Hartprikkel en Ionenwisseling

Choose a study mode

Play Quiz
Study Flashcards
Spaced Repetition
Chat to Lesson

Podcast

Play an AI-generated podcast conversation about this lesson
Download our mobile app to listen on the go
Get App

Questions and Answers

Welke term beschrijft het proces waarbij een hartcel zijn elektrische lading verliest?

  • Repolarisatie
  • Refractaire periode
  • Contractie
  • Depolarisatie (correct)

Welke ionen spelen een sleutelrol bij de intra- en extracellulaire ionenwisseling die leidt tot de contractie van de hartspier?

  • Uitsluitend calciumionen
  • Magnesium- en chlorideionen
  • Uitsluitend natrium- en kaliumionen
  • Kalium- en natriumionen, met een belangrijke rol voor calciumionen (correct)

Wat is de term voor de periode waarin een hartcel niet opnieuw kan worden geprikkeld?

  • Depolarisatie fase
  • Repolarisatie fase
  • Refractaire periode (correct)
  • Contractiefase

Welke van de volgende beweringen is correct met betrekking tot de refractaire periode van de ventriculaire hartcellen?

<p>Tijdens de herstelfase is er een kort moment waarop de cellen extra gevoelig zijn voor het ontwikkelen van levensbedreigende ritmestoornissen. (D)</p>
Signup and view all the answers

Welke van de volgende structuren kan, naast de sinusknoop, een hartritme genereren?

<p>Atriale cellen, AV-knoop, bundel van His en ventriculaire hartcellen (A)</p>
Signup and view all the answers

Wat wordt er bedoeld met 'ectopie' in de context van hartfunctie?

<p>Een hartprikkel die op een ongewenst moment door hartcellen wordt afgegeven. (C)</p>
Signup and view all the answers

Welke weergave op een ECG-ritmestrook geeft de elektrische activatie (depolarisatie) van de atria weer?

<p>P-top (D)</p>
Signup and view all the answers

Wat vertegenwoordigt de PQ-tijd (PR-interval) op een ECG?

<p>De fysiologische pauze in de AV-knoop en de tijd die de prikkel nodig heeft om van de atria naar de ventrikels te gaan (B)</p>
Signup and view all the answers

Wat indiceert een QRS-duur langer dan 0,12 seconden meestal?

<p>Intraventriculaire geleidingsstoornis (IVGS) (C)</p>
Signup and view all the answers

Wat wordt bedoeld met de T-top op een ECG?

<p>De elektrische herstelfase (repolarisatie) van de ventrikels (D)</p>
Signup and view all the answers

Wat is een belangrijke indicator van ischemie of een infarct, die beoordeeld kan worden op een ECG?

<p>De vorm van het ST-segment en de T-top (C)</p>
Signup and view all the answers

Welke relatie bestaat er tussen de hartfrequentie en de QT-tijd?

<p>Hoe lager de hartfrequentie, hoe langer de QT-tijd (A)</p>
Signup and view all the answers

Bij welke hartfrequentie wordt een QT-tijd als 'normaal' beschouwd?

<p>Bij een hartfrequentie van 60 bpm is een QT-tijd tussen 0,36 en 0,46 seconde normaal. (A)</p>
Signup and view all the answers

Wat is de standaard papiersnelheid van een ECG?

<p>25 mm/sec (A)</p>
Signup and view all the answers

Hoeveel kleine hokjes op een ECG-strook vertegenwoordigen 0,2 seconden bij de standaard snelheid?

<p>5 kleine hokjes (C)</p>
Signup and view all the answers

Wat betekent het als de P-toppen op een ECG onregelmatig zijn?

<p>De prikkel kan afkomstig zijn van verschillende plaatsen in het atrium, of van één plek die zelf niet regelmatig is. (A)</p>
Signup and view all the answers

Wat is de betekenis als er geen QRS-complex volgt na een P-top op een ECG?

<p>De prikkel vanuit de atria bereikt de ventrikels niet. (A)</p>
Signup and view all the answers

Wat betekent een verkorte PQ-tijd op een ECG?

<p>De prikkel vanuit het atrium ligt dichterbij de AV-knoop dan de sinusknoop. (D)</p>
Signup and view all the answers

Wat is een kenmerk van een 1e graads AV-blok op een ECG?

<p>PQ-tijd regelmatig maar langer dan 0,20 seconden (D)</p>
Signup and view all the answers

Wat is een typerend kenmerk van een 2e graads AV-blok type Wenckebach op een ECG?

<p>Een geleidelijk verlengende PQ-tijd tot een QRS-complex wegvalt (C)</p>
Signup and view all the answers

Wat is een kenmerk van een 3e graads AV-blok?

<p>Een wisselende PQ-tijd zonder relatie tussen P-toppen en QRS-complexen (B)</p>
Signup and view all the answers

Wat is de normale QRS-breedte?

<p>0,06-0,11 sec (A)</p>
Signup and view all the answers

Wat betekent een verbreed QRS-complex op een ECG?

<p>De prikkel verloopt niet via de bundeltakken. (D)</p>
Signup and view all the answers

Wat wordt bedoeld met een 'septum Q' op een ECG?

<p>Een fysiologische Q die in bepaalde afleidingen voorkomt als gevolg van de activatie van het septum. (C)</p>
Signup and view all the answers

Welke ECG-afleidingen zijn unipolair?

<p>Precordiale afleidingen (B)</p>
Signup and view all the answers

Flashcards

Wat is depolarisatie?

Het ontladen van een hartcel.

Wat is repolarisatie?

Het herstellen van een hartcel naar zijn 'startpunt'.

Welke ionen zijn betrokken bij de ionenwisseling in het hart?

Natrium, kalium en calcium.

Wat is een actiepotentiaal?

De ionenwisseling die leidt tot een contractie van het hart.

Signup and view all the flashcards

Wat is het gevolg van medicatie/elektrolytstoornis?

Verandering in 1 of meerdere fasen van het actiepotentiaal.

Signup and view all the flashcards

Wat is refractaire periode?

De tijd die cellen nodig hebben om te herstellen na ontlading.

Signup and view all the flashcards

Wat is de vulnerable periode (VP)?

De ventriculaire hartcellen zijn extra gevoelig voor ritmestoornissen.

Signup and view all the flashcards

Welke cellen in het hart kunnen een hartritme genereren?

Sinusknoop, atriale cellen, AV-knoop, bundel van His, ventriculaire hartcellen.

Signup and view all the flashcards

Wat is ectopie?

Het afgeven van een hartprikkel op een onbedoeld moment.

Signup and view all the flashcards

Waar staat de P-top voor?

De elektrische activatie (depolarisatie) van de atria.

Signup and view all the flashcards

Waar staat de PQ-tijd (PR-interval) voor?

De fysiologische pauze in de AV-knoop (vertraging prikkelgeleiding).

Signup and view all the flashcards

Waar staat het QRS-complex voor?

Elektrische activatie (depolarisatie) van de ventrikels.

Signup and view all the flashcards

Waar staat de T-top voor?

Elektrische herstelfase (repolarisatie) van de ventrikels.

Signup and view all the flashcards

Wat betekent een verbreed QRS-complex?

Een blokkade in 1 van de bundeltakken.

Signup and view all the flashcards

Wat is ischemie?

Is zuurstofgebrek van de hartspier zonder blijvende schade.

Signup and view all the flashcards

Wat is infacering?

Is blijvende hartspierschade door zuurstofgebrek.

Signup and view all the flashcards

Wat is een STEMI?

Een ECG met ST-elevatie waarbij hartspierweefsel afsterft.

Signup and view all the flashcards

Wat is een NSTEMI?

ECG zonder ST-elevatie, kan ischemie afwijkingen of normaal ECG laten zien.

Signup and view all the flashcards

Wat is subendocardiaal?

Subendocardiaal is de binnenbekleding van de hartspier, het endocard.

Signup and view all the flashcards

Wat is transmuraal?

Transmuraal is door zowel de gehele wand van de hartspier, het endocard en het myocard.

Signup and view all the flashcards

Wat is epicard?

Buitenbekleding van hartspier en de binnenlaag van het pericard.

Signup and view all the flashcards

Hoe definieer je een ST-depressie?

Een ST-depressie van 1mm of groter is significant.

Signup and view all the flashcards

Wat is repolarisatie?

De elektrische herstelfase van de ventrikels.

Signup and view all the flashcards

T-top afwijking RBTB

Negatieve T-toppen zijn vaak aanwezig in V1-V3

Signup and view all the flashcards

Study Notes

Hartprikkel en Ionenwisseling

  • Een hartprikkel ontstaat door constante ionenwisseling tussen de binnen- en buitenkant van de cel.
  • Depolarisatie is het ontladen van de hartcel, repolarisatie is het herstellen naar de beginstaat.
  • Ionenwisseling vindt plaats via het celmembraan van hartspiercellen, van intracellulair naar extracellulair en vice versa.
  • Hartcellen activeren elkaar in een domino-effect.
  • Kalium-, natrium- en calciumionen zijn betrokken bij dit proces.
  • Calciumionen zorgen voor de contractie van de hartspier in een normale situatie.
  • Het ECG laat zien hoeveel 'stroom' er door het hart gaat.
  • Het actiepotentiaal, een elektrisch proces, bestaat uit verschillende fases van ionenwisseling wat leidt tot een contractie.
  • Elektrolytenstoornissen (natrium, kalium) beïnvloeden het actiepotentiaal.
  • Bepaalde medicatie en elektrolytenstoornissen kunnen levensbedreigende ritmestoornissen veroorzaken door de verandering in de ionenstroom in het actiepotentiaal.
  • Een verlengde QT-tijd op het ECG geeft een verhoogde kans op levensbedreigende ritmestoornissen.
  • Medicijnen die een verlengde QT-tijd kunnen veroorzaken zijn amiodaron, sotalol, citalopram, haloperidol, erytromycine, domperidon, ondansetron, methadon, en chloroquine.
  • De hartprikkel verspreidt zich door het hart via een domino-effect vanuit de sinusknoop.
  • Cellen hebben tijd nodig om te herstellen (repolariseren) na ontlading (depolariseren).
  • Tijdens de hersteltijd (repolarisatie) kan de cel niet opnieuw ontladen, dit heet de refractaire periode, en geldt voor atriale en ventriculaire hartcellen.
  • Ventriculaire hartcellen kunnen soms dermate geprikkeld worden dat levensbedreigende ritmestoornissen ontstaan.

Refractaire Periode en Vulnerabele Periode (VP)

  • De refractaire periode wordt in deze context gedefinieerd voor ventriculaire hartcellen en is herkenbaar op een ritmestrook/ECG als het QRS-complex en de T-top
  • Tijdens de herstelfase zijn er momenten waarop hartcellen wel kunnen ontladen.
  • De refractaire periode is opgebouwd uit verschillende fasen van niet tot extreem prikkelbaar.
  • De mate van prikkelbaarheid van hartspiercellen wordt aangeduid met de refractaire periode.
  • Ventriculaire hartcellen zijn extra gevoelig tijdens hun herstelfase (repolarisatie, T-top), dit heet de vulnerabele periode (VP).
  • De vulnerabele periode (VP) bevindt zich midden in de T-top, en langer QT-tijden verbreden de T-top en VP, waardoor er meer kans is op levensbedreigende ritmestoornissen.
  • Elke hartcel kan een ritme genereren.
  • Wanneer de sinusknoop niet functioneert kunnen andere cellen in het hart de taak overnemen. Prikkelvormende cellen zijn onder andere:
    • Sinusknoop
    • Atriale cellen
    • AV-knoop
    • Bundel van His
    • Ventriculaire hartcellen
  • Alle hartcellen kunnen een prikkel afgeven, maar dat is niet de bedoeling.
  • Ectopie is wanneer een hartcel een prikkel afgeeft op een ongewenst moment.
  • De hartprikkel kan afwijkend verlopen, zoals wanneer de prikkel niet via de sinusknoop naar de ventriculaire cellen loopt.

Geleiding van de Hartprikkel

  • In een normale situatie start het hartritme in de sinusknoop (in het rechter atrium).
  • Via de atria gaat het signaal naar de AV-knoop, die relatief traag geleidt.
  • Daarna gaat het signaal via de bundel van His, de linker en rechter bundeltak, en de Purkinje vezels naar de hartspiercellen van de ventrikels.
  • De snelheid van deze route is te volgen op het ECG/ritmestrook aan de hand van de PQ-tijd, QRS-duur en het QT(c)-interval.

ECG Onderdelen en Tijden

  • P-top:
    • Elektrische activatie (depolarisatie) van atria
  • PQ-tijd (PR-interval):
    • Fysiologische pauze in AV-knoop (vertraging van prikkelgeleiding)
    • Gemeten van begin P-top tot begin QRS-complex
    • Indicatie van de voorgeleiding van de prikkel van de atria via de AV-knoop naar de bundels van His (ventrikels)
    • Indicator voor AV-blokken
    • Normale PQ-tijd is 0,12 tot 0,20 seconden
  • QRS-complex:
    • Elektrische activatie (depolarisatie) van ventrikels
    • Ventrikeldepolarisatie
    • QRS complex 0,06 - 0,11 sec
  • QRS-breedte
    • QRS >0,12 sec duidt op een intraventriculaire geleidingsstoornis (IVGS).
    • Dit kan zich bevinden in de bundeltakken, de fascikels of het ventrikelmyocard.
    • Een 12 afleidingen ECG is nodig om vast te stellen of en welk bundeltakblok aanwezig is.
  • T-top:
    • Elektrische herstelfase (repolarisatie) van ventrikels
  • QT-tijd (QT-interval):
    • Indicator voor ischemie/infacering (alleen op ECG te beoordelen!)
    • Geeft informatie over de repolarisatietijd van de ventrikels.
    • Indicator voor de kans op acute ventriculaire ritmestoornissen.
    • Gemeten van het begin van het QRS-complex tot het einde van de T-top.
    • Afhankelijk van de hartfrequentie; hoe trager de hartfrequentie, des te langer de QT-tijd.
    • Per afleiding kan de QT-tijd verschillen op een ECG.
    • De langst gemeten QT-tijd telt.
    • Bij een hartfrequentie van 60 bpm is een normale QT-tijd 0,36-0,46 sec.
    • Een normale QT-waarde is tot 0,45 sec voor vrouwen en tot 0,46 sec voor mannen.

Snelheden op een ECG

  • Om snelheden te bepalen is kennis van de aanduidingen vereist.
  • Horizontaal: een klein hokje is 0,04 sec en 5 kleine hokjes (1 groot hokje) is 0,2 sec.
  • Verticaal: een klein hokje is 1mm.
  • De standaard papiersnelheid is 25mm/sec, te vinden onderaan het ECG.
  • Een standaardijk is 10mm = 1mV, oftewel 2 grote hokjes verticaal.

Frequentie Bepaling

Methoden om de frequentie te bepalen:

  • 300-150-100-75-60-50-43-37
  • 300 gedeeld door het aantal blokjes tussen een RR-interval
  • 3 sec regel: 2 x 3 sec nemen, cycli tellen en vermenigvuldigen met 10 (bij bradycardieën)
  • Een gehele regel (= 10 sec) nemen, complexen tellen en vermenigvuldigen met 6 (bij onregelmatig ritme & bradycardie)

Stappenplan Interpretatie ECG

  1. P-top:
  • Aanwezigheid geeft aan dat er een prikkel vanuit de atria komt.
  • De prikkel kan uit de sinusknoop of uit een hartcel uit de atria komen.
  • Afwezigheid betekent geen atriale activiteit.
  1. P-P Regelmatigheid:
  • Regelmatige P-toppen betekenen dat ze steeds uit dezelfde plek van het hart komen.
  • Onregelmatige P-toppen kunnen uit dezelfde of een wisselende plek in het atrium komen.
  1. P-top Gelijkvormigheid:
  • Gelijke vorm duidt op dezelfde plek van oorsprong.
  • Verschillende vorm duidt op verschillende plaatsen van oorsprong en impliceert onregelmatigheid.
  1. P Gevolgd Door QRS-complex:
  • Als een QRS-complex volgt na elke P-top, komt de prikkel vanuit de atria in de ventrikels aan.
  • Als er geen QRS-complex volgt komt de prikkel vanuit de atria niet in de ventrikels aan
  1. PQ-tijd:
    • De PQ-tijd kan gemeten worden als een P-top gevolgd wordt door een QRS-complex
    • De normale waarde is 0,12-0,20 seconde.
    • Het geeft aan hoe snel het elektrisch signaal door de AV knoop gaat.
    • Er wordt gemeten van het begin van de P top tot de eerste deflectie van het QRS complex.
    • Een verlengde PQ-tijd wijst op een defect van de AV-knoop (AV-blok).
    • Een verkorte PQ-tijd betekent dat de prikkel dichterbij de AV-knoop ligt dan de sinusknoop.

PQ-tijd Condities

Studying That Suits You

Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.

Quiz Team

Related Documents

More Like This

Cardiac Electrophysiology Quiz
24 questions
Cardiac Electrophysiology & Anatomy (Lec 3)
41 questions
Elektrische Activiteit van het Hart
35 questions
Use Quizgecko on...
Browser
Browser