Podcast Beta
Questions and Answers
Koppel de volgende kooktermen aan hun betekenis:
à l'Anglaise = In water en zout gaarkoken, laten uitlekken, drogen en met klontje boter opdienen van groenten. à point = Op het juiste punt: gebakken rundvlees. Niet meer rood aan de binnenzijde, maar toch nog sappig. aanbraden/aanbakken = Het rondom dichtschroeien en bruin laten kleuren van vlees of vis in boter of een andere vetstof zodat alle aroma en smaak in het vlees of de vis blijft. afschuimen = Met een schuimspaan het schuim van de oppervlakte scheppen, voornamelijk bij bouillons.
Koppel de volgende kooktermen aan hun betekenis:
al dente = Italiaanse term: nog knapperig (zie beetgaar). Anglaise = Samenstelling van eiwit, olie, peper en zout, alles lichtjes losgeklopt. Wordt gebruikt om te paneren op zijn Engels. arroseren = Het bedruipen van vis, vlees, gevogelte, wild of groenten tijdens het braden, grilleren. aspic = Stevige, heldere gelei gemaakt van sterk ingekookte vis- of vleesbouillon en doorgaans met gelatine gebonden. Geleitaartje van vis, wild, gevogelte, vlees of groenten of eventueel een mengeling van deze producten.
Koppel de volgende kooktermen aan hun betekenis:
assaisoneren = Kruiden en op smaak brengen met vocht, peper en zout. au four = Bereidingen in de oven klaargemaakt. au naturel = Gekookt zonder meer en aldus opgediend. aux fines herbes = Bereid met verse kruiden. De belangrijkste kruiden die daarvoor worden gebruikt zijn; peterselie, kervel, marjolein, bieslook, dragon en sjalot.