Podcast
Questions and Answers
Welke bewering beschrijft correct de beweging van een horizontaal geworpen projectiel?
Welke bewering beschrijft correct de beweging van een horizontaal geworpen projectiel?
- Zowel de horizontale als de verticale beweging zijn eenparig.
- Zowel de horizontale als de verticale beweging zijn eenparig versneld.
- De horizontale beweging is eenparig en de verticale beweging is eenparig versneld. (correct)
- De horizontale beweging is eenparig versneld en de verticale beweging is eenparig.
Een bal rolt met een snelheid van 2.0 m/s van een tafel die 1.25 m hoog is. Welke vergelijking kan gebruikt worden om de tijd te berekenen die de bal nodig heeft om de grond te raken?
Een bal rolt met een snelheid van 2.0 m/s van een tafel die 1.25 m hoog is. Welke vergelijking kan gebruikt worden om de tijd te berekenen die de bal nodig heeft om de grond te raken?
- $1.25 = 4.9t^2$ (correct)
- $1.25 = 2.0t + 4.9t^2$
- $1.25 = 2.0t$
- $1.25 = 2.0t - 4.9t^2$
Een steen wordt horizontaal van een klif gegooid. Welke van de volgende factoren heeft geen invloed op de tijd die het duurt voordat de steen de grond raakt?
Een steen wordt horizontaal van een klif gegooid. Welke van de volgende factoren heeft geen invloed op de tijd die het duurt voordat de steen de grond raakt?
- De verticale component van de beginsnelheid.
- De hoogte van de klif.
- De horizontale component van de beginsnelheid. (correct)
- De zwaartekracht.
Een bal rolt van een tafel met een bepaalde horizontale snelheid. Wat gebeurt er met de horizontale component van de snelheid van de bal tijdens zijn vlucht?
Een bal rolt van een tafel met een bepaalde horizontale snelheid. Wat gebeurt er met de horizontale component van de snelheid van de bal tijdens zijn vlucht?
Een bal wordt horizontaal weggeworpen. De beginsnelheid in de y-richting is...
Een bal wordt horizontaal weggeworpen. De beginsnelheid in de y-richting is...
Als een bal horizontaal wordt weggegooid en tegelijkertijd een identieke bal recht naar beneden wordt laten vallen vanaf dezelfde hoogte, welke bal raakt dan als eerste de grond (luchtweerstand wordt verwaarloosd)?
Als een bal horizontaal wordt weggegooid en tegelijkertijd een identieke bal recht naar beneden wordt laten vallen vanaf dezelfde hoogte, welke bal raakt dan als eerste de grond (luchtweerstand wordt verwaarloosd)?
Een projectiel wordt horizontaal afgeschoten vanaf een bepaalde hoogte. Welke vorm heeft de baan van het projectiel?
Een projectiel wordt horizontaal afgeschoten vanaf een bepaalde hoogte. Welke vorm heeft de baan van het projectiel?
Een bal rolt van een 1 meter hoge tafel met een horizontale snelheid van 5 m/s. Op welke horizontale afstand van de tafel zal de bal de grond raken?
Een bal rolt van een 1 meter hoge tafel met een horizontale snelheid van 5 m/s. Op welke horizontale afstand van de tafel zal de bal de grond raken?
Wat is de belangrijkste aanname bij het analyseren van een horizontaal geworpen projectiel, die de berekeningen vereenvoudigt?
Wat is de belangrijkste aanname bij het analyseren van een horizontaal geworpen projectiel, die de berekeningen vereenvoudigt?
Een projectiel wordt horizontaal gelanceerd. Op welk punt in zijn baan is de verticale snelheid het grootst?
Een projectiel wordt horizontaal gelanceerd. Op welk punt in zijn baan is de verticale snelheid het grootst?
Een bal rolt van een tafel met een snelheid van 4 m/s. Als de tafel 1 meter hoog is, wat is dan de verticale snelheid van de bal op het moment dat deze de grond raakt?
Een bal rolt van een tafel met een snelheid van 4 m/s. Als de tafel 1 meter hoog is, wat is dan de verticale snelheid van de bal op het moment dat deze de grond raakt?
Wat is kenmerkend voor de horizontale en verticale componenten van de beweging bij een horizontaal geworpen projectiel?
Wat is kenmerkend voor de horizontale en verticale componenten van de beweging bij een horizontaal geworpen projectiel?
Een object wordt horizontaal van een hoogte losgelaten. Welke van de volgende grafieken beschrijft het beste de verandering van de verticale snelheid in de tijd?
Een object wordt horizontaal van een hoogte losgelaten. Welke van de volgende grafieken beschrijft het beste de verandering van de verticale snelheid in de tijd?
Een bal rolt van een tafel. De horizontale afstand die de bal aflegt voordat hij de grond raakt, hangt af van...
Een bal rolt van een tafel. De horizontale afstand die de bal aflegt voordat hij de grond raakt, hangt af van...
Twee ballen, A en B, worden tegelijkertijd losgelaten vanaf dezelfde hoogte. Bal A wordt horizontaal weggegooid, terwijl bal B recht naar beneden valt. Welke van de volgende uitspraken is correct over hun versnelling?
Twee ballen, A en B, worden tegelijkertijd losgelaten vanaf dezelfde hoogte. Bal A wordt horizontaal weggegooid, terwijl bal B recht naar beneden valt. Welke van de volgende uitspraken is correct over hun versnelling?
Een bal rolt van een tafel met een bepaalde horizontale snelheid. Wat is de verticale versnelling van de bal tijdens zijn vlucht?
Een bal rolt van een tafel met een bepaalde horizontale snelheid. Wat is de verticale versnelling van de bal tijdens zijn vlucht?
Een kogel wordt horizontaal afgeschoten vanaf een hoogte van 20 meter met een snelheid van 100 m/s. Na hoeveel tijd raakt de kogel de grond?
Een kogel wordt horizontaal afgeschoten vanaf een hoogte van 20 meter met een snelheid van 100 m/s. Na hoeveel tijd raakt de kogel de grond?
Welke van de volgende beweringen is waar over de horizontale en verticale verplaatsing van een projectiel dat horizontaal wordt gelanceerd van een verhoogd platform?
Welke van de volgende beweringen is waar over de horizontale en verticale verplaatsing van een projectiel dat horizontaal wordt gelanceerd van een verhoogd platform?
Als de lanceerhoek van een projectiel verandert van horizontaal naar een hoek boven de horizontaal, wat gebeurt er dan met het bereik (de horizontale afstand) van het projectiel, aannemende dat de beginsnelheid gelijk blijft?
Als de lanceerhoek van een projectiel verandert van horizontaal naar een hoek boven de horizontaal, wat gebeurt er dan met het bereik (de horizontale afstand) van het projectiel, aannemende dat de beginsnelheid gelijk blijft?
Een bal rolt van een tafel met een horizontale snelheid van 2.5 m/s. De tafel is 1.5 meter hoog. Met welke snelheid raakt de bal de grond?
Een bal rolt van een tafel met een horizontale snelheid van 2.5 m/s. De tafel is 1.5 meter hoog. Met welke snelheid raakt de bal de grond?
Flashcards
Horizontaal geworpen projectiel
Horizontaal geworpen projectiel
Een beweging waarbij een projectiel horizontaal wordt geworpen en een baan beschrijft die de vorm heeft van een parabool.
Beweging in x-richting
Beweging in x-richting
In de horizontale richting is er eenparige beweging, constante snelheid.
Beweging in y-richting
Beweging in y-richting
In de verticale richting is er eenparig versnelde beweging, door de zwaartekracht.
Begin snelheid (v₀)
Begin snelheid (v₀)
Signup and view all the flashcards
vₓ in horizontale worp
vₓ in horizontale worp
Signup and view all the flashcards
x = v₀ * t
x = v₀ * t
Signup and view all the flashcards
vᵧ = g * t
vᵧ = g * t
Signup and view all the flashcards
y = 1/2 * g * t²
y = 1/2 * g * t²
Signup and view all the flashcards
Study Notes
Lineaire Vergelijkingssystemen
- Een lineair vergelijkingssysteem is een verzameling lineaire vergelijkingen met dezelfde variabelen.
- Een voorbeeld van een lineair systeem met drie vergelijkingen en drie variabelen (x, y, z):
- 2x + y - z = 1
- x - y + z = 2
- x + y + z = 3
- De algemene vorm van een systeem met 'm' lineaire vergelijkingen en 'n' variabelen (x₁, x₂, ..., xₙ) is:
- a₁₁x₁ + a₁₂x₂ + ... + a₁ₙxₙ = b₁
- a₂₁x₁ + a₂₂x₂ + ... + a₂ₙxₙ = b₂
- ...
- aₘ₁x₁ + aₘ₂x₂ + ... + aₘₙxₙ = bₘ
- Hierbij zijn aᵢⱼ en bᵢ reële getallen.
- Een oplossing van zo'n systeem is een set waarden voor de variabelen die alle vergelijkingen tegelijkertijd waar maken.
- Een systeem kan hebben:
- Één unieke oplossing (consistent en onafhankelijk).
- Oneindig veel oplossingen (consistent en afhankelijk).
- Geen oplossing (inconsistent).
- Het oplossen van een systeem betekent het vinden van al zijn oplossingen.
Oplossingsmethoden
- Er zijn verschillende methoden om lineaire systemen op te lossen:
- Substitutie (vervanging)
- Gelijkstelling
- Reductie (eliminatie van Gauss)
- Gauss-Jordan eliminatie
- Regel van Cramer
- Matrixtmethoden (inverse matrix, etc.)
Substitutie Methode
- Bij substitutie wordt een variabele in één vergelijking geïsoleerd en vervangen in de andere vergelijkingen.
- Dit vermindert het aantal variabelen en vergelijkingen.
- Het proces wordt herhaald tot een vergelijking met één variabele overblijft, die makkelijk op te lossen is.
- De gevonden waarde wordt vervolgens teruggesubstitueerd om de andere variabelen te vinden.
- Voorbeeld: Los op:
- x + y = 5
- 2x - y = 1
- Oplossing: x = 5 - y, substitueer in de tweede vergelijking: 2(5 - y) - y = 1, wat leidt tot y = 3. Substitueer y = 3 terug in de eerste vergelijking: x + 3 = 5, dus x = 2.
- De oplossing is x = 2, y = 3.
Gelijkstellingsmethode
- Bij gelijkstelling wordt dezelfde variabele in twee verschillende vergelijkingen geïsoleerd, waarna de resulterende uitdrukkingen aan elkaar gelijk worden gesteld.
- Dit levert een nieuwe vergelijking op met één variabele minder.
- Herhaal dit proces tot je een vergelijking met één variabele hebt.
- Voorbeeld: Los op:
- x + y = 5
- 2x - y = 1
- Oplossing: x = 5 - y en x = (1 + y)/2. Gelijkstellen geeft 5 - y = (1 + y)/2, wat leidt tot y = 3. Invullen: x + 3 = 5, dus x = 2.
- De oplossing is x = 2, y = 3.
Reductiemethode (Eliminatie van Gauss)
- Vermenigvuldig vergelijkingen met constanten en tel ze op of trek ze af om een variabele te elimineren.
- Dit reduceert het aantal variabelen en vergelijkingen.
- Voorbeeld: Los op:
- x + y = 5
- 2x - y = 1
- Oplossing: Tel de vergelijkingen op: 3x = 6, dus x = 2. Invullen: 2 + y = 5, dus y = 3.
- De oplossing is x = 2, y = 3.
Gauss-Jordan Methode
- Een variant van de reductiemethode waarbij elementaire rij-operaties worden gebruikt om de uitgebreide matrix van het systeem om te zetten in de gereduceerde rij-echelonvorm.
- In de gereduceerde vorm kan de oplossing direct worden afgelezen.
- Elementaire rij-operaties:
- Verwissel twee rijen.
- Vermenigvuldig een rij met een constante ≠ 0.
- Tel een veelvoud van een rij op bij een andere rij.
- Voorbeeld: Los op:
- x + y = 5
- 2x - y = 1
- De uitgebreide matrix is:
$$ \begin{bmatrix} 1 & 1 & 5 \ 2 & -1 & 1 \end{bmatrix} $$
- Rij-operaties:
- R₂ - 2R₁: $$ \begin{bmatrix} 1 & 1 & 5 \ 0 & -3 & -9 \end{bmatrix} $$
- R₂ / -3: $$ \begin{bmatrix} 1 & 1 & 5 \ 0 & 1 & 3 \end{bmatrix} $$
- R₁ - R₂:
$$ \begin{bmatrix} 1 & 0 & 2 \ 0 & 1 & 3 \end{bmatrix} $$ - De oplossing is x = 2, y = 3.
Regel van Cramer
- Een methode om systemen op te lossen met determinanten, toepasbaar als het aantal vergelijkingen gelijk is aan het aantal variabelen en de determinant van de coëfficiëntenmatrix niet nul is.
- Gegeven een stelsel van n vergelijkingen met n variabelen, wordt de oplossing gevonden met:
- xᵢ = Dᵢ / D,
- waarbij D de determinant is van de coëfficiëntenmatrix en Dᵢ de determinant van de matrix waarbij de i-de kolom is vervangen door de kolom van constante termen.
- Voorbeeld: Los op:
- x + y = 5
- 2x - y = 1
- De coëfficiëntenmatrix is:
$$ A = \begin{bmatrix} 1 & 1 \ 2 & -1 \end{bmatrix} $$
- D = det(A) = (1)(-1) - (1)(2) = -3.
- Voor finding x, vervang de eerste kolom van A met de kolom van constante termen:
$$ A_x = \begin{bmatrix} 5 & 1 \ 1 & -1 \end{bmatrix} $$
- Dₓ = det(Aₓ) = (5)(-1) - (1)(1) = -6.
- x = Dₓ/D = -6/-3 = 2.
- Voor finding y vervang de tweede kolom van A met de kolom van constante termen:
$$ A_y = \begin{bmatrix} 1 & 5 \ 2 & 1 \end{bmatrix} $$
- D_y = det(A_y) = (1)(1) - (5)(2) = -9.
- y = D_y/D = -9/-3 = 3.
- De oplossing is x = 2, y = 3.
Matrixmethoden
- Lineaire vergelijkingsstelsels kunnen worden opgelost met matrixrekening, zoals met de inverse van een matrix.
- Gegeven Ax = b, waarbij A de coëfficiëntenmatrix is, x de vector van variabelen, en b de vector van constante termen.
- Als A inverteerbaar is, dan is x = A⁻¹b.
- Voorbeeld: Los op:
- x + y = 5
- 2x - y = 1
- De matrixvorm is: $$ \begin{bmatrix} 1 & 1 \ 2 & -1 \end{bmatrix} \begin{bmatrix} x \ y \end{bmatrix} = \begin{bmatrix} 5 \ 1 \end{bmatrix} $$
- De coëfficiëntenmatrix is: $$ A = \begin{bmatrix} 1 & 1 \ 2 & -1 \end{bmatrix} $$
- D = det(A) = -3.
- De inverse van A is:
$$ A^{-1} = \frac{1}{-3} \begin{bmatrix}
- 1 & -1 \
- 2 & 1 \end{bmatrix} = \begin{bmatrix} 1/3 & 1/3 \ 2/3 & -1/3 \end{bmatrix} $$
- De oplossing is: $$ \begin{bmatrix} x \ y \end{bmatrix} = A^{-1}b = \begin{bmatrix} 1/3 & 1/3 \ 2/3 & -1/3 \end{bmatrix} \begin{bmatrix} 5 \ 1 \end{bmatrix} = \begin{bmatrix} 2 \ 3 \end{bmatrix} $$
- De oplossing is x = 2, y = 3.
Toepassingen
- Lineaire vergelijkingssystemen worden gebruikt in:
- Natuurkunde: analyse van elektrische circuits, mechanica, etc.
- Ingenieurswetenschappen: ontwerp van structuren, procescontrole, etc.
- Economie: marktmodellen, evenwichtsanalyse, etc.
- Informatica: computer graphics, AI, etc.
- Wiskunde: optimalisatie, numerieke analyse, etc.
Studying That Suits You
Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.