Podcast
Questions and Answers
Welke van de volgende beweringen beschrijft het best het belang van transport doorheen celmembranen voor een cel?
Welke van de volgende beweringen beschrijft het best het belang van transport doorheen celmembranen voor een cel?
- Het transport van stoffen door membranen maakt de opname van essentiële voedingsstoffen en de afvoer van afvalstoffen mogelijk. (correct)
- Het transport van stoffen door membranen is niet belangrijk, omdat de cel zelf alle benodigde stoffen kan aanmaken.
- Het transport van stoffen door membranen is enkel nodig voor het handhaven van de celstructuur.
- Het transport van stoffen door membranen is alleen belangrijk voor cellen die actief bewegen.
Wat is het belangrijkste verschil tussen actief en passief transport doorheen een celmembraan?
Wat is het belangrijkste verschil tussen actief en passief transport doorheen een celmembraan?
- Actief transport vereist geen energie, terwijl passief transport wel energie vereist.
- Actief transport vereist energie, terwijl passief transport geen energie vereist. (correct)
- Actief transport vindt alleen plaats in dierlijke cellen, terwijl passief transport alleen in plantaardige cellen voorkomt.
- Er is geen verschil tussen actief en passief transport; beide processen zijn identiek.
Welke van de volgende structuren is essentieel voor de selectieve doorlaatbaarheid van een celmembraan?
Welke van de volgende structuren is essentieel voor de selectieve doorlaatbaarheid van een celmembraan?
- De hydrofiele staarten van de fosfolipiden die naar elkaar toe gericht zijn.
- De aanwezigheid van een enkele laag fosfolipiden.
- De afwezigheid van eiwitten in de membraan.
- De dubbele laag fosfolipiden met hydrofiele koppen aan beide zijden. (correct)
In welk scenario is de concentratiegradiënt de drijvende kracht achter het transport van een stof?
In welk scenario is de concentratiegradiënt de drijvende kracht achter het transport van een stof?
Wat zal er gebeuren als een cel met een interne concentratie van 0,5% zout in een oplossing van 1,5% zout wordt geplaatst?
Wat zal er gebeuren als een cel met een interne concentratie van 0,5% zout in een oplossing van 1,5% zout wordt geplaatst?
Wat gebeurt er met de diffusiesnelheid als de diffusieafstand toeneemt?
Wat gebeurt er met de diffusiesnelheid als de diffusieafstand toeneemt?
Welke van de volgende omschrijvingen kenmerkt een semi-permeabel membraan het best?
Welke van de volgende omschrijvingen kenmerkt een semi-permeabel membraan het best?
Wat is het belangrijkste verschil tussen kanaaleiwitten en transporteiwitten bij vergemakkelijkte diffusie?
Wat is het belangrijkste verschil tussen kanaaleiwitten en transporteiwitten bij vergemakkelijkte diffusie?
Tijdens interne ademhaling, welke beweging van zuurstof (O2) vindt er plaats?
Tijdens interne ademhaling, welke beweging van zuurstof (O2) vindt er plaats?
Welk van de volgende voorbeelden is een correcte toepassing van osmose in een medische context?
Welk van de volgende voorbeelden is een correcte toepassing van osmose in een medische context?
Welke van de volgende factoren zal de diffusiesnelheid NIET verhogen?
Welke van de volgende factoren zal de diffusiesnelheid NIET verhogen?
Wat is het gevolg van het plaatsen van een cel in een hypertone omgeving?
Wat is het gevolg van het plaatsen van een cel in een hypertone omgeving?
Welke molecule wordt specifiek getransporteerd door GLUT (glucosetransporter)?
Welke molecule wordt specifiek getransporteerd door GLUT (glucosetransporter)?
Wat is de rol van aquaporines in het celmembraan?
Wat is de rol van aquaporines in het celmembraan?
Hoe verschilt vergemakkelijkte diffusie van eenvoudige diffusie?
Hoe verschilt vergemakkelijkte diffusie van eenvoudige diffusie?
Wat gebeurt er met een dierlijke cel die in een hypertone oplossing wordt geplaatst?
Wat gebeurt er met een dierlijke cel die in een hypertone oplossing wordt geplaatst?
Wat is de functie van de turgordruk in een plantencel?
Wat is de functie van de turgordruk in een plantencel?
Wat is plasmolyse bij plantencellen?
Wat is plasmolyse bij plantencellen?
Wat is de belangrijkste energiebron voor primair actief transport?
Wat is de belangrijkste energiebron voor primair actief transport?
Welke functie heeft de Na+-K+-pomp in dierlijke cellen?
Welke functie heeft de Na+-K+-pomp in dierlijke cellen?
Wat is het verschil tussen primair en secundair actief transport?
Wat is het verschil tussen primair en secundair actief transport?
Wat is de rol van cotransporters bij secundair actief transport?
Wat is de rol van cotransporters bij secundair actief transport?
Wat is het belangrijkste verschil tussen endocytose en exocytose?
Wat is het belangrijkste verschil tussen endocytose en exocytose?
Wat gebeurt er tijdens fagocytose?
Wat gebeurt er tijdens fagocytose?
Welke structuren zijn betrokken bij exocytose?
Welke structuren zijn betrokken bij exocytose?
Wat is het gevolg van het toevoegen van gedistilleerd water aan het lichaam in termen van osmose?
Wat is het gevolg van het toevoegen van gedistilleerd water aan het lichaam in termen van osmose?
Welke van de volgende beschrijvingen is correct voor osmose?
Welke van de volgende beschrijvingen is correct voor osmose?
Wat is cytolyse en in welke omgeving treedt het op?
Wat is cytolyse en in welke omgeving treedt het op?
Wat is de rol van microvilli in de context van pinocytose in dunnedarmcellen?
Wat is de rol van microvilli in de context van pinocytose in dunnedarmcellen?
Waar komen de blaasjes die gebruikt worden bij exocytose vandaan?
Waar komen de blaasjes die gebruikt worden bij exocytose vandaan?
Flashcards
Cel
Cel
De kleinste levende eenheid in organismen.
Semi-permeabel membraan
Semi-permeabel membraan
Een membraan dat selectief doorlaatbaar is voor bepaalde stoffen.
Passief transport
Passief transport
Transport dat spontaan plaatsvindt zonder energieverbruik.
Concentratiegradiënt
Concentratiegradiënt
Signup and view all the flashcards
Diffusie
Diffusie
Signup and view all the flashcards
Permeabel membraan
Permeabel membraan
Signup and view all the flashcards
Factoren van diffusiesnelheid
Factoren van diffusiesnelheid
Signup and view all the flashcards
Externe ademhaling
Externe ademhaling
Signup and view all the flashcards
Interne ademhaling
Interne ademhaling
Signup and view all the flashcards
Vergemakkelijkte diffusie
Vergemakkelijkte diffusie
Signup and view all the flashcards
Kanaaleiwitten
Kanaaleiwitten
Signup and view all the flashcards
Transporteiwitten
Transporteiwitten
Signup and view all the flashcards
Osmose
Osmose
Signup and view all the flashcards
Hypertone oplossing
Hypertone oplossing
Signup and view all the flashcards
Hypotone oplossing
Hypotone oplossing
Signup and view all the flashcards
Isotone oplossing
Isotone oplossing
Signup and view all the flashcards
Cytolyse
Cytolyse
Signup and view all the flashcards
Plasmolyse
Plasmolyse
Signup and view all the flashcards
Turgordruk
Turgordruk
Signup and view all the flashcards
Na+-K+-pomp
Na+-K+-pomp
Signup and view all the flashcards
Primair actief transport
Primair actief transport
Signup and view all the flashcards
Secundair actief transport
Secundair actief transport
Signup and view all the flashcards
Endocytose
Endocytose
Signup and view all the flashcards
Fagocytose
Fagocytose
Signup and view all the flashcards
Exocytose
Exocytose
Signup and view all the flashcards
Cotransporters
Cotransporters
Signup and view all the flashcards
Vesikel
Vesikel
Signup and view all the flashcards
Study Notes
Inhoud van Hoofdstuk 2: Transport via Membranen
- Het hoofdstuk beschrijft het transport van stoffen doorheen cellulaire membranen.
- Stoffentransport is noodzakelijk voor celactiviteiten en homeostase.
- Er wordt onderscheid gemaakt tussen passief en actief transport.
Passief Transport
- Passief transport is een spontane beweging van stoffen van een gebied met hogere concentratie naar een gebied met lagere concentratie.
- Het vereist geen energie-input (ATP).
- Vormen van passief transport: diffusie, vergemakkelijkte diffusie en osmose.
Diffusie
- Stoffen bewegen van een gebied met een hogere concentratie naar een gebied met een lagere concentratie, tot de concentratie gelijk is in beide gebieden.
- Voorbeelden zijn zuurstof(O2) en koolstofdioxide(CO2) transport in longen en cellen.
- Snelheid van diffusie hangt af van temperatuur, concentratieverschil en de afstand.
Vergemakkelijkte Diffusie
- Stoffen gebruiken speciale eiwitten in het membraan om te passeren.
- Eiwitten vergemakkelijken het transport, vooral voor grote of geladen moleculen die de celmembraan niet direct kunnen passeren.
- Twee soorten eiwitten zijn kanaaleiwitten en transporteiwitten.
Osmose
- Transport van water van een gebied met een lagere concentratie opgeloste stoffen naar een gebied met een hogere concentratie opgeloste stoffen, door een semipermeabel membraan.
- Deze beweging is afhankelijk van de concentraties van opgeloste stoffen aan de beide kanten van het membraan.
- Bij dieren: het is essentieel om isotone concentratie te handhaven om schade aan cellen te voorkomen.
- Bij planten: cruciaal voor turgordruk en wateropname.
Actief Transport
- Actief transport verplaatst stoffen tegen hun concentratiegradiënt in.
- Het kost energie (ATP).
- Wordt gebruikt om stoffen naar een gebied met een hogere concentratie te brengen.
- Vormen van actief transport: pompen en blaasjes.
Primair Actief Transport
- Een directe afbraak van ATP wordt gebruikt voor transport.
- Voorbeeld: Na+/K+-pomp, essentieel voor het behouden van evenwichtige concentraties Na+ en K+ intra- en extracellulair.
Secundair Actief Transport
- Energie afkomstig van een concentratiegradiënt gecreëerd door primair actief transport wordt gebruikt.
- Een voorbeeld is het cotransport van glucose en Na+ doorheen celmembraan.
Actief Transport met Blaasjes
- Transport van grote moleculen of grote hoeveelheden materiaal.
- Twee vormen: endocytose en exocytose.
Endocytose
-
Materiaal wordt in de cel opgenomen in een blaasje.
-
Vormen van endocytose zijn: fagocytose (opname vast materiaal) en pinocytose (opname vloeistof).
Exocytose
-
Materiaal wordt uit de cel vrijgegeven via een blaasje.
-
Deze processen zijn cruciaal voor diverse celprocessen en specifieke transportbehoeften van verschillende cellen.
Studying That Suits You
Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.
Related Documents
Description
Dit hoofdstuk behandelt het transport van stoffen door celmembranen, essentieel voor celactiviteiten en homeostase. Het maakt onderscheid tussen passief en actief transport. Passief transport vereist geen energie en omvat diffusie, gefaciliteerde diffusie en osmose.