Macro-economie: Basisconcepten en tijdshorizonten
10 Questions
8 Views

Choose a study mode

Play Quiz
Study Flashcards
Spaced Repetition
Chat to Lesson

Podcast

Play an AI-generated podcast conversation about this lesson

Questions and Answers

In de context van de macro-economische kringloop, welke van de volgende beweringen over de relatie tussen sparen (S) en investeringen (I) in de financiële markt is het meest accuraat, rekening houdend met de rol van de overheid (G) en het buitenland (XM)?

  • Omdat sparen een vorm van uitgestelde consumptie is, zal een hoger niveau van sparen, alle andere dingen gelijk, onvermijdelijk leiden tot een daling van de totale vraag en een recessie, tenzij de overheid de belastingen verhoogt om de extra besparingen te compenseren.
  • Een situatie waarin S > I leidt noodzakelijkerwijs tot een overschot op de lopende rekening, waarbij de overheid gedwongen wordt haar uitgaven te verminderen om het macro-economisch evenwicht te herstellen.
  • S = I impliceert altijd een evenwichtige handelsbalans (XM = 0) en een begroting in evenwicht (G = T), ongeacht het niveau van de private consumptie.
  • Het verschil tussen S en I wordt gecompenseerd door het overheidssaldo (G - T) en de netto-export (XM), waardoor S - I = (G - T) + XM; dit vereist geen directe causale relatie tussen S, I, G, T en XM, maar hun saldi moeten in evenwicht zijn. (correct)

Stel dat een economisch model de volgende relatie specificeert: $Y = A \cdot K^{\alpha} \cdot L^{1-\alpha}$, waarbij $Y$ staat voor output, $A$ voor totale factorproductiviteit, $K$ voor kapitaal, $L$ voor arbeid en $\alpha$ voor het aandeel van kapitaal in de output. Indien de centrale bank plotseling besluit de geldhoeveelheid te vergroten, welke van de volgende effecten zou de klassieke econoom NIET verwachten op korte termijn?

  • Een tijdelijke toename in de totale factorproductiviteit ($A$) als gevolg van verbeterde coördinatie en efficiëntie in de markt. (correct)
  • Een proportionele toename in het algemeen prijsniveau, waarbij reële variabelen zoals output en werkgelegenheid onveranderd blijven.
  • Een daling van de reële rentevoet als gevolg van een toegenomen hoeveelheid beschikbaar kapitaal.
  • Geen verandering in de verdeling van inkomen tussen kapitaal en arbeid, aangezien $\alpha$ en $(1-\alpha)$ constant blijven.

Welke van de volgende beweringen is het meest consistent met de Keynesiaanse visie op economisch beleid tijdens een recessie, rekening houdend met de 'stroperigheid' van prijzen?

  • De centrale bank moet de geldhoeveelheid verlagen om de rentevoeten te verhogen en zo investeringen te stimuleren.
  • De overheid moet de belastingen verlagen en de overheidsuitgaven verhogen om de totale vraag te stimuleren en de output te verhogen, zelfs als dit leidt tot een begrotingstekort. (correct)
  • De overheid moet zich richten op het verhogen van de productiecapaciteit van de economie door middel van structurele hervormingen, zoals deregulering en privatisering.
  • De overheid moet zich onthouden van interventie en wachten tot de markten zichzelf corrigeren, aangezien overheidsingrijpen de situatie waarschijnlijk zal verergeren.

In de context van de lange termijn economische groei, welke van de volgende beleidsmaatregelen zou het meest waarschijnlijk leiden tot een duurzame verhoging van de totale factorproductiviteit (TFP) in een economie, ervan uitgaande dat de economie zich momenteel op haar productiecurve bevindt?

<p>Een investering in onderwijs en onderzoek om de menselijk kapitaal te verbeteren en technologische innovatie te stimuleren. (C)</p> Signup and view all the answers

Beschouw een economie waarin de nominale wisselkoers (de prijs van de binnenlandse valuta uitgedrukt in termen van buitenlandse valuta) stijgt. Welke van de volgende combinatie van effecten is het meest waarschijnlijk op korte termijn, uitgaande van de J-curve en de Marshall-Lerner-voorwaarde?

<p>Een onmiddellijke verslechtering van de handelsbalans, gevolgd door een verbetering, omdat de vraag naar import en export zich aanpast. (A)</p> Signup and view all the answers

Een land ervaart een plotselinge en onverwachte toename van de wereldwijde vraag naar zijn exportproducten. Welk van de volgende combinaties van monetair en fiscaal beleid zou de overheid idealiter moeten implementeren om zowel inflatie te beheersen als de economische groei te stabiliseren, rekening houdend met mogelijke tijdsvertragingen en effecten op lange termijn?

<p>Een verkrappend monetair beleid (verhoging van de rentevoeten) en een verkrappend fiscaal beleid (verhoging van de belastingen) om de inflatie te beteugelen en de overheidsuitgaven te verminderen. (B)</p> Signup and view all the answers

In de context van de moderne macro-economische theorie, welke van de volgende beweringen over de effectiviteit van forward guidance door centrale banken is het meest waarschijnlijk correct, rekening houdend met de rationele verwachtingen theorie en de mogelijke problemen van geloofwaardigheid?

<p>Forward guidance is alleen effectief als de centrale bank een reputatie heeft van consistent handelen in overeenstemming met haar aankondigingen. (A)</p> Signup and view all the answers

Stel dat een economie zich in een liquiditeitsval bevindt, waarbij de nominale rentevoeten al op de nul ondergrens liggen. Welke van de volgende beleidsmaatregelen zou het meest effectief zijn om de economie te stimuleren?

<p>Een geloofwaardige toezegging van de centrale bank om de toekomstige inflatie te verhogen. (C)</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende beweringen beschrijft het meest accuraat de lange termijn effecten van een permanente verhoging van de overheidsuitgaven op een economie, uitgaande van een neoklassiek groeimodel met exogene technologische vooruitgang?

<p>Een permanente verhoging van de overheidsuitgaven zal de economische groei op lange termijn verminderen door de private investeringen te verdringen. (A)</p> Signup and view all the answers

Beschouw een economie die een periode van deflatie ervaart. Welke van de volgende beleidsmaatregelen is het meest geschikt om deflatie te bestrijden en de economie te stimuleren, rekening houdend met de zero lower bound en de effectiviteit van verschillende beleidsinstrumenten?

<p>Een combinatie van kwantitatieve versoepeling en forward guidance om de inflatieverwachtingen te verhogen en de reële rentevoeten te verlagen. (B)</p> Signup and view all the answers

Flashcards

Wat is de economische kringloop?

De grafische weergave van geld- en goederenstromen tussen economische subjecten.

Wat is de financiële markt?

De markt waar vraag en aanbod van kapitaal samenkomen, bemiddeld door financiële instellingen.

Wat is een economisch model?

Een vereenvoudigde representatie van de werkelijkheid om economische fenomenen te analyseren.

Wat is tijdshorizon?

De tijdspanne die wordt beschouwd bij de analyse van economische effecten.

Signup and view all the flashcards

Wat is een endogene variabele?

Variabele waarvan de waarde wordt bepaald binnen het model.

Signup and view all the flashcards

Wat is een exogene variabele?

Variabele waarvan de waarde buiten het model wordt bepaald.

Signup and view all the flashcards

Wat is consumptie?

Totale bestedingen van huishoudens aan goederen en diensten.

Signup and view all the flashcards

Waarvan is netto-export een functie?

Netto-export is een functie van de nominale wisselkoers, het binnenlands prijsniveau en het buitenlands prijsniveau.

Signup and view all the flashcards

Wat betekent output?

De totale productie van goederen en diensten in een economie.

Signup and view all the flashcards

Wat is prijsflexibiliteit?

De mate waarin prijzen snel kunnen veranderen als reactie op veranderingen in vraag en aanbod.

Signup and view all the flashcards

Study Notes

Macro-economie: Basisconcepten

  • Het doel is de basisinstrumenten van de macro-economie beheersen en denken als een macro-econoom.

Macro-economie als wetenschap

  • De financiële markt moet worden gezien als een hoeveelheid financiële spelers, zoals banken.

Hoe economisten denken

  • Er wordt gekozen voor modellen met een simpele structuur.
  • De keuze van een model hangt onder andere af van de tijdshorizon (kort, middellang, lang) en het type fenomeen (vraag, aanbod, arbeidsmarkt).
  • Doel is de relatie tussen twee variabelen uit te drukken: Y = f(X;Z).
  • Y is de endogene variabele, terwijl X en Z de exogene variabelen zijn.
    • Consumptie is een functie van inkomen.
    • Investeringen zijn een functie van de interestvoet.
    • Netto-export is een functie van de nominale wisselkoers, het binnenlands- en buitenlands prijsniveau.

Tijdshorizonten in macro-economie

  • Economische gebeurtenissen en beleidsmaatregelen hebben verschillende effecten, afhankelijk van de tijdshorizon.

Lange termijn

  • Prijzen zijn flexibel en passen zich aan veranderingen in vraag en aanbod aan.
  • Klassieke economische theorie: de output van een economie hangt af van het aanbod van goederen en diensten, wat afhankelijk is van de beschikbaarheid van kapitaal, arbeid en productietechnologie.

Korte termijn

  • Veel prijzen zijn "stroperig" ("sticky").
  • De economie gedraagt zich anders als prijzen "stroperig" zijn.
  • De output hangt af van de vraag naar goederen en diensten, welke afhankelijk is van consumentenvertrouwen, de perceptie van bedrijven over winstgevendheid van nieuwe investeringen en het monetaire/fiscale beleid.

Studying That Suits You

Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.

Quiz Team

Related Documents

Description

Deze les behandelt de basisconcepten van de macro-economie en hoe economen denken over de financiële markt. Er wordt uitgelegd hoe modellen met een simpele structuur worden gekozen, afhankelijk van tijdshorizon en type fenomeen. Het doel is de relatie tussen variabelen uit te drukken, zoals consumptie als functie van inkomen.

More Like This

Use of Multiple Models in Macroeconomics
12 questions
Macroeconomics: Three Models Overview
23 questions
Macro-economie: Basisprincipes
8 questions
Use Quizgecko on...
Browser
Browser