Finance Insights Sept 2024 PDF
Document Details
Uploaded by HeroicSugilite3653
Hogeschool Utrecht
2024
John van Meerten
Tags
Summary
This document appears to be lecture notes or study material focused on financial management. Topics covered include business economics, financial statements (balance sheets, income statements, and cash flow statements), cash flow, and financial ratios as well as other financial topics relevant for undergraduate level studies.
Full Transcript
Financieel Management John van Meerten Agenda 1. Bedrijfseconomie 2. Financiële overzichten 3. Liquiditeit en budget 4. Total cost of ownership 5. Afschrijven 6. Break-even punt 7. Investeringen 8. Case 9. Kengetallen Let op Er zullen minstens acht vragen over dit college...
Financieel Management John van Meerten Agenda 1. Bedrijfseconomie 2. Financiële overzichten 3. Liquiditeit en budget 4. Total cost of ownership 5. Afschrijven 6. Break-even punt 7. Investeringen 8. Case 9. Kengetallen Let op Er zullen minstens acht vragen over dit college terugkomen in het kennisassessment Quiz Een grote Beperkte hoeveelheid hoeveelheid wensen en (financiële) behoeften middelen Keuze 6 Productie/service organisatie Financieel economisch Financieel economisch zelfstandig onzelfstandig Non-profit Onderneming Overheidsbedrijf Overheidsdienst organisatie 7 Vakgebieden binnen de Bedrijfseconomie Bedrijfseconomie Financial accounting Het verstrekken van financiële gegevens aan belangstellenden buiten de organisatie. Voor de belastingdienst maar ook voor aandeelhouders. Management accounting Het verstrekken van financiële gegevens aan belangstellenden binnen de organisatie t.b.v. het maken beslissingen over bijvoorbeeld investeringen. Financiering Financiering houdt zich bezig met de verschillende vormen van eigen en vreemd vermogen en de bijbehorende financiële vergoedingen. Opdracht Schrijf op welke soort informatie de genoemde relatie mogelijk gebruikt. Schrijf op onder welk vakgebied dit valt binnen de bedrijfseconomie Financiële overzichten Financiële overzichten Balans Een momentopname van de huidige financiële situatie. Het geeft een overzicht van alle bezittingen en het vermogen waarmee deze bezittingen zijn gefinancierd. Winst- en verliesrekening Een overzicht van de resultaten (kosten en opbrengsten) van een organisatie in een bepaalde periode. Bijvoorbeeld een kwartaal of een jaar. Liquiditeitsbegroting Overzicht van de verwachte geldontvangsten en verwachte gelduitgaven van een organisatie gedurende een bepaalde toekomstige periode. Balans Financiële overzichten Balans 01-01-2023 Vorderingen op klanten Schulden aan leveranciers Financiële overzichten Balans Vaste activa Productiemiddelen die meer dan één productieproces meegaan, zoals: grond, gebouwen, auto’s, computerapparatuur of de inventaris. Vlottende activa Productiemiddelen die slechts één productieproces meegaan. Bijvoorbeeld de voorraden van het bedrijf en de debiteuren. Liquide middelen De verzamelterm voor al het geld dat een bedrijf contant (kas) of op een bankrekening (bank) heeft staan. Liquide middelen zijn ook vlottende activa, maar worden toch vaak apart genoemd. https://www.economielokaal.nl/21-financieel-plan/# Financiële overzichten Balans Eigen vermogen Het bedrag dat de eigenaren permanent in het bedrijf gestopt hebben. Vreemd vermogen Lang Alle bedragen die de onderneming geleend heeft (voor een lange periode) en dus op enig moment terug moet betalen. Vreemd vermogen Kort Alle bedragen die de onderneming geleend heeft (voor een korte periode) en dus op enig moment terug moet betalen. https://www.economielokaal.nl/21-financieel-plan/# Financiële overzichten Balans 01-01-2023 Moeilijk in Lange termijn cash om te lening zetten Makkelijk in cash om te Korte termijn zetten lening Evenwicht Winst- en verliesrekening Financiële overzichten Winst- en verliesrekening Financiële overzichten Winst- en verliesrekening – Omzet gerealiseerd werk Bruto omzet – -/- werk derden – -/- directe (materiaal)kosten uitgevoerde werken Bruto winst – -/- Directe bedrijfskosten loonkosten – -/- Indirecte bedrijfskosten Verkoop Huisvesting Vervoer Afschrijvingen Algemene bedrijfskosten – Kantoor Winst uit normale bedrijfsvoering (bedrijfsresultaat) – -/+ Bijzondere lasten en baten Winst voor interest en belasting (resultaat vóór i en b, EBIT) – -/+ Interest lasten en baten Winst voor belasting – -/+ belastingen Winst na belasting Financiële overzichten Winst- en verliesrekening Bruto omzet: Dit is het totale bedrag aan inkomsten dat een bedrijf genereert voordat kosten zoals belastingen en uitgaven worden afgetrokken. Het is de totale omzet zonder enige aftrek. Bruto winst: Dit is het bedrag dat overblijft nadat de kostprijs van de verkochte goederen (of diensten) is afgetrokken van de bruto omzet. Het is een belangrijke indicator van de winstgevendheid van een bedrijf vóór aftrek van andere kosten. Winst uit normale bedrijfsvoering (bedrijfsresultaat): Dit is de winst die een bedrijf behaalt uit zijn normale bedrijfsactiviteiten, voordat rente en belastingen worden afgetrokken. Het omvat inkomsten en uitgaven die direct verband houden met de kernactiviteiten van het bedrijf. Earnings Before Interest and Taxes (EBIT): Dit is een maatstaf voor de operationele winst van een bedrijf. Het wordt berekend door de totale bedrijfsopbrengsten te verminderen met de operationele kosten, exclusief rente en belastingen. Winst voor belasting: Dit is de winst van een bedrijf voordat belastingen worden afgetrokken. Het omvat alle inkomsten en uitgaven, inclusief operationele winst, rentelasten en andere niet-operationele kosten. Winst na belasting: Dit is de uiteindelijke winst van een bedrijf nadat alle belastingen zijn afgetrokken van de winst voor belasting. Het vertegenwoordigt de nettowinst die beschikbaar is voor aandeelhouders en herinvestering in het bedrijf. Liquiditeitsbegroting en budgetten Financiële overzichten Liquiditeitsbegroting Overzicht van de verwachte geldontvangsten en verwachte gelduitgaven van een organisatie gedurende een bepaalde toekomstige periode Inzicht krijgen in de verwachte ingaande en uitgaande geldstromen gedurende een bepaalde toekomstige periode en in het verwachte saldo liquide middelen op een bepaald moment. Financiële overzichten Liquiditeitsbegroting Financiële overzichten Cash flow Dit vertegenwoordigt de kas die wordt gegenereerd of gebruikt door de kernactiviteiten van een Operationele kasstroom bedrijf. Het omvat ontvangen kas van klanten en betaalde kas voor operationele kosten. OCF is een belangrijke indicator voor het vermogen van een bedrijf om kas te genereren uit zijn reguliere (OCF) bedrijfsactiviteiten. Deze sectie toont de kasstromen met betrekking tot de investeringen van een bedrijf in Investeringskasstroom langlopende activa. Dit omvat de aankoop en verkoop van fysieke en financiële investeringen, zoals onroerend goed, apparatuur en effecten. Positieve kasstroom in deze sectie kan duiden op (ICF) desinvesteringen of de verkoop van activa, terwijl negatieve kasstroom kan wijzen op kapitaaluitgaven. Deze sectie weerspiegelt de kasstromen tussen een bedrijf en zijn eigenaren en crediteuren. Het Financieringskasstroom omvat activiteiten zoals het uitgeven of inkopen van aandelen, het betalen van dividenden en het lenen of terugbetalen van leningen. Positieve financieringskasstroom kan het gevolg zijn van het (FCF) uitgeven van nieuwe aandelen of het aangaan van schulden, terwijl negatieve kasstroom kan voortkomen uit het aflossen van schulden of het inkopen van aandelen. Geldstromen/budgetten CAPEX (Capital Expenditure): investeringen in vernieuwingsprojecten OPEX (Operating Expenditures): exploitatie Bijvoorbeeld bij ICT: Eenmalige kosten om een groot project te realiseren komen uit CAPEX budget en worden afgeschreven Jaarlijkse beheer kosten (bijvoorbeeld functioneel beheer) komen uit OPEX budget. Total cost of ownership Total cost of ownership TCO betekent dat we de totale kosten van een product in kaart brengen, dus niet alleen de aanschaf ervan, maar ook het beheer over de volledige levenscyclus minus een eventuele doorverkoop. TCO en ICT Een zo compleet mogelijke optelling van alle directe en verborgen (indirecte) ICT kosten, die laat zien hoeveel een organisatie uitgeeft aan ICT. Total cost of ownership Behoefte aan een breder financieel inzicht in kosten Business case voor nieuwe investeringen Beoordeling van het kostenniveau van bestaande situatie Beoordeling van scenario’s tav uitbesteding, beheer etc. Opsporen van besparingsmogelijkheden Onderbouwing van SLA’s en interne verrekening Voorbeeld: autokosten per jaar Afschrijving Afschrijven - Spreiden van kosten van een bedrijfsmiddel over de levensduur (boekhoudkundig) - Beter beeld van de financiele situatie van een bedrijf - Betere weerspiegeling van het gebruik en de veroudering van een bedrijfsmiddel - Vaak ander budget - Belastingvoordelen - Wat moet je weten voor het afschrijven van een bedrijfsmiddel - Aanschafwaarde - Restwaarde - (economische) levensduur - Afschrijvings methodiek (lineair, degressief, progressief) Afschrijven Lineaire afschrijving 𝐴𝑎𝑛𝑠𝑐ℎ𝑎𝑓𝑤𝑎𝑎𝑟𝑑𝑒 −𝑅𝑒𝑠𝑡𝑤𝑎𝑎𝑟𝑑𝑒 Afschrijving per jaar = 𝐿𝑒𝑣𝑒𝑛𝑠𝑑𝑢𝑢𝑟 𝑖𝑛 𝑗𝑎𝑟𝑒𝑛 Afschrijven Degressieve afschrijving jaar 1: 30% jaar 2: 25% jaar 3: 20% jaar 4: 10% jaar 5: 5% Afschrijven Zoek eens op hoe lang je volgens de belastingdienst moet afschrijven bij een telefoon. Stel dat je een nieuwe iPhone koopt voor €900. Beantwoord dan de volgende vragen: 1. Hoeveel mag je jaarlijks afschrijven? 2. Wat betekent dit voor de balans? 3. Wat betekent dit voor je winst- en verliesrekening? Break-even punt berekening Break-even punt Het punt in de tijd waarop de opbrengsten van de verkoop van een product precies overeenkomen met de kosten die gemaakt zijn. Wat moet je hiervoor weten: Vaste kosten: welke kosten maak je om een product te bedenken, te kunnen maken, te verkopen en te leveren Variabele kosten: de kosten die je per product maakt Verkoopprijs: de prijs die per product betaald wordt Break-even punt berekening Break − even Vaste kosten = Verkoopprijs per eenheid − Variabele kosten per eenheid Break-even punt berekening Vaste kosten: Bereken break-evenpunt €10.000 (kosten voor ontwikkeling, marketing, etc.) Verkoopprijs per eenheid: €80 Variabele kosten per eenheid: €40 Opdracht Stel je concurrent gaat van de een op andere dag een product dat jij in je assortiment hebt op de markt dumpen. Niemand wil je product meer kopen omdat het veel te duur geworden is. Je doet onderzoek en komt er achter dat een drastische verlaging van de verkoopprijs de enige manier is om je product nog te verkopen. Welke kosten en opbrengsten heb je op dit moment? Welke kosten en opbrengsten heb je als je de verkoop staakt? Welke veranderd er in deze kosten en opbrengsten heb je als je de verkoopprijs verlaagd? Is er een verschil of je nog voor of na het break-even punt zit? Hoever kan je zakken met de prijs voordat je verlies maakt? Wat zou je doen om je verlies te minimaliseren? Investeringen Investeringen Investeringen Terugverdientijd (TVT) Netto contante waarde (NCW) Gemiddelde Boekhoudkundige Rentabiliteit (GBR) Investeringen Terugverdientijd Terugverdientijd = periode waarbij cumulatieve cashflow =0 = periode waarbij som van de uitgaven gelijk is aan de som van de ontvangsten. Investeringen Terugverdientijd Bol.com wil investeren in een nieuwe aanbevelingen engine op basis van machine learning. De investeringskosten in bedragen in totaal 4 miljoen, de kosten worden gemaakt in jaar 1. De restwaarde wordt na 4 jaar begroot op 800.000. Er zijn twee verschillende technieken die gebruikt kunnen worden. De eerste is op basis van TensorFlow en de ander op basis van IBM Watson. In onderstaande tabel worden de opbrengsten per jaar weergegeven: TensorFlow IBM Watson Jaar 1 1.600.000 600.000 Jaar 2 1.600.000 1.000.000 Jaar 3 800.000 1.800.000 Jaar 4 800.000 1.500.000 Bereken de terugverdientijden. Investeringen Terugverdientijd De investeringskosten bedragen 4 miljoen. In onderstaande tabel worden de opbrengsten per jaar weergegeven: TensorFlow IBM Watson Jaar 1 1.600.000 600.000 Jaar 2 1.600.000 3.200.000 1.000.000 1.600.000 Jaar 3 800.000 4.000.000 1.800.000 3.400.000 Jaar 4 800.000 4.800.000 2.400.000 4.900.000 Tensorflow: einde jaar 3 IBM Watson: eind maart jaar 3 Investeringen Netto contante waarde Netto contante waarde (NCW) project = contante waarde totale cashflow project NCW = −investering + 𝐶𝑊𝐶𝐹(𝑡) + 𝐶𝑊𝐶𝐹 (𝑡 + 1) + 𝐶𝑊𝐶𝐹 (𝑡 + 2) + … Investeringen Netto contante waarde Investering = €1.100 400 500 500 200 Restwaarde = €200 𝑁𝐶𝑊 = −1100 + + + + 1.11 1.12 1.13 1.13 Disconteringsvoet (i) = 10% Cashflow jaar 1 = €400 400 500 500 200 Cashflow jaar 2 = €500 𝑁𝐶𝑊 = −1100 + + + + 1.1 1.21 1.331 1.331 Cashflow jaar 3 = €500 𝑁𝐶𝑊 = −1100 + 363.64 + 413.22 + 376.72 + 150.36 𝑁𝐶𝑊 = −1100 + 1304.04 𝑁𝐶𝑊 = 204.94 Investeringen Netto contante waarde Bol.com wil investeren in een nieuwe aanbevelingen engine op basis van machine learning. De investeringskosten in bedragen in totaal 4 miljoen, de kosten worden gemaakt in jaar 1. De restwaarde wordt na 4 begroot op 800.000. Er zijn twee verschillende technieken die gebruikt kunnen worden. De eerste is op basis van TensorFlow en de ander op basis van IBM Watson. In onderstaande tabel worden de opbrengsten per jaar weergegeven: TensorFlow IBM Watson Jaar 1 1.600.000 600.000 Jaar 2 1.600.000 1.000.000 Jaar 3 800.000 1.800.000 Jaar 4 800.000 1.500.000 Bereken de NCW van beiden bij een rente van 4% Investeringen Netto contante waarde De investeringskosten in jaar 1 bedragen 4 miljoen. De restwaarde wordt na 4 jaar begroot op 800.000. Bereken de NCW van beiden bij een rente van 4%. TensorFlow IBM Watson Jaar 1 1.600.000 600.000 Jaar 2 1.600.000 1.000.000 Jaar 3 800.000 1.800.000 Jaar 4 800.000 1.500.000 1 2 3 4 Invest NCW Tensor € 1.600.000 € 1.600.000 € 800.000 € 1.600.000 € 4.000.000 4% € 1.538.462 € 1.479.290 € 711.197 € 1.367.687 € 1.096.635 1 2 3 4 Invest NCW IBM € 600.000 € 1.000.000 € 1.800.000 € 2.300.000 € 4.000.000 4% € 576.923 € 924.556 € 1.600.193 € 1.966.050 € 1.067.722 Investeringen Gemiddelde boekhoudkundige rentabiliteit Gemiddelde boekhoudkundige rentabiliteit project = (gemiddelde van de afzonderlijke periodewinsten na belasting / gemiddeld geïnvesteerd vermogen in looptijd project) x 100% Voorbeeld: winst jaar 1 = 400, jaar 2 = 500 en jaar 3 = 300 Investering = 1100, restwaarde = 200 gemiddelde winst = (-1100+400+500+300+200) / 3 = 100 gemiddelde investering = (1100+200) / 2 = 650 GBR = 100 / 650 x 100% = 15,4% Investeringen Gemiddelde boekhoudkundige rentabiliteit Bol.com wil investeren in een nieuwe aanbevelingen engine op basis van machine learning. De investeringskosten in bedragen in totaal 4 miljoen, de kosten worden gemaakt in jaar 1. De restwaarde wordt na 4 begroot op 800.000. Er zijn twee verschillende technieken die gebruikt kunnen worden. De eerste is op basis van TensorFlow en de ander op basis van IBM Watson. In onderstaande tabel worden de opbrengsten per jaar weergegeven: TensorFlow IBM Watson Jaar 1 1.600.000 600.000 Jaar 2 1.600.000 1.000.000 Jaar 3 800.000 1.800.000 Jaar 4 800.000 1.500.000 Bereken de GBR van beiden Investeringen Gemiddelde boekhoudkundige rentabiliteit De investeringskosten in jaar 1 bedragen 4 miljoen. De restwaarde wordt na 4 jaar begroot op 800.000. In onderstaande tabel worden de opbrengsten per jaar weergegeven: TensorFlow IBM Watson Jaar 1 1.600.000 600.000 Jaar 2 1.600.000 1.000.000 Jaar 3 800.000 1.800.000 Jaar 4 800.000 1.500.000 Tensorflow: (-4.000k + 1.600k + 1.600k + 800k + 800k + 800k) / 4 = 400k Gemiddelde geïnvesteerd vermogen: (4.000k + 800k) / 2 = 2.400k GBR = 400k / 2.400k = 16,7% IBM Watson: (-4.000k + 600k + 1.000k + 1.800k + 1.500k + 800k) / 4 = 425k Gemiddelde geïnvesteerd vermogen: (4.000k + 800k) / 2 = 2.400k GBR = 425k / 2.400k = 17,7% Investeringen Investeringen TensorFlow IBM Watson TVT 3 jaar 3 jaar en 3 maanden NCW € 1.096.635 € 1.067.722 Onbeslist: de resultaten liggen te dicht GBR 16,7% 17,7% bijelkaar. Vergeet niet dat de berekeningen voor een ook op inschattingen zijn gebaseerd: Aan welke optie geef je de voorkeur op basis van de drie Opbrengsten per jaar Renteontwikkeling investeringsanalyses? Restwaarde Een volgende stap om een gedegen keuze zou bijvoorbeeld een risico analyse kunnen zijn. Opdracht Jaarverslag Coolblue Bekijk het jaarverslag van Coolblue en beantwoord de volgende vragen: 1. Aan wie moet Coolblue verantwoording afdragen i.h.k.v. Financial Accounting? 2. Zoek de balans van Coolblue op 31 december 2022. Stel een versimpelde balans op met alleen de vaste en vlottende activa en eigen vermogen, langlopend en kortlopend vreemd vermogen. 3. Voor hoeveel miljoen € had Coolblue op dat moment producten in voorraad? 4. Welke informatie kun je vinden over de liquiditeitspositie van Coolblue? 5. Coolblue heeft twee doelstellingen. Naast winst maken staat klanttevredenheid hoog in het vaandel. Hoe wordt dit gemeten? Wat houdt deze meetmethode in? 6. Duurzaamheid is belangrijk voor Coolblue. Hoe uit zich dat? 64 Financiële kengetallen Kengetallen Waarom zijn kengetallen belangrijk? Prestatie-evaluatie Waarom kijken we niet gewoon naar de Financiële gezondheid winst? Besluitvorming Vergelijking met branchestandaarden Investeerders en kredietverstrekkers Risicobeheer Communicatie met belanghebbenden Kengetallen Waarom zijn kengetallen belangrijk? Branchegemiddelden Waarom kijken we niet gewoon naar de Vorige periodes winst? Budgetten en prognoses Waarmee ga je kengetallen vergelijken? Industriestandaarden Concurrenten Best practices Interne doelstellingen Kengetallen Waarom zijn kengetallen belangrijk? Rentabiliteit Waarom kijken we niet gewoon naar de Solvabiliteit winst? Liquiditeit Waarmee ga je kengetallen vergelijken? Wat houden ze in? Kengetallen Rentabiliteit Winstgevendheid gerelateerd aan omzet Brutowinstmarge Bedrijfsresultaat Brutowinstmarge = Omzet Kengetallen Rentabiliteit Verhouding tussen inkomen (winst) en het Bedrijfsresultaat vermogen waarmee dit inkomen is verdiend. RTV= 𝑥 100% Gemiddeld totaal vermogen Rentabiliteit totaal vermogen = bedrijfsresultaat / gem. TV x 100% Rentabiliteit eigen vermogen Nettowinst = nettowinst / gem. EV x 100% REV= 𝑥 100% Gemiddeld eigen vermogen Rentabiliteit vreemd vermogen = betaalde intrest / gem. geïnvesteerd VV x 100% Betaalde intrest Norm RVV= 𝑥 100% Gem geïnvesteerd vreemd vermogen Eigen normen (bijv. vergelijken met vorig jaar) Normen vanuit de markt RVV < RTV Kengetallen Opdracht Rentabiliteit Activa Passiva Bereken: Brutowinstmarge 8,8% Gebouwen Vervoermiddelen 2.000 500 Aandelenkapitaal Algemene reserve 1.200 870 RTV 11,6% Vaste activa 2.500 Eigen vermogen 2.070 REV 8,2% Voorraden 650 Voorziening debiteuren 250 RVV 5,1% Debiteuren 350 Hypotheek 1.000 Liquide middelen 130 Crediteuren 310 1.130 1.560 Totaal activa 3.630 Totaal passiva 3.630 Omzet 4.750 Kosten 4.330 Totale opbrengst 420 Rente 80 netto winst voor belasting 340 belasting 170 netto winst na belasting 170 Kengetallen Solvabiliteit De mate waarin de onderneming kan voldoen aan EV haar financiële verplichtingen bij liquidatie Solvabiliteit= Solvabiliteit (gebruikelijke) TV = EV / TV Debt ratio VV = VV / TV Debt ratio= TV Weerstandsvermogen is de mate waarin de onderneming de rentelasten kan voldoen Bedrijfsresultaat Rentedekkingsfactor Rentedekkingsfactor= = Bedrijfsresultaat / Intrestlasten vreemd Intrestlasten vreemd vermogen vermogen Norm EV:VV = 1:2 RDF = 3 tot 5 Kengetallen Opdracht Solvabiliteit Activa Passiva Bereken: Rentedekkingsfactor 5,25 Gebouwen Vervoermiddelen 2.000 500 Aandelenkapitaal Algemene reserve 1.200 870 Solvabiliteit 57% Vaste activa 2.500 Eigen vermogen 2.070 DR 43% Voorraden 650 Voorziening debiteuren 250 Debiteuren 350 Hypotheek 1.000 Liquide middelen 130 Crediteuren 310 1.130 1.560 Totaal activa 3.630 Totaal passiva 3.630 Omzet 4.750 Kosten 4.330 Totale opbrengst 420 Rente 80 netto winst voor belasting 340 belasting 170 netto winst na belasting 170 Kengetallen Liquiditeit De mate waarin de onderneming aan de lopende betalingsverplichtingen kan voldoen. Dynamische liquiditeit gaat over een periode en laat zich beoordelen met de liquiditeitsbegroting (deze ontbreekt vaak bij de externe verslaggeving) Statische liquiditeit -> momentopname Kengetallen Liquiditeit Statische liquiditeit Netto werkkapitaal=Vlottende activa−Kort VV Netto werkkapitaal = Vlottende activa – Kort VV Current ratio = Vlottende activa / Kort VV Vlottende activa Current ratio= Kort VV Quick ratio = (Vlottende activa – Voorraden) / Kort VV Norm (Vlottende activa −Voorraden) NWK > 0 (Afhankelijk van de markt) Quick ratio = Kort VV CR tussen 1,5 en 2 (Hoger is ook goed. NIMA 4) QR > 1 (Tenminste 1) Kengetallen Opdracht Liquiditeit Activa Passiva Opdracht. Bereken: Current ratio Gebouwen Vervoermiddelen 2.000 500 Aandelenkapitaal Algemene reserve 1.200 870 Quick ratio Vaste activa 2.500 Eigen vermogen 2.070 NWK Voorraden 650 Voorziening debiteuren 250 Debiteuren 350 Hypotheek 1.000 Liquide middelen 130 Crediteuren 310 1.130 1.560 Totaal activa 3.630 Totaal passiva 3.630 Omzet 4.750 Kosten 4.330 Totale opbrengst 420 Rente 80 netto winst voor belasting 340 belasting 170 netto winst na belasting 170 Kengetallen Overige kengetallen stuur/rapportcijfers” die voor de onderneming relevant zijn Omzetsnelheid van de voorraad = inkoopwaarde van de omzet / gem. voorraad Gem. duur krediet aan afnemers = gem. debiteurenbedrag x 365 / verkopen (op rekening) per jaar Gem. duur krediet van leveranciers = gem. crediteurenbedrag x 365 / inkopen (op rekening) Kostensoorten t.o.v. bruto toegevoegde waarde Etc. DuPont Analyse DuPont Analyse De DuPont-analyse, ook bekend als de DuPont-identiteit, vormt een essentieel raamwerk voor prestatiemeting en wordt toegepast om de diverse factoren te ontleden die invloed uitoefenen op het rendement van het eigen vermogen van een organisatie. Dit staat ook bekend als de Return on Equity (ROE), wat de verhouding weergeeft tussen de winst van een onderneming en het kapitaal waarmee deze winst is gegenereerd. Deze bedrijfseconomische analyse fungeert als een instrument dat accountants en financieel managers ondersteunt bij het grondig analyseren van de winstgevendheid van een onderneming, zonder daarbij tot misleidende conclusies te komen. DuPont Analyse DuPont Analyse