Fin de Siècle en La Belle Époque

Fin de Siècle

• Periode aan het einde van de 19e eeuw.
• Gekenmerkt door een gevoel van verval, pessimisme en decadentie.

La Belle Époque

• Een tijd van vrede, vooruitgang en culturele bloei.
• Periode voorafgaand aan de Eerste Wereldoorlog.

Beweging van Tachtig

• Literaire beweging uit de jaren 1880.
• Streefde naar vernieuwing in de Nederlandse literatuur.

L’art pour l’art

• Kunst omwille van de kunst.
• Kunst hoeft geen maatschappelijk doel te hebben.

Mimesis

• Het nabootsen van de werkelijkheid in kunst en literatuur.

Impressionisme

• Kunst- en literatuurstroming.
• Gericht op persoonlijke indrukken en sfeer.

Realisme

• Stroming die de werkelijkheid zo objectief mogelijk wil weergeven.

Neologisme

• Een nieuw gevormd woord of een nieuwe uitdrukking.

Sonnet

• Een gedicht van 14 regels.
• Heeft een vast rijmschema en structuur.

Naturalisme

• Stroming die het determinisme benadrukt.
• Beschouwt het menselijk lot als bepaald door erfelijkheid en omgeving.

Determinisme

• De opvatting dat alle gebeurtenissen bepaald worden door oorzaken buiten de wil.
• Inclusief menselijke handelingen.

Symbolisme

• Een stroming waarin symbolen en metaforen worden gebruikt.
• Dient om diepere betekenissen uit te drukken.

Jugendstil

• Kunststroming met sierlijke lijnen en decoratieve vormen.
• Vaak geïnspireerd door de natuur.

Neoromantiek

• Reactie op het realisme en naturalisme.
• Legt de nadruk op emotie, mystiek en escapisme.

Escapisme

• De neiging om te vluchten uit de harde werkelijkheid.
• Vluchten naar een geïdealiseerde wereld.

Totalitaire Staat

• Een staat waarin de overheid volledige controle heeft.
• Controle over alle aspecten van het leven.

Eerste Wereldoorlog

• Had een grote invloed op de literatuur.
• Thema’s zoals oorlogstrauma’s en verloren idealen komen veel voor.

Interbellum

• De periode tussen de Eerste en Tweede Wereldoorlog.
• Gekenmerkt door sociale en culturele veranderingen.

Avant-gardisten

• Kunstenaars en schrijvers die experimenteerden.
• Experimenteerden met nieuwe vormen en technieken.

Expressionisme

• Kunststroming waarin gevoelens en emoties centraal staan.
• Vaak weergegeven in felle kleuren en vervormde vormen.

Vrije Verzen

• Poëzie zonder vast metrum of rijmschema.

Futurisme

• Stroming die moderniteit, snelheid en technologie verheerlijkt.

Nihilisme

• Filosofie die stelt dat het leven geen betekenis of doel heeft.

De Stijl

• Kunst- en designstroming die streefde naar abstractie en eenvoud.
• Gebruikte primaire kleuren en rechte lijnen.

Vitalisme

• Literatuurstroming die het leven en de levenskracht verheerlijkt.

Dadaïsme

• Antikunstbeweging die absurditeit en willekeur in kunst benadrukt.

Surrealisme

• Beweging gericht op het verkennen van het onderbewuste.
• Onderbewuste wordt verkend door middel van dromen en irrationele beelden.

Functionalisme

• Stroming in de architectuur en kunst.
• Vorm volgt uit functie.

Poésie Parlante

• Spreektaalpoëzie.
• Poëzie die de alledaagse taal nabootst.

Forum

• Literair tijdschrift dat pleitte voor meer persoonlijkheid in literatuur.