Inleiding tot de Cel
33 Questions
1 Views

Choose a study mode

Play Quiz
Study Flashcards
Spaced Repetition
Chat to Lesson

Podcast

Play an AI-generated podcast conversation about this lesson

Questions and Answers

Welke van de volgende organellen zijn plastiden?

  • Mitochondriën
  • Chromoplasten (correct)
  • Chloroplasten (correct)
  • Ribosomen

Plastiden zijn alleen aanwezig in prokaryote cellen.

False (B)

Wat wordt er geproduceerd uit glucose met behulp van O2?

Adenosinetrifosfaat (ATP)

Chromoplasten maken __________ aan en slaan ze op.

<p>kleurstoffen</p> Signup and view all the answers

Koppel de plastiden aan hun functie:

<p>Chloroplasten = Fotosynthese Chromoplasten = Pigmentproductie Leukoplasten = Opslag van zetmeel Thylakoïden = Locatie van chlorofyl</p> Signup and view all the answers

Wat is de functie van het lysosoom in de cel?

<p>Afbraak van moleculen (B)</p> Signup and view all the answers

Dierlijke cellen bevatten een celwand.

<p>False (B)</p> Signup and view all the answers

Wat is de grootste celorganel in eukaryote cellen?

<p>Celkern</p> Signup and view all the answers

Cellen hebben een gemeenschappelijk _______ dat hen verbindt.

<p>basisplan</p> Signup and view all the answers

Koppel de celorganellen aan hun functies:

<p>Celkern = Drager van genetische informatie Ribosoom = Eiwitsynthese Golgi-apparaat = Verpakken en verzenden van moleculen Mitochondrion = Energiefabriek van de cel</p> Signup and view all the answers

Wat is de rol van de celmembraan?

<p>Communicatie en signalering (C)</p> Signup and view all the answers

Plantaardige cellen bevatten altijd een secundaire celwand.

<p>False (B)</p> Signup and view all the answers

Welke structuur maakt selectieve uitwisseling mogelijk tussen de celkern en het cytoplasma?

<p>Kernporiën</p> Signup and view all the answers

Het _______ reticulum is betrokken bij eiwitsynthese.

<p>Ruwe</p> Signup and view all the answers

Koppel de organellen aan hun typen cellen:

<p>Lysosoom = Dierlijke cellen Cellwand = Plantaardige cellen Ribosoom = Eukaryote en prokaryote cellen Mitochondrion = Eukaryote cellen</p> Signup and view all the answers

Welke van de volgende structuren is niet aanwezig in prokaryote cellen?

<p>Celkern (D)</p> Signup and view all the answers

Cholesterol is een belangrijk onderdeel van de celwand.

<p>False (B)</p> Signup and view all the answers

Wat zijn plasmodesmata?

<p>Gaatjes in de celwand voor communicatie tussen naburige cellen</p> Signup and view all the answers

De celinhoud omvat _______ en celorganellen.

<p>cytoplasma</p> Signup and view all the answers

Wat is de functie van plastiden in plantencellen?

<p>Opslag van reservestoffen (A)</p> Signup and view all the answers

Centrioolen komen voor in zowel plantaardige als dierlijke cellen.

<p>False (B)</p> Signup and view all the answers

Noem twee soorten vacuolen en hun functies.

<p>Klein en niet veelvuldig aanwezig in dierlijke cellen; grote vacuolen in plantaardige cellen voor opslag.</p> Signup and view all the answers

De ______ zijn verantwoordelijk voor de vorm en organisatie van de cel.

<p>cytoskelet</p> Signup and view all the answers

Koppel de type stamcel aan hun definitie:

<p>Totipotente stamcel = Kan zich ontwikkelen tot een compleet organisme Pluripotente stamcel = Kan zich ontwikkelen tot alle soorten lichaamscellen, behalve placenta Multipotente stamcel = Kan zich ontwikkelen tot beperkt aantal celtypes Unipotente stamcel = Kan zich ontwikkelen tot één celtype</p> Signup and view all the answers

Wat is de belangrijkste functie van vacuoles in een plantencel?

<p>Opslag van water en afvalstoffen (D)</p> Signup and view all the answers

Stamcellen kunnen zich alleen ontwikkelen tot één specifiek celtype.

<p>False (B)</p> Signup and view all the answers

Wat is het belang van differentiatie in cellen?

<p>Differentiatie stelt cellen in staat specifieke functies uit te voeren.</p> Signup and view all the answers

Celdeling is essentieel voor de vorming van ______ in dierlijke cellen.

<p>organen</p> Signup and view all the answers

Welke functie heeft het cytoskelet niet?

<p>Maken van voedingsstoffen (C)</p> Signup and view all the answers

Xanthofylen zijn een type carotenoïden die geel tot rood zijn.

<p>True (A)</p> Signup and view all the answers

Wat zijn de primaire functies van centriolen?

<p>Celdeling</p> Signup and view all the answers

Leukoplasten zijn plastiden zonder pigment, voornamelijk verantwoordelijk voor de opslag van ______.

<p>reservestoffen</p> Signup and view all the answers

Wat is een specifieke functie van vacuolen in eencellige eukaryoten?

<p>Uitstoten van vocht en afvalstoffen (C)</p> Signup and view all the answers

Flashcards

Cel

De fundamentele structurele en functionele eenheid van levende organismen.

Celbegrenzing

De manier waarop een cel afgescheiden is van de omgeving.

Celmembraan

De dunne membraan die de celinhoud omsluit en selectief stoffen doorlaat.

Celwand

Een stevig laagje buiten het celmembraan, voornamelijk bij planten, schimmels en bacteriën.

Signup and view all the flashcards

Cytoplasma

De inhoud van een cel buiten de celkern.

Signup and view all the flashcards

Celkern (nucleus)

Celorganel dat de genetische informatie (DNA) bevat en controleert de celactiviteiten.

Signup and view all the flashcards

Ribosoom

Celorganel betrokken bij de synthese van eiwitten.

Signup and view all the flashcards

Endoplasmatisch reticulum (ER)

Een uitgebreid netwerk van membranen in eukaryote cellen, betrokken bij eiwitsynthese en stofwisseling.

Signup and view all the flashcards

Golgi-apparaat

Celorganel dat eiwitten verwerkt, sorteert en verpakt voor transport.

Signup and view all the flashcards

Lysosoom

Celorganel dat betrokken is bij afbraak van afvalstoffen en beschadigde celdelen.

Signup and view all the flashcards

Mitochondrion

Celorganel dat energie produceert voor de celactiviteiten via cellulaire ademhaling.

Signup and view all the flashcards

Vloeibaar mozaïekmodel

Model dat de structuur en dynamiek van het celmembraan beschrijft.

Signup and view all the flashcards

Eukaryotisch

Celtype met een celkern en gespecialiseerde celorganellen.

Signup and view all the flashcards

Prokaryotisch

Celtype zonder celkern of gespecialiseerde organellen.

Signup and view all the flashcards

macroscopisch niveau

Niveaus van organisatieniveau waarnemenbaar met het blote oog.

Signup and view all the flashcards

Chloroplasten

Celorganellen in plantaardige cellen die fotosynthese uitvoeren.

Signup and view all the flashcards

Fotosynthese

Het proces waarbij planten glucose produceren uit licht, water en koolstofdioxide.

Signup and view all the flashcards

Chlorofyl

Het groene pigment in chloroplasten dat licht absorbeert voor fotosynthese.

Signup and view all the flashcards

Tilakoid

Gespikkeld structuur in de chloroplast, die bevatten chlorofyl en waar fotosynthese plaatsvindt.

Signup and view all the flashcards

Carotenoïden

Groep pigmenten in planten, verantwoordelijk voor oranje en gele kleuren.

Signup and view all the flashcards

Carotenen

Carotenoïden met een oranje kleur.

Signup and view all the flashcards

Xanthofyllen

Carotenoïden met een geel of roodachtige kleur.

Signup and view all the flashcards

Leukoplast

Plastiden zonder pigment, verantwoordelijk voor de opslag van reservestoffen.

Signup and view all the flashcards

Amyloplasten

Leukoplasten die zetmeel opslaan.

Signup and view all the flashcards

Elaioplasten

Leukoplasten die vet opslaan.

Signup and view all the flashcards

Proteïnoplasten

Leukoplasten die eiwitten opslaan.

Signup and view all the flashcards

Vacuole

Blaasje gevuld met vocht (celsap) in plantaardige en enkele eencellige cellen, met een dubbele fosfolipidenlaag (tonoplast).

Signup and view all the flashcards

Turgordruk

Druk van de vloeistof in de vacuole op de celwand, waardoor de plantencel stevig blijft.

Signup and view all the flashcards

Kloppende vacuolen

Vacuolen in eencellige eukaryoten die vocht en afvalstoffen uitstoten.

Signup and view all the flashcards

Cytoskelet

Netwerk van vezelige eiwitten in eukaryote cellen dat de vorm, organisatie en beweging van de cel bepaalt.

Signup and view all the flashcards

Centriool

Buisvormige organellen in dierlijke cellen die een rol spelen bij de celdeling.

Signup and view all the flashcards

Stamcel

Onvolgroeide cel die kan differentiëren in verschillende celtypen.

Signup and view all the flashcards

Totipotente stamcel

Stamcel met het vermogen om een volledig organisme te vormen.

Signup and view all the flashcards

Pluripotente stamcel

Stamcel die kan differentiëren in de meeste celtypes, maar niet alle.

Signup and view all the flashcards

Study Notes

Inleiding cel

  • De cel is de fundamentele bouwsteen van levende organismen.
  • Ze vervullen zowel een structurele als functionele rol.
  • Organen en stelsels worden gevormd door weefsels.

Cel als basiseenheid

  • Organismen hebben gelijkaardige structurele kenmerken
  • De bouwplannen verschillen wel in complexiteit en opbouw.
  • Cellen worden ingedeeld op macroscopisch, microscopisch en submicroscopisch niveau.

Niveaus bestuderen

  • Macroscopic niveau: zichtbaar met het blote oog.
  • Microscopisch niveau: zichtbaar met een lichtmicroscoop.
  • Submicroscopisch niveau: zichtbaar met een elektronenmicroscoop.
  • Eicel is de grootste menselijke cel.

Cytoplasma

  • Cytosol + celorganellen
  • Vloeibare componenten: water en chemische reacties
  • Gespecialiseerde onderdelen en specifieke functies.

Celmembraan

  • Scheiding tussen intracellulaire en extracellulaire vloeistof.
  • Dubbele laag fosfolipiden: hydrofiele kop en hydrofobe staart.
  • Doorlaatbaarheid membraan: fosfolipiden, cholesterol en eiwitten.
  • Niet aanwezig bij planten, schimmels en bacteriën.
  • Membraaneiwitten (hydrofiel): transportfunctie en receptorfunctie.

Celwand

  • Plantaardige cellen, schimmels, bacteriën en archaea hebben een celwand.
  • Dierlijke cellen niet.
  • Opgebouwd uit cellulose (plantaardige cellen), chitine (schimmels), peptidoglycaan (bacteriën) en zonder peptidoglycaan (archaea).
  • Functies: bescherming, ondersteuning en transport van stoffen.

Plasmodesmata

  • Gaatjes in de celwand tussen naburige cellen
  • Communicatie en uitwisseling van stoffen

Celorganellen

  • Cellen bevatten veel verschillende celorganellen met specifieke functies.
    • Kern speelt een essentiële rol
    • Ribosomen produceren eiwitten
    • Endoplasmatisch reticulum (ER) is een netwerk van membranen
    • Golgi-apparaat bewerkstelligt de verwerking en transport van eiwitten
    • Mitochondria produceren energie
    • Lysosomen zorgen voor afbraak
    • Plastiden (chloroplasten, chromoplasten, leukoplasten) spelen een rol in fotosynthese en opslag van stoffen
    • Vacuolen zijn vloeistofgevulde blaasjes, vooral in plantencellen
    • Cytoskelet (actinefilamenten, intermediaire filamenten, microtubuli): vormgeving en transportsysteem.
    • Centriolen: rol in celdeling

Celdifferentiatie

  • Cellulaire specialisatie op basis van vorm en functie.

  • Stamcellen: ongedifferentieerde cellen die zich tot andere celtypen kunnen ontwikkelen.

    • Totipotente stamcellen: in staat tot ontwikkeling tot een compleet organisme.
    • Pluripotente stamcellen: kunnen differentiëren tot veel verschillende lichaamscellen.
    • Multipotente stamcellen: kunnen differentiëren tot een beperkt aantal celtypen.
    • Unipotente stamcellen: kunnen differentiëren tot slechts één celtype.
  • Weefsels en organen: combinaties van cellen met specifieke functies.

Prokaryoten vs. Eukaryoten

  • Prokaryoten: geen membraangebonden organellen.
  • Eukaryoten: wel membraangebonden organellen.

Studying That Suits You

Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.

Quiz Team

Related Documents

Description

Dit quiz biedt een overzicht van de basisprincipes van cellen, inclusief hun structuur en functie. Je leert over de verschillende niveaus van celstructuur en de rol van cytoplasma en celmembranen. Perfect voor studenten die hun kennis over biologie willen verdiepen.

Use Quizgecko on...
Browser
Browser