Weerstand en Stromen in Elektrische Kringen

Weerstand en Stromen in Elektrische Kringen

• Verschillende draden hebben verschillende weerstanden. Sommige draden vereisen veel spanning om een kleine stroom te laten doorstromen, wat duidt op een grote weerstand (stroom gaat moeilijk doorheen).

Berekening van Weerstand

• De weerstand (R) kan berekend worden met de formule: R = U / I
• R staat voor weerstand in Ohm.
• U staat voor spanning in Volt.
• I staat voor stroomsterkte in ampère.

Wet van Ohm

• De spanning en stroomsterkte zijn recht evenredig.
• Als de spanning verdubbelt, dan verdubbelt ook de stroomsterkte.

Gloeilamp en Afwijking van de Wet van Ohm

• Bij een gloeilamp is de relatie tussen spanning en stroomsterkte niet strikt recht evenredig.
• Het gloeidraad wordt heet (tot 2500 graden Celsius) tijdens gebruik.
• De weerstand stijgt sneller dan de stroomsterkte.

Doorbranden van een Lampje

• Een lampje dat 4,5 volt aankan, kan doorbranden als het op een 9-volt batterij wordt aangesloten (te grote stroomsterkte).
• De totale weerstand van de stroomkring moet groter gemaakt worden.
• Een weerstand is nodig als extra onderdeel.

Serie-schakeling

• De weerstand wordt in serie met het lampje geschakeld om de totale weerstand van de stroomkring te verhogen.
• Dit vermindert de stroomsterkte, waardoor het lampje niet doorbrandt.
• De totale weerstand wordt ook vervangingsweerstand genoemd.
• In een serie-schakeling is de stroomsterkte overal gelijk; de stroom hoeft zich niet te verdelen.

Parallel-schakeling

• Als je twee lampjes van 4,5 volt op een 9-volt batterij aansluit, wordt de stroom verdeeld over beide lampjes.
• Beide lampjes branden.
• Parallel-schakeling heeft echter een maximale capaciteit.
• De stroom verdeelt zich over de verschillende vertakkingen in een parallel-schakeling.
• Elk onderdeel in een parallel-schakeling is direct verbonden met de spanningsbron.
• Parallel-schakeling is essentieel in huishoudnetten. Verschillende groepen hebben een beperkt aantal schakelonderdelen.