Religieuze termen en concepten
10 Questions
0 Views

Choose a study mode

Play Quiz
Study Flashcards
Spaced Repetition
Chat to Lesson

Podcast

Play an AI-generated podcast conversation about this lesson

Questions and Answers

Match de volgende sacramenten met hun beschrijving:

Doopsel = De priester besprenkelt het hoofd met water en zalft het voorhoofd met chrisma. Vormsel = De bisschop legt de handen op en zalft het voorhoofd van de jongere. Eucharistie = Tijdens de communie houden de christenen een hand open voor het lichaam van Christus. Huwelijk = Gelovigen beloven elkaar eeuwige trouw.

Match de volgende elementen van een kerk met hun beschrijving:

Altaar = Groot deel van de vieringen vindt plaats op deze verhoogde ruimte. Doopvont = Hierin zit water om te dopen, zowel voor kinderen als volwassenen. Crypte = Bevindt zich vaak onder het koor en de apsis. Tabernakel = Bewaarplaats voor gewijde hosties.

Match de volgende begrippen met de omschrijving van de bouwstijl:

Romaanse bouwstijl = Muren zijn dik en rond, vensters klein. Gotische bouwstijl = Ingenieuze skeletconstructie van zeer hoge en goed verlichte kerken. Basiliek = Wordt niet omschreven in de tekst. Catacomben = Wordt niet omschreven in de tekst.

Match de voorwerpen met hun functie tijdens een kerkdienst:

<p>Wierookvat = De opstijgende rook staat symbool voor de verbinding tussen hemel en aarde. Kelk = Wordt gebruikt om de gewijde wijn te bevatten. Monstrans = Waarin de gewijde hostie wordt tentoongesteld. Wijwatervat = Gelovigen maken met dit water een kruisteken.</p> Signup and view all the answers

Match de volgende elementen met hun betekenis of rol in het christendom:

<p>Chrisma = Heilige olie die bij bepaalde sacramenten gebruikt wordt. Paaskaars = Symboliseert het licht van de verrezen Christus. Letterlijke Bron = Plaats waar waardevolle stoffen zich in de grond bevinden. (Wordt foutief gelinkt aan religie) Priesterwijding = Wordt niet gelinkt in de tekst.</p> Signup and view all the answers

Combineer de volgende handelingen met het bijbehorende sacrament:

<p>Handoplegging = Ziekenzalving Zalving met Chrisma = Vormsel Vergeving van zonden = Biecht of sacrament van de verzoening Uitwisselen van geloften = Huwelijk</p> Signup and view all the answers

Match de volgende gebedsgerelateerde termen met hun beschrijving.

<p>Paternoster = Is een gebedssnoer, vooral bekend als de rozenkrans in de katholieke traditie Wijwater = Herinnering aan doopsel en manier van reiniging Godslamp = Lamp of kaats die brandt wanneer gewijde hosties in het tabernakel aanwezig zijn. Kruiswegstaties = Wordt niet genoemd in de tekst.</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende verbanden zijn correct?

<p>Biecht = Priester vergeeft zonden in de naam van God Eucharistie = Communieviering met lichaam van Christus Priesterwijding = Wording tot priester door bisschop Kerk. = Wordt niet gelinkt in de tekst.</p> Signup and view all the answers

Match de kenmerken met kerken/gebouwen:

<p>Kerk = Is het gebouw waar christenen samenkomen Catacomben = Eerste christenen begraven in de catacomben Basiliek = Wordt niet benoemd in de tekst. Doopvont = Wordt niet benoemd in de tekst.</p> Signup and view all the answers

Ken de functie van de volgende begrippen:

<p>Kruiswegstaties = In een kerkgebouw hangen altijd 14 kunstwerken die de lijdensweg van Jezus uitbeelden Paaskaars = Wordt in de paasnacht voor het eerst ontstoken Wijwater = Gevuld met wijwater. Gelovigen maken met dit water een kruisteken Wierookvat = Wordt niet genoemd in de tekst.</p> Signup and view all the answers

Flashcards

Letterlijke bron

Een plaats waar waardevolle stoffen zich in de grond bevinden.

Figuurlijke bron

Iets of iemand die je inspireert en kracht geeft.

Sacrament

Een handeling in het christendom die God dichter bij de mens brengt.

Doopsel

De priester besprenkelt het hoofd van het kind met water en zalft het voorhoofd met chrisma.

Signup and view all the flashcards

Vormsel

De bisschop legt de handen op en zalft het voorhoofd van de jongere, die de opdracht krijgt als christen te leven.

Signup and view all the flashcards

Eucharistie

Christenen houden een hand open voor het lichaam van Christus tijdens de communie.

Signup and view all the flashcards

Huwelijk

Gelovigen beloven elkaar eeuwige trouw voor God.

Signup and view all the flashcards

Biecht

De priester vergeeft je zonden in Gods naam en maakt een kruisteken.

Signup and view all the flashcards

Ziekenzalving

De zieke ontvangt steun en kracht door handoplegging en zalving met heilige olie.

Signup and view all the flashcards

Chrisma

Heilige olie die bij bepaalde sacramenten gebruikt wordt

Signup and view all the flashcards

Study Notes

  • Persoonlijke Woordenlijst: Termen en concepten met betrekking tot religie en kerkgebouwen.

Letterlijke bron

  • Een plaats waar waardevolle stoffen in de grond gevonden kunnen worden.

Figuurlijke bron of inspiratiebron

  • Iets of iemand waaruit men kracht en hoop kan halen.
  • Een inspirerende figuur.

Sacrament

  • Een handeling in het christendom dat God dichter bij de mens brengt.
  • Vindt plaats op belangrijke momenten in het leven.

Doopsel

  • De priester besprenkelt het hoofd van het kind met water.
  • Het voorhoofd van het kind wordt met chrisma gezalfd.

Vormsel

  • De bisschop legt de handen op en zalft het voorhoofd van de jongere.
  • De jongere krijgt de opdracht om als een christen te leven.

Eucharistie

  • Tijdens de communie houden christenen een hand open voor het lichaam van Christus.

Huwelijk

  • Gelovigen beloven God dat ze hun leven met elkaar willen delen en beloven elkaar eeuwige trouw.

Biecht of sacrament van de verzoening

  • De priester vergeeft in Gods naam wat verkeerd is gedaan en maakt een kruisteken.

Priesterwijding

  • Een priester wordt gewijd door een bisschop van het bisdom waartoe hij behoort.
  • Aanwezige priesters leggen hem de hand op.

Ziekenzalving

  • De priester biedt steun en kracht aan de zieke.
  • Dit doet hij door de handen op te leggen en heilige olie op het voorhoofd aan te brengen.

Chrisma

  • Heilige olie die wordt gebruikt bij bepaalde sacramenten.

Kerk

  • Het gebouw waar christenen samenkomen.

Basiliek

  • Dikke, ronde muren en kleine vensters, typerend voor de 9e eeuw.

Romaanse bouwstijl

  • Ingenieuze skeletconstructies, gekenmerkt door hoge en goed verlichte kerken.
  • Spitsbogen, kruisbogen en steunberen kenmerken deze stijl uit de 12e eeuw.

Gotische bouwstijl

  • Vaak gelegen onder het koor of de apsis in de kerk en toegankelijk vanuit de kerk zelf of van buitenaf.

Crypte

  • Groot deel van de vieringen vindt plaats op deze verhoogde ruimte.

Altaar

  • Catacomben.
  • Ondergrondse begraafplaatsen, gebruikt door de eerste christenen.

Doopvont

  • Bevat water voor het dopen van kinderen en volwassenen.

Wijwatervat

  • Gevuld met wijwater.
  • Gelovigen maken een kruisteken hiermee.
  • Herinnert aan het doopsel en dient als reiniging.

Tabernakel

  • Bewaarplaats voor gewijde hosties in de kerk.

Godslamp

  • Een lamp of kaars die brandt bij een tabernakel met gewijde hosties.

Paaskaars

  • Wordt ontstoken in de paasnacht en symboliseert het licht van de verrezen Christus.
  • Versierd met een kruis, de Griekse letters alfa en omega, en het jaartal.

Kruiswegstaties

  • Een reeks van veertien kunstwerken in een kerkgebouw.
  • Beelden de lijdensweg van Jezus uit.

Wierookvat

  • Een metalen vat om wierook in te verbranden in de kerk.
  • De opstijgende rook symboliseert de verbinding tussen hemel en aarde.

Monstrans

  • Een voorwerp, meestal van goud of zilver, waarin de gewijde hostie wordt tentoongesteld.

Paternoster of rozenkrans

  • Een gebedssnoer.
  • Vooral bekend als rozenkrans in de katholieke traditie.

Kelk

  • Een heilige drinkbeker, meestal van edelmetaal.
  • Gebruikt in de Rooms-Katholieke Kerk voor de gewijde wijn, die volgens de katholieke leer het Bloed van Christus is.

Studying That Suits You

Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.

Quiz Team

Related Documents

Description

Deze woordenlijst behandelt belangrijke termen en concepten binnen religie en kerkgebouwen, zoals sacramenten, doopsel, vormsel en eucharistie. Het biedt inzicht in de betekenis en de rituelen die gepaard gaan met deze gebruiken binnen het christendom.

More Like This

Use Quizgecko on...
Browser
Browser