Podcast
Questions and Answers
Wat is de juiste suffix voor een carboxylzuur?
Wat is de juiste suffix voor een carboxylzuur?
- -ol
- -oic acid (correct)
- -amide
- -one
Welk van de volgende functionele groepen heeft geen specifieke suffix?
Welk van de volgende functionele groepen heeft geen specifieke suffix?
- Ketone
- Ether (correct)
- Alcohol
- Amide
Wat is de prefix naam voor een nitrile?
Wat is de prefix naam voor een nitrile?
- Oxocarbonyl
- Cyano (correct)
- Alkoxy
- Formyl
Als een aldehyde op de hoofdketen ligt, hoe wordt deze genoemd?
Als een aldehyde op de hoofdketen ligt, hoe wordt deze genoemd?
Wat wordt weggelaten in de naam die alkenen en alkynen omvat?
Wat wordt weggelaten in de naam die alkenen en alkynen omvat?
Wat is de correcte naam voor de functionele groep van een amine?
Wat is de correcte naam voor de functionele groep van een amine?
Welke van de volgende functionele groepen heeft de hoogste prioriteit?
Welke van de volgende functionele groepen heeft de hoogste prioriteit?
Wat is de juiste prefix voor een ether?
Wat is de juiste prefix voor een ether?
Wat is de rol van thiolen in de reacties met aldehyden?
Wat is de rol van thiolen in de reacties met aldehyden?
Waarom kunnen cyclische thioacetalen normaal gezien niet gehydrolyseerd worden in zure waterige oplossingen?
Waarom kunnen cyclische thioacetalen normaal gezien niet gehydrolyseerd worden in zure waterige oplossingen?
Wat is een oplossing voor het gehydrolyseerd krijgen van cyclische thioacetalen?
Wat is een oplossing voor het gehydrolyseerd krijgen van cyclische thioacetalen?
Wat is de rol van de fosforylide in de Wittig-reactie?
Wat is de rol van de fosforylide in de Wittig-reactie?
Wat gebeurt er eerst in het mechanisme van de Wittig-reactie?
Wat gebeurt er eerst in het mechanisme van de Wittig-reactie?
Hoe wordt een fosforylide bereid?
Hoe wordt een fosforylide bereid?
Wat is een kenmerk van de p-binding in cyclische thioacetalen vergeleken met die in acetalen?
Wat is een kenmerk van de p-binding in cyclische thioacetalen vergeleken met die in acetalen?
Wat gebeurt er tijdens de methylering van thioacetalen?
Wat gebeurt er tijdens de methylering van thioacetalen?
Wat wordt gevormd wanneer thiolen reageren met aldehyden?
Wat wordt gevormd wanneer thiolen reageren met aldehyden?
Wat is het effect van deprotoneren in een cyclisch thioacetaal?
Wat is het effect van deprotoneren in een cyclisch thioacetaal?
Hoe worden cyclische thioacetalen omgezet in een methyleen-groep?
Hoe worden cyclische thioacetalen omgezet in een methyleen-groep?
Wat is een belangrijk kenmerk van de reactie tussen aldehyden en zwavel nucleofielen?
Wat is een belangrijk kenmerk van de reactie tussen aldehyden en zwavel nucleofielen?
Wat resulteert uit het gestabiliseerde anion dat ontstaat uit een cyclisch thioacetaal?
Wat resulteert uit het gestabiliseerde anion dat ontstaat uit een cyclisch thioacetaal?
Wat is het resultaat van hydrogenolyse van een C-S binding?
Wat is het resultaat van hydrogenolyse van een C-S binding?
Waarom zijn cyclische thioacetalen synthetisch nuttig?
Waarom zijn cyclische thioacetalen synthetisch nuttig?
Wat is de rol van Raney-Ni in de conversie van cyclus thioacetalen?
Wat is de rol van Raney-Ni in de conversie van cyclus thioacetalen?
Wat is de drijvende kracht achter de syn-eliminatiereactie van oxaphosphetanes?
Wat is de drijvende kracht achter de syn-eliminatiereactie van oxaphosphetanes?
Welke stelling betreft de selectiviteit van yliden in de Wittig-reactie is juist?
Welke stelling betreft de selectiviteit van yliden in de Wittig-reactie is juist?
Wat bepaalt de stereochemie van het gevormde alkene in de Wittig-reactie?
Wat bepaalt de stereochemie van het gevormde alkene in de Wittig-reactie?
Welke methhod leidt tot de bereiding van phosphonate esters?
Welke methhod leidt tot de bereiding van phosphonate esters?
Waarom zijn E-selectieve reacties kenmerkend voor gestabiliseerde yliden?
Waarom zijn E-selectieve reacties kenmerkend voor gestabiliseerde yliden?
Welke van de volgende uitspraken over het transitiestadium in de Wittig-reactie is waar?
Welke van de volgende uitspraken over het transitiestadium in de Wittig-reactie is waar?
Wat is de belangrijkste eigenschap van Horner-Wadsworth-Emmons reacties?
Wat is de belangrijkste eigenschap van Horner-Wadsworth-Emmons reacties?
Welke van de volgende elementen speelt geen rol in de stabilisatie van enolaten?
Welke van de volgende elementen speelt geen rol in de stabilisatie van enolaten?
Wat is de drijvende kracht achter de Wittig reactie?
Wat is de drijvende kracht achter de Wittig reactie?
Welke van de volgende elementen zijn voorbeelden van harde basen?
Welke van de volgende elementen zijn voorbeelden van harde basen?
Wat gebeurt er met Me2S in de reactie met ketonen of aldehyden?
Wat gebeurt er met Me2S in de reactie met ketonen of aldehyden?
Wat typeert een zacht zuur?
Wat typeert een zacht zuur?
Welke van de volgende combinaties is het beste volgens het HSAB-principe?
Welke van de volgende combinaties is het beste volgens het HSAB-principe?
Wat zijn de producten van de Horner-Wadsworth-Emmons reactie?
Wat zijn de producten van de Horner-Wadsworth-Emmons reactie?
Wat kenmerkt een harde zuur volgens de Lewis definitie?
Wat kenmerkt een harde zuur volgens de Lewis definitie?
Wat is een voorbeeld van een zachte base?
Wat is een voorbeeld van een zachte base?
Welke nucleofielen geven meestal 1,4-additie producten?
Welke nucleofielen geven meestal 1,4-additie producten?
Wat gebeurt er bij de reductie van een a,β-onverzadigd keton met NaBH4?
Wat gebeurt er bij de reductie van een a,β-onverzadigd keton met NaBH4?
Wat is het effect van sterische hindering op 1,2-additie met organometalen?
Wat is het effect van sterische hindering op 1,2-additie met organometalen?
Welke uitspraak over nucleofielen en additie is correct?
Welke uitspraak over nucleofielen en additie is correct?
Waarom leidt het toevoegen van een Lewis zuur aan de carbonylgroep meestal tot 1,2-additie?
Waarom leidt het toevoegen van een Lewis zuur aan de carbonylgroep meestal tot 1,2-additie?
Wat voor soort reacties kunnen a,β-onverzadigde carbonzuur derivaten ondergaan?
Wat voor soort reacties kunnen a,β-onverzadigde carbonzuur derivaten ondergaan?
Welke van de volgende nucleofielen is het meest waarschijnlijk om 1,2-additie te geven?
Welke van de volgende nucleofielen is het meest waarschijnlijk om 1,2-additie te geven?
Wat is de reactieproduct van een nucleofiel dat een stabiel 1,2-additie product vormt?
Wat is de reactieproduct van een nucleofiel dat een stabiel 1,2-additie product vormt?
Flashcards
Functionele groep
Functionele groep
Een functionele groep is een atoom of een groep van atomen die verantwoordelijk is voor de chemische reactiviteit van een molecuul.
Suffix
Suffix
Een suffix is een achtervoegsel dat aan de stamnaam van een molecuul wordt toegevoegd om de aanwezigheid van een functionele groep aan te duiden.
Prefix
Prefix
Een prefix is een voorvoegsel dat aan de stamnaam van een molecuul wordt toegevoegd om de aanwezigheid van een functionele groep aan te duiden, vooral wanneer de functionele groep niet de hoofdgroep is.
Stamnaam
Stamnaam
Signup and view all the flashcards
Prioriteit van een functionele groep
Prioriteit van een functionele groep
Signup and view all the flashcards
Aldehyde benaming
Aldehyde benaming
Signup and view all the flashcards
Ketone benaming
Ketone benaming
Signup and view all the flashcards
Prioriteit van alkenen en alkynen
Prioriteit van alkenen en alkynen
Signup and view all the flashcards
Wat zijn Thioacetalen?
Wat zijn Thioacetalen?
Signup and view all the flashcards
Wat zijn Thioketalen?
Wat zijn Thioketalen?
Signup and view all the flashcards
Hoe worden Thioacetalen en Thioketalen gevormd?
Hoe worden Thioacetalen en Thioketalen gevormd?
Signup and view all the flashcards
Waarom zijn Cyclische Thioacetalen nuttig?
Waarom zijn Cyclische Thioacetalen nuttig?
Signup and view all the flashcards
Wat is hydrogenolyse?
Wat is hydrogenolyse?
Signup and view all the flashcards
Wat is Raney-Ni?
Wat is Raney-Ni?
Signup and view all the flashcards
Wat zijn Cyclische Thioacetalen?
Wat zijn Cyclische Thioacetalen?
Signup and view all the flashcards
Wat gebeurt er met het anion van een cyclisch thioacetaal?
Wat gebeurt er met het anion van een cyclisch thioacetaal?
Signup and view all the flashcards
Reactie van aldehyden en ketonen met thiolen
Reactie van aldehyden en ketonen met thiolen
Signup and view all the flashcards
Hydrolyse van cyclische thioacetalen en thioketalen
Hydrolyse van cyclische thioacetalen en thioketalen
Signup and view all the flashcards
Oplossing voor hydrolyse van cyclische thioacetalen en thioketalen: Hg(II)-zout
Oplossing voor hydrolyse van cyclische thioacetalen en thioketalen: Hg(II)-zout
Signup and view all the flashcards
Oplossing voor hydrolyse van cyclische thioacetalen en thioketalen: Methylering
Oplossing voor hydrolyse van cyclische thioacetalen en thioketalen: Methylering
Signup and view all the flashcards
Oplossing voor hydrolyse van cyclische thioacetalen en thioketalen: Oxidatie
Oplossing voor hydrolyse van cyclische thioacetalen en thioketalen: Oxidatie
Signup and view all the flashcards
Wittig reactie (definitie)
Wittig reactie (definitie)
Signup and view all the flashcards
Nucleofiel in de Wittig reactie
Nucleofiel in de Wittig reactie
Signup and view all the flashcards
Synthese van fosforyliden
Synthese van fosforyliden
Signup and view all the flashcards
Wat is de Wittig-reactie?
Wat is de Wittig-reactie?
Signup and view all the flashcards
Wat is een oxaphosphetane?
Wat is een oxaphosphetane?
Signup and view all the flashcards
Wat is de drijvende kracht van de Wittig-reactie?
Wat is de drijvende kracht van de Wittig-reactie?
Signup and view all the flashcards
Wat bepaalt de stereochemie van het alkene in de Wittig-reactie?
Wat bepaalt de stereochemie van het alkene in de Wittig-reactie?
Signup and view all the flashcards
Wat bepaalt de vorming van het oxaphosphetane diastereomeer?
Wat bepaalt de vorming van het oxaphosphetane diastereomeer?
Signup and view all the flashcards
Hoe bepaalt de eliminatiestap de stereochemie van het alkene?
Hoe bepaalt de eliminatiestap de stereochemie van het alkene?
Signup and view all the flashcards
Wat is de Horner-Wadsworth-Emmons reactie?
Wat is de Horner-Wadsworth-Emmons reactie?
Signup and view all the flashcards
Wat is een phosphonate-ester?
Wat is een phosphonate-ester?
Signup and view all the flashcards
Horner-Wadsworth-Emmons reactie (HWE)
Horner-Wadsworth-Emmons reactie (HWE)
Signup and view all the flashcards
Sulphonium ylide
Sulphonium ylide
Signup and view all the flashcards
HSAB: Hard and Soft Acids and Bases
HSAB: Hard and Soft Acids and Bases
Signup and view all the flashcards
Hard zuur
Hard zuur
Signup and view all the flashcards
Zacht zuur
Zacht zuur
Signup and view all the flashcards
Harde base
Harde base
Signup and view all the flashcards
Zachte base
Zachte base
Signup and view all the flashcards
1,2- vs. 1,4-additie bij a,-onverzadigde aldehyden en ketonen
1,2- vs. 1,4-additie bij a,-onverzadigde aldehyden en ketonen
Signup and view all the flashcards
Waarom zwakkere nucleofielen 1,4-additie geven
Waarom zwakkere nucleofielen 1,4-additie geven
Signup and view all the flashcards
Waarom sterke nucleofielen zowel 1,2- als 1,4-additie kunnen geven
Waarom sterke nucleofielen zowel 1,2- als 1,4-additie kunnen geven
Signup and view all the flashcards
Reactiviteit van aldehyden vs ketonen in 1,2-additie
Reactiviteit van aldehyden vs ketonen in 1,2-additie
Signup and view all the flashcards
Invloed van Lewis zuren op 1,2-additie
Invloed van Lewis zuren op 1,2-additie
Signup and view all the flashcards
Relatie tussen hardheid/zachtheid van nucleofielen en additie
Relatie tussen hardheid/zachtheid van nucleofielen en additie
Signup and view all the flashcards
Organometalen en 1,2- of 1,4-additie
Organometalen en 1,2- of 1,4-additie
Signup and view all the flashcards
Invloed van sterische hindering op additie
Invloed van sterische hindering op additie
Signup and view all the flashcards
Study Notes
Hoofdstuk 3: Carbonylverbindingen II
- Ketonen en aldehyden worden besproken.
- Naamgeving van aldehyden en ketonen wordt uitgelegd.
- IUPAC- en gebruiksnamen worden behandeld in de context van aldehyden.
- IUPAC- en gebruiksnamen worden behandeld in de context van ketonen.
- Voorbeelden van carbonylverbindingen en hun nomenclatuur worden getoond.
- Er zijn opmerkingen over de naamgeving van carbonylverbindingen.
A. Nomenclatuur
- Aldehyden worden aangeduid met stamnaam + "al".
- Nummering van de carbonylgroep begint met 1.
- Substituenten worden alfabetisch gerangschikt met plaatsaanduiding.
- Voor ringverbindingen wordt de naam van de ring gevolgd door "carbaldehyde".
- Als de -COH groep geen hoofdgroep is, wordt dit aangegeven met het voorvoegsel "formyl" (op hoofdketen) of "oxo" (in hoofdketen) met een nummer dat de plaats op de keten aangeeft.
Voorbeelden
- Uitgelegde voorbeelden van IUPAC- en gebruiksnamen van verschillende aldehyden en ketonen worden getoond
- Voorbeeld nomenclatuur voor carbonylverbindingen in cyclische systemen.
Opmerkingen
- IUPAC en gebruiksnamen.
- Plaatsbepaling van substituenten met Griekse letters wordt duidelijk gemaakt.
- Voorbeelden van ketonen en aldehyden.
- Wanneer er meerdere carbonylgroepen voorkomen, wordt de naam van het alkane gebruikt gevolgd door "dial" of "trione".
Ketonen
- De hoofdketen is de langste keten die de carbonylgroep bevat.
- De carbonylgroep (C=O) moet zo laag mogelijk genummerd worden.
- Substituenten worden alfabetisch gerangschikt met plaatsaanduiding voor de stamnaam.
- Wanneer de -CO-groep geen hoofdgroep is, wordt het toegevoegd als voorvoegsel oxo met het nummer dat de plek op de keten aangeeft.
Opmerkingen: Phenyl-
- Gesubstitueerde ketonen worden meestal benoemd met gebruiksnamen, afgeleid van het zuur. De uitgang "ic acid" wordt vervangen door "ophenone".
- Acyclische ketonen kunnen worden benoemd door de twee alkyl (of phenyl) groepen op de carbonyl te gebruiken, gevolgd door "ketone".
Opmerkingen: Twee of meer carbonylgroepen
- Wanneer twee (of meerdere) carbonyl groepen in een alkane voorkomen, wordt de naam van het alkane gebruikt gevolgd door "dione" (of "trione").
- De positie van de groepen wordt aangegeven met nummers in de naam.
Welke functionele groep krijgt prioriteit?
- Prioriteit hangt af van oxidatiegraad van het koolstofatoom.
- Tabel met functionele groepen, inclusief hun suffix en prefix voor naamgeving in de context van hoofdgroepen en nevengroepen.
Voorbeelden: Aldehyde en Keton niet hoofdgroep
- Indien het aldehyde in de hoofdketen zit is de naamgeving : plaatsnummer-oxo voor de stamnaam.
- Indien het aldehyde op de hoofdketen is ingeplant is de naamgeving: plaatsnummer-formyl voor de stamnaam.
- Als het keton in de hoofdketen zit is de naamgeving: plaatsnummer-oxo voor de stamnaam.
- Indien een keton op de hoofdketen is ingeplant is de naamgeving: plaatsnummer oxoalkyl voor de stamnaam.
Alkanen, alkenen en alkynen in de hoofdketen
- Alkanen, alkenen en alkynen hebben een lagere prioriteit in nummering.
- De letter "e" wordt weggelaten als twee klinkers elkaar in de stamnaam opvolgen.
Natuurlijk voorkomende aldehyden en ketonen
- Voorbeelden van natuurlijke aldehyden en ketonen, zoals vanillin, progesteron en testosterone.
- Geuren en/of functies in de context van natuurlijk voorkomende moleculen.
Natuurlijk of synthetisch vanille-aroma?
- Natuurlijke vanille-aroma is een mengsel van vele tientallen verbindingen.
- Synthetische vanille is uit puur vanilline gemaakt.
- Er wordt uitgelegd hoe synthetische vanilline vroeger werd vervaardigd.
Hout als grondstof voor geneesmiddelen
- Op basis van studies door de universiteiten van Antwerpen en Leuven, wordt hout als alternatieve bron van grondstoffen voor geneesmiddelen benadrukt.
Even oefeningen: IUPAC namen
- Een lijst met oefeningen voor het geven van IUPAC-namen aan verschillende moleculen.
Relatieve reactiviteit carbonylverbindingen t.o.v. nucleofielen
- Aldehyden zijn reactiever dan ketonen (elektronisch effect).
- Sterische hindering speelt een rol (sterisch effect).
- Tabel met classificaties van reactiviteit (klasse I t.o.v. klasse II carbonylverbindingen).
Hoe reageren klasse II carbonylverbindingen?
- Reacties verlopen via een tetrahedrisch intermediair.
- Nucleofiele additie, additie-eliminatie, zijn mogelijke reacties, afhankelijk van type nucleofiel.
- De keuze van reactie type hangt af van de stabilteit van het intermediair. (t.o.v het opvolgende nucleofiel).
Reacties van carbonylverbindingen met koolstofnucleofielen (klasse I)
- Organometalen (RLi en RMgX) reageren met aldehyden, ketonen, zuuranhydriden, esters, en andere carbonylverbindingen onder verschillende omstandigheden, wat leidt tot de vorming van verschillende producten.
- Gedetailleerde stappen en voorwaarden van reacties worden uitgelegd.
- Reactie van verschillende carbonylverbindingen met organometalen wordt getoond.
Reacties van carbonylverbindingen met koolstofnucleofielen (klasse II)
- Gedetailleerde stappen en voorwaarden van reacties worden uitgelegd (evenwichtsreacties en hun omstandigheden).
- Verschil in reactiviteit van ester t.o.v. zuuranhydride wordt getoond.
Reacties van carbonylverbindingen met andere nucleofielen
- Reacties met primaire aminen (vorming imines).
- Reacties met secundaire aminen (vorming enamines).
Reacties van carbonylverbindingen met hydroxylen, hydrazoenen en semicarbaziden
- Reacties met hydroxylamine (vorming oximes).
- Reacties met hydrazine (vorming hydrazones).
- Reacties met semicarbaziden (vorming semicarbazones).
Reacties van carbonylverbindingen met water
- Water (hydrateren) en vorming van gem-diolen.
- Evenwicht en stabiliteit van de producten.
Reacties door zure katalyse
- Voorbeelden van reacties met zure katalysatoren.
Acetalen en Ketalen
- Stabiliteit bij neutraal en basisch milieu.
Polymeer van sachariden
- Cellulose: Een polymeer van glucose met β-1,4' glycosidische bindingen.
- Zetmeel (amylum): Een polymeer van glucose met α-1,4' glycosidische bindingen.
Kiliani-Fischer synthese
- Verlenging van koolstofketen van aldehyden.
- Toevoeging van een koolstofatoom aan de keten.
- Een procedure waarbij een koolstofatoom aan een bestaande keten wordt toegevoegd.
Reacties van α,ß-onverzadigde aldehyden en ketonen
- Reacties van nucleofielen met onverzadigde carbonylverbindingen.
- 1,2 en 1,4 reacties zijn gegeven.
- Sterische factor en de gevolgen op de reaktiviteit van een carbonzuurderivaat wordt uitgelegd.
Even oefeningen
- Probleemoplossende toepassingen en oefeningen.
Studying That Suits You
Use AI to generate personalized quizzes and flashcards to suit your learning preferences.
Related Documents
Description
Test je kennis over functionele groepen in de organische chemie. Dit quiz bevat vragen over suffixen, prefixen en belangrijke reacties zoals de Wittig-reactie. Ontdek hoe goed je de uitgangspunten van organische chemie begrijpt!