Podcast
Questions and Answers
Welk virus staat er bekend om zijn ernstigere effecten op de luchtwegen en werd in 2012 ontdekt?
Welk virus staat er bekend om zijn ernstigere effecten op de luchtwegen en werd in 2012 ontdekt?
- MERS-CoV (correct)
- Influenza virus
- Rhinovirus
- SARS-CoV-2
Wat is een kenmerk van coronavirussen?
Wat is een kenmerk van coronavirussen?
- Ze hebben een dubbelstrengs RNA
- Ze zijn enveloppe virussen met spikes (correct)
- Ze zijn uitsluitend verantwoordelijk voor de griep
- Ze veroorzaken alleen aandoeningen bij volwassenen
Welke labdiagnostiek is goedkoop en snel, maar niet gevoelig genoeg voor acute infecties?
Welke labdiagnostiek is goedkoop en snel, maar niet gevoelig genoeg voor acute infecties?
- Cultuur van het virus
- Aantonen van Antistoffen in serum
- RT-PCR
- Aantonen van Antigenen (correct)
Welk virus is de gevaarlijkste verwekker van lage luchtweginfecties bij kleine kinderen?
Welk virus is de gevaarlijkste verwekker van lage luchtweginfecties bij kleine kinderen?
Waarvan is SARS-CoV-2 de oorzaak?
Waarvan is SARS-CoV-2 de oorzaak?
Welk type virus veroorzaakt varicella (wijnpokken)?
Welk type virus veroorzaakt varicella (wijnpokken)?
Wat is de belangrijkste manier waarop het varicella-zoster virus wordt overgedragen?
Wat is de belangrijkste manier waarop het varicella-zoster virus wordt overgedragen?
Welke behandeling is effectief voor het varicella-zoster virus?
Welke behandeling is effectief voor het varicella-zoster virus?
Bij welke leeftijdsgroep komt varicella het vaakst voor?
Bij welke leeftijdsgroep komt varicella het vaakst voor?
Wat is de incubatietijd voor varicella?
Wat is de incubatietijd voor varicella?
Wat gebeurt er met het virus na de primaire infectie?
Wat gebeurt er met het virus na de primaire infectie?
Wat is een mogelijke complicatie van varicella bij volwassenen?
Wat is een mogelijke complicatie van varicella bij volwassenen?
Wat voor soort virus is het varicella-zoster virus?
Wat voor soort virus is het varicella-zoster virus?
Wat is het belangrijkste verschil tussen antigene drift en antigene shift?
Wat is het belangrijkste verschil tussen antigene drift en antigene shift?
Welke rol speelt hemagglutinine in het influenzavirus?
Welke rol speelt hemagglutinine in het influenzavirus?
Wat is een mogelijke oorzaak van een pandemie zoals de Spaanse griep van 1919?
Wat is een mogelijke oorzaak van een pandemie zoals de Spaanse griep van 1919?
Hoe kan antigene drift eerder resistent maken tegen bestaande immuniteit?
Hoe kan antigene drift eerder resistent maken tegen bestaande immuniteit?
Welke van de volgende uitspraken over influenzavirus type A is onjuist?
Welke van de volgende uitspraken over influenzavirus type A is onjuist?
Wat is tropisme in relatie tot virussen?
Wat is tropisme in relatie tot virussen?
Welke stap volgt onmiddellijk na de penetratie en ontmanteling tijdens de reproductie van virussen?
Welke stap volgt onmiddellijk na de penetratie en ontmanteling tijdens de reproductie van virussen?
Wat coderen de vroege genen van een virus?
Wat coderen de vroege genen van een virus?
Bij welke van de volgende mechanismen vindt fusie met het celmembraan van de gastheer plaats?
Bij welke van de volgende mechanismen vindt fusie met het celmembraan van de gastheer plaats?
Waar vindt meestal de replicatie van viraal DNA plaats?
Waar vindt meestal de replicatie van viraal DNA plaats?
Wat gebeurt er met een virus tijdens de virion release?
Wat gebeurt er met een virus tijdens de virion release?
Welke van de volgende virussen gebruikt enzymen van de gastheer voor biosynthetische processen?
Welke van de volgende virussen gebruikt enzymen van de gastheer voor biosynthetische processen?
Welke complicatie kan voortkomen uit een infectie met het mazelenvirus?
Welke complicatie kan voortkomen uit een infectie met het mazelenvirus?
Wat is een kenmerk van het mazelenvirus?
Wat is een kenmerk van het mazelenvirus?
Wat veroorzaken de 'Koplik-vlekken' tijdens een mazeleninfectie?
Wat veroorzaken de 'Koplik-vlekken' tijdens een mazeleninfectie?
Bij welke leeftijdsgroep is het mazelen-mumps-rodeo vaccinatieprogramma vooral gericht?
Bij welke leeftijdsgroep is het mazelen-mumps-rodeo vaccinatieprogramma vooral gericht?
Welke van de volgende griepvarianten vertoont een 'shift'?
Welke van de volgende griepvarianten vertoont een 'shift'?
Wat is een gevolg van de secundaire bacteriële infecties bij mazelen?
Wat is een gevolg van de secundaire bacteriële infecties bij mazelen?
Welke van onderstaande beschrijvingen past bij de Mexicaanse griep?
Welke van onderstaande beschrijvingen past bij de Mexicaanse griep?
Wat gebeurt er bij een antigenic drift?
Wat gebeurt er bij een antigenic drift?
Wat is de primaire functie van (+) strand RNA in virussen zoals het poliovirus?
Wat is de primaire functie van (+) strand RNA in virussen zoals het poliovirus?
Welke stap is essentieel voor de synthese van mRNA in (-) strand RNA virussen?
Welke stap is essentieel voor de synthese van mRNA in (-) strand RNA virussen?
Wat gebeurt er in de vroege fase van de replicatiecyclus van een togavirus?
Wat gebeurt er in de vroege fase van de replicatiecyclus van een togavirus?
Wat is een kenmerk van (-) strand RNA virussen in tegenstelling tot (+) strand RNA virussen?
Wat is een kenmerk van (-) strand RNA virussen in tegenstelling tot (+) strand RNA virussen?
Wat is de rol van nucleoproteïnen in de replicatiecyclus van RNA virussen?
Wat is de rol van nucleoproteïnen in de replicatiecyclus van RNA virussen?
Wat gebeurt er na de endocytose bij een (-) strand RNA virus?
Wat gebeurt er na de endocytose bij een (-) strand RNA virus?
Welke stap in de replicatiecyclus van influenza virus is anders dan bij andere (-) strand RNA virussen?
Welke stap in de replicatiecyclus van influenza virus is anders dan bij andere (-) strand RNA virussen?
Wat is een gevolg van recombinatie bij RNA virussen?
Wat is een gevolg van recombinatie bij RNA virussen?
Flashcards
Respiratoir Syncytieel Virus (RSV)
Respiratoir Syncytieel Virus (RSV)
Een virus dat ernstige luchtweginfecties kan veroorzaken, vooral gevaarlijk voor jonge kinderen.
Coronavirussen
Coronavirussen
Een familie van virussen die verantwoordelijk zijn voor verschillende ademhalingsziekten, waaronder COVID-19.
RT-PCR Test
RT-PCR Test
Een test die genetisch materiaal van het virus detecteert, zeer gevoelig en kwantitatief, maar duur en gespecialiseerd.
Antigen Test
Antigen Test
Signup and view all the flashcards
SARS-CoV-2
SARS-CoV-2
Signup and view all the flashcards
Antigeen-shift
Antigeen-shift
Signup and view all the flashcards
Antigeen-drift
Antigeen-drift
Signup and view all the flashcards
Hemagglutinine
Hemagglutinine
Signup and view all the flashcards
Neuraminidase
Neuraminidase
Signup and view all the flashcards
Antigene variatie
Antigene variatie
Signup and view all the flashcards
Tropisme
Tropisme
Signup and view all the flashcards
Replicatie van viraal DNA via gastheercel
Replicatie van viraal DNA via gastheercel
Signup and view all the flashcards
Mexicaanse griep (2009)
Mexicaanse griep (2009)
Signup and view all the flashcards
Vroege genen
Vroege genen
Signup and view all the flashcards
Parvovirus
Parvovirus
Signup and view all the flashcards
Antigenic drift
Antigenic drift
Signup and view all the flashcards
Antigenic shift
Antigenic shift
Signup and view all the flashcards
Synthese en assemblage van virions
Synthese en assemblage van virions
Signup and view all the flashcards
Virion release
Virion release
Signup and view all the flashcards
Influenzavirus RNA-structuur
Influenzavirus RNA-structuur
Signup and view all the flashcards
Mazelen
Mazelen
Signup and view all the flashcards
Penetratie en ontmanteling
Penetratie en ontmanteling
Signup and view all the flashcards
Koplik-vlekken
Koplik-vlekken
Signup and view all the flashcards
Adsorptie
Adsorptie
Signup and view all the flashcards
Mazelen: complicaties
Mazelen: complicaties
Signup and view all the flashcards
MMR-vaccin
MMR-vaccin
Signup and view all the flashcards
Varicella-zoster virus (VZV)
Varicella-zoster virus (VZV)
Signup and view all the flashcards
Waterpokken (Varicella)
Waterpokken (Varicella)
Signup and view all the flashcards
Gordelroos (Zona)
Gordelroos (Zona)
Signup and view all the flashcards
Druppelinfectie
Druppelinfectie
Signup and view all the flashcards
Acyclovir
Acyclovir
Signup and view all the flashcards
Vaccinatie tegen VZV
Vaccinatie tegen VZV
Signup and view all the flashcards
Latente fase van VZV
Latente fase van VZV
Signup and view all the flashcards
Herpes Zoster
Herpes Zoster
Signup and view all the flashcards
Positief-streng RNA (+RNA)
Positief-streng RNA (+RNA)
Signup and view all the flashcards
Negatief-streng RNA (-RNA)
Negatief-streng RNA (-RNA)
Signup and view all the flashcards
RNA-afhankelijke RNA-polymerase (RdRp)
RNA-afhankelijke RNA-polymerase (RdRp)
Signup and view all the flashcards
Viraal RNA-synthese
Viraal RNA-synthese
Signup and view all the flashcards
Vroege eiwitten
Vroege eiwitten
Signup and view all the flashcards
Late eiwitten
Late eiwitten
Signup and view all the flashcards
Verpakking van virusdeeltjes
Verpakking van virusdeeltjes
Signup and view all the flashcards
Cap-matching
Cap-matching
Signup and view all the flashcards
Recombinatie
Recombinatie
Signup and view all the flashcards
Study Notes
Virologie Hoofdstuk 1: Deel 1
- Wat is een virus?
- Levenloos buiten een cel, levend in een cel
- Intracellulair verplicht
- Integreren niet in menselijk DNA (meestal), maar soms wel
- Virussen verwijder je met zeep (meestal), maar sommige virussen hebben geen enveloppe dus zeep heeft minder effect
- Definitie van virus:
- Een infectieuze, obligaat intracellulaire parasiet
- Bestaande uit genetisch materiaal (DNA of RNA)
- Omgeven door een proteïnemant en/of een enveloppe (een fosfolipidendubbellaag afkomstig van een gastheercel membraan)
- Virus structuur:
- Er zijn twee typen virussen: naakt en enveloped
- Naakt virus heeft geen enveloppe
- Enveloped virus: heeft een enveloppe bestaande uit een fosfolipiden enveloppe
- Op de enveloppe zitten spikes die dienen voor hechting aan de gastheercel.
- Soorten virussen:
- Helische symmetrie: langwerpig (vb. tabak mozaïek virus)
- Icosahedrale symmetrie: bolvormig (vb. poliovirus)
- Complexe symmetrie: andere vormen (vb. bacteriofagen)
- Grootte van virussen:
- Meestal in nanometer (10-9 meter)
- Virale repliatie:
- Virussen kunnen zich niet zelfstandig reproduceren, ze hebben een gastheercel nodig
- Een virus infectorce eerst de gastheercel en zorgt dan voor repliatie van zijn eigen genetisch materiaal
- Kweek van virussen:
- Dierlijke virussen gekweekt in diermodellen of ei cellen
- Bacteriële virussen worden gekweekt (gedurende kortere tijd) in bouillon of op agar gegroeide bacteriën
- Cellulaire culturen worden gebruikt voor humane/dierlijke virussen.
- Detectie van virussen:
- Via elektronenmicroscoop
- Via celculturen
- Via virale antigenen die mbv antilichamen gedetecteerd worden (ELISA)
- Via virale nucleic acids die met polymerase chain reaction (PCR) gedetecteerd worden
- Verschillende manieren virussen op te zuiveren:
- Differentiële centrifugatie (verschillende stappen, hoge g → lage g waarde)
- Densiteits gradiënt centrifugatie
- Precipitatie
- enzymatische digestie van cellulaire componenten
Virologie Hoofdstuk 1: Deel 2
- Virale enveloppen en enzymen:
- Veel virussen hebben een enveloppe afkomstig van de gastheercel membraan.
- Enzymen (bv. reverse transcriptase bij RNA virussen) helpen met de replicatie van het virale genoom.
- Virale nucleinezuren:
- Virussen kunnen een enkelstrengig of dubbelstrengig DNA of RNA genoom hebben
- Baltimore classificatie:
- Virussen worden geclassificeerd in categorieen op basis van hoe het virus mRNA maakt
- 7 verschillende groepen.
Virologie Hoofdstuk 1: Deel 3
- Algemeen schema van virale reproductie:
- Hechting: virus aan gastheercel
- Intrede: virus in gastheercel (enkel genoom of volledig virus)
- Synthese: virale proteïnen en nucleïnezuren
- Assemblage: van volledige virus deeltjes
- Vrijlating: virus deeltjes van gastheercel.
- Classificatie van virussen:
- Gegeven in de tekst. (Dit zal veel data omvatten).
Virologie Hoofdstuk 1: Deel 4
- Kweek van virussen (human/dierlijk):
- Ziekte kan worden gekweekt in celculturen, embryonale eieren of proefdieren
- Detectie virale componenten:
- Verschillende methoden beschikbaar, bv. electronenmicroscopie, celcultuur, detectie via antigenen of via nucleic acids
Virologie Hoofdstuk 2: Bacteriofagen
- horizontale genenoverdracht:
- Conjugatie, transformatie, transductie
- One-step growth experiment:
- Procédé om virussen te kweeken in cellen
- Lytische cyclus:
- Besmetting, replicatie, assemblage, oplossen/lysen van gastheercel, vrijkomen van nieuwe virussen.
- Lysogene cyclus:
- Integratie van virale DNA in gastheercel genoom, replicatie van virale DNA met gastheer cel, vrijkomen van virale DNA bij stress.
- Generalised transduction:
- Overdracht virale DNA van een bacterie naar een andere bacterie via een virus
- Specialised transduction:
- Overdracht van specifieke genen vanaf een bacterie naar een andere via een virus
Virologie Hoofdstuk 3: Deel 1: Virussen van eukaryoten en andere a-cellulaire agentia
- Taxonomie van eukaryote virussen:
- Basis voor classificatie = structuur genoom, replicatiestrategie, morfologie (enveloppe, geometrie capside) en genetische verwantschappen. Veel virussen zijn benoemd door het type cel die ze aanvallen, alsmede het type dier die ze infecteren.
- Taxonomie van dierlijke DNA virussen:
- Veel data
- Taxonomie van dierlijke RNA virussen:
- Veel data
Reproductie van dierlijke virussen
- Reproductie van dierlijke virussen:
- Adsorptie → penetratie → replicatie genoom → eiwitsynthese → assemblage → vrijlating
Virologie Hoofdstuk 3: Deel 1: Virussen van eukaryoten en andere a-cellulaire agentia, vervolg
- Reproductie van dierlijke virussen:
- Adsorptie, penetratie en ontmanteling
- Replicatie van virale nucleïnezuren
- Synthese van virale eiwitten
- Assemblage van nieuwe virussen
- Vrijlating van nieuwe virussen
Virologie Hoofdstuk 3: Deel 2
- Synthese en assemblage van virale capsiden:
- Late (virus) genen coderen voor capside proteïnen
- Lege procapsiden vormen
- Virale DNA/RNA (genoom) in capside
- Virale vrijlating:
- Door lysis van gastheercel.
- Door “budding” (nieuw infectie deeltje snijdt een klein stukje membraan en neemt er een deel van mee) van het celmembraan.
Symptomen en effecten van virussen op cellen:
- Acute infecties:
- Meestal kort en krachtig
- Persistente infecties:
- Langdurige infectie, patiënt blijft drager. Kan leiden tot kanker. Soms geen symptomen.
- Virus effecten/mechanisme op menselijke cellen:
- Activatie immuunsysteem, schade door enzymen, andere stoornissen.
Mogelijke oorzaken van persistente infecties:
- Integratie van het virale genoom in het gastheergenoom
- Mutaties
Virussen en Kanker
- Mechanismen:
- Retrovirussen kunnen oncogenen toevoegen aan gastheercel.
- Voorbeelden virussen gerelateerd aan kanker:
- Epstein-Barr Virus (EBV), Hepatitis B virus (HBV), Hepatitis C virus (HCV) ,Humane papillomavirus (HPV).
Viroïden en Satellieten
- Viroïden: kleine, infectieuze, genetisch materiaal zonder eiwitmantel.
- Satellieten: genetisch materiaal die hulp nodig hebben van een helper virus om te repliceren.
Prionen
- Prionen: Proteïnen die ongewoon gevouwen zijn en andere correcte proteïnen kunnen incorrect vouwen → schade.
- Ziektebeelden: BSE (Gekekoeienziekte), vCJD.
Vaccinatie
- Active: afgeleid materiaal of verzwakt pathogeen
- Passive: instellen van antistoffen of immuuncellen in de gastheer.
- Herd immunity: opvolgen virusverspreiding
Classificatie systemen ziekte
- CDC Classificatie systeem HIV:
- Acuut (serologische fase), asymptomatisch, chronisch, AIDS.
Laboratorium Diagnose
- Direct: Virus detecteren, ELISA, PCR, electronenmicroscopie
- Indirect: Serologie: antilichamen detecteren, celculturen
Studying That Suits You
Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.
Related Documents
Description
Test je kennis over virussen met deze quiz over Hoofdstuk 1. Leer meer over de structuur, soorten en definities van virussen. Ontdek hoe virussen zich gedragen en welke typen er bestaan.