H1.docx
Document Details
Uploaded by Adamamor095
Full Transcript
Grondslagen van de psychologie De voorgeschiedenis is de basis van ons handelen nu Geschiedkundige grondslagen Veronderstellingen over hoe de werkelijkheid in elkaar zit en hoe die onderzocht kan worden (conceptuele/filosofische grondslagen) Deel is geschiedenis, deel zijn nieuwe concepten De wereld...
Grondslagen van de psychologie De voorgeschiedenis is de basis van ons handelen nu Geschiedkundige grondslagen Veronderstellingen over hoe de werkelijkheid in elkaar zit en hoe die onderzocht kan worden (conceptuele/filosofische grondslagen) Deel is geschiedenis, deel zijn nieuwe concepten De wereld is sterk veranderd! 200 jaar geleden 50 jaar geleden Mensen zijn arm en jong Geen verplicht onderwijs Werken op het land Moeizaam reizen Telefoons zaten vast aan muren Geen computers of internet Informatie opzoeken in een bibliotheek Bv: vroeger kon men moeilijk reizen veel dialecten want iedereen gescheiden nu minder dialecten makkelijk reizen Bv: vroeger was het meestal stil alleen muziek als je zelf zong of muziek maakt De beschikbaarheid van geschreven informatie kent een belangrijk keerpunt in de geschiedenis! Prehistorie (periode voor schrift) vs historie (periode na schrift) Eigenschappen ongeletterde samenlevingen: Denken is gericht op het oplossen van concrete/praktische problemen, niet op het begrijpen van fenomenen of achterliggende problemen Bv: je vraagt je af wanneer je moet planten, niet waarom er seizoenen zijn Vluchtigheid van kennis (= kennis komt en gaat, kennis van voorgaande generaties gaat verloren) Mythes en verhalen over het ontstaan met contradicties Verhalen over de oorsprong en wat vroeger gebeurde gemaakt Spreken zich vaak tegen maar hebben dat niet door want niet neergeschreven Animisme = gebeurtenissen toeschrijven aan geesten Geschrift ontstaat op verschillende plaatsen: China, Egypte (midden-oosten), Summerië, Midden- en Zuid-Amerika Hiervoor het protogeschrift = symbolen zonder gelinkte linguïstische info Ontstaan schrift omdat men dingen wou bijhouden en tellen symbolen nodig Dus geschrift ontstaan omdat men wou weten wat men aan het tellen was Gebaseerd op 2 principes: Tekens stellen betekenissen voor (pictogrammen) = logografisch schrift Bv: tekening van auto Komt overeen met schrift chinees elk karakter verwijst naar een betekenis, volgordes en combinaties wel invloed Mensen van verschillende talen kunnen zelfde tekst lezen Het is soms moeilijk woorden in een teken om te zetten Veel karakters kunnen zich samenvoegen heel veel Tekens stellen klanken voor (fonogrammen) = alfabetisch schrift ook wel Fenicisch geschrift Bv: au – t – o Egyptisch/arabisch+hebreeuws/grieks Voor het eerst gebruikt in Egypte (midden-oosten) Veel minder klanken nodig Simpeler Summerië: hadden al tekens die klanken voorstelden evolutie Egyptenaren: probleem: g-klank kon niet worden voorgesteld dus gebruikten ze symbolen combo pictogrammen en alfabetisch principe !!! Geschriften als een extern geheugen (jij moet niet meer alles onthouden) Maakt een samenvoeging mogelijk niet alles heruitvinden Bouwen op kennis van (heel lang) geleden “een dwerg op de schouders van reuzen”: zelf zijn we niet groot, maar als we op schouder kunnen staan op degenen voor ons, kunnen we steeds meer groeien Maakt het mogelijk om tegenstrijdigheden te zien vroeger Socrates: geschrift maakt mensen lui! (scholastische methode = lezen om vanbuiten te leren, zonder kritisch) Grappig: we hadden het nooit geweten als hij het niet opgeschreven had Niet waar: er werd niet gedacht dat men door schrift nieuwe dingen kunnen Vroeger werden legendes onthouden d.m.v. rijmen Nu niet meer nodig, men kan op de inhoud concentreren DE LEZER Slechts een zeer beperkt aantal mensen kon lezen, tot invoering algemene leerplicht Sommige geschriften zijn makkelijker dan andere! Scriptio continua = teksten zonder spaties van Romeinen moeilijk Spaties maken stillezen mogelijk Talen met verschillende klanken voor eenzelfde letter moeilijk (bv. Engels) Engelse kinderen moeten langer studeren om te lezen Lezen stond lang gelijk aan vanbuiten leren schrift = autoriteit, niet in vraag stellen wat je leest Je moet altijd kritisch staan tov van wat je leest scholastische methode (onthouden > begrijpen) Veel vroeger dan geschrift Ishango-beentje 22 000 v.C. = beenderen met inkepingen van getallen kalender? Pasgeborenen kinderen/dieren kunnen tellen tot drie Kon ook al heel vroeg in de evolutie Subitisatie = het direct herkennen van telpatronen en hoeveelheden Getallen kunnen voorgesteld worden door streepjes tot 3-4 = turven Daarna groepering: vanaf 5 ander symbool terug goed zichtbaar + het is ons aantal vingers Eerst door dwarsstreep later ander symbool V GETALLEN NAMEN GEVEN Getallen benoemen is al heel vroeg gebeurd Alle Indo-Europese talen hebben dezelfde roots/grondwoorden voor 1-10 (6000 v.C.) Bestond al voor dat taal gesplitst werd Getal 9 = nieuw (new~nine) Op bepaald moment maar 8 getallen en 9 was het ‘nieuwe getal’ Probleem met het benoemen van getallen boven de 10 ( elf = one left, twaalf = two left) Elf & twaalf = voor men besefte dat men moest combineren Sommige basissen anders: Vaak 10 = aantal vingers Soms 20 = frans 90 = quatre-vingt dix Soms 60 Pas vanaf 20 duidelijk systeem tientallen-eenheden (20-29, 30-39) Heeft heel lang geduurd Summerië: tellen obv 60 is het 10-delig of 12-delig? Obv 60 is handig: deelbaar door alle kleine getallen (het uur) PLAATSCODE EN NUL Er was geen overeenkomst tss de grootte v/h getal en grootte die uitgedrukt w in Grieks & Latijn (bv: 50 = L, 39 =XXXVIIII) lengte symbool niet overeen - grootte getal Dit was moeilijk met vermenigvuldigen & delen Beter systeem uitgevonden in Indië (500) = plaatscode 10 cijfers (0-9) Plaats van het symbool duidt eenheden, tientallen … aan (bv: 123 = 100 + 20 + 3) Vereiste een symbool voor nul Eerst zette men gewoon een spatie (2 2) niet duidelijk dus werd het 202 Tot ons gekomen via Arabieren (schreven rechts naar links wij lezen getallen recht naar links) Vruchtbare sikkel = een v/d 1ste plaatsen waar aan landbouw w gedaan, grenst aan 3 rivieren => woonplaats ideaal regio in het Midden-Oosten eerste 3 beschavingen: Summerië, Egypte en Babylon ontdekkingen: wiel, geschrift EGYPTE: geometrie & kalender MESOPOTAMIË: nummersysteem = wiskunde gebruik in astronomie Condities voor groei van kennis: politieke stabiliteit, verstedelijking, bescherming, makkelijk geschr verklaring versch culturen dezelfde kennis-spurt Griekse beschaving = bouwt voort op de vruchtbare sikkel Hippocrates: deed kennis op over het lichaam en zijn kwalen (soort geneeskunde) Start van de filosofie Kritische reflectie over het universum en gaandeweg meer op het functioneren van de mens Plato & Aristoteles !!! PLATO Beschreef als eerste het woord filosofie Schreef dialogen neer vaak Socrates Niet altijd duidelijk waarin hij zelf geloofde Op het eerste zicht beweegt alles in de wereld, maar als je afstand neemt merk je patronen Wat we zien is afspiegeling van wat er zich in het universum afspeelt Universum is een ideaal en regelmatig systeem met ideale vorm en organisatie ~ schaduwen in grot Ziel en lichaam zijn 2 verschillende dingen Ziel komt uit de kosmos (ideale wereld) en blijft in lichaam zolang we leven Als we sterven gaat de geest terug naar de kosmos Om tot kennis (en de ideale wereld) te komen moeten we in onze ziel kijken, nadenken en redeneren GEEN observatie = rationalisme Wiskunde & geometrie benadert de ideale wereld het best De ziel heeft drie delen Rede = hersenen = onsterfelijk ~ koel Mensen wel, dieren niet Waarneming en emotie = hart = sterfelijk ~ warm Mensen en dieren Afgescheiden van koele rede en warme kennis door de nek Honger en lagere verlangens = lever = sterfelijk == >>> Plato aantrekkelijk voor Rooms Katholieke Kerk: als je de kosmos verving door hemel en god had je de perfecte visie over hoe het universum werkte, de Kerk was hierdoor aangetrokken !!! ARISTOTELES = leerling van Plato, zijn onvolledige lesnota’s zijn bewaard gebleven 3 soorten kennis: Productieve kennis: hoe dingen maken? Praktische kennis: hoe zich gedragen in welke situatie? ~ sociale kennis Theoretische kennis: zoeken naar waarheid over het universum ~ filosofen Wiskunde, natuurkunde, theologie (= kennis over het universum) Zelfde als plato: men mag niet beginnen met observatie kan bedriegen Observatie levert geen kennis op, maar wel meer ruimte voor observatie dan plato Theoretische kennis start met axioma’s Waarheid die we aanvoelen als vanzelfsprekend en die een duidelijke plaats hebben in ons beeld van het universum (Bv: er zijn stilstaande sterren & wandelende sterren. Bv: er zijn 4 elementen op aarde) VASTE STER: neptunus WANDELENDE STER: maan, zon, venus, mercurius, mars, jupiter, saturnus Universum bestaat uit 5 delen: BOVEN de maan (= super-maangebied) is er ether die alles samenhoudt (de vaste sterren). ONDER de maan (= sub-maangebied) heb je stoffen = lucht, vuur, water, aarde 2 streven naar aarde (aarde + water), zij vallen naar centrum 2 streven naar deel van universum boven de maan (lucht + vuur), zij gaan omhoog Kennis van axioma’s komt van: Observatie Intuïtie Kennis over het universum Verdere kennis van axioma’s wordt afgeleid op basis van logica (bv syllogismen) Observatie = ondergeschikt als observatie & axioma niet overeenkomen = observatie mis Er bestaat een levenskracht zorgt dat sommige dingen levend zijn en andere niet Vegetatieve ziel: zorgt dat wezen zich kan voeden en voortplanten (ALLE levende wezens, ook planten) Dierlijke ziel: beweging, perceptie, geheugen (dieren, mensen) Rationele ziel: denken over universum en een deugdzaam leven leiden (mensen) Scholen Grieken uitgevonden 4 prestigieuze scholen; zij onderwezen eeuwenlang studenten Academy – Plato Lyceum – Aristoteles Stoa – beiden Garden of Epicurus – beiden Alexandrie Plato & Aristoteles leefden in de gouden eeuw Nadien grote uitbreiding van het Griekse rijk door Alexander De Grote intensere interacties met andere beschavingen Gevolgen: Griekse beschaving werd ruimer verspreid (= hellenistische cultuur: verspreiding Griekse cultuur) Belangrijke figuren Archimedes: fysische allerhande dingen nieuwe/verbeterde machines Euclides: geometrie ~ euclidische meetkunde Ptolemaeus: sterrenkaart & idee hoe het heelal in elkaar zit Romeinen Namen (onrechtstreeks) veel over van de Grieken Oude Griekse Rijk werd deel van het Romeinse Rijk Galenus van Pergamon: geboren in Pergamon, Turkije, verbleef lang in Rome vader van geneeskunde Klemtoon op het oplossen van praktische problemen, technologie filosofische Grieken Byzantijnse rijk Het Romeinse Rijk wordt opgesplitst in het Westelijk Rijk (= Rome) en het Oostelijk Rijk (= Byzantium/Istanbul) Na de val van Rome in 476 werden de Romeinse en Griekse beschavingen vooral voortgezet in het Byzantijnse Rijk (oost) Griekenland, Turkije, Egypte Vooral voortgezet door te schrijven over wat er gebeurde MAAR weinig nieuwe kennis Christelijk geloof werd belangrijk: alle slimme mensen werden aangetrokken door de kerk, maar kennis belangrijk voor kerk is anders dan die voor de wetenschap Kennis werd weggenomen en werd gericht op het religieuze Arabieren Het Arabische schiereiland is niet veroverd geworden door Alexander De Grote maakt dus ook geen deel uit van de Byzantijnse rijk Onder invloed van de Islam wordt rond 700 een Arabisch rijk uitgebreid ten Oosten en ten Zuiden van het Byzantijnse Rijk Men zat dicht bij alle kennis: alle kennis samengebracht en verder ontwikkeld Huis der wijsheid = mensen kwamen samen en dachten samen na Vertaling van Griekse geschriften in het Arabisch Vooruitgang in wiskunde Arabische kennis tot bij ons door vertalingen gebroeders Van Eyck: pasten wiskunde toe in schilderijen eerste 3D schilderij Nadagen van het WRR Hier inval door de Germaanse stammen Verminderde toegang tot Griekse teksten Men vertaalde de Griekse Latijn MAAR alleen degenen die Kerk interessant vond de rest verloren Alleen Plato, geen Aristoteles Discrepantie Romeinse & Griekse wetenschap Kerk = bewaarder en verspreider van kennis Creëerde scholen Niet kritisch denken, bestaande kennis = waar axioma’s nooit in twijfel getrokken Wetenschap = tweederangs Het tij keren in het Westen Bevolkingsexplosie door betere landbouwkundige technieken Groei van steden Oprichting van scholen en universiteiten Karel de Grote wil onderwijs verbeteren (800) Kathedraalscholen, met betere educatieve doelen Vergrootte interesse voor kennis bij intellectueel bekwame mensen Er ontstond een markt voor onafhankelijke leraren = magisters/meesters Er begon nood aan leerkrachten te ontstaan ontstaan ambacht ‘leerkracht’. Ze verenigden zich in gilden, wat universiteiten werden 1st in Bologna 2de in Parijs 3de in Oxford Recht om overal te doceren = iemand gestudeerd in aan gilden, mocht overal doseren Grote uitwisseling tussen geleerden die over hetzelfde nadachten Vertalingen werken uit Griekse/Byzantisch en Arabische Rijk werden in opleiding geïntegreerd !! Aristoteles i.p.v. Plato Aristoteles was verboden aan de universiteiten, mar het bleef wel beschikbaar later focus op hem in unifs Legde meer klemtoon op observatie/logica traditie en gezag, ‘het is gewoon zo’ Zegt dat de aarde/universum eeuwig zijn bijbel: duidelijk begin en einde Zegt dat de ziel niet zonder lichaam kan leven bijbel: onsterfelijke ziel Zorgde voor problemen met de Katholieke Kerk in Parijs Renaissance = poging om klassieke Griekse en Latijnse/Romeinse culturen te herstellen Begon in Italië ( 14de-17de eeuw) Innovaties in architectuur en schilderkunst ontdekken 3D perspectief Produceerde: Jan Van Eyck, da Vinci,… Terugkomst van wetenschappers in West-Europa Copernicus: stelde Aristoteles en Ptolemaeus’ in vraag aarde toch niet centrum van universum? Vesalius: kennis uitgebreid over menselijke anatomie Mercator: techniek om meer accurate kaarten te maken van wereld Invloed van het Protestantisme Kerk liep verkeerd, corruptie en verbrassen geld reformatie door Martin Luther in 1516 Hij kwam in opstand tegen deze corruptie protestantse reformatie: beweging tegen RKK Zwitserland, Duitsland, Nederland, Scandinavië, UK Belang van kunnen lezen en kritisch denken ! kath kerk Als je goed deed op wereld, veel kans op hemel kath kerk: in hemel door te bidden en boetedoening Weber – Katholieke scholen = focus op humanisme/kunst Weber – Protestantse scholen = focus op wetenschap, techniek en handel Groei protestantste landen > groei katholieke landen === >> protestantisme heeft overtuigingen veranderd Boekdrukkunst Boeken werden voor zeer lange tijd overgeschreven waren hierdoor klein in aantal + veel fouten (groot effect wiskundige boeken), als het niet in de bib lag moest je ver reizen Gutenberg: eerst blokdruk daarna losse letters China/Arabieren: ontdekken van papier (ervoor perkament, via Arabieren tot bij ons) gevolgen: veel meer kopieën kennis was niet meer ver weg geen fouten meer iedereen werkte met dezelfde versie van het boek men moet niet meer bezig zijn met het behouden van bestaande kennis vroeger grote kans dat ze verloren gingen Kolonisatie Ontdekking en verovering van nieuwe gebieden, culturen (kennis) door Europa en anderen competitie Bezetting van kusten in Afrika & Azië + ontdekking Amerika Vraag naar technische en wetenschappelijke uitvindingen Europa in contact met andere culturen Aristoteles niet waar Eerste indicatie dat niet alle axioma’s van Aristoteles waar waren “gebied rond de evenaar is niet bewoonbaar want te heet, de polen zijn de koud, stukken daartussen zijn leefbaar ” (= 5 gebieden) Grenzen van de geschiedschrijving Geschiedschrijving wordt altijd beïnvloed door de omstandigheden van de schrijver Cultuur Hedendaagse kennis en opvattingen Veel voorkomende vertekeningen: Te veel gecentreerd op personen Alleen plato & aristoteles, anderen doen er niet toe Zeitgeist/tijdsgeest: het intellectuele klimaat van de periode; de uitvinding was niet afkomstig van 1 genius, maar van een bredere ontwikkeling in tijd die geleid heeft tot die uitvinding Baüs-effect = vooraanstaande wetenschappers krijgen meer eer dan dat ze verdienen Matteüs effect = verschijnsel dat de rijken rijker worden en de armen armer worden Gewone filosofen wordt alles afgenomen, plato & aristoteles krijgen steeds meer aandacht, erkenning Hindsight bias = gebeurtenissen lijken achteraf voorspelbaarder dan dat ze op het moment waren We denken dat uitvinders meer weten dan ze eigenlijk wisten & overtuigender waren We denken dat onze kennis al geweten was door de uitvinders Etnocentrisme = eigen volk is het belangrijkste Wij kijken alleen binnen onze groep (of toch wie deze beïnvloed heeft) binnen de geschiedenis We keuren andere groepen af === >> geschiedenis reviews zijn samenvattingen van samenvattingen, waardoor een fout snel overdreven wordt en kennis doordringt van een hele gemeenschap