26 Questions
0 Views
3.7 Stars

Ecologie hoofdstuk 2 tekstboek

Deze quiz gaat over fylogenetische stambomen en genetische verwantschap tussen soorten op basis van DNA hybridisatie. Ook wordt gekeken naar de relatie tussen genetische verwantschap en geografische verspreiding van soorten.

Created by
@IllustriousPeace

Start Quiz

Study Flashcards

Questions and Answers

Welk terrestrisch bioom is gekenmerkt door permafrost en een soortenarme flora?

Toendra

In welk bioom is er meestal een periode waarin vloeibaar water limiterend is vanwege de potentiële verdamping die de neerslaghoeveelheid overtreft?

Gematigd woud

Welk bioom wordt gekenmerkt door intense begrazing door dieren en seizoenale droogte?

Savanne

In welk bioom komen altijdgroene coniferen voornamelijk voor?

<p>Taiga</p> Signup and view all the answers

In welk bioom komen korstmossen, mossen, zeggen en struiken voor?

<p>Toendra</p> Signup and view all the answers

Welk bioom komt voor in mediterrane klimaten met milde, natte winters en droogte tijdens de zomer?

<p>Chaparral</p> Signup and view all the answers

Welk terrestrisch bioom vertoont een specifieke distributie over de aarde gerelateerd aan gemiddelde temperatuur en neerslag?

<p>Toendra</p> Signup and view all the answers

In welk bioom zijn insecten zeer abundant maar vertonen een uitgesproken seizoenaliteit?

<p>Toendra</p> Signup and view all the answers

Welk bioom komt voor in de iets drogere delen van gematigde en tropische gebieden?

<p>Grasland</p> Signup and view all the answers

Wat is een belangrijke invloed geweest op de huidige distributiepatronen van soorten?

<p>Nunataks als refugia tijdens de ijstijden</p> Signup and view all the answers

Welke regio was tijdens de ijstijden beperkt tot een beperkt aantal refugia?

<p>Tropisch regenwoud in Zuid-Amerika</p> Signup and view all the answers

Wat is een reden waarom eilanden belangrijk zijn voor de globale biodiversiteit?

<p>Ze herbergen vaak unieke endemische soorten</p> Signup and view all the answers

Wat draagt bij aan de snelle evolutie van eilandpopulaties?

<p>Het stichtereffect</p> Signup and view all the answers

Wat kan er gebeuren wanneer genetische verschillen tussen eiland- en bronpopulatie voldoende groot zijn?

<p>'Soortenvorming' kan plaatsvinden</p> Signup and view all the answers

Welk effect heeft klimaatverandering gehad op klimaatsgordels?

<p>Klimaatsgordels zijn verplaatst door klimaatverandering</p> Signup and view all the answers

Welk effect hebben klimaatveranderingen gehad op veel huidige soortenverspreidingen?

<p>Herkolonisatie na ijstijden in het Pleistoceen</p> Signup and view all the answers

Waarom is het belangrijk om te begrijpen waarom bepaalde soorten niet kunnen gedijen in bepaalde habitattypes?

<p>Omdat ecologische randvoorwaarden en processen de motor vormen voor evolutie, met soortenvorming en habitatspecialisatie</p> Signup and view all the answers

Waarom bestaat het perfect aangepaste organisme volgens de tekst niet?

<p>Omdat een adaptatie aan één omgevingskarakteristiek vaak automatisch een mindere adaptatie aan andere omgevingskarakteristieken inhoudt</p> Signup and view all the answers

Wat benadrukt de benadering die wordt beschreven in de tekst?

<p>De wijze waarop de biologie van verschillende organismen in overeenstemming is met de kenmerken van de omgeving waarin ze leven</p> Signup and view all the answers

Waarom wordt er gekeken naar verbanden tussen de biologie van verschillende soorten en de omgevingskarakteristieken waarin deze soorten worden aangetroffen?

<p>Om te begrijpen hoe organismen zijn aangepast aan hun omgeving</p> Signup and view all the answers

Wat is een van de observaties waarop Darwin's theorie van evolutie door natuurlijke selectie is gebaseerd?

<p>Variatie binnen individuen in een populatie van een soort</p> Signup and view all the answers

Wat is de betekenis van 'fitness' in de context van natuurlijke selectie?

<p>De relatieve bijdrage van een genotype aan de volgende generatie</p> Signup and view all the answers

Wat is een vereiste voor natuurlijke selectie om plaats te vinden?

<p>Heredeerbare variatie in eigenschappen die verband houden met fitness</p> Signup and view all the answers

Welk voorbeeld illustreert een gedocumenteerd geval van genetische aanpassing in natuurlijke populaties?

<p>Evolutie van melanisme bij de peper-en-zoutvlinder Biston betularia</p> Signup and view all the answers

Wat zijn de gevolgen van bewegingen van continentale platen voor populaties van soorten?

<p>Ze kunnen leiden tot onafhankelijke evolutie en veranderingen in klimaatzones.</p> Signup and view all the answers

Wat was een belangrijke factor die leidde tot bredere acceptatie van de theorie van platentektoniek?

<p>Bevestiging door geomagnetische metingen.</p> Signup and view all the answers

Study Notes

  • Darwin's theory of evolution through natural selection is an ecological theory that is based on the following observations: (1) variation: individuals in a population of a species are not identical, they differ in size, development speed, response to environmental changes, and so on; (2) inheritance: a part of the variation is inherited, meaning a part of the variation in characteristics between individuals in a population is genetically determined and is passed on from parent to offspring; (3) demographic surplus: populations have the ability to greatly increase in size, more than they actually do in practice; a large part of the reproductive potential is not realized, and a large part of the offspring die are born die early;
  • Selection: different ancestors give rise to different numbers of offspring, as a result of a different reproductive success and survival of these offspring; (4) response to selection: the number of offspring produced is largely determined by the interaction between the individual's characteristics and the environment; (5) fitness: the fitness of a genotype is the relative contribution of this genotype to the next generation, it is not an absolute term, but rather the relative contribution to the next generation; (6) evolution: when the heritable characteristics of a population change from generation to generation as a result of some individuals producing more offspring than others, we speak of evolution through natural selection; (7) Natural selection can only occur if there is heritable variation in fitness-related characteristics; (8) Natural selection acts on phenotypes, but only influences the evolution of the affected traits if there is heritable variation for these traits; (9) Documented examples of relatively rapid genetic adaptations in natural populations include the evolution of melanism in the peppered moth Biston betularia (the peppered moth with black spots or the peppered moth with the Metertorenkop), in which the percentage of black morphotypes in natural populations has changed dramatically in relation to the disappearance of lichens due to air pollution; (10) Both the evolution and the distribution of organisms are largely determined by a number of processes that occur on a large scale, such as the movements of the continents (tectonics) and the global climate changes that have occurred over time; (11) Plate tectonics: the distribution of many organisms (for example, birds of prey) over the continents cannot be explained based on the current distances between the continents or the climatological conditions. This led researchers such as Wegener in the early 20th century to propose the idea that the continents had moved themselves over time. The theory of plate tectonics only gained widespread acceptance in the 1960s and 1970s, when it was confirmed by geomagnetic measurements. Movements of the plates occur very slowly (at most a few centimeters per year), but over a period of millions of years, these movements have significant consequences. For example, until about 150 million years ago, the current Americas, Africa, Arabia, Madagascar, India, Australia and Antarctica were part of one supercontinent: Gondwana. The continental shifts had not only the consequence that populations of species were separated (leading to independent evolution; see Figure 2-2), but also that certain continental plates and the populations on them passed through different climate zones. Figure 2-2 The distribution of Struthioniformes (ostrichs and their relatives) and Tinamiformes (tinamous and nandu) in South America, Struthioniformes in Africa, Emu in Australia, Casuarina in Australia and New Guinea, and the various Kiwi species in New Zealand.

Studying That Suits You

Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.

Quiz Team
Use Quizgecko on...
Browser
Browser