Verschuivingen in Vraag en Aanbod

Choose a study mode

Play Quiz
Study Flashcards
Spaced Repetition
Chat to Lesson

Podcast

Play an AI-generated podcast conversation about this lesson

Questions and Answers

Wat is de helling van een vraagcurve volgens de tekst?

  • Oneindig; een kleine prijsverandering leidt tot een oneindige verandering in de gevraagde hoeveelheid.
  • Positief; de gevraagde hoeveelheid stijgt als de prijs stijgt.
  • Negatief; de gevraagde hoeveelheid daalt als de prijs stijgt. (correct)
  • Nul; de prijs heeft geen invloed op de gevraagde hoeveelheid.

Marktruiming garandeert dat vraag altijd gelijk is aan aanbod, zelfs op korte termijn.

False (B)

Wat wordt bedoeld met 'sticky prijzen'?

Prijzen die zich traag aanpassen aan veranderingen in vraag of aanbod

Een verschuiving van de aanbodcurve van S naar S' veroorzaakt een ______ in de prijs.

<p>daling</p> Signup and view all the answers

Match the volgende concepten met hun definitie:

<p>Nominale waarde = Waarde uitgedrukt in de huidige euro's. Reële waarde = Waarde uitgedrukt in euro's van een bepaalde periode. Vraagcurve = Grafische weergave van de relatie tussen prijs en gevraagde hoeveelheid. Aanbodcurve = Grafische weergave van de relatie tussen prijs en aangeboden hoeveelheid.</p> Signup and view all the answers

Wat is het gevolg van een stijging in de vraag (verschuiving van D naar D') op de korte termijn, wanneer de prijzen nog niet volledig flexibel zijn?

<p>Een tijdelijk tekort, waardoor de prijs uiteindelijk zal stijgen. (B)</p> Signup and view all the answers

Volgens de tekst, zullen markten niet ruimen op lange termijn als prijzen flexibel zijn.

<p>False (B)</p> Signup and view all the answers

Geef een voorbeeld van een situatie waarin de nominale waarde van een goed verschilt van de reële waarde.

<p>Inschrijvingsgeld dat nominaal 900 euro kost, maar in reële waarde (prijzen van 1995) 1200 euro waard is.</p> Signup and view all the answers

Als prijzen stroperig zijn, is het mogelijk dat ______ niet gelijk is aan ______.

<p>vraag; aanbod</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende opties is een gevolg van 'sticky' prijzen op de korte termijn?

<p>Werkloosheid kan ontstaan. (A)</p> Signup and view all the answers

Flashcards

Vraagcurve

De vraagcurve heeft een negatieve helling: als de prijs stijgt, daalt de gevraagde hoeveelheid.

Aanbodcurve

De aanbodcurve heeft een positieve helling: als de prijs stijgt, stijgt de aangeboden hoeveelheid.

Marktruiming

Prijzen passen zich aan om vraag en aanbod in evenwicht te brengen.

Stroperige prijzen

Prijzen passen zich traag aan bij veranderingen in vraag of aanbod.

Signup and view all the flashcards

Nominale waarde

Waarde uitgedrukt in de huidige euro's.

Signup and view all the flashcards

Reële waarde

Waarde uitgedrukt in euro's van een bepaald jaar.

Signup and view all the flashcards

Werkloosheid (korte termijn)

Werkloosheid ontstaat omdat bedrijven niet alles kunnen verkopen.

Signup and view all the flashcards

Study Notes

Verschuiving langs de curve

  • De vraagcurve heeft een negatieve helling; wanneer de prijs stijgt, daalt de gevraagde hoeveelheid.
  • De aanbodcurve heeft een positieve helling; wanneer de prijs stijgt, stijgt ook de aangeboden hoeveelheid.

Verschuiving van de curve

  • Een verschuiving van de vraag (D naar D') zorgt voor opwaartse druk op de prijs tot punt 2.
  • De originele prijs P* ruimt de markt niet langer.
  • Een verschuiving van het aanbod (S naar S') waarbij de prijs daalt, zorgt ervoor dat het aanbod stijgt.
  • Het is voor bedrijven winstgevender om meer te verkopen wat resulteert in een prijsdaling en een groter aanbod.

Marktruiming

  • Marktruiming is de aanname dat prijzen flexibel zijn en zich aanpassen om vraag en aanbod in evenwicht te brengen.
  • Op korte termijn zijn veel prijzen stroperig en passen ze zich traag aan veranderingen in vraag of aanbod aan.
  • Als prijzen stroperig zijn op korte termijn, kunnen vraag en aanbod verschillen, wat bijvoorbeeld werkloosheid verklaart.
  • Dit verklaart ook waarom bedrijven niet altijd alle goederen kunnen verkopen.
  • Op lange termijn zullen markten ruimen en gedraagt de economie zich anders als prijzen flexibel zijn.
  • In theorie is een aanpassing direct zichtbaar op een grafiek.
  • In de praktijk is de aanpassing niet continu en gebeurt niet automatisch.
  • Marktruimende modellen nemen aan dat lonen en prijzen flexibel zijn, terwijl sommige prijzen rigide of weinig flexibel zijn.
  • Marktruiming beschrijft het evenwicht waar de markt naartoe beweegt, niet het evenwicht op elk punt.
  • Op lange termijn zijn er flexibele prijzen (vrije markt).
  • Op korte termijn zijn er sticky prijzen.

Het verschil tussen reële en nominale hoeveelheden

  • Nominaal: de waarde uitgedrukt in euro's van vandaag.
  • Reëel: de waarde uitgedrukt in euro's van een bepaalde periode.
  • Nominale waarde van inschrijvingsgeld: 900 euro.
  • Reële waarde van de beurs in prijzen van 1995: 1200 euro.

Studying That Suits You

Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.

Quiz Team

Related Documents

More Like This

Use Quizgecko on...
Browser
Browser