Economie Examen T1 4B

Choose a study mode

Play Quiz
Study Flashcards
Spaced Repetition
Chat to Lesson

Podcast

Play an AI-generated podcast conversation about this lesson

Questions and Answers

Wat is het totale inkomen van de mensen die in een land wonen, ongeacht waar ze werken?

  • Nationale inkomen (correct)
  • BBP
  • Consumptie-uitgaven
  • Nationale productiviteit

Wat wordt niet beschouwd als een investeringsgoed?

  • Kantoren
  • Transportmiddelen
  • Machines voor productie
  • Consumptiegoederen (correct)

Wat geeft een indifferentiecurve weer?

  • De evolutie van de prijzen in de tijd
  • De voorkeuren van een consument voor verschillende goederencombinaties (correct)
  • De totale uitgaven van een consument
  • De productiecapaciteit van ondernemingen

Wat omschrijft het concept van regionale clustering het beste?

<p>De aanwezigheid van ondernemingen uit dezelfde sector in een regio (C)</p> Signup and view all the answers

Wat is een kenmerk van consumptiegoederen?

<p>Ze zijn bedoeld voor directe bevrediging van de behoeften van gezinnen. (D)</p> Signup and view all the answers

Wat geldt niet voor nanotechnologie?

<p>De productie van standaard consumptiegoederen (D)</p> Signup and view all the answers

Welk van de volgende elementen beïnvloedt niet de keuze van een consument?

<p>Marketingstrategieën van bedrijven (B)</p> Signup and view all the answers

Wat gebeurt er met het nut naarmate een indifferentiecurve verder van de oorsprong ligt?

<p>Het nut neemt toe (C)</p> Signup and view all the answers

Wat wordt bedoeld met het bruto binnenlands product (bbp)?

<p>De totale toegevoegde waarde door ondernemingen en overheden in een land. (C)</p> Signup and view all the answers

Wat is het verschil tussen het bbp in lopende prijzen en het bbp in volume?

<p>Het bbp in volume houdt rekening met inflatie terwijl het bbp in lopende prijzen dat niet doet. (A)</p> Signup and view all the answers

Wat houdt het bruto nationaal product (bnp) in?

<p>De toegevoegde waarde door inwoners van een land, ongeacht waar ze werken. (A)</p> Signup and view all the answers

Waarom is het bnp belangrijk voor de economie?

<p>Het weerspiegelt het totale inkomen van de inwoners en hun economische activiteit. (D)</p> Signup and view all the answers

Wat zijn regionale clusters?

<p>Regio's waar ondernemingen uit dezelfde sector actief zijn. (C)</p> Signup and view all the answers

Wat is een aspect dat niet wordt meegenomen in het brutonationalproduct?

<p>De totale belastingen die door inwoners worden betaald. (B)</p> Signup and view all the answers

Waarom wordt het bbp in volume gebruikt?

<p>Om de werkelijke productie te analyseren zonder invloed van prijsveranderingen. (A)</p> Signup and view all the answers

Wat is de juiste naam voor het bruto nationaal inkomen in statistieken?

<p>Bruto nationaal inkomen. (C)</p> Signup and view all the answers

Wat betekent de term 'ceteris paribus' in de economische context?

<p>Alle andere factoren blijven constant tijdens de analyse. (B)</p> Signup and view all the answers

Hoe wordt de marktvraag mathematisch vertegenwoordigd?

<p>Qv = -a * P + b (B)</p> Signup and view all the answers

Wat stelt een budgetlijn voor in de economie?

<p>De maximale hoeveelheid goederen die een consument kan kopen met een bepaald budget. (B)</p> Signup and view all the answers

Wat betekent een indifferentiecurve?

<p>Een curve die verschillende combinaties van goederen toont met hetzelfde nut. (B)</p> Signup and view all the answers

Wat is de individuele vraag?

<p>De vraag naar een product van een specifieke consument. (B)</p> Signup and view all the answers

Wat is het nut in de economische context?

<p>De tevredenheid die een consument ervaart bij het kopen van een product. (C)</p> Signup and view all the answers

Wat wordt bedoeld met de vraagcurve?

<p>Een grafische voorstelling van de hoeveelheid die consumenten willen kopen bij verschillende prijzen. (D)</p> Signup and view all the answers

Wat beschrijft een collectieve vraag?

<p>De totale vraag naar een product van alle consumenten samen. (B)</p> Signup and view all the answers

Wat gebeurt er met de budgetlijn wanneer het inkomen van een consument stijgt?

<p>De budgetlijn verschuift naar rechts. (B)</p> Signup and view all the answers

Hoe beïnvloedt een stijging van de prijs van een product de budgetlijn?

<p>De helling van de budgetlijn zal toenemen. (B)</p> Signup and view all the answers

Wat wordt bedoeld met de 'ceteris paribus'-clausule?

<p>Slechts één grootheid kan veranderen terwijl andere gelijk blijven. (D)</p> Signup and view all the answers

Waar bevindt de optimale productcombinatie van een consument zich?

<p>In het raakpunt van de budgetlijn en de hoogst gelegen indifferentiecurve. (C)</p> Signup and view all the answers

Wat vertegenwoordigt de collectieve vraagcurve?

<p>De totale vraag van meerdere consumenten bij verschillende prijzen. (D)</p> Signup and view all the answers

Wat gebeurt er met de gevraagde hoeveelheid als de prijs van een product daalt?

<p>De gevraagde hoeveelheid stijgt. (D)</p> Signup and view all the answers

Wat is de juiste manier om de budgetvergelijking voor twee goederen weer te geven?

<p>budget = Qx * Px + Qy * Py (C)</p> Signup and view all the answers

Wat gebeurt er met de budgetlijn als het inkomen van de consument daalt?

<p>De budgetlijn verschuift naar links. (D)</p> Signup and view all the answers

Wat zijn constante kosten?

<p>Kosten die altijd aanwezig zijn, ongeacht de productie. (A)</p> Signup and view all the answers

Wat gebeurt er met de productie als een onderneming meer arbeid inzet?

<p>De productie neemt eerst meer dan evenredig toe, en daarna minder. (D)</p> Signup and view all the answers

Hoe worden totale kosten (TK) berekend?

<p>TK = TVK + TCK (C)</p> Signup and view all the answers

Wat zijn gemiddelde kosten (GK)?

<p>De totale kosten gedeeld door het aantal geproduceerde eenheden. (C)</p> Signup and view all the answers

Wat zijn marginale kosten (MK)?

<p>De bijkomende kosten bij het uitbreiden van de productie met één eenheid. (D)</p> Signup and view all the answers

Bij welke productieomstandigheden is het voordelig om te produceren?

<p>Wanneer marginale kosten gelijk zijn aan gemiddelde kosten. (A)</p> Signup and view all the answers

Wat gebeurt er met de TK-curve in verhouding tot de productie?

<p>De TK-curve neemt in het begin minder dan evenredig toe, daarna meer dan evenredig. (B)</p> Signup and view all the answers

Wat zijn gemiddelde variabele kosten (GVK)?

<p>De totale variabele kosten gedeeld door de geproduceerde eenheden. (C)</p> Signup and view all the answers

Wat zijn totale opbrengsten?

<p>De prijs maal het aantal verkochte stuks. (C)</p> Signup and view all the answers

Wanneer is de winst maximaal volgens de winstmaximalisatiecriteria?

<p>Als de marginale opbrengsten gelijk zijn aan de marginale kosten. (B)</p> Signup and view all the answers

Hoe worden gemiddelde opbrengsten berekend?

<p>TO/Q (D)</p> Signup and view all the answers

Wat geeft de marginale opbrengst aan?

<p>De bijkomende opbrengsten bij productie-uitbreiding. (D)</p> Signup and view all the answers

Wat gebeurt er als de gemiddelde opbrengsten gelijk zijn aan de gemiddelde kosten?

<p>De producent maakt geen winst, maar heeft geen verlies. (A)</p> Signup and view all the answers

Wat is de functie van de winstcurve?

<p>Om het punt van winstmaximalisatie aan te geven. (B)</p> Signup and view all the answers

Wanneer zal een producent de productie stopzetten?

<p>Als de gemiddelde opbrengsten lager zijn dan de gemiddelde kosten. (B)</p> Signup and view all the answers

Wat kan een producent doen als de gemiddelde opbrengsten hoger zijn dan de gemiddelde variabele kosten?

<p>De productie verder voortzetten. (B)</p> Signup and view all the answers

Flashcards

BBP

De totale toegevoegde waarde die binnen een land wordt gecreëerd in een bepaalde periode (meestal een jaar).

BBP in lopende prijzen

Het BBP berekend met de prijzen van dat jaar zelf.

BBP in volume

Het BBP berekend met de prijzen van een vast referentiejaar.

BNP

De totale toegevoegde waarde die geproduceerd wordt door de inwoners van een land, ongeacht waar ze werken (binnenland of buitenland).

Signup and view all the flashcards

Regionale cluster

Gebied met bedrijven uit dezelfde branche die vaak innovatief zijn en veel investeren in onderzoek.

Signup and view all the flashcards

Toegevoegde waarde

De waarde die een bedrijf creëert door input om te zetten in waardevolle output.

Signup and view all the flashcards

Grensarbeiders

Belgische werknemers die in het buitenland werken en buitenlandse werknemers die in België werken.

Signup and view all the flashcards

Referentiejaar

Een vastgesteld jaar dat wordt gebruikt om het bbp in volume te berekenen.

Signup and view all the flashcards

Bruto Binnenlands Product (BBP)

Het totale inkomen van de mensen in een land, ongeacht of ze in het land of het buitenland werken.

Signup and view all the flashcards

(Petro)chemische industrie

Ondernemingen die aardolie verwerken tot verschillende producten, zoals plastic.

Signup and view all the flashcards

Consumptiegoederen

Goederen en diensten die de behoeften van gezinnen vervullen.

Signup and view all the flashcards

Investeringsgoederen

Goederen en diensten die bedrijven kopen om andere goederen te produceren.

Signup and view all the flashcards

Nanotechnologie

Ondernemingen die onderzoek doen naar en producten produceren op minuscule schaal, zoals computerchips en geneeskundige toepassingen.

Signup and view all the flashcards

Indifferentiecurve

Een grafiek die de voorkeuren van een consument laat zien voor verschillende productcombinaties, waarbij het nut hetzelfde is.

Signup and view all the flashcards

Vraagcurve

De grafische voorstelling die laat zien hoeveel eenheden een consument bereid is te kopen bij verschillende prijzen.

Signup and view all the flashcards

Individuele vraag

De hoeveelheid van een bepaald product die één consument bereid is te kopen bij verschillende prijzen.

Signup and view all the flashcards

Collectieve vraag (marktvraag)

De totale vraag naar een product van alle consumenten samen.

Signup and view all the flashcards

Ceteris paribus

Een Latijnse uitdrukking die betekent 'alle andere factoren blijven gelijk' en die wordt gebruikt bij het onderzoeken van de relatie tussen twee variabelen.

Signup and view all the flashcards

Budgetlijn

Een curve die de verschillende combinaties van goederen voorstelt die een consument met zijn budget kan kopen.

Signup and view all the flashcards

Budgetvergelijking

De wiskundige voorstelling van de budgetlijn, die de hoeveelheid en prijzen van twee producten relateert aan het beschikbare budget.

Signup and view all the flashcards

Wijziging inkomen (budget)

Een verandering in het inkomen van een consument beïnvloedt de budgetlijn, die evenwijdig verschuift naar rechts bij een stijging en naar links bij een daling.

Signup and view all the flashcards

Wijziging prijs

Een verandering in de prijs van een goed verandert de helling van de budgetlijn. Een hogere prijs resulteert in een steilere helling en vice versa.

Signup and view all the flashcards

Optimale productcombinatie

De combinatie van goederen en diensten die de consument kiest bij een gegeven budget en voorkeuren, resulterend in het hoogste nut.

Signup and view all the flashcards

Individuele vraagcurve

De grafische weergave van de relatie tussen de prijs van een goed en de gevraagde hoeveelheid door één consument.

Signup and view all the flashcards

Collectieve vraagcurve

De som van alle individuele vraagcurves van alle consumenten op de markt

Signup and view all the flashcards

Vaste Kosten

Kosten die niet veranderen als de productie verandert. Deze kosten blijven bestaan, zelfs wanneer er niets geproduceerd wordt.

Signup and view all the flashcards

Variabele Kosten

Kosten die veranderen afhankelijk van de hoeveelheid geproduceerde producten. Ze stijgen of dalen met de productie.

Signup and view all the flashcards

Totale Kosten (TK)

De som van de totale variabele kosten (TVK) en de totale constante kosten (TCK).

Signup and view all the flashcards

Gemiddelde Kosten (GK)

De kosten per geproduceerde eenheid. Berekenbaar door de totale kosten te delen door de hoeveelheid geproduceerde eenheden.

Signup and view all the flashcards

Marginale Kosten (MK)

De kosten die ontstaan wanneer de productie met één extra eenheid wordt verhoogd.

Signup and view all the flashcards

Wat zijn de effecten van de Wet van de Toe- en Afnemende Meerproductie op de arbeidskosten?

Als een onderneming meer arbeid inzet, neemt de productie eerst meer dan evenredig toe in vergelijking met de arbeidskosten, maar later minder dan evenredig. De arbeidskosten stijgen dan sneller dan de productie.

Signup and view all the flashcards

Gemiddelde Variabele Kosten (GVK)

De variabele kosten per geproduceerde eenheid. Berekenbaar door de totale variabele kosten te delen door de hoeveelheid geproduceerde eenheden.

Signup and view all the flashcards

De MK-curve verloopt eerst dalend en vervolgens stijgend. Waarom?

De MK-curve verloopt eerst dalend, omdat de productiefactor arbeid efficiënter wordt gebruikt bij hogere productie. In de tweede fase stijgt de curve, doordat de efficiëntie van de arbeid afneemt.

Signup and view all the flashcards

Totale Opbrengsten (TO)

De totale inkomsten die een bedrijf verdient door de verkoop van al zijn producten tegen de marktprijs.

Signup and view all the flashcards

Gemiddelde Opbrengsten (GO)

De opbrengst per geproduceerde eenheid. Berekend door de totale opbrengsten te delen door het aantal verkochte eenheden.

Signup and view all the flashcards

Marginale Opbrengsten (MO)

De extra opbrengst die een bedrijf genereert door één extra eenheid te produceren en verkopen. Berekend door de verandering in totale opbrengsten te delen door de verandering in productie.

Signup and view all the flashcards

Winstmaximalisatie

De productiehoeveelheid waar de winst van een bedrijf het hoogst is.

Signup and view all the flashcards

Totale Winst

Het verschil tussen totale opbrengsten en totale kosten.

Signup and view all the flashcards

Productie stopzetten

Een bedrijf stopt met produceren wanneer de gemiddelde opbrengst lager of gelijk is aan de gemiddelde kosten. Dan is er sowieso geen winst.

Signup and view all the flashcards

MO = MK

De productiehoeveelheid waar de marginale opbrengst gelijk is aan de marginale kosten. Dit punt geeft de maximale winst aan.

Signup and view all the flashcards

GO > GK

De producent maakt winst en produceert verder. De gemiddelde opbrengst is hoger dan de gemiddelde kosten.

Signup and view all the flashcards

Study Notes

Economie Examen T1 4B

  • Het bruto binnenlands product (bbp) is de totale toegevoegde waarde die binnen een bepaalde periode (meestal een jaar) door alle bedrijven in een land wordt gecreëerd. Het berekent de totale productie van alle bedrijven en overheden in een land.

BBP in volume of lopende prijzen

  • Lopende prijzen: Het bbp berekend met prijzen van het desbetreffende jaar (bijv., bbp 2021 met prijzen van 2021). Ook wel nominaal bbp genoemd.
  • Volume: Het bbp berekend met prijzen van een referentiejaar (bijv., bbp 2021 met prijzen van 2016). Ook wel reëel bbp genoemd. Dit geeft de werkelijke verandering in productie, los van prijsveranderingen.

Bruto nationaal product (BNP)

  • Het BNP houdt rekening met grensarbeiders. Belgische inwoners die werk verrichten in het buitenland en buitenlandse inwoners die werk verrichten in België worden meegeteld in de berekening.
  • Het BNP is de totale toegevoegde waarde gecreëerd door de inwoners van een land, ongeacht waar ze werken. Dit omvat ook toegevoegde waarde in andere landen. Deze statistic wordt ook wel BNI (bruto nationaal inkomen) genoemd.

Regionale clusters

  • Regionale clusters zijn regio's met bedrijven uit dezelfde sector, vaak innovatief en investeerend in onderzoek. Ze dragen een groot deel bij aan het bbp of de toegevoegde waarde.
    • Nanotechnologie (Leuven): Technologieën met zeer kleine deeltjes (atomen), zoals computerchips en toepassingen in geneeskunde.
    • Biotechnologie (Gent): Biologie toepassen voor allerlei doeleinden, zoals immuun maken van gewassen tegen ziekten.
    • (Petro)chemie (Antwerpen): Verwerking van aardolie tot producten zoals plastic.

Studying That Suits You

Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.

Quiz Team

Related Documents

Economie Examen T1 4B PDF

More Like This

National Income and GDP Quiz
10 questions

National Income and GDP Quiz

FavorableHeliotrope3619 avatar
FavorableHeliotrope3619
Philippine GDP and National Income
18 questions
Economics Quiz: National Income Identity
41 questions
Economics: National Income & GDP vs GNP
20 questions

Economics: National Income & GDP vs GNP

EntrancingVirginiaBeach4689 avatar
EntrancingVirginiaBeach4689
Use Quizgecko on...
Browser
Browser