe dat mensen de | | | wetten kunnen gaan | | | overtreden. | | | | | | - Etiketteringstheorie: het | | | idee dat iemand zich gaat | | | gedragen naar het etiket dat | | | op een bepaalde groep wordt | | | geplakt. Er is dan sprake van | | | stereotypering en | | | selffulfilling prophecy. | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Gelegenheidstheorie | De hypothese van de | | | gelegenheidstheorie is dat het | | | niveau van de | | | | | | criminaliteit wordt bepaald door | | | de aanwezigheid | | | | | | i\. Hoeveelheid potentiële | | | daders | | | | | | ii\. Hoeveelheid geschikte | | | doelwitten | | | | | | iii\. Hoeveelheid sociale | | | bewaking | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Rationele keuzetheorie | Criminelen kijken goed naar de | | | gelegenheid en ze maken daarin | | Kosten en baten | een afweging | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Bindingstheorie | - Maatschappelijke bindingen of | | | sterke integratie van mensen | | | in groepen remmend werken op | | | criminele impulsen | | | | | | - Baten zijn de opbrengsten en | | | de kosten is het risico | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Anomietheorie | Gedrag van een mens beïnvloed kan | | | worden door nuturefactoren. De | | | kans op criminaliteit is groter | | | als ze geen gelegenheid hebben | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Etiketteringstheorie | Er wordt een etiket op een | | | crimineel geplakt. Hier is | | | spraken van nurture doordat | | | stereotype beelden over groepen | | | tijdens de opvoeding kan worden | | | overgedragen. | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Informalisering | Verhoudingen en contacten tussen | | | mensen minder hiërarchisch, | | | minder formeel worden. Dit zorgt | | | voor een afname van het gezag van | | | bepaalde groepen. | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Vier verklaringen voor de | - Minder sociale cohesie | | hoeveelheid criminaliteit | | | | - Meer groepsvorming en | | | integratie in 'criminele | | | (jeugd)groepen' | | | | | | - Meer losse gezagsverhouding | | | | | | - Meer ongelijkheid leerdoelen | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Minder sociale cohesie | Minder maatschappelijke bindingen | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Meer groepsvorming en integratie | Groepen waarin acceptatie van | | in 'criminele (jeugd)groepen' | crimineel gedrag juist de norm is | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Meer losse gezagsverhoudingen | Tussen bevolking en politie | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Meer ongelijkheid | Waardoor achtergestelde meer | | | stress ervaren doordat ze minder | | | kansen in de samenleving ervaren. | +-----------------------------------+-----------------------------------+ Begrippen §9.3 Gevolgen van onveiligheid en criminaliteit +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Verschil tussen materiële en | Materiel: Schade en het verlies | | immateriële gevolgen van | van bezittingen | | criminaliteit | | | | Immaterieel: Gevoel en beleving | | | van slachtoffers | +===================================+===================================+ | 5 doelen van straffen | - Vergelding: Criminelen moeten | | | worden gestraft, het is een | | | goeddoening voor het | | | slachtoffer | | | | | | - Afschrikking: Generale | | | preventie, als de straf hoog | | | is en de kans dat je gepakt | | | wordt ook dan is de kans | | | groot dat de crimineel niet | | | daden pleegt | | | | | | - Speciale preventie: Dat de | | | dader zichzelf nog kan | | | bewijzen en misschien een | | | minder erge straf krijgt | | | | | | - Resocialisatie: Zorgen dat | | | iemand niet nog een keer de | | | fout in gaat. De dader wordt | | | heropgevoed | | | | | | - Bescherming van de | | | samenleving: Doordat een | | | crimineel gestraft wordt is | | | de samenleving veilig van de | | | crimineel en bescherm je dus | | | de samenleving | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Verschillende hypothesen over de | - Cultivatiehypothese stelt het | | rol van media in criminaliteit | beeld van de werkelijkheid | | | wordt beïnvloed als mensen | | | over een onderwerp veel | | | kijken of lezen. Als je | | | bijvoorbeeld veel nieuws over | | | criminaliteit leest voel je | | | minder veilig. Hierdoor neemt | | | de subjectieve veiligheid toe | | | | | | - Opinieleidershypothese | | | benadrukt de invloed die | | | opinieleiders, idolen en | | | influencers hebben via de | | | media. Invloedrijke personen | | | filteren informatie en maken | | | keuzes in wat ze vertellen. | | | Mensen nemen normen, waarden | | | en gedragingen over van | | | opinieleiders. | | | | | | - Mediaframing hypothese | | | mediamakers altijd bewust of | | | onbewust, voor een bepaalde | | | invalshoek kiezen. Het frame, | | | oftewel het kader is de | | | manier waarop een onderwerp | | | wordt gebracht. Bijvoorbeeld | | | xtc, dat wordt vaak een | | | partydrugs | | | | | | - genoemd hierdoor bekijk je | | | het van een andere invalshoek | | | en lijkt het alsof het | | | gezelligheid en sfeer | | | oproept. | | | | | | - Selectiehypothese mensen | | | graag het nieuws lezen of | | | kinken en dat het hun mening | | | bevestigt (selectieve keuze) | | | en uit berichten datgene | | | oppikken wat aansluit bij hun | | | referentiekader (selectieve | | | perceptie). Mensen die van | | | mening zijn dat er veel | | | criminaliteit is, lezen | | | vervolgens de | | | selectiviteitshypothese vaker | | | over criminaliteit. Dit leidt | | | dat het gevoel van | | | onveiligheid toeneemt. | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Verschillende manieren op | Methode om criminaliteit in kaart | | criminaliteit te meten | te brengen, vaak met statistieken | | | van politie en rechtbanken, maar | | | die niet altijd een volledig | | | beeld geven door onzichtbare | | | criminaliteit. | +-----------------------------------+-----------------------------------+ Begrippen §9.4 Onveiligheid en criminaliteit bestrijden +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Klassieke school | past bij de gelegenheidstheorie | | | en gaat uit van het mensenbeeld | | | dat de mens een rationeel wezen | | | is. Iemand pleegt een misdaad met | | | zijn volle verstand en met | | | beheersing van zijn wil. | | | Aanhangers gaan ervan uit dat | | | mensen keuzevrijheid hebben om te | | | kiezen of ze wel of geen | | | criminele handelingen gaan doen. | +===================================+===================================+ | Moderne school | hebben de mensen helemaal niet zo | | | een vrije wil, zoals de klassieke | | | school beweert. Deze school | | | verwerpt de gedachte van de vrije | | | wil en stelt dat de mensen | | | grotendeels of geheel onvrij is | | | in zijn denken en handelen. De | | | moderne school benadrukt dat | | | rekening moet worden gehouden met | | | persoonskenmerken van daders en | | | hun sociale omstandigheden. | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Daadrecht | past bij de klassieke school en | | | de straf hangt puur af van de | | | daad. Aanhangers van de klassieke | | | school vinden dat alle daders van | | | een vergelijkbaar vergrijp | | | dezelfde straf moeten krijgen. | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Daderrecht | bij de daderrecht wordt ook de | | | daad bestraft, maar is er binnen | | | de moderne school meer aandacht | | | voor de dader. En houd rekening | | | met de biologische en | | | psychologische verschillen tussen | | | de mensen en stelt dat ook | | | persoonlijkheidskenmerk | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Afschrikking | is generale preventie dit doen ze | | | door bijvoorbeeld hoge straffen | | | te geven, hierdoor moet het | | | criminelen afschrikken | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Vergelding | Het gevoel wat jou is aangedaan | | | dat de andere er ook aan moet | | | leiden een soort wraak zodat het | | | in verhouding is | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Tweesporenbeleid: preventie en | preventie is het voorkomen en | | repressie | repressie betekent bestraffen of | | | onderdrukken. Dit past bij het | | | Nederlandse poldermodel, omdat | | | verschillende ideologische | | | groepen worden vertegenwoordigd | | | in een overheidsbeleid: veel | | | beleid is het gevolg van een | | | compromis tussen verschillende | | | ideologieën (foto blz. 184). | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Preventie: ondersteuning en | mensen die daar in aanraking | | hulpverlening | komen zijn hangjongeren, mensen | | | | | | met schulden, ernstige psychische | | | problemen en jongeren met familie | | | die criminele achtergronden | | | | | | hebben. Deze groepen vormen de | | | risicogroep en daarbij wordt | | | ervan uitgegaan dat crimineel | | | gedrag | | | | | | bij hem eerder op de loer ligt | | | dan bij andere groepen | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Preventie: beperken van de | inzichten van de | | gelegenheid tot criminaliteit | gelegenheidstheorie, het is dus | | | | | | vooral gericht op het voorkomen | | | van criminaliteit, het beleid | | | hierbij is niet alleen gericht op | | | mogelijke | | | | | | daders maar ook op mogelijke | | | slachtoffers of locaties. | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Repressie: rechtshandhaving | De overheid moet natuurlijk wel | | | rekening houden met de vrijheid | | | van de burgers dus | | | | | | moeten ze afwegen in hoeverre je | | | vrijheid kan compenseren voor | | | veiligheid. | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Visie van sociaaldemocraten | De socialisten wijzen erop dat | | m.b.t. criminaliteitsbestrijding | criminaliteit lager is in landen | | | met weinig ongelijkheid | | | | | | en armoede, ze willen dus dat | | | iedereen gelijke kansen en | | | rechten heeft om criminaliteit | | | | | | onnodig te maken. | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Visie van liberalen m.b.t. | Volgens de liberalen hebben | | criminaliteitsbestrijding | mensen eigen vrijheid en dus | | | verantwoordelijkheid om | | | | | | dingen te doen. Wel moet dit | | | binnen het juridische kader | | | oftewel legaal blijven omdat | | | | | | mensen die dit niet doen bestraft | | | worden | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Visie van confessionelen m.b.t. | Het confessionalisme benadrukt | | criminaliteitsbestrijding | dat er in landen met hoge sociale | | | cohesie weinig | | | | | | criminaliteit voorkomt. Daarom | | | hechten de confessionelen veel | | | waarde aan socialisatoren | | | | | | als ouders, school en het | | | maatschappelijk middenveld om | | | criminaliteit te voorkomen. | | | | | | Wel moet criminaliteit bestraft | | | worden omdat de wet volgen past | | | bij de religieuze | | | | | | waarden van het confessionalisme. | | | Rechtshandhaven is heel | | | belangrijk | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Dilemma van de rechtsstaat | Rechtshandhaving is de taak van | | | de overheid om de rechtsorde te | | | handhaven. De taak van de | | | overheid om de rechtsorde te | | | handhaven kan botsen met het | | | waarborgen van de vrijheden van | | | burgers. | | | | | | Dit noemen we het dilemma van de | | | rechtsstaat. Bijvoorbeeld: | | | vrijheid versus veiligheid. | +-----------------------------------+-----------------------------------+ | Integraal veiligheidsbeleid | Naast politie en justitie worden | | | er dan verschillende | | | overheidsinstellingen en | | | | | | maatschappelijke organisaties | | | ingezet om criminaliteit te | | | bestrijden. Voorbeelden zijn | | | | | | een wijkagent die komt praten | | | over criminaliteit tegen | | | risicogroepen of een school die | | | | | | zijn leerlingen waarschuwt voor | | | een boete op vuurwerk of rijden | | | zonder licht | +-----------------------------------+-----------------------------------+

Use Quizgecko on...
Browser
Browser