Kunst in context Les 1 24/09/2024 PDF

Summary

This document provides an overview of the history of theatre, specifically focusing on the Greek period. The text details different types of plays, their development, and key figures. It covers topics such as Greek tragedies, comedies and aspects of the structure and performances of the plays.

Full Transcript

Kunst in context Les 1 24/09/2024 Opdracht: ga op zoek naar een toneeltekst om te kijken hoe het in elkaar zit. Bekijk de ppt eens voor volgende week woendag. Dan geven ze de uitleg voor het paper. Docent: Maxime waladi Tijdlijn kennen met sommige data, GEEN EXACTE TIJD ENKEL EEUW Begin van d...

Kunst in context Les 1 24/09/2024 Opdracht: ga op zoek naar een toneeltekst om te kijken hoe het in elkaar zit. Bekijk de ppt eens voor volgende week woendag. Dan geven ze de uitleg voor het paper. Docent: Maxime waladi Tijdlijn kennen met sommige data, GEEN EXACTE TIJD ENKEL EEUW Begin van de theatergeschiedenis. 500 v.C in klasieke oudheid, athene (stadstaat= een stad die op zichzelf staat, die regeert wordt, de eerste democratie) (volgens de oude witte mannen boeken.) Echte geschiedenis: Theatron= plaats om te kijken, eerste term voor een vertolking van een groep mensen terwijl de andere groep kijkt. Het gaat om artistieke producten waar het volk op kijkt. Dithyrambe (500 v.C.) = klankengedicht, onder leiding van een koorleider. Koorleider spreekt het publiek aan en begint een personage te spelen. Zo ontstond het theater. Dionysia & lenaea= feesten waar theater een centrale rol had. Voor het eerst ook in duurzame gebouwen. Beide speelden zich af in het voorjaar. Vaak verbonden met politiek. De maskers die gedragen werden tijdens de opvoering van de Griekse tragedies werden na de voorstelling naar een tempel geplaatst. Griekse tragedie: - 4 ceremonies ten dienste van polis, had veel uitstraling. - Strijd van 3 schrijvers. Elk schreef 4 stukken en werd achter elkaar getoond. De beste werd op het einde - Cyclus + saterspel - Agamendon: leider van de trojaanse oorlog aan de kant van de grieken. Het stuk gaat over wat thuis na de overwinning van de oorlog zich afspeelt. Hij - Offerplenksters: de zoon (orstes) vermoord zijn moeder aangezien zei agamendon had vermoord. - Orestes wordt naar de rechtbank gebracht van de goden en wordt vrijgesproken. - Saterspel= een komische versie van de voorbije toneelstukken. - Agonistisch genre= (agon = strijd) - Rustverstorende factor lag buiten athene - Identiteit, cohesie, gemeenschap, consensus - Opbouw griekse tragedie - Proloog = uitleg naar het publiek over welke mythe zij gaan voorbrengen op hun eigen manier. - Arados= het koor komt binnen, zei stonden in als het volk van de stad waar het zich in afspeelden. Zie zetten de start van het stuk. - Epeisodion= scéne - Stasimon= reactie op de vorige scéne en inleiding naar de volgende. (denk aan de verteller of de aspis op het kamptoneeltje) Aeschylus (525-456 v.C.) - Vocht tegen Perzen (Marathon) - Schrijver, acteur, choreograaf en regisseur. Schrijf een stuk over de strijd tegen de Perzen vanuit het perspectief van de Perzen. - Oresteia (enige bewaarde cyclys) - Bloedwraak gerechtshof - Relatie mens-god - 2^de^ speler invoeren - Koor had een sterk functie Sophocles (497/6 -- 406/5 v.C.) - Scherpste tragische keuzes - Fatum= de mens in de kosmos - Oidipoes - 3^de^ speler invoeren - Koor gaat van 12 naar 15 Euripides (480 -- 406 v.C.) - Minder bekend toen, nu meer geliefd - Confrontatie met veranderende wereld. - Liberale vragen aan oude stelsels - Psychologische diepgang en volkse taal. - Medea - Het gaat meer over de mensen tegenover elkaar dan de mensen tegenover god. De oude griekse Komedie - Feest van de thesmophoria - Midden 5^de^ eeuw - Begon als een feest exclusief voor vrouwen - Lachen met dingen zoals seks en mannelijk geslachtsdeel **[LES 2]** - Mannen stonden altijd vanboven - Alle verhalen hadden een functie voor de gemeenschap. - Choregos = medewerker en helper bij de toneel stukken. - Ook bij de oude griekse komedie droeg iedereen maskers. - De kleding werd minder serieus genomen dan bij de tragedies. De (nieuwe) griekse Komedie - Intro over waar het stuk over gaat (welke mythe) - Parodos door kordax = intreding van het koor. - Agon = de eerste strijd - Parabasis = na de agon komt te koorleider op en legt een beetje uit, misschien spreekt hij het publiek aan of verteld hij over hoe het stuk is gerepeteerd. - Episodes = fragmenten/sketshes die elkaar opvolgen - Feestelijke finale - Exodus = slotlied van het koor - Kenmerken: - Los plot, minder coherent - Onderbrekingen van het verhaal - Nieuwe verhaallijnen - Nieuwe personages - Uit de rol vallen is toegestaan - Gemakkelijk kostuum - Kordax - Metatheatraal - Contact met publiek - Kleine verschuivingen - Parodie = naastgezang/tegengezang - Doorbreken theatrale illusie Aristophanes - Rechtzaak Cleon - De Ridders (424 v.Chr.) - De wespen - De wolken Samenvatting: - Duidelijke boodschap - Utopie - Belachelijk - Zelfkritiek - Meta Evolutie oude komedie - Belang van satire nam af - Middelste komedie - Nieuwe komedie: menander Theater en spektakel in Rome - Overgenomen van Grieken - Afspraken speler-publiek - Maximaal effect: decor, muziek, acrobatie enzo. - Spanning tussen feit en fictie: ze wouden het publiek ooggetuigen maken van een mythe, maar het werd ook belangrijk genomen dat het duidelijk bleef dat het nog altijd theater was. Romeinse republiek (508-27 v.Chr.) - The rape of Lucrece van Shakespeare - Ludi Romani (6de E v.Chr.) - Instaurio = herstel door heropvoering Carthaagse Terentius (ca. 185 -- 159 v.Chr.) - Fabulae palliatae = toneelstukken in Griekse kledij - Fabulae praetextae = in Romeinse toga - Professionalisering (collegium) van de acteurs 2^de^ E v. Chr. Plautus (254 -- 185 v. Chr.) - Fabulae Atellanae = atellaanse klucht - Landelijke tradities (napels) - In griekenland - Typetjes, boertige taal - Intriges, liefde & snode plannen - Commentaar op - De stukken proberen de aandacht van het publiek de hele tijd te trekken. Zoals. "ik zeg het geen twee keer" of "bent u bang dat ik in slaap gevallen kijkers wakker schreeuw" - Interne keuken - Taalgebruik - Persona - Misverstanden The theater van Pompeius = einde komedie en tragedie - Eerste vlakke grond gebouwd en voor het eerst van steen - 40 000 toeschouwers - Scène van 100 meter - Na dit gaat de wereld meer over naar gladiatoren, openbare executies en dierenjacht **LES 3** Theater en spektakel in Rome - Colosseum, enkel spectakel, we spreken hier niet meer over theater - Romeinse elite & Christenen zijn tegen Seneca - Stoïcijns filosoof (ik tegenover de massa) - Enige bewaarde tragedie/ theater schrijver - Leraar - Raadgever van keizer Nero - Herschrijver/schrijver van: Medea & Thyestes - Het uiterste dreef hem om zijn stukken te schrijven - Hij geloofde erin dat heftige emoties enkel destructie kunnen betekenen - Hij zorgde ervoor dat de hoofpersonages in zijn stukke het stuk in hand hebben en verwijzen naar echte mensen in zijn leven **De middeleeuwen (500-1500)** Associaties? - Donker - Duister - Marteling - Executies Theatergebouw? Grote stilte! (the dark ages) - Er zijn super weinig bronnen over de literatuurgeschiedenis van de middeleeuwen - Literatuurgeschiedenis - Tot 1000 geen duidelijke bronnen - 1000-1300 enkele teksten - 1300-1600 hoogtijdagen van het middeleeuws toneel - Theater is in de middeleeuwen een Radicaal experiment [Vooroordelen van de middeleeuwen zijn grote deels fout! ] - Omdat wij nu meer bronnen hebben van de romeinse rijk en de oude Grieken doen wij meer zoals hun waarmee we de middeleeuwen een beetje negeren. Presentisme= hysterische analyse waarbij hedendaagse ideeën en perspectieven worden geïntroduceerd in voorstellingen of interpretaties van het verleden. Begrippen over toneel? - Histrio, mimus, ludu? - Feiern Spiel Dan gaat het over theater in de vroege middeleeuwen - Scenica lectio? Scénes luidop voorgelezen - Ludus nostrum? Kerk is antitheatraal (idolatrie) Idolatrie= iemand aanbidden - De kerk was hier bang voor omdat ze dan minder aandacht zouden hebben aan de christelijke figuren. Theater in middeleeuwen - Eerste epische zangers (Sicilië) - Passiespelen (Tegelen & Oberammergau) - Latijnse komedie: Hrosvitha von Gandersheim (non, vrouw) (10^de^ E) Actrices? (witte geschiedenismannen weigeren te geloven dat een vrouw (laat staan een non) een latijnse komedie heeft gespeeld. Zei geloven dat het enkel voorgelezen is geweest) Wedergeboorte? Van theater in de kerk? - Gedramatiseerde vieringen: Quem quaeritis ("wie zoekt u") - Liturgische attributen tot 16^de^ E - Bretonse calvaires Oude culturele tradities werden veranderd in katholieke feesten - Meifeesten, carnavaleske rituelen Charivari = het fysieke gedrag van mensen die hun mening wouden geven aan iemand anders bv. Met lepel op pot kloppen. 12^de^ eeuw voor de eerste toneeltekst met **regieaanwijzingen** - Terentius et delusor 12^de^ eeuw voor het eerst monologen met **rol, kostumering!!!, bewustzijn van fictie** - Een kostuum was de manier waarop je echt een personage kon spelen. Voor 1300 (volkstaal) **dialoog & lay-out** **Afkortingen ipv clauskoppen** - Ordo representationis Adae **Hoge** middeleeuwen - 10^de^ eeuw Regularis concordia - Ordo Stellae (1130, kopie uit vrouwenabdij Munsterbilzen) - Eerste theatertkest over het opgroeien van jezus. Een Kopie is gevonden in een vrouwen abdij. - Ordo = toneel - Fleury playbook, Antichristspel - Antichrist = voor de natie en antipaus (nog altijd christelijk) - Ordo virtutum van Hildegard von Bingen (platea) - Platea = centrale speelruimte - Is theater in de middeleeuwen een stadse kunstvorm of ook in het platteland? Verschillende spellen - (1165-1205) mirakelspel: spel met een mirakel waar alles op het einde rond de katholieke kerk draait. - Ateliers & verzamelhandschriften - Theofilusmirakel : man in de hel wordt gered omdat hij christenen is - Mariamirakel: Maria redt het hoofpersonage. (14^de^ eeuw) - Abele spelen - Sotternie - Poppenspel **Late** middeleeuwen (1300 -1600) - Blijde inkomsten - Een moment wanneer de vorst zich laat zien bij het normale volk om iets aan te kondigen of te vieren. Het volk gebruikte dat moment om zichzelf er goed te laten uitzien. - Mysteriespelen - Vertellen het leven van een heilige - Mirakelspelen (Mariken van Nieumeghen) - Passiespel (Wrake Gods) - [Processiecultuur (pageants, bliscappen) ] - Vb. de heilige bloedprocessie in Brugge - [Hostie-ontwijdingsspelen ] - Een toneelstuk waarbij een personage de katholieke kerk bespot - Tablau vivant: een stil werk van acteurs om hun voorstelling voor te stellen. [Eerste deel les gemist! ] **[Moderne Drama]** **Ellen Franz & Georg II hertog van Saksen-Meiningen** - Regisseur centraal - Historische correctheid - (bv. Echte gevechtskleden uit specifieke landen die voor in zuid europa misschien minder mannelijk zouden overkomen.) - Sturend principe van assymetrie - (op het einde moesten ze naar de keizer kijken met hun rug naar het publiek) Regisseur: persoon met visie over hoe het stuk gespeeld moet worden (de regisseur heeft niet noodzakelijk de tekst geschreven.) - Interpretatie tekst - Ze kregen meer studeertijd en ook de hele tekst. Voordien kreeg je een paar dagen op voorhand enkel je eigen tekst. - Illusionistische bel - Er werd gespeeld met perspectief **Ludwig Chronegk** - Regisseur centraal - Ensemblespel - Massascènes - Verbazende discipline (te laatkomers werden geboet) **Henrik Ibsen (1828-1906) (de vader van moderne theater)** Het poppenhuis (1879) ging over een vrouw die haar kinderen en haar man verlaat. Een vijand van het volk (1882) gaat over corruptie in een dorp Spoken (1881) gaat over de onschendbaarheid van het huwelijk, syfilis, propageerde de vrije liefde en incest - Psychologisch realisme - Spelverbod **Konstantin Stanislavski (1863-1938)** - Iedere productie vanaf nul - De stukken hadden geen duidelijk moraal - Soundscapes **André antoine** Rauw naturalisme Verkent de 4^de^ want Alles moest echt zijn van decor **[Hedendaagse theater ]** - 20^ste^ eeuw "zuiver theater" - Primitieve gemeenschappen (bij de kolonies) **Futuristen** Groot denken over oorlog en industrie **Dadaïsten** Nu gekend als surrealisme **Surrealisten** **Erwin piscator (1893-1966)** - Het politieke theater - Gedocumenteerd theater - Nevenschikking beelden - Dia projectie **Vsevolod Meyerhold (1874-1940)** - Foute ervaring acteur - Overgegaan naar regisseur - Maakt theater voor de staat - Decor als springplank voor de acteur (niet voor het publiek) **Viktor Sjklovski (1893-1984)** - Brengt vervreemding in theater **Bertolt Brecht (1898-1956)** - Gebruikt elke man hiervoor als inspiratie. - Dialectisch theater - Het is de bedoelding dat ze weten dat ze in theater zitten en dat het over de politiek gaat. De kader van dramatisch theater en episch theater kennen - 2 vragen met te denken en voorbeelden moet geven en leg genoeg uit - Namen of termen uit de cursus - Jaartallen niet maar wel de eeuw

Use Quizgecko on...
Browser
Browser