Podcast
Questions and Answers
Welke functie hebben astrocyten in het centrale zenuwstelsel?
Welke functie hebben astrocyten in het centrale zenuwstelsel?
- Beschermen het centrale zenuwstelsel tegen beschadiging
- Zorgen voor de isolatie van axonen
- Verhogen de snelheid van prikkelgeleiding
- Geven stof af voor bewaren bloed-hersenbarrière (correct)
Wat is de functie van oligodendrocyten in het centrale zenuwstelsel?
Wat is de functie van oligodendrocyten in het centrale zenuwstelsel?
- Beschermen tegen beschadiging
- Isoleren van axonen door myelinevorming (correct)
- Reguleren de bloedstroom in het centrale zenuwstelsel
- Zorgen voor de steun van neuronen
Wat is de functie van microgliacellen in het centrale zenuwstelsel?
Wat is de functie van microgliacellen in het centrale zenuwstelsel?
- Zorgen voor de isolatie van axonen
- Fagocyteren en beschermen tegen infecties (correct)
- Verhogen de snelheid van prikkelgeleiding
- Beschermen tegen beschadiging
Wat is de functie van ependymcellen in het centrale zenuwstelsel?
Wat is de functie van ependymcellen in het centrale zenuwstelsel?
Wat is de functie van schwann-cellen in het perifere zenuwstelsel?
Wat is de functie van schwann-cellen in het perifere zenuwstelsel?
Wat is de functie van synapsen in het zenuwstelsel?
Wat is de functie van synapsen in het zenuwstelsel?
Welke structuur is verantwoordelijk voor de isolatie van axonen in het centrale zenuwstelsel?
Welke structuur is verantwoordelijk voor de isolatie van axonen in het centrale zenuwstelsel?
Wat is de functie van neurotransmitters in synapsen?
Wat is de functie van neurotransmitters in synapsen?
Wat is het doel van het zenuwstelsel en het hormoonstelsel?
Wat is het doel van het zenuwstelsel en het hormoonstelsel?
Welk deel van het zenuwstelsel is verantwoordelijk voor het integreerden van sensorische informatie?
Welk deel van het zenuwstelsel is verantwoordelijk voor het integreerden van sensorische informatie?
Wat is de functie van neuroglia?
Wat is de functie van neuroglia?
Hoe noemt men het gebied dat cellichamen van neuronen bevat?
Hoe noemt men het gebied dat cellichamen van neuronen bevat?
Wat is het verschil tussen multipolaire en bipolaire neuronen?
Wat is het verschil tussen multipolaire en bipolaire neuronen?
Wat is de functie van sensibele neuronen?
Wat is de functie van sensibele neuronen?
Wat is het verschil tussen somatische en viscerale receptoren?
Wat is het verschil tussen somatische en viscerale receptoren?
Wat is de functie van motorische neuronen?
Wat is de functie van motorische neuronen?
Welke neurotransmitter heeft een stimulerend effect?
Welke neurotransmitter heeft een stimulerend effect?
Wat gebeurt er met ACh in de synapsspleet?
Wat gebeurt er met ACh in de synapsspleet?
Welke laag van de hersenvliezen is stevig verbonden met het ondergelegen zenuwweefsel?
Welke laag van de hersenvliezen is stevig verbonden met het ondergelegen zenuwweefsel?
Wat is de functie van de durale plooien?
Wat is de functie van de durale plooien?
Wat bevat de subarachnoidea ruimte?
Wat bevat de subarachnoidea ruimte?
Welke neurotransmitter wordt afgebroken door monoamino-oxidase (MAO)?
Welke neurotransmitter wordt afgebroken door monoamino-oxidase (MAO)?
Wat is de functie van het bloedvaten in de meninges?
Wat is de functie van het bloedvaten in de meninges?
Welke laag van de hersenvliezen is vergroeid met het periost van de schedel?
Welke laag van de hersenvliezen is vergroeid met het periost van de schedel?
Wat is de functie van de hersenvliezen?
Wat is de functie van de hersenvliezen?
Welke eigenschap onderscheidt het zenuwstelsel van andere orgaanstelsels?
Welke eigenschap onderscheidt het zenuwstelsel van andere orgaanstelsels?
Wat is de functie van de zintuigen in het zenuwstelsel?
Wat is de functie van de zintuigen in het zenuwstelsel?
Welke celtype is verantwoordelijk voor de steunfunctie in het zenuwstelsel?
Welke celtype is verantwoordelijk voor de steunfunctie in het zenuwstelsel?
Wat is de functie van het centrale zenuwstelsel?
Wat is de functie van het centrale zenuwstelsel?
Welke deel van het zenuwstelsel is verantwoordelijk voor de communicatie tussen het centrale en perifeer zenuwstelsel?
Welke deel van het zenuwstelsel is verantwoordelijk voor de communicatie tussen het centrale en perifeer zenuwstelsel?
Wat is de functie van dendrieten in een neuron?
Wat is de functie van dendrieten in een neuron?
Welke neurotransmitter is betrokken bij de regulering van het autonome zenuwstelsel?
Welke neurotransmitter is betrokken bij de regulering van het autonome zenuwstelsel?
Wat is de functie van het sympathische deel van het autonome zenuwstelsel?
Wat is de functie van het sympathische deel van het autonome zenuwstelsel?
Welke celtype in het centrale zenuwstelsel vormt een structuur rond axonen?
Welke celtype in het centrale zenuwstelsel vormt een structuur rond axonen?
Welke functie vervult microgliacellen in het centrale zenuwstelsel?
Welke functie vervult microgliacellen in het centrale zenuwstelsel?
Wat is de functie van ependymcellen in het centrale zenuwstelsel?
Wat is de functie van ependymcellen in het centrale zenuwstelsel?
Wat is de functie van Schwann-cellen in het perifere zenuwstelsel?
Wat is de functie van Schwann-cellen in het perifere zenuwstelsel?
Wat is de functie van synapsen in het zenuwstelsel?
Wat is de functie van synapsen in het zenuwstelsel?
Welke structuur is verantwoordelijk voor de isolatie van axonen in het centrale zenuwstelsel?
Welke structuur is verantwoordelijk voor de isolatie van axonen in het centrale zenuwstelsel?
Wat is de functie van neurotransmitters in synapsen?
Wat is de functie van neurotransmitters in synapsen?
Wat is het doel van het zenuwstelsel?
Wat is het doel van het zenuwstelsel?
Welke neurotransmitter heeft een stimulerend effect en wordt vrijgezet in cholinerge synapsen?
Welke neurotransmitter heeft een stimulerend effect en wordt vrijgezet in cholinerge synapsen?
Waar vindt de binding van acetylcholine plaats?
Waar vindt de binding van acetylcholine plaats?
Wat is de functie van acetylcholinesterase?
Wat is de functie van acetylcholinesterase?
Welke laag van de hersenvliezen is stevig verbonden met het ondergelegen zenuwweefsel?
Welke laag van de hersenvliezen is stevig verbonden met het ondergelegen zenuwweefsel?
Wat is de functie van de hersenvliezen?
Wat is de functie van de hersenvliezen?
Wat is de functie van de durale plooien?
Wat is de functie van de durale plooien?
Wat bevat de subarachnoidea ruimte?
Wat bevat de subarachnoidea ruimte?
Welke neurotransmitter wordt afgebroken door monoamino-oxidase?
Welke neurotransmitter wordt afgebroken door monoamino-oxidase?
Wat is de functie van het bloedvaten in de meninges?
Wat is de functie van het bloedvaten in de meninges?
Neurogliacellen worden zowel in het ______ zenuwstelsel en perifeer zenuwstelsel gevonden.
Neurogliacellen worden zowel in het ______ zenuwstelsel en perifeer zenuwstelsel gevonden.
Astrocyten zijn het ______ talrijk in het centrale zenuwstelsel.
Astrocyten zijn het ______ talrijk in het centrale zenuwstelsel.
Oligodendrocyten vormen een ______ vlies rond axonen, dat myeline wordt genoemd.
Oligodendrocyten vormen een ______ vlies rond axonen, dat myeline wordt genoemd.
Door het vrijgeven van ______ kan een elektrische ontlading veroorzaakt worden in de synaps.
Door het vrijgeven van ______ kan een elektrische ontlading veroorzaakt worden in de synaps.
Neurotransmitters zoals ______ en noradrenaline hebben een stimulerend effect.
Neurotransmitters zoals ______ en noradrenaline hebben een stimulerend effect.
Microgliacellen zijn ______ en minst talrijke neurogliacellen.
Microgliacellen zijn ______ en minst talrijke neurogliacellen.
Ependymcellen bekleden het centrale kanaal van het ______ en de ventrikels van de hersenen.
Ependymcellen bekleden het centrale kanaal van het ______ en de ventrikels van de hersenen.
De outerste laag van de hersenvliezen is de ______.
De outerste laag van de hersenvliezen is de ______.
De binding van ______ vindt plaats in de synapsspleet en het postsynaptisch membraan.
De binding van ______ vindt plaats in de synapsspleet en het postsynaptisch membraan.
Schwann-cellen omgeven elk ______ buiten centrale zenuwstelsel.
Schwann-cellen omgeven elk ______ buiten centrale zenuwstelsel.
De ______ is de tweede laag van de hersenvliezen.
De ______ is de tweede laag van de hersenvliezen.
Neuronen in het centrale zenuwstelsel worden georganiseerd in ______ met duidelijke anatomische grenzen.
Neuronen in het centrale zenuwstelsel worden georganiseerd in ______ met duidelijke anatomische grenzen.
Synapsen maken deel uit van de communicatie tussen ______ en andere cellen.
Synapsen maken deel uit van de communicatie tussen ______ en andere cellen.
De ______ is de binneste laag van de hersenvliezen en is stevig verbonden met het ondergelegen zenuwweefsel.
De ______ is de binneste laag van de hersenvliezen en is stevig verbonden met het ondergelegen zenuwweefsel.
De ______ heeft een stimulerend effect en wordt vrijgezet in cholinerge synapsen.
De ______ heeft een stimulerend effect en wordt vrijgezet in cholinerge synapsen.
De ______ breekt acetylcholine af in acetaat en choline.
De ______ breekt acetylcholine af in acetaat en choline.
De ______ zijn cruciaal voor de aanvoer van zuurstof en voedingsstoffen aan de hersenen.
De ______ zijn cruciaal voor de aanvoer van zuurstof en voedingsstoffen aan de hersenen.
Het zenuwstelsel en het ______ coördineren de activiteiten van alle orgaanstelsels.
Het zenuwstelsel en het ______ coördineren de activiteiten van alle orgaanstelsels.
De centrale zenuwstelsel integreert en coördineert de verwerking van ______ informatie.
De centrale zenuwstelsel integreert en coördineert de verwerking van ______ informatie.
Neuronen communiceren onderling en met andere cellen bij alle ______ functies.
Neuronen communiceren onderling en met andere cellen bij alle ______ functies.
Het cellichaam van een neuron bevat een grote, ronde ______ met kernlichaam.
Het cellichaam van een neuron bevat een grote, ronde ______ met kernlichaam.
De vertakte ______ vangen inkomende signalen op en voeren informatie aan naar het cellichaam.
De vertakte ______ vangen inkomende signalen op en voeren informatie aan naar het cellichaam.
De ______ receptoren registreren informatie over activiteiten van het GI-stelsel, AH-stelsel, bloedvatenstelsel, voortplantingsstelsel en urinaire stelsel.
De ______ receptoren registreren informatie over activiteiten van het GI-stelsel, AH-stelsel, bloedvatenstelsel, voortplantingsstelsel en urinaire stelsel.
Het ______ zenuwstelsel stuurt contracties van skeletspieren aan.
Het ______ zenuwstelsel stuurt contracties van skeletspieren aan.
Het autonome zenuwstelsel regulereert onwillekeurig de ______ van gladspierweefsel, hartspierweefsel, klierweefsel en vetweefsel.
Het autonome zenuwstelsel regulereert onwillekeurig de ______ van gladspierweefsel, hartspierweefsel, klierweefsel en vetweefsel.
De neurotransmitter dopamine heeft een remmend effect op het centrale zenuwstelsel.
De neurotransmitter dopamine heeft een remmend effect op het centrale zenuwstelsel.
De hersenvliezen bestaan uit 4 lagen.
De hersenvliezen bestaan uit 4 lagen.
De isolatie van axonen in het centrale zenuwstelsel wordt verkregen door de aanwezigheid van myeline.
De isolatie van axonen in het centrale zenuwstelsel wordt verkregen door de aanwezigheid van myeline.
Acetylcholine heeft een stimulerend effect op het centrale zenuwstelsel.
Acetylcholine heeft een stimulerend effect op het centrale zenuwstelsel.
Ependymcellen zorgen voor de vorming van cerebrospinaal vocht in het centrale zenuwstelsel.
Ependymcellen zorgen voor de vorming van cerebrospinaal vocht in het centrale zenuwstelsel.
De subarachnoidea ruimte bevat bloedvaten.
De subarachnoidea ruimte bevat bloedvaten.
Microgliacellen zijn de meest talrijke neurogliacellen in het centrale zenuwstelsel.
Microgliacellen zijn de meest talrijke neurogliacellen in het centrale zenuwstelsel.
De pia mater is een gespecialiseerd vliezen dat centrale zenuwstelsel omgeeft.
De pia mater is een gespecialiseerd vliezen dat centrale zenuwstelsel omgeeft.
Satellietcellen omgeven en ondersteunen cellichamen in het perifere zenuwstelsel.
Satellietcellen omgeven en ondersteunen cellichamen in het perifere zenuwstelsel.
De neurotransmitter noradrenaline wordt afgebroken door acetylcholinesterase.
De neurotransmitter noradrenaline wordt afgebroken door acetylcholinesterase.
De snelheid van prikkelgeleiding wordt verlaagd door de aanwezigheid van myeline.
De snelheid van prikkelgeleiding wordt verlaagd door de aanwezigheid van myeline.
De dura mater is stevig verbonden met het ondergelegen zenuwweefsel.
De dura mater is stevig verbonden met het ondergelegen zenuwweefsel.
Schwann-cellen kunnen meerdere axonen omgeven in het perifere zenuwstelsel.
Schwann-cellen kunnen meerdere axonen omgeven in het perifere zenuwstelsel.
De hersenvliezen geven centrale zenuwstelsel fysieke stabiliteit.
De hersenvliezen geven centrale zenuwstelsel fysieke stabiliteit.
De communicatie tussen neuronen in het zenuwstelsel verloopt in twee richtingen.
De communicatie tussen neuronen in het zenuwstelsel verloopt in twee richtingen.
De arachnoidea is een harde hersenvlies.
De arachnoidea is een harde hersenvlies.
Neuroglia heeft geen functie in het zenuwstelsel.
Neuroglia heeft geen functie in het zenuwstelsel.
Het zenuwstelsel is het enige orgaanstelsel dat elektrische prikkels gebruikt om informatie door te geven.
Het zenuwstelsel is het enige orgaanstelsel dat elektrische prikkels gebruikt om informatie door te geven.
De hersenen en het ruggenmerg maken deel uit van het perifeer zenuwstelsel.
De hersenen en het ruggenmerg maken deel uit van het perifeer zenuwstelsel.
Neuroglia-cellen zijn verantwoordelijk voor de communicatie tussen neuronen.
Neuroglia-cellen zijn verantwoordelijk voor de communicatie tussen neuronen.
Sensibele neuronen zijn verantwoordelijk voor het doorgeven van informatie van het centrale zenuwstelsel naar spieren en klieren.
Sensibele neuronen zijn verantwoordelijk voor het doorgeven van informatie van het centrale zenuwstelsel naar spieren en klieren.
Het autonome zenuwstelsel is verantwoordelijk voor de willekeurige regulering van skeletspieren.
Het autonome zenuwstelsel is verantwoordelijk voor de willekeurige regulering van skeletspieren.
Het sympathische deel van het autonome zenuwstelsel werkt tegengesteld aan het parasympatische deel.
Het sympathische deel van het autonome zenuwstelsel werkt tegengesteld aan het parasympatische deel.
De functie van dendrieten is om uitgaande informatie weg te voeren naar synapskoppen.
De functie van dendrieten is om uitgaande informatie weg te voeren naar synapskoppen.
Het zenuwstelsel en het hormoonstelsel werken samen om homeostase te handhaven.
Het zenuwstelsel en het hormoonstelsel werken samen om homeostase te handhaven.
Study Notes
###Het Zenuwstelsel
- Het zenuwstelsel coördineert de activiteiten van alle orgaanstelsels en houdt homeostase in stand.
- Het reageert op prikkels met een snelheid die varieert van onmiddellijk (zenuwstelsel) tot trager (hormoonstelsel).
###Deel 1: Indeling van het Zenuwstelsel
- Het zenuwstelsel bestaat uit het centrale zenuwstelsel (CZS) en het perifeer zenuwstelsel (PZS).
- Het CZS bestaat uit de hersenen en het ruggenmerg en is verantwoordelijk voor het integreren en coördineren van sensorische informatie.
- Het PZS bestaat uit alle zenuwweefsel buiten het CZS en verwerkt communicatie tussen het CZS en de rest van het lichaam.
- Het zenuwstelsel bestaat uit twee delen: het somatische zenuwstelsel (willekeurig) en het autonome zenuwstelsel (onwillekeurig).
###Deel 2: Neuronen
- Neuronen zijn de basiseenheden van het zenuwstelsel en bestaan uit een cellichaam, dendrieten en een axon.
- Er zijn verschillende soorten neuronen, zoals sensibele neuronen, motorische neuronen en schakelcellen.
- Neuroglia zijn steunweefselcellen die het zenuwstelsel ondersteunen.
###Deel 3: Synapsen
- Synapsen zijn de verbindingen tussen neuronen en andere cellen.
- Synapsen gebruiken neurotransmitters om informatie over te brengen.
- Er zijn verschillende soorten neurotransmitters, zoals acetylcholine, noradrenaline, dopamine, GABA en serotonine.
###Deel 4: Hersenvliezen
- Hersenvliezen zijn gespecialiseerde vliezen die het centrale zenuwstelsel omgeven.
- Er zijn drie lagen: dura mater, arachnoidea en pia mater.
- Hersenvliezen geven het centrale zenuwstelsel fysieke stabiliteit, absorberen schokken en voorzien het zenuwstelsel van O2 en voedingsstoffen.
###Het Zenuwstelsel
- Het zenuwstelsel coördineert de activiteiten van alle orgaanstelsels en houdt homeostase in stand.
- Het reageert op prikkels met een snelheid die varieert van onmiddellijk (zenuwstelsel) tot trager (hormoonstelsel).
###Deel 1: Indeling van het Zenuwstelsel
- Het zenuwstelsel bestaat uit het centrale zenuwstelsel (CZS) en het perifeer zenuwstelsel (PZS).
- Het CZS bestaat uit de hersenen en het ruggenmerg en is verantwoordelijk voor het integreren en coördineren van sensorische informatie.
- Het PZS bestaat uit alle zenuwweefsel buiten het CZS en verwerkt communicatie tussen het CZS en de rest van het lichaam.
- Het zenuwstelsel bestaat uit twee delen: het somatische zenuwstelsel (willekeurig) en het autonome zenuwstelsel (onwillekeurig).
###Deel 2: Neuronen
- Neuronen zijn de basiseenheden van het zenuwstelsel en bestaan uit een cellichaam, dendrieten en een axon.
- Er zijn verschillende soorten neuronen, zoals sensibele neuronen, motorische neuronen en schakelcellen.
- Neuroglia zijn steunweefselcellen die het zenuwstelsel ondersteunen.
###Deel 3: Synapsen
- Synapsen zijn de verbindingen tussen neuronen en andere cellen.
- Synapsen gebruiken neurotransmitters om informatie over te brengen.
- Er zijn verschillende soorten neurotransmitters, zoals acetylcholine, noradrenaline, dopamine, GABA en serotonine.
###Deel 4: Hersenvliezen
- Hersenvliezen zijn gespecialiseerde vliezen die het centrale zenuwstelsel omgeven.
- Er zijn drie lagen: dura mater, arachnoidea en pia mater.
- Hersenvliezen geven het centrale zenuwstelsel fysieke stabiliteit, absorberen schokken en voorzien het zenuwstelsel van O2 en voedingsstoffen.
Here are the study notes:
Het Nervousysteem en Hormoonstelsel
- Coördineren de activiteiten van alle orgaanstelsels om homeostase te handhaven
- Reactiesnelheid:
- Zenuwstelsel: onmiddellijk maar kort
- Hormoonstelsel: trager maar langer
Het Zenuwstelsel
- Meest complexe van alle orgaanstelsels
- Wisselend activiteitenpatroon
- Elektrische prikkels die toelaten om gebeurtenissen onmiddellijk te starten/stoppen
Functies van het Zenuwstelsel
- Meet het interne en externe milieu
- Integreert informatie van de zintuigen
- Coördineert gewilde en ongewilde reacties van vele andere orgaanstelsels
- Functies worden uitgevoerd door neuronen/neuroglia
Anatomische Indeling
- Centrale zenuwstelsel (CZS):
- Integreert en coördineert de verwerking van sensorische informatie
- Doorgeven van impulsen naar de spieren
- Hogere functies – intelligentie, geheugen en emoties
- Perifeer zenuwstelsel (PZS):
- Verzorgt alle communicatie tussen centrale zenuwstelsel en de rest van het lichaam
- Alle zenuwweefsel buiten centrale zenuwstelsel
Functionele Indeling
- Zintuigen of receptoren nemen prikkels waar en zenden dit over de afferente banen naar centrale zenuwstelsel voor verwerking van de informatie
- Na verwerking van de informatie zal het centrale zenuwstelsel motorische impulsen terugzenden via efferente banen naar spieren, klieren, organen, vetweefsel = Effectoren
- Efferente deel perifeer zenuwstelsel:
- Somatisch zenuwstelsel – willekeurig
- Autonome zenuwstelsel – onwillekeurig
Neuronen
- 2 typen cellen:
- Neuronen
- Neuroglia
- Algemene structuur neuron:
- Cellichaam
- Dendrieten
- Axon
- Bouw van een neuron:
- Op basis van relatie dendrieten tot cellichaam
- Multipolair
- Unipolair
- Bipolair
Funtionele Indeling van Neuronen
- Op basis van de functie van het neuron:
- Sensibele neuronen
- Motorische neuronen
- Schakelcellen
Neuroglia
- In centrale zenuwstelsel en perifeer zenuwstelsel gevonden
- In centrale zenuwstelsel:
- Astrocyten
- Oligodendrocyten
- Microgliacellen
- Ependymcellen
- In perifeer zenuwstelsel:
- Satellietcellen
- Schwann-cellen
Organisatie Neuronen in het Zenuwstelsel
- Geen willekeurige verspreiding van neuronen en hun axonen in centrale zenuwstelsel of perifeer zenuwstelsel
- Duidelijke organisatie in groepen of bundels met duidelijke anatomische grenzen en specifieke termen
- Perifeer zenuwstelsel:
- Ganglia
- Zenuwen
- Centraal zenuwstelsel:
- Centrum
- Bundels van axonen
- Sensibele banen (opstijgende banen)
- Motorische banen (dalende banen)
- Kolommen
Here are the study notes:
Het Nervousysteem en Hormoonstelsel
- Coördineren de activiteiten van alle orgaanstelsels om homeostase te handhaven
- Reactiesnelheid:
- Zenuwstelsel: onmiddellijk maar kort
- Hormoonstelsel: trager maar langer
Het Zenuwstelsel
- Meest complexe van alle orgaanstelsels
- Wisselend activiteitenpatroon
- Elektrische prikkels die toelaten om gebeurtenissen onmiddellijk te starten/stoppen
Functies van het Zenuwstelsel
- Meet het interne en externe milieu
- Integreert informatie van de zintuigen
- Coördineert gewilde en ongewilde reacties van vele andere orgaanstelsels
- Functies worden uitgevoerd door neuronen/neuroglia
Anatomische Indeling
- Centrale zenuwstelsel (CZS):
- Integreert en coördineert de verwerking van sensorische informatie
- Doorgeven van impulsen naar de spieren
- Hogere functies – intelligentie, geheugen en emoties
- Perifeer zenuwstelsel (PZS):
- Verzorgt alle communicatie tussen centrale zenuwstelsel en de rest van het lichaam
- Alle zenuwweefsel buiten centrale zenuwstelsel
Functionele Indeling
- Zintuigen of receptoren nemen prikkels waar en zenden dit over de afferente banen naar centrale zenuwstelsel voor verwerking van de informatie
- Na verwerking van de informatie zal het centrale zenuwstelsel motorische impulsen terugzenden via efferente banen naar spieren, klieren, organen, vetweefsel = Effectoren
- Efferente deel perifeer zenuwstelsel:
- Somatisch zenuwstelsel – willekeurig
- Autonome zenuwstelsel – onwillekeurig
Neuronen
- 2 typen cellen:
- Neuronen
- Neuroglia
- Algemene structuur neuron:
- Cellichaam
- Dendrieten
- Axon
- Bouw van een neuron:
- Op basis van relatie dendrieten tot cellichaam
- Multipolair
- Unipolair
- Bipolair
Funtionele Indeling van Neuronen
- Op basis van de functie van het neuron:
- Sensibele neuronen
- Motorische neuronen
- Schakelcellen
Neuroglia
- In centrale zenuwstelsel en perifeer zenuwstelsel gevonden
- In centrale zenuwstelsel:
- Astrocyten
- Oligodendrocyten
- Microgliacellen
- Ependymcellen
- In perifeer zenuwstelsel:
- Satellietcellen
- Schwann-cellen
Organisatie Neuronen in het Zenuwstelsel
- Geen willekeurige verspreiding van neuronen en hun axonen in centrale zenuwstelsel of perifeer zenuwstelsel
- Duidelijke organisatie in groepen of bundels met duidelijke anatomische grenzen en specifieke termen
- Perifeer zenuwstelsel:
- Ganglia
- Zenuwen
- Centraal zenuwstelsel:
- Centrum
- Bundels van axonen
- Sensibele banen (opstijgende banen)
- Motorische banen (dalende banen)
- Kolommen
Studying That Suits You
Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.
Description
Ontdek hoe het zenuwstelsel de activiteiten van alle orgaanstelsels coördineert en homeostase in stand houdt. Leer over de indeling van het zenuwstelsel en zijn rol bij het reageren op prikkels.