Podcast
Questions and Answers
Welke van de volgende kenmerken hoort bij de marktvorm 'volkomen concurrentie'?
Welke van de volgende kenmerken hoort bij de marktvorm 'volkomen concurrentie'?
- Weinig aanbieders, heterogeen product
- Veel aanbieders, homogeen product (correct)
- Weinig aanbieders, hoge toetredingsdrempel
- Eén aanbieder, uniek product
Een monopolist is een hoeveelheidsaanpasser en geen prijszetter.
Een monopolist is een hoeveelheidsaanpasser en geen prijszetter.
False (B)
Wat is de belangrijkste factor die monopolistische concurrentie onderscheidt van volkomen concurrentie?
Wat is de belangrijkste factor die monopolistische concurrentie onderscheidt van volkomen concurrentie?
productdifferentiatie
Bij een ________ markt is er sprake van een beperkt aantal aanbieders.
Bij een ________ markt is er sprake van een beperkt aantal aanbieders.
Match de volgende marktvormen met hun belangrijkste kenmerk:
Match de volgende marktvormen met hun belangrijkste kenmerk:
Welke marktvorm heeft de laagste toetredingsdrempel?
Welke marktvorm heeft de laagste toetredingsdrempel?
In een oligopolie bieden alle bedrijven altijd homogene producten aan.
In een oligopolie bieden alle bedrijven altijd homogene producten aan.
De Nederlandse Spoorwegen (NS) is een voorbeeld van een ________.
De Nederlandse Spoorwegen (NS) is een voorbeeld van een ________.
Welke van de volgende factoren kan leiden tot productdifferentiatie?
Welke van de volgende factoren kan leiden tot productdifferentiatie?
Bij volkomen concurrentie kan een individuele aanbieder de prijs beïnvloeden.
Bij volkomen concurrentie kan een individuele aanbieder de prijs beïnvloeden.
Wat is een 'hoeveelheidsaanpasser'?
Wat is een 'hoeveelheidsaanpasser'?
Een markt met veel aanbieders en heterogene producten kenmerkt de ________.
Een markt met veel aanbieders en heterogene producten kenmerkt de ________.
Waarom is de GO-lijn (Gemiddelde Opbrengst-lijn) bij monopolistische concurrentie minder steil dan bij een monopolie?
Waarom is de GO-lijn (Gemiddelde Opbrengst-lijn) bij monopolistische concurrentie minder steil dan bij een monopolie?
De GO-lijn bij volkomen concurrentie loopt verticaal.
De GO-lijn bij volkomen concurrentie loopt verticaal.
Wat is de regel die een monopolist hanteert om maximale winst te behalen?
Wat is de regel die een monopolist hanteert om maximale winst te behalen?
Als de marginale kosten groter zijn dan de marginale opbrengsten, dan zal de monopolist de productie ________.
Als de marginale kosten groter zijn dan de marginale opbrengsten, dan zal de monopolist de productie ________.
Welke van de volgende markten komt het meest overeen met het model van volkomen concurrentie?
Welke van de volgende markten komt het meest overeen met het model van volkomen concurrentie?
Een hoge toetredingsdrempel maakt het voor nieuwe bedrijven makkelijker om een markt te betreden.
Een hoge toetredingsdrempel maakt het voor nieuwe bedrijven makkelijker om een markt te betreden.
Noem twee voorbeelden van markten die als een oligopolie kunnen worden beschouwd.
Noem twee voorbeelden van markten die als een oligopolie kunnen worden beschouwd.
Flashcards
Volkomen concurrentie
Volkomen concurrentie
Een marktvorm met veel kleine aanbieders en vragers, een homogeen product en volledige transparantie.
Monopolie
Monopolie
Een marktvorm met slechts één aanbieder, hoge toetredingsdrempels en de mogelijkheid om zelf de prijs te bepalen.
Monopolistische concurrentie
Monopolistische concurrentie
Een marktvorm met veel aanbieders die heterogene producten aanbieden, waardoor ze zich kunnen onderscheiden op basis van kwaliteit, service of marketing.
Oligopolie
Oligopolie
Signup and view all the flashcards
Transparantie
Transparantie
Signup and view all the flashcards
Productdifferentiatie
Productdifferentiatie
Signup and view all the flashcards
Toetredingsdrempel
Toetredingsdrempel
Signup and view all the flashcards
Hoeveelheidsaanpasser
Hoeveelheidsaanpasser
Signup and view all the flashcards
Prijszetter
Prijszetter
Signup and view all the flashcards
GO-lijn (Gemiddelde Opbrengst)
GO-lijn (Gemiddelde Opbrengst)
Signup and view all the flashcards
Marginale Opbrengst (MO)
Marginale Opbrengst (MO)
Signup and view all the flashcards
Marginale Kosten (MK)
Marginale Kosten (MK)
Signup and view all the flashcards
Study Notes
- Er zijn vier verschillende marktvormen in de economie.
- Volkomen concurrentie
- Monopolie
- Monopolistische concurrentie
- Oligopolie
Kenmerken van marktvormen
- Transparantie: De mate waarin informatie beschikbaar is voor deelnemers.
- Aantal aanbieders: Het aantal bedrijven dat actief is in de markt.
- Productdifferentiatie: De mate waarin producten van elkaar verschillen.
- Homogeen: Consumenten ervaren geen verschil (bijvoorbeeld benzine).
- Heterogeen: Consumenten ervaren wel verschil (bijvoorbeeld Coca-Cola vs. Pepsi).
- Toetredingsdrempel: De moeilijkheid om toe te treden tot de markt.
- Hoge drempel: Moeilijk toetreden (bijvoorbeeld medicijnenfabrikant).
- Lage drempel: Gemakkelijk toetreden (bijvoorbeeld broodbakker aan huis).
Volkomen concurrentie
- Veel aanbieders (relatief veel kleine bedrijven).
- Veel vragers (relatief veel kleine vraagpartijen).
- Homogeen product.
- Transparant.
- Hoeveelheidsaanpasser: Kleine speler die de prijs niet kan beïnvloeden en alleen de hoeveelheid (q) kan aanpassen om maximale winst te behalen.
Monopolie
- Eén aanbieder.
- Zeer hoge toetredingsdrempel.
- Niet transparant.
- Prijszetter: De enige aanbieder kan de prijs zelf bepalen.
- Voorbeelden: De Nederlandse Spoorwegen (NS), CBR, medicijnfabrikant met een patent.
Monopolistische concurrentie
- Veel aanbieders.
- Veel vragers.
- Heterogeen product (verschil in kwaliteit, service en locatie).
- Transparant.
Oligopolie
- Relatief weinig aanbieders.
- Veel vragers.
- Homogeen of heterogeen product.
- Hoge toetredingsdrempel.
- Voorbeelden: Bankenmarkt (ING, Rabobank), supermarkten (Jumbo, Albert Heijn).
Marktvormen in grafieken
- Monopolistische concurrentie: Veel aanbieders met onderscheidende kenmerken (kwaliteit, marketing, service). Verschilt van monopolie in de helling van de GO-lijn (Gemiddelde Opbrengst). GO-lijn is minder steil dan bij monopolie, omdat consumenten sneller weglopen dan bij een monopolie, maar minder snel dan bij volledige concurrentie.
- Monopolie: Eén aanbieder (prijszetter) streeft naar maximale winst door een prijs te kiezen waarbij MO (Marginale Opbrengst) = MK (Marginale Kosten). Maximale winst wordt behaald bij prijs Po, waarbij hoeveelheid Qo wordt verkocht (MO = MK). Extra productie kost meer dan het oplevert (MK > MO).
- Volkomen concurrentie: Veel aanbieders van hetzelfde product, transparante markt, vrije toetreding. Individuele aanbieder kan de prijs niet bepalen en is een hoeveelheidsaanpasser. De GO-lijn (Gemiddelde Opbrengst) loopt horizontaal ter hoogte van de marktprijs.
Studying That Suits You
Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.