Hoofdstuk 6: Welvaart

Hoofdstuk 6: Welvaart

• Marktevenwicht: Maximaliseert de totale welvaart van kopers en verkopers. Weerspiegelt de toewijzing van schaarse middelen.
• Welvaartseconomie: Onderzoekt of de marktallocatie ook maatschappelijk wenselijk is.
• Welvaartseconomie: Onderzoekt hoe middelen de economische welvaart beïnvloeden.
• Kopers en verkopers: Beiden profiteren van hun deelname aan de markt.
• Consumentensurplus: Meet de economische welvaart vanuit het perspectief van de koper. Het verschil tussen de bereidheid om te betalen en het daadwerkelijk betaalde bedrag.
• Bereidheid tot betalen: Maximale som die een koper wil betalen voor een goed/dienst. Meet de waarde die de koper geeft aan het goed/de dienst.
• Producentensurplus: Meet de economische welvaart vanuit het perspectief van de verkoper. Het verschil tussen de ontvangen prijs en de kosten van de verkoper.
• Marktvraagschema: Geeft weer welke kopers bereid zijn per prijssegment goederen te kopen.
• Consumentensurplus (uitgedrukt op een grafiek): De oppervlakte onder de vraagcurve en boven de effectief betaalde prijs. Meet het totale voordeel voor de koper.
• Invloed prijs op consumentensurplus: Een lagere prijs zorgt voor een groter consumentensurplus.
• Producentensurplus (uitgedrukt op een grafiek): De oppervlakte onder de prijs en boven de aanbodscurve. Meet het totale voordeel voor de verkoper.
• Invloed prijs op producentensurplus: Een hogere prijs zorgt voor een groter producentensurplus.
• Marktefficiëntie: Een sociale planner is niet alleen geïnteresseerd in efficiëntie, maar ook in gelijkheid en rechtvaardigheid in de welvaartsverdeling.
• Marktfalingen: Externaliteiten, Marktmacht, Imperfecte informatie, Andere factoren kunnen ervoor zorgen dat het evenwicht op de markt niet ideaal is.
• Marktevenwicht: De prijs en hoeveelheid waar de vraag en aanbod elkaar kruisen. Het is een efficiënte toewijzing van middelen voor de hele markt.
• Drie inzichten van de vrije markt: De vrije markt wijst goederen toe aan consumenten en producenten die het meest waardevol vinden bij oplopende prijs. De toewijzing volgt ook de laagste kosten structuur bij het produceren. De vrije markt produceert goederen en diensten die de totale surplus (som van consumentensurplus en producentensurplus) maximaliseren.
• Invisible Hand: Adam Smith beschrijft hoe eigenbelang in een markt met vrije prijzen en mededinging, kan leiden tot collectieve welvaart.