Podcast
Questions and Answers
De eenheid van druk is bar.
De eenheid van druk is bar.
True (A)
De atmosferische druk op zeeniveau is 2 bar.
De atmosferische druk op zeeniveau is 2 bar.
False (B)
Waterdruk en luchtdruk samen vormen de absolute druk.
Waterdruk en luchtdruk samen vormen de absolute druk.
True (A)
Stikstof maakt voor 78,08% deel uit van de lucht samenstelling.
Stikstof maakt voor 78,08% deel uit van de lucht samenstelling.
Aan grote dieptes onder water blijft de geluidssnelheid hetzelfde in vergelijking met boven water.
Aan grote dieptes onder water blijft de geluidssnelheid hetzelfde in vergelijking met boven water.
1 bar is gelijk aan 1.000 mbar.
1 bar is gelijk aan 1.000 mbar.
De samenstelling van lucht is 20% zuurstof en 80% stikstof.
De samenstelling van lucht is 20% zuurstof en 80% stikstof.
1 liter lucht weegt ongeveer 2,5 g.
1 liter lucht weegt ongeveer 2,5 g.
Hydrostatische druk neemt af naarmate je dieper onder water gaat.
Hydrostatische druk neemt af naarmate je dieper onder water gaat.
Koolstofdioxide maakt ongeveer 0,03% uit van de lucht samenstelling.
Koolstofdioxide maakt ongeveer 0,03% uit van de lucht samenstelling.
Bij constant volume is de druk van een hoeveelheid gas recht evenredig met zijn temperatuur in Celsius.
Bij constant volume is de druk van een hoeveelheid gas recht evenredig met zijn temperatuur in Celsius.
De totale luchtdruk is gelijk aan de som van de afzonderlijke gasdrukken van stikstof en zuurstof.
De totale luchtdruk is gelijk aan de som van de afzonderlijke gasdrukken van stikstof en zuurstof.
Als ik met mijn 15l-fles op 180 bar een duik maak van 6 meter, heb ik voldoende lucht voor 20 minuten.
Als ik met mijn 15l-fles op 180 bar een duik maak van 6 meter, heb ik voldoende lucht voor 20 minuten.
De druk in een duikfles kan dalen door afkoeling in water.
De druk in een duikfles kan dalen door afkoeling in water.
De druk in het water op 3 meter diepte is 2 bar.
De druk in het water op 3 meter diepte is 2 bar.
De wet van Gay-Lussac stelt dat de temperatuur in Celsius de druk bepaalt van gas in een gesloten ruimte.
De wet van Gay-Lussac stelt dat de temperatuur in Celsius de druk bepaalt van gas in een gesloten ruimte.
Er zijn 80% stikstof en 20% zuurstof in de lucht volgens de wet van Dalton.
Er zijn 80% stikstof en 20% zuurstof in de lucht volgens de wet van Dalton.
Een manometer geeft een druk van 215 bar aan bij een temperatuur van 40°C.
Een manometer geeft een druk van 215 bar aan bij een temperatuur van 40°C.
De percentage opgelost gas na de eerste periode is 50%.
De percentage opgelost gas na de eerste periode is 50%.
In de derde periode is het percentage opgelost gas na de periode 87,5%.
In de derde periode is het percentage opgelost gas na de periode 87,5%.
Tijdens de vijfde periode wordt nog 3,125% gas opgelost.
Tijdens de vijfde periode wordt nog 3,125% gas opgelost.
Het percentage opgelost gas na de tweede periode is 50%.
Het percentage opgelost gas na de tweede periode is 50%.
Bij de vierde periode is er een half procent dat toegevoegd wordt aan de totale oplossing.
Bij de vierde periode is er een half procent dat toegevoegd wordt aan de totale oplossing.
De totale percentage opgelost gas na de zesde periode is 98,4375%.
De totale percentage opgelost gas na de zesde periode is 98,4375%.
De eerste periode begint met 0% opgelost gas.
De eerste periode begint met 0% opgelost gas.
In de tweede periode is de hoeveelheid opgelost gas aan het begin 50%.
In de tweede periode is de hoeveelheid opgelost gas aan het begin 50%.
Een voorwerp dat ondergedompeld is in water wordt schijnbaar zwaarder.
Een voorwerp dat ondergedompeld is in water wordt schijnbaar zwaarder.
De opwaartse stuwkracht is gelijk aan het gewicht van de verplaatste lucht.
De opwaartse stuwkracht is gelijk aan het gewicht van de verplaatste lucht.
Als het werkelijke gewicht van een voorwerp groter is dan de opwaartse kracht, dan zinkt het voorwerp.
Als het werkelijke gewicht van een voorwerp groter is dan de opwaartse kracht, dan zinkt het voorwerp.
Bij zweven is het schijnbare gewicht van het voorwerp nul.
Bij zweven is het schijnbare gewicht van het voorwerp nul.
De dichtheid van zoet water is 1.025 kg/m³.
De dichtheid van zoet water is 1.025 kg/m³.
De opwaartse stuwkracht kan alleen optreden in zoet water.
De opwaartse stuwkracht kan alleen optreden in zoet water.
Geluid onder water reist ongeveer 4 keer sneller dan in de lucht.
Geluid onder water reist ongeveer 4 keer sneller dan in de lucht.
Als een kubus van 1m³ ondergedompeld is tot een diepte van 10m, is de opwaartse kracht 10.000 N.
Als een kubus van 1m³ ondergedompeld is tot een diepte van 10m, is de opwaartse kracht 10.000 N.
Bij drijven is het gewicht van het ondergedompelde deel van het voorwerp gelijk aan de opwaartse kracht.
Bij drijven is het gewicht van het ondergedompelde deel van het voorwerp gelijk aan de opwaartse kracht.
Licht onder water lijkt voorwerpen 1/3 groter te maken dan ze werkelijk zijn.
Licht onder water lijkt voorwerpen 1/3 groter te maken dan ze werkelijk zijn.
Een duiker is perfect uitgetrimd met 10 kg lood in zout water.
Een duiker is perfect uitgetrimd met 10 kg lood in zout water.
De druk op de onderzijde van een voorwerp onder water is altijd gelijk aan de druk op de bovenzijde.
De druk op de onderzijde van een voorwerp onder water is altijd gelijk aan de druk op de bovenzijde.
Onze ogen zijn aangepast om licht te zien vanuit een onderwateromgeving.
Onze ogen zijn aangepast om licht te zien vanuit een onderwateromgeving.
Bij 50 bar is een duiker perfect uitgetrimd met een leeg jacket.
Bij 50 bar is een duiker perfect uitgetrimd met een leeg jacket.
De afstand tot een geluidsbron is gemakkelijk te bepalen onder water.
De afstand tot een geluidsbron is gemakkelijk te bepalen onder water.
Het gezichtsveld vermindert met 30% wanneer men onder water is.
Het gezichtsveld vermindert met 30% wanneer men onder water is.
Bij een diepte van 27 m is de absolute druk 18 Pascal.
Bij een diepte van 27 m is de absolute druk 18 Pascal.
De wet van Pascal stelt dat druk zich in alle richtingen met dezelfde grootte voortplant.
De wet van Pascal stelt dat druk zich in alle richtingen met dezelfde grootte voortplant.
Longoverdruk kan optreden bij een diepte van meer dan 1,5 m.
Longoverdruk kan optreden bij een diepte van meer dan 1,5 m.
Volgens de wet van Boyle-Mariotte stijgt het volume als de druk daalt.
Volgens de wet van Boyle-Mariotte stijgt het volume als de druk daalt.
Barotrauma is een aandoening die ontstaat door veranderende druk onder water.
Barotrauma is een aandoening die ontstaat door veranderende druk onder water.
Het volume van een gas is recht evenredig met de druk bij constante temperatuur.
Het volume van een gas is recht evenredig met de druk bij constante temperatuur.
De drukvariatie is relatief groter bij grotere diepten.
De drukvariatie is relatief groter bij grotere diepten.
Persoonlijk luchtverbruik tijdens het duiken hangt niet af van ervaring of conditie.
Persoonlijk luchtverbruik tijdens het duiken hangt niet af van ervaring of conditie.
Flashcards
Druk
Druk
De kracht die wordt uitgeoefend op een oppervlak.
Atmosferische druk
Atmosferische druk
De druk die wordt veroorzaakt door het gewicht van de luchtkolom boven een bepaald punt.
Hydrostatische druk
Hydrostatische druk
De druk die wordt veroorzaakt door de zwaartekracht van het water dat boven een bepaald punt staat.
Absolute druk
Absolute druk
Signup and view all the flashcards
Pascal (Pa) en bar
Pascal (Pa) en bar
Signup and view all the flashcards
Zuurstof (O2)
Zuurstof (O2)
Signup and view all the flashcards
Stikstof (N2)
Stikstof (N2)
Signup and view all the flashcards
1 bar
1 bar
Signup and view all the flashcards
p = F/A
p = F/A
Signup and view all the flashcards
Druk op 35 meter diepte
Druk op 35 meter diepte
Signup and view all the flashcards
Wet van Pascal
Wet van Pascal
Signup and view all the flashcards
Wet van Boyle-Mariotte
Wet van Boyle-Mariotte
Signup and view all the flashcards
Druk op diepte
Druk op diepte
Signup and view all the flashcards
Barotrauma
Barotrauma
Signup and view all the flashcards
Drukverandering bij kleine diepten
Drukverandering bij kleine diepten
Signup and view all the flashcards
Luchtverbruik tijdens het duiken
Luchtverbruik tijdens het duiken
Signup and view all the flashcards
Volumeverandering van de longen tijdens het opstijgen
Volumeverandering van de longen tijdens het opstijgen
Signup and view all the flashcards
Luchtcompressor
Luchtcompressor
Signup and view all the flashcards
Wet van Gay-Lussac
Wet van Gay-Lussac
Signup and view all the flashcards
Wet van Dalton
Wet van Dalton
Signup and view all the flashcards
Temperatuurverandering en drukverandering
Temperatuurverandering en drukverandering
Signup and view all the flashcards
Drukverandering in duikflessen door watertemperatuur
Drukverandering in duikflessen door watertemperatuur
Signup and view all the flashcards
Drukdaling in fles bij afkoeling
Drukdaling in fles bij afkoeling
Signup and view all the flashcards
Drukverandering tijdens het duiken
Drukverandering tijdens het duiken
Signup and view all the flashcards
Manometer
Manometer
Signup and view all the flashcards
Veiligheidsfactoren bij duiken
Veiligheidsfactoren bij duiken
Signup and view all the flashcards
Wet van Henry
Wet van Henry
Signup and view all the flashcards
Saturatie
Saturatie
Signup and view all the flashcards
Desaturatie
Desaturatie
Signup and view all the flashcards
Halveringstijd
Halveringstijd
Signup and view all the flashcards
Stikstofbelasting
Stikstofbelasting
Signup and view all the flashcards
Saturatie- en desaturatieverloop
Saturatie- en desaturatieverloop
Signup and view all the flashcards
Verzadigingspercentage
Verzadigingspercentage
Signup and view all the flashcards
Saturatiegrens
Saturatiegrens
Signup and view all the flashcards
Wat is de Wet van Archimedes?
Wat is de Wet van Archimedes?
Signup and view all the flashcards
Wat is opwaartse stuwkracht?
Wat is opwaartse stuwkracht?
Signup and view all the flashcards
Wat is de basisregel van de Wet van Archimedes?
Wat is de basisregel van de Wet van Archimedes?
Signup and view all the flashcards
Hoe werkt de Wet van Archimedes?
Hoe werkt de Wet van Archimedes?
Signup and view all the flashcards
Hoe beïnvloedt de dichtheid van water de Wet van Archimedes?
Hoe beïnvloedt de dichtheid van water de Wet van Archimedes?
Signup and view all the flashcards
Wat betekent het wanneer een duiker zinkt?
Wat betekent het wanneer een duiker zinkt?
Signup and view all the flashcards
Wat betekent het wanneer een duiker stijgt?
Wat betekent het wanneer een duiker stijgt?
Signup and view all the flashcards
Wat betekent het wanneer een duiker zweeft?
Wat betekent het wanneer een duiker zweeft?
Signup and view all the flashcards
Wat is dichtheid?
Wat is dichtheid?
Signup and view all the flashcards
Waarom heeft zout water een hogere dichtheid dan zoet water?
Waarom heeft zout water een hogere dichtheid dan zoet water?
Signup and view all the flashcards
Waarom reist geluid sneller in water dan in lucht?
Waarom reist geluid sneller in water dan in lucht?
Signup and view all the flashcards
Hoe beïnvloedt water de waarneming van voorwerpen?
Hoe beïnvloedt water de waarneming van voorwerpen?
Signup and view all the flashcards
Waarom dragen duikers een duikbril?
Waarom dragen duikers een duikbril?
Signup and view all the flashcards
Waarom is het moeilijker om geluid te lokaliseren onder water?
Waarom is het moeilijker om geluid te lokaliseren onder water?
Signup and view all the flashcards
Wat is lichtbreking?
Wat is lichtbreking?
Signup and view all the flashcards
Study Notes
FYSICA Niveau 2D/3D/4*D&AI
- De cursus behandelt fysische principes gerelateerd aan duiken, specifiek gericht op niveaus 2*, 3*, 4*D en AI.
- De cursus omvat onderwerpen zoals verschillende drukken (hydrostatisch, atmosferisch, absoluut), de wetten van Pascal, Boyle-Mariotte, Dalton en Henry, de samenstelling van lucht, luchtdruk, waterdruk, absolute druk, rekenoefeningen, wet van Archimedes en waarnemingen (geluid en licht).
- Er zijn verschillende niveaus met verschillende verwachtingen m.b.t. het begrijpen en toepassen van deze kennis.
Verwachtingen
- Niveau 1 D*: Basiskennis van fysische processen. Kennis van drukvorming.
- Niveau 2 D*: Kennis van fundamentele wetten en berekeningen.
- Niveau 3 D*: Begrip van en toepassing op diverse duiksituaties en berekeningen.
- Niveau 4/AI*: Dieper begrip, complexere toepassingen, rekenoefeningen en integratie van verschillende fysische processen.
Druk
- Definitie druk: Druk is een kracht uitgeoefend op een oppervlakte.
- Lucht samenstelling en gewicht: Lucht is samengesteld uit stikstof, zuurstof, en sporen van andere gassen (edelgassen, koolstofdioxide).
- Atmosferische druk: De druk uitgeoefend door de atmosfeer.
- Hydrostatische druk: De druk die door een vloeistof op een ondergedompeld voorwerp wordt uitgeoefend.
- Absolute druk: De totale druk, samengesteld uit luchtdruk en waterdruk.
Wet van Pascal.
- Een druk, uit geoefend op een vloeistof oefent zich uit in alle richtingen.
Wet van Boyle-Mariotte
- De druk van een gas is omgekeerd evenredig met het volume, gegeven constante temperatuur.
- De druk van een bepaalde hoeveelheid gas is omgekeerd evenredig met het volume, bij constante temperatuur.
Wet van Dalton
- De totale druk van een mengsel van gassen is gelijk aan de som van de partiële drukken van de afzonderlijke gassen.
- Partiële druk van een component in een mengsel is de druk die deze component zou uitoefenen als het het de enige component was in de ruimte.
Wet van Gay-Lussac
- Bij constant volume is de druk van een gas recht evenredig met zijn temperatuur in Kelvin.
Wet van Henry
- Bij constante temperatuur is de hoeveelheid opgelost gas in een vloeistof rechtevenredig met de druk van dat gas.
- De opgeloste gashoeveelheid in een vloeistof hangt af van druk en temperatuur.
- Het oplossen en ontgassen van gassen in vloeistoffen is onderhevig aan druk, temperatuur en het type van gas en vloeistof.
Waarneming
- Geluid: De snelheid van geluid in water is aanzienlijk hoger dan in lucht.
- Licht: Verschillende gassen hebben een verschillende verspreiding en absorptie van licht.
- Lichtbreking: Lichtstralen worden gebroken wanneer ze van een medium naar een ander medium overgaan, zoals van lucht naar water.
Wet van Archimedes
- Een voorwerp ondergedompeld in een vloeistof ondergaat een opwaartse stuwkracht gelijk aan het gewicht van de verplaatste vloeistof.
- Dichtheid van water hangt af van zoutgehalte.
Studying That Suits You
Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.
Related Documents
Description
Dit quiz gaat over de eenheden van druk, atmosferische druk, en de samenstelling van lucht. Je leert ook over hydrostatische druk en de effecten van temperatuur op gasdruk. Perfect voor duikers en natuurkundestudenten!