Productiekosten en Opbrengsten

Kosten

• Vaste of constante kosten veranderen niet met de productieomvang en zijn alleen relevant op korte termijn (minder dan 1 jaar).
• Variabele kosten veranderen wel met de productieomvang.
• Op korte termijn is arbeid de belangrijkste variabele productiefactor.
• De wet van de toe- en afnemende meerproductie stelt dat bij toenemende arbeid de productie eerst evenredig, en daarna minder dan evenredig toeneemt, doordat werknemers minder efficiënt werken en de coördinatie moeilijker verloopt.

Formules Gemiddelde Kosten

• Gemiddelde kosten (GK) = Totale kosten (TK) / Productie (Q)
• Gemiddelde variabele kosten (GVK) = Totale variabele kosten (TVK) / Productie (Q)
• Marginale kosten (MK) = Verandering in totale kosten (ΔTK) / Verandering in productie (ΔQ): de extra kosten voor elke extra geproduceerde eenheid per geproduceerde eenheid.

Opbrengsten

• Informatie over opbrengsten is essentieel om de winstmaximaliserende productie te bepalen.
• Winst (W) = Totale opbrengsten (TO) - Totale kosten (TK)

Formules Opbrengsten

• Totale opbrengsten (TO) = Prijs (P) x Hoeveelheid (Q): de totale opbrengsten uit de verkoop tegen de marktprijs.
• Gemiddelde opbrengsten (GO) = Totale opbrengsten (TO) / Hoeveelheid (Q): opbrengsten per geproduceerde eenheid
• Marginale opbrengsten (MO) = Verandering in totale opbrengsten (ΔTO) / Verandering in hoeveelheid (ΔQ): de extra opbrengsten bij uitbreiding van de productie met één eenheid.

Productie bij Winstmaximalisatie

• Er zijn drie manieren om de productie te bepalen waarbij de winst maximaal is:
• Totale winst = Totale opbrengsten (TO) - Totale kosten (TK): de winst is maximaal waar het verschil tussen TO en TK het grootst is.
• Winst is maximaal op het maximum van de winstcurve.
• Totale winst = (GO * Q) - (GK * Q): de winst is maximaal bij de productie waarbij MO = MK; de producent blijft produceren zolang de opbrengsten van een extra eenheid (MO) groter of gelijk zijn aan de kosten (MK).
• GO * Q: een rechthoek gevormd door de productie bij maximale winst en de GO.
• GK * Q: een rechthoek gevormd door de productie bij maximale winst en de GK.
• TW: het verschil tussen de twee bovenstaande rechthoeken.

Productie Stopzetten

• De producent produceert tot MO = MK.
• De productie wordt stopgezet als er onvoldoende winst is.
• GO > GK: verder produceren, want er wordt winst gemaakt.
• GO < of = GK: geen winst.
• GO > GVK: verder produceren, want de variabele (arbeids)kosten worden gerecupereerd.
• GO = GVK: de producent maakt verlies, maar het maakt niet uit of er verder geproduceerd wordt.
• GO < GVK: geen winst, want de variabele (arbeids)kosten kunnen niet worden gerecupereerd.

Break-Evenanalyse

• De break-evenafzet is de verkochte hoeveelheid waarbij de onderneming geen winst of verlies maakt en geeft aan hoeveel er minimaal verkocht moet worden om uit de kosten te komen.
• Break-evenafzet = Totale constante kosten (TCK) / (Prijs (P) - Gemiddelde variabele kosten (GVK))
• De break-evenomzet is de omzet die overeenkomt met de break-evenafzet.
• Break-evenomzet = Break-evenafzet * Verkoopprijs
• TO = TK = break-evenpunt

Deze les behandelt de vaste en variabele kosten in relatie tot productieomvang. Daarnaast worden de formules voor gemiddelde kosten en marginale kosten uitgelegd. Ook wordt het belang van opbrengsten voor winstmaximalisatie besproken.